Hoe verschillende plaatsen in onze omgeving den oorlog doorstonden Ingezonden. waarin opgenomen„NIEUWSBLAD voor het Land van Heusden en Altena, de Langstraat en de Bommeierwaard" Buitenland 2E JAARGANG. No. 38 5 VRIJDAG 20 JULI 1945 Uitgever: K. VELTMAN te Drunen Algemeen Redacteur: J. H. ROZA te Heusden Drukkerij: FIRMA L. J. VEERMAN te Heusden Verschijnt Maandag en Vrijdag Abonnementsprijs: f 1.95 per 3 maanden; per week 15 ct.losse nummers 10 et. Adver tentiën 20 cent per regel NEDERHEMERT. Naar aanlei ding van het artikel „Hoe Neder- hemert de oorlog doorstond" van 13 Juli j.l., kwam bij ons het ver zoek binnen, om wat meer helder heid te brengen in het achter blijven van Willem de Bree op 't Eiland. Bij nadere informatie blijkt het volgende. Willem de Bree was niet ten volle bij zijn verstand en was bovendien lijdende aan een besmettelijke ziekte, waardoor de menschen bij voorkeur bij hem uit de buurt bleven. Slechts enkele personen van 't Eiland kwa men van tijd tot tijd het een en 't ander bij hem brengen. Toen in Nov. 1944 Heusden ge vallen was, had de Bree inkwar tiering van enkele duitsche officie ren en oppassers. In 't begin was hij daar maar matig mee ingenomen, maar toen bleek dat het geschikte lui waren, althans voor hem, vond hij het best. Hij kreeg een ver zorging, zooals hij in lange tijd niet had gehad. 11 Nov., 's morgens om 9 uur, kwam het bericht dat vóór 18 uur het Eiland geëvacueerd moest zijn. Volgens de duitsche officieren be stond echter nog de mogelijkheid, dat het afgelast zou worden en sommige militairen raadden dan ook aan om te blijven Inderdaad is er toen aan de Bree gedacht, maar de moeilijkheid was, hoe hem aan zijn verstand te brengen dat hij weg moest en waarheen zou hij dan moeten Dezen morgen sprak een van de bewoners een officier die bij de Bree ingekwartierd was. Deze deelde ook de meening dat de evacuatie niet door zou gaan, doch wanneer dit wel het geval zou zijn dan mocht de Bree blijven, hij beloofde tevens dat zij goed voor Opa, zoo noemden zij hem, zouden zorgen, hij zou niets te kort komen en wanneer zij weg zouden gaan, Opa als hij wilde mee kon gaan. Dit was in zekeren zin een goede oplossing, alhans voor- loopig, temeer daar alle bewoners in de veronderstelling waren, dat het slechts voor enkele dagen was Dat de geall. vóór de Maas zou- M. de Redacteur, Verzoeke beleefd onderstaand stuk te willen plaatsen in uw veel gelezen blad, waarvoor bij voorbaat hartelijk dank. Het is in het begin der maand November 1944, het grootste gedeelte onzer gemeente, nl. de dorpen Eethen, Genderen, Drongelen en Meeuwen moeten op bevel der duitschers eva- cueeren, natuurlijk ook de winkeliers der betreffende dorpen, later in het laatst der maand December volgde ook nog het dorp Babyloniënbroek. Deze evacuatie beteekende voor ieder een groote schadepost, doch in het bijzonder kan zulks worden ge zegd van de winkeliers. Hun bedrijf kwam geheel stil te liggen, terwijl de oude klanten in aanraking kwamen met winkeliers van elders in de om geving, voornamelijk te Giessen en Rijswijk. Thans is het dan echter weer zoo ver gekomen, dat de geheele gemeente is vrijgegeven en zijn de meeste win kels weer geopend, de een vroeger dan de ander. Hoe moeilijk is het echter de zaak weer normaal op gang te brengen. De weegschalen zijn ver nield of medegenomen en de verdere inventaris is voor het grootste gedeelte vernield. Dit is echter nog niet het ergste. Wij zullen en willen ons behelpen