Nummer 33.
Zondag 25 April 1880.
3e. Jaargang.
III
FEUILLEToST
Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen.
Grootmoedigheid en Zegepraal,
BUITENLAND.
Frankrijk.
Engeland.
Belgie.
Uitgever: ANTOON TIELEN te Waalwijk.
Dit blad verschijnt Woensdag en Zaterdag avond.
Abonnementsprijs per 3 maanden.ƒ1,00, franco per post door
het geheele rijk f 1,15. Brieven, ingezonden stukken, gelden
enz., franco te zenden 'en Uitgever.
In Brussel is een brochure uitgegeven getiteld
Projet d'Exploration au Pöle du Norit De schrijver
ontwikkelt daarin zijn plan hoe hij een onder-
zeeschen toestel wil vervaardigenten einde
daarmede de Noordpool te bereiken. Waarschijn
lijk is het ingericht a l'instar van de Nautilius
van kapitein Nemo
Op de Antwerpsche beurs gaat het tegen
woordig al zeer wonderlijk toe. Een paar dagen
geleden hebben twee kooplieden elkander om de
ooren geslagen en nu heeft een assuranti-rna-
kelaar een beursbezoeker zoozeer met een stok
toegetakeld dat het bloed er bij neers'.roomde.
Zulk soort van rijzingen en dalingen komen
op een beurs zeer zeker niet te pas.
Slechts een klein aantal belangstellenden woon
de dinsdag de heropening der Fransche Kamers
bij. Des te levendiger was het echter onder de
Afgevaardigden die elkander met hartelijkheid
begroetten. Ook Gambetta was op ziju plaats
en zag er veel beter uit dan voor de vacantie.
De werkzaamheden beteekenden in deze eerste
zitting niet veel. 't Voornaamste wat de Kamer
deed was dat ze besloot Donderdag a. s. de
interpellatie te behandelen van den Bonapartist
Godelle betreffende den staat van zaken in Al-
gerië.
Deze interpellatie heeft op den bepaalden dag
plaats gehad.
Godelle beschuldigde Albert Grévy van des
potisme en eischte van den Minister van bin-
nenlandsche Zaken dat hij de verantwoording-
voor de daden van dien ambtenaar onder zijn
ressort zou op zich nemen.
De minister Lepere antwoorddedat bij deze
quaeslie niets anders in 't spel is dan een ge
schil tusschen een hoogeren - en een lageren
ambtenaaren dat daarbij als een zuiver per-
XXVIII.
En h.t was zoo. De arme kranke verliet
hare kamer niet meer. Sedert den aanvang van
het koude seizoen had zij hare woning niet meer
verlaten. Dikwijls had zij in het geheim ver
langd naar de liefderijke hand en de hartelijke
kus harer verloren Judith. Maar zij sprak niet
meer van haar tot hare overdreven gedienstige
en oplettende nichtdaar zij het maar al te-
wel wist welke ontvangst hare woorden zouden
hebben. Zoo peinsde zij in het geheim over
hare vriendin geen geloof slaande aan hare
schuld en ware zij al schuldigdan was haar
alles vergeven.
Het was kerstmis. De zieke had den wensch
te kennen gegeven een paar uurtjes in de zij
kamer op te zitten doch de inspanning was te
groot geweest en bewusteloos zonk zij op de
sofa nederkort nadat men haar er op had
geplaatst. Zij bleef zoo lang in zwijm liggen
in weerwil van alle aangewende pogingen dat
de grootste ontsteltenis zich van allen meester
maaktede dienstboden overal heen liepen om
een geneesheer te roepen in de plaats van haren
eigen doctordie juist voor een dag de stad
verlaten had en wiens plaatsvervanger bij een
anderen zieke geroepen was die buiten.woonde.
Mijnheer Bladen was de eerste geneeskundige
dien zij thuis vonden en onmiddellijk was hij
gereed ter hulp te komen.
„Laat mij met u gaan. Ik moet ik wil
met u gaan lieve Edward", zeide zijn eclitge-
noote van haar stoel opspringende bij het bericht
van het gevaarwaarin de nog altijd haar
dierbare beschermster zich bevond. „Misschien
Advertentiën 17 regels J 0,60, daarboven 8 cent per regel
groote letters naar plaatsruimte. Advertentiën, driemaal ter
plaatsing opgegeven, worden tweemaal in rekening gebracht
Reclames beneden de rubriek Binnenland 15 cent per regel.
soonlijke quaestie zijne ministerieele verantwoor
delijkheid niet betrokken is.