den blijven, had niemand kunnen vermoeden en dat het nog 8 maan den zou duren voordat de bewoners terug zouden keeren, nog minder. Om 18 uur kwamen de duitschers controleeren of allen vertrokken waren. Alleen de Bree mocht blij ven en een woonschip, waarop zich 4 personen bevonden, mocht aan de zuidzijde blijven liggen Het was zoo, dat zelfs de Bree door sommige menschen benijd werd, omdat hij niet behoefde te vertrekken. De menschen waren den geheelen dag druk bezig, om met het hoogst noodzakelijke weg te komen. Hulp konden zij nagenoeg niet krijgen, wat begrijpelijk was, omdat het geen pretje was om op 't Eiland te komen werken, want het was er levensge vaarlijk. Toen echter na ruim een week nog geen verandering in de toe stand kwam, werd besloten om de Bree over te halen naar de Noord zijde om hem daar in't arrestanten lokaal onder te brengen, omdat het niet te verantwoorden zou zijn om hem in een gezin te plaatsen. Daar men niet op 't Eiland mocht komen, werd de bemiddeling van de Weer macht ingeroepen. Tenslotte werd met een Roode Kruis dokter over eengekomen dat een bewoner van 't Eiland, de Bree onder geleide van den dokter zou halen. Toen men 's morgens vertrekken wilde kwam juist het bericht binnen dat val schermjagers, 's nachts de Br» e neergeschoten hadden omdat hij na herhaalde waarschuwingen, het uit stralende licht niet wilde verduiste ren. Wellicht had hij dien nacht een van zijn koppige buien welke hij wel meer had. Dit werd hem helaas noodlottig. Door valschermjagers werd ver teld, dat zij hem in de omgeving van zijn huis hadden begraven. Eenige weken geleden is door de politie en enkele bewoners de om geving van zijn huis afgezocht, maar men kon geen spoor van een graf ontdekken, zoodat men thans nog in 't onzekere is van de plaats waar 't stoffelijk overschot zich thans bevindt met de ons nog ter beschikking zijnde middelen en onze zaken voortzetten opdat onze oude klanten naar behoo- ren worden bediend, zooals dit voor de evacuatie gebeurde. Hoe wordt ons dit streven echter tegengewerkt. De winkeliers van elders, welke met de inwoners onzer gemeen te in aanraking kwamen en er tenge volge van de evacuatie een klant aan kregen, trachten onze oude klanten te behouden en zoodoende onze bedrij ven uit den weg te ruimen, gebruik makende van de moeilijke omstandig heden waarin zij verkeeren. Bovendien zijn er winkeliers van elders, welke met artikelen welke schaarsch zijn ons nog probeeren de klanten te ontnemen. Ook de distributiedienst werkt ons in dezen geheel tegen, want hoe vaak is het niet gebeurd, dat in andere plaatsen de bonnen reeds 's morgens bekend waren, terwijl hier de betref fende bekendmaking eerst des avonds werd gebracht. Winkeliers in de om liggende dorpen ontvingen reeds voorschottoewijzingen, terwijl wij voor niets werden opgeroepen te Wijk op het kantoor deze toewijzingen af te halen, terwijl ze er niet waren. Over dit alles kunnen wij niet lan ger zwijgen, de menschen moeten het toch nu maar weten, wat er gebeurd en welk onrecht er thans plaats heeft Thans echter is aan U inwoners der gemeente Eethen het woord, want U kunt ons helpen. Wanneer U uitslui tend koopt van inwonende winkeliers steunt U ons streven, terwijl het de winkeliers van elders, welke trachten van ons ongeluk gebruik te maken, dan onmogelijk zal zijn ons langer tegen te werken. Winkeliers in de gemeente Eethen. Andel, 17 Juli 1945. Geachte Redactie van „De Sirene", Gaarne zag ik onderstaande opgeno