Albert Grévy verdedigde zijn beleid in Algcrie
en roemde de invoering van het burgerlijk be
stuur aldaar.
Godelle zeide dat hij zijne interpellatie hand
haafde en verlangde dat het volle licht over de
zaak verspreid zou wordenopdat zelfs elke
schijn van verdenking of beschuldiging tegen den
broeder van den president der Republiek ver
dwijnen zou.
De presidentGambetta viel hem in de rede
cn zeidedat Godelle het hoofd van den Staat
beieedigd had en de Kamer daarom het besluit
moest nemen dat hij de zaal verlaten moest.
Godelle betuigde zijn eerbied voor den presi
dent der republiekwaarna een groot tumult
ontstond te midden waarvan de Kamer zijne
verwijdering uitsprak.
De geheele rechterzijde stond op om de zaal
te verlaten terwijl over Baudry d'Asson en
Cuneo d'Ornano de censuur werd uitgesproken.
Ten slotte nam de Kamer eene motie van ver
trouwen in Albert Grévy aan.
Na eene interpellatie van Cuneo d'Ornano
over de gemeentelijke vrijheid werd de zitting
ten 7 uur 35 min. opgeheven,
De totale uitkomsten van den handel in
Frankrijk waren over het jaar 1879 als volgt
De invoer bedroeg 4,524.837,000 frs., de uitvoer
3. 163,090,000 frs. In het jaar 1878 bedroeg
de invoer 4,176,218,000 frs. de uitvoer
3,179.707,000 frs.
Zondag jl. is boven de stad Toulouse en
omstreken een zoogenaamde „zwavelregen" ge
vallen.
Het is bekend dat dit verschijnsel zijn oor-
sprong vindt in het van pijn- en denneboomen
gevallen stuifmeeldat door windvlagen naar
de wolken opgejaagd als geelachtig poeder met
regendroppels vermengd komt neervallen.
Een jongen van 16 jaren [werkzaam op
een postbureau in een stadje ;van het zuiden
was voor eenige maanden met een zekere som
gelds weggeloopen. De baardelooze jongen wist
is haar einde daar en ik kan haar niet laten
sterven zonder haar de verzekering te geven dat
ik haar de mij aangedane onrechtvaardigheid
vergeven heb er. hoe'hartelijk ik haar nog lief
heb."
„Neen mijn lieve", zeide haar echtgenoot
„misschien zoudt ge haar einde bezwaren. Mor
gen misschien
„Maar misschien zal zij morgen niet meer
leven'', zeide zij. „O, ik bid u, vergun het mij
haar in hare laatste ure bij te staan opdat zij
wete dat zij nog een -trouwe onbaatzuchtige
vriendin bij zicli heeft. Neen gij kunt, gij zult
het mij niet weigeren."
„Welnu, wijfjelief, het zij zoo; zet spoedig
uw hoed op", zeide mijnheer Bladen. „Maar
spoedigwant ik hoor reeds mijn rijtuig voor
de deur."
„De doctor is daar, juffrouw", zeide de meid
tegen Mathilde Renwick die over hare bewuste-
looze tante heen gebogen stond.
„Ik vrees dat het te laat is", was het ant
woord der jonge dame terwijl zij hare wang
aan de bleeke lippen dor bewustelooze bracht,
maar indien een oplettend opmerker haar in de
oogen gelezen had zoude hij daarin eerder deD
wensch dan de vrees ontdekt hebben dat de
zieke niet meer was.
Met zachten tred naderde de doctor de sofa
en Judith - volgde hem op den voet.
„Neen, het is nog niet met haar afgeloopen,"
zeide de geneesheer. „Breng azijn en wasch cr
hare handen en voorhoofd mede."
Het^ bevel was spoedig gehoorzaamd en haar
eenige weinige druppels van een krachtig op
wekkend middel uit een fieschje dat hij met
zich gebracht had tusschen hare lippen gietende,
brachten deze weldra eenige zwakke teekenen
van leven voort.