men in Uw veelgelezen blad, waarvoor bij voorbaat dank. Nu het oogenblik nabij is dat de N.B S. ook hier ter plaatse als zooda nig gaat verdwijnen, voel ik mij ver plicht op deze wijze afscheid te nemen van de bevolking. Vele inwoners zullen met vreugde het vertrek der N.B.S. vernemen. Wat is hiervan echter de reden Zonder te willen beweren dat er door de N.B.S. geen fouten zijn gemaakt, durf ik toch te verklaren, dat er voor critiek zooals deze door zoovele onbevoegden wordt uitgeoefend geen reden is. Natuurlijk het bekende spreekwoord „Wie werkt maakt fouten" is hier ook wel van toepassing. Maar hoe zou het gegaan zijn als er geen N.B.S. geweest was? Als ieder eigen rechter had kunnen spelen, zou het dan beter gegaan zijn Het is begrijpelijk dat er menschen zijn die ons liever niet gezien hadden, maar ligt dit aan ons of aan hen. Wie was het die in den tijd der be zetting het werk gedaan heeft met inzet van leven vrijheid en bezit Waren dat ook de menschen die na de bevrijding zoo gul geweest zijn met hun critiek Verschillende N.B.S.- ers hebben tijdens de bezetting alles veil gehad voor het Vaderland, maar worden nu becritiseerd door menschen die in den tijd van het verzet geen durf hadden om te critiseeren, waarlijk het optreden van deze komt wel wat erg laat. Niet iedereen is in de ge legenheid geweest actief aan het verzet deel te nemen, dat is mij heel goed bekend, maar laat menschen die b.v. destijds nog niet het lef hadden om geen koper of radio in te leveren, of een kwitantie van den Landstand te weigeren, nu ook hun mond houden, deze hebben geen recht over anderen te oordeelen. Toen hebben ze de ge legenheid gehad te bewijzen of ze ook werkelijk Hollandsch Bloed be zaten, niet nu, na de gelukkige bevrij ding van ons Vaderland. Nu is het gemakkelijk genoeg om met een Oranje speldje of strikje op de jas te loopen. Maar toen onze geeerbiedigde Koningin en de Regeering in Londen een beroep op haar deden, toen was het tijd ge weest niet om te praten maar om te werken. Toen durfden zij niet omdat het zoo gevaarlijk was, nu durven zij wel. Wij leven in een democratisch land dus ieder heeft het recht zijn meening te zeggen. Maar niet het recht om op alle mogelijke manieren het werk af te keuren van hen die getoond hebben, in den tijd van onder drukking alles over te hebben voor de bevrijding van ons Vaderland. Laat allen die ons tot op heden tegenge werkt heben dit gezegd zijn: de N.B.S. als zoodanig gaat verdwijnen, velen onzer jongens hebben hun plicht be grepen en zijn reeds nu als Oorlogs vrijwilligers voor hun opleiding ver trokken, maar het werk der zuivering gaat voort, en wij hopen niet te rusten voor het kwaad gestraft is en alle col- lobrateurs en al dergelijke lieden zijn opgespoord en t.z.t. hun gerechte straf zullen ontvangen. Gelukkig zijn er ook nog vele inwoners geweest die getoond hebben dat zij begrip hadden voor ons werk en moeilijke omstandig heden waarin wij verkeerden. Ons werk was immers velerlei. Wij waren zooveel als bezetting, moesten bewa- kings- en opsporingsdiensten verrichten, arrestatie's uitvoeren enz enz teveel om op te noemen. Daar waren verschillende opdrachten bij die wij ook niet gaarne uitvoerden, zooals het afzetten van wegen, het weigeren van reisvergun ningen enz. maar wij waren soldaat en moesten onze orders uitvoeren. Wij danken al degenen die ons hun medewerking hebben verleend. O. BOUMAN. Groeps Commandant N.B.S. Andel. Koning Leopold Katholieke ministers af- getroden. De Belgische kabinetszittingen van Maan dag en Dinsdag, die tezamen 8 uur duurden, hebben tot gevolg gehad, dat de 6 katho lieken uit het kabinet van 16 ministers zijn getreden. Zulks beduidt niet, dat het ge heele kabinet zal aftreden. Nader wordt gemeld, dat het besluit tot aftreden der ministers werd genomen tijdens een ver gadering van de katholieke parlementsfractie, welke Dinsdagmorgen werd gehouden. Als reden werd opgegeven, dat de katholieken niet langer kunnen samenwerken met andere partijen in het coalitie-cabinet, welke par tijen zij het op verschillende wijzen tegen den koning zijn. Tijdens de parlemen szitting van Dinsdag middag heeft Van Acker medegedeeld, dat de 6 portefeuilles der afgetreden ministers onder de overblijvende leden van het kabinet zijn verdeeld. Nadien las Van Acker een brief voor van koning Leopold aan den prins-regent, waarin hij schrijft, dat hij het huidige parlement niet representatief acht voor het volk. Hij wil daarom zijn beslis sing gronden op den uitgesproken volkswil. Vóór de lezing van dezen brief zei Van Acker, dat de regeering tot haar spijt geen verantwoordelijkheid hiervoor kon nemen. Na lezing zei Van Acker, dat de regeering de meest uitdrukkelijke reserves in acht neemt, ten aanzien van de passages van den brief, betreffende de verhouding van parlement en volk. Nadien bracht Van Acker een wetsont werp ter tafel, dat tot uitdrukking brengt, «dat de koning zijn constitutioneele functie niet kan hernemen, totdat de Kamer en de Senaat verklaren, dat hij niet langer in omstandigheden verkeert, die hem het re- geeren onmogelijk maken". De Belgische Kamer van afgevaardigden heeft dit wetsontwerp thans aangenomen. Bij de stemming waren 98 vertegenwoor digers voor het wetsontwerp, 6 stemden tegen, voorts waren er 32 onthoudingen. De wetgevende commissie van de Bel gische Kamer nam het amendement van de regeering, waarbij de bevoegdheden van den regent worden bevestigd, aan met 30 tegen 8 stemmen. Franco wendt politieke koers. Volgens Spaansche rechtsche kringen in Parijs zal Franco de ontbinding van de Phalanx afkondigen, alsmede de algeheele amnestie voor alle Spaansche verbannen y olitieke vluchtelingen. Dit zou geschieden op 18 Juli a.s. op de jaarlijksche bijeenkomst van de Phalanx. Bovendien zou generalissimo Franco de vorming van een Regentschapsraad bekend maken, die uit 4 of 5 generaals zou bestaan met inbegrip van den Hertog van Sevilla, neef van Koning Alfonso XIII. Spaansche kringen te Parijs onthullen, dat hooge ambtenaren van het Spaansche Ministerie van buitenlandsche Zaken een ontmoeting hebben gehad met Churchill tijdens diens verblijf in Frankrijk. Japan wordt vernietigd. Er heeft een hergroeping plaats van de Amerikaansche luchtmacht. De bases in China worden overgebracht naar eilanden, die dichter bij Japan gelegen zijn. Generaal Dolittle heeft verklaard, dat alle militair en economisch belangrijke doelen in Japan stuk voor stuk vernietigd zullen worden. - Bij Balikpapan hebben de Australiërs een belangrijke heuvelstelling genomen. In Birma wordt een nieuw offensief voorbereid. Seyss Inquart en Goering in Luxemburg Volgees «La dernière Heure", bevinden Seys-lnquart en Goering zich te Mondorf- les-Bains in Zuid-Luxemburg. Zij zijn daar opgesloten in een als gevangenis ingericht hotel voor personen, die verdacht worden van oorlogsmisdaden. U«D VAN ALTENA

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

De Sirene | 1945 | | pagina 1