„God dank! Zij leeft nog!" waren Judith's
niets beters te doen om zich aan dc handen
der,.politie te onttrekken dan zich als meisje
te verkleeden en zich in een mode-magezijn als
winkeljuffrouw tc verhuren. Eenigen tijd later
vertrok hijaltijd als meisjenaar Parijs en
vond daar spoedig een plaats. De eigenaar was
in het begin zeer verbaasd, dat de jongejuffrouw
er voor bedankte het door de dames van het
magazijn afgezonderd gedeelte der slaapkamers
te bewonen doch zijn verbazing kende geen
grenzen toen de politie die de schuilplaats van
den vluchteling ontdekt had hem de ware toe
dracht der zaak deed kennen.
Te Roubaix is een vreeselijk ongeluk ge
beurd dat echter tot waarschuwing dienen kan
van velen.
Een jongmandie de gewoonte had des
nachts in bed te lezen, had een bougie te
dicht bij de kussens geplaatst. Onder het lezen
in slaap gevallen zijndeschijnt hij door een
beweging met de hand den kandelaar te hebben
doen omvallen zijn lijk werd den volgenden
ochtend geheel verkoold gevenden.
Te Angers stond dezer dagen een elfjarig
knaapje terecht, dat tot vier malen toe gepoogd
had zijn stiefmoeder met luciferskoppen te ver
giftigen omdat zij hem en zijn broers en zusjes
slecht behandelde en hem uitzond om te bede
lenHij werd als niet aansprakelijk om zijn
jeugdigen leeftijd vrijgesproken, maar zal tot
zijn 18e jaar in een verbeterhuis worden ge
plaatst.
De legitimistische Fransphe afgevaardigde
de Baudry d'Asson heeft dezer dagen een eigen
aardig ruiterkunststuk verricht. Hij had om
10.000 fr. gewed dat hij in tien minuten te
paard ovor 100 hekken zou springen, die op3
meter afstands van elkaar waren geplaatsten
.volbracht dien toer in negen minuten.
Hoe gevaarlijk het isvoor de sluiting
van gasmeters en kraantjes niet behoorlijk zorg
te dragenis nog onlangs gebleken uit een
droevig voorval te Boulogne sur mer.
Daar heeft men 'smoigens een dame verstikt
in haar bed vinden liggen in een vertrek waar
de gaskraan was blijven openstaan terwijl liarr
dienstbode slechts weinig teekenen van leven gaf,
en nog steeds in een bedenkelijken toestand
verkeert.
eerste woorden waardoor zij hare tegenwoor
digheid verried.
Mathilde Renwick zou het hebben kunnen
uitgillen van den plotselingen schrik, die haar
beving op het hooren dier stem maar zij be
dwong zich met geweld en zich van de zieke
afwendendevraagde zij aan de tegenwoordig
zijnde dienstboden wie zich had durven ver
stouten op zulk een oogenblik iemand bij hare
meesteres binnen tc laten.
„Het is mijn Schuld, mejuffrouw Renwick,"
zeide doctor Bladen bedaard. „Mijne vrouw ver
langde zoo mevrouw St. Clare nog eens te zien
en drong er zoo ernstig op aan mij te vergezel
len dat ik het haar niet hob kunnen weigeren.
Maar stel u gerustzij is bescheiden genoeg de
zieke niet te zullen storen."
Mathilde kende mijnheer Bladen wel van aan
zien maar te midden der algemeene ontsteltenis
had zij er niet aan gedacht dat hij de echtgenoot
harer vijandin was, en nu de gedachte daar
zoo op eens als een bliksemstraal in hare ziel
heen drong dat zij zelve den weg voor deze
tot de zieke geopend had, deed zij zich hevige
verwijtingen van de dienstboden niet bepaald
verboden te hebben mijnheer Bladen in de plaats
van den huisdoctor tc haien. Hare eenige ge
dachte hield zich nu bezig met eene veront
schuldiging te zoeken om van hen beiden te
worden ontslagen en in hare toornige opgewon
denheid werd zij afwisselend rood en bleek en
de stem van haar geweten deed zich met luider
stem dan ooit hooren.
Judith was voorzichtig de lijderes genaderd
wier voorhoofd zij zorgvuldig wiesch met azijn.
Haar echtgenoot voelde der zieke de pols en
dc eene dienstbode na de andere sloop zachtjes
de kamer uit, toen zij de donderbui bemerkten,
die op het voorhoofd van mejuffrouw Renwick
zich samenpakte. En- geen wonderwant de
jonge dame was op verre na niet in een benij-
denswaardigen zielstoestand. Herhaalde malen
In den Woensdag gehouden Engelschen Mi
nisterraad heeft het ontslag van het Kabinet
Beaconsfield definitief zijn beslag gekregen. Het
Kabinet zal dus voortaan slechts zorgen voor de
noodigste en meest dringende zaken en zich
onthouden van het nemen van gewichtige maat
regelen. Daartoe schijnt men niet te rekenen
het decoreeren of in den Pairstand verheffen
van politieke vrienden. Nu elk lid van het
aftredend Kabinet zijne decoratie of rangsver-
hooging heeft ontvangen is er sprake van dat
Beaconefield zich zal laten verheffen tot hertog,
'tgeen zeker een waardig einde van zijn loop
baan wezen zou.
Aan de chefs hunner departementen zon
den de Ministers een schrijvenwaarin zij
afscheid van hen nemen en hun dank betuigen
voor den ijver cn de trouwwaarvan zij gedu
rende zes jaar hebben blijk gegeven.
Nog steeds heerscht dezelfde onzekerheid
omtrent de samenstelling van het nieuwe Kabi
net. Naar van de eene zijde verzekerd wordt
zou de markies Yon Hartington voornemens
zijn wanneer de Koningin hem ontbiedtden
heer Gladstone voor te stellen omdat deze de
eenige mogelijke Premier is. In andere berichten
heet het, dat Gladstone, Granville en Hartington
zijn overeengekomen dat hel Premier-schap zal
aanvaard worden, door hem, die door de Ko
ningin ontboden wordt. Hiermede is echter
weer een bericht in strijdvolgens hetwelk
Gladstone bepaaldelijk bij zijne weigering om als
Premier op te treden zou blijven volharden. Uit
de omstandigheiddat de Kcningin verscheiden
leden van het Kabinet Beaconsfield heeft genoo-
digd ter huwelijks-voltrekking van Prinses Fre-
derika van Hannover maakt men op, dat H.M.
had zij hare bevende lippen geopend om te
spreken maar de woorden bestierven op hare
tongterwijl de tegenwoordigheid van den ge
neesheer de losbarsting belette die anders zeker
zoude gevolgd zijn.
Een lange, zwakke zucht en de lijderes opende
wederom hare oogen. Daar maakte de vrees
dat de zieke hare vroegere gezelschapsjuffrouw
zoude kerk ei nen zich van mejuffrouw Renwick
meester. Naar de sofa toeijlende stiet zij Judith
op eene lompe wijze ter zijde en nam hare
plaats in bij de zieker Zij zocht eene afleiding
in teedere liefkoozingen en vriendelijke woorden
tot het voorwerp harer zorg en door zich geheal
voor Judith te plaatsen belette zij hare tante
deze op te merken terwijl zij door een aan
houdend gesnap zorgde dat Judith geen enkel
woord spreken kon. Maar, wat zij ook deed,
alles te vergeefs. Mevrouw St. Clare herkende
den geneesheer en een glans van vergenoegen
gat een zachten blos aan die anders zoo bleeke
lippen. Zoodra zij spreken konde waren hare
eerste woorden „hoe maakt het uwe vrouw?"
„Zij is hier om zich te verdedigen, mevrouw",
zeide mijnheer Bladen, bijna even verheugd als
de luisterende Judith.
„Tante lieve tante, ik mag niet toelaten
dat gij u nu vermoeien zoudt door een onder
houd met dit ondankbare schepsel," riep mej.
Renwick tot wanhoop gebracht door de dreigende
wending die de zaken schenen te nemen. „Zend
haar weglaat haar morgen of overmorgen
terug komen, maar nu niet zoo gij uw leven
lief hebt nu niet."
„Stil, Totty; stil", zeide de zieke zwak„uwe
stem snijdt mij door het hoofd. Waai" is juffr.
Graystone- mevrouw Bladen wil ik zeggen
Ik behoef niet met haar te spreken. Zoo ik
slechts jgevoel dat zij bij mij iswant ik voel
dat mijn eiude nadert."
TVordt Vervolgd.