Nummer 52.
Donderdag 1 Juli 1880.
3e. Jaargang.
DE OUDE STRIKER
Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen.
FEUILLETON.
BUITENLAND.
Belgie.
Frankrijk.
Misdaad en Waanzin.
Uitgever: ANTOON TIELEN te VWaalwijk.
STAAT YAN BRIEYEN
i
De Echo van het Men,
Dit blad verschijnt Woensdag en Zaterdag avond.
Abonnementsprijs per 3 maanden ƒ1,00, franco per post door
het geheele rijk f 1,15. Brieven, ingezonden stukken, gelden,
enz., franco te zenden aan den Uitgever.
Advertentiën 17 regels ƒ0,60, daarboven 8 cent per regel
groote letters naar plaatsruimte. Advertentiën, driemaal ter
plaatsing opgegeven, worden tweemaal in rekening gebracht
Reclames beneden de rubriek Binnenland 15 cent per regel.
geadresseerd aan onbekenden.
Gedurende de eerste helft der maand Mei 1880.
Van Waalwijk.
J. J. B. Fries Amsterdam.
M. Rekkers 's-Hertogenbosch.
Van Drunen.
A. Schrauwers Tilburg.
Kunnende de brieven door de afzenders aan
het Postkantoor alhier worden terugontvangen.
De Directeur,
BAGGERMAN.
Het Brusselsch blad le National verzekert
dat er ernstig sprake is van een wijziging van
het Ministerie. De lieer Demeur zou de porte
feuille van Finantiën aanvaarden.
Z. M. de Koning heeft Vrijdag, vergezeld
van de Prinsen van Orleans een langdurig be
zoek aan de tentoonstelling gebracht.
Het onweder van Donderdag heeft niet
geringe verwoesting aangebracht; het houten dak,
dat niet met ijzer bedekt is heeft op verschei
den plaatsen den regen doorgelaten. Dat zijn
kleine inconveniënten. Maar aan den anderen
kant hoort men van alle kanten constateeren
dat de tentoonstelling in haar geheel alle ver
wachtingen overtreft en de bewondering van de
vreemdelingen wegdraagt.
De Indépendance zegt, dat zij meent te kun
nen mededeelen dat de opheffing der Belgische
legatie bij het Vaticaan Ihans een besliste zaak
is. De eenige vraag, die nog iu officieele krin
gen gesteld wordt, is deze, of de nuntius zijn
paspoort ontvangen [zal. De terugroeping van
den gezant bij den heiligen Stoel is besloten
misschien reeds naar het blad zegt, uitgespro
ken. Een schrijven van den doorgaans welinge-
lichten Brusselschen correspondent van den
Précurseur komt hiermede geheel overeen.
Uit de doos van Pandora kwamen te
Brussel te voorschijn.stukjes zeep fleschjes
odeurallerlei kleine toiletbenoodigheden die
een gendarme in uniform nog welop de
Brusselsche tentoonstelling ontvreemdde. Op liee-
lerdaad werd hij betrapt. Voor dezen Pandora,
want zoo is zijn naam, openden zich de deuren
der gevangenis.
Brussel, 29 Juli. Het Journal de Bruvelles
zegt, dat den 28sten de minister van buiten-
landsche zaken aan den nuncius te Brussel heeft
medegedeeld, dat het Belgiesch gouvernement te
rekenen van dien dag de diplomatieke betrek
kingen met den pauselijken afgevaardigde afbrak
en dat dientengevolge de Belgiesche legatie bij
den paus is opgeheven.
De liberale candidaat is te Doornik geko
zen met 1578 stemmen tegen 1256. De toe
stand verandert dus niet. De liberale meerder
heid blijft 4.
OF
IX
V. De Barbier.
„Uwe excellentie vroeg mij straks wiens eer
ik bedoeldezoo het de mijne niet was. Ik
bedoelde uwe eer, mijnheer de generaal. Houd
de deur gesloten, opdat geen derde mij hoorë."
De toon waarop de oude Striker dit zeide
klonk zoo zonderlingzoo vastdat de generaal
onwillekeurig de armen liet zakkeu. Bedaard
vervolgde de oude barbier
„Mijnheer de generaaluwe echtgenootc, die
gij in den afgrond hebt ter neder gestort, leeft
nog."
Een oogenblik stond de generaal als versteend.
Vervolgens kleurde een donkere blos zijn gelaat,
en riep hij in de grootste woede „Ellendige."
Doch meer sprak hij niet. Hij zag aan de
kalmte des barbiers aan diens gerimpeld voor
hoofd aan diens heldere, dreigende blikken, dat
het noodlothetwelk hij had uitgelokt, hem had
verpletterd.
„Uwe echtgenooie leeft, mijnheer de generaal,"
vervolgde de barbier bedaard. „Zij werd gered.
Thans woont zij hier onder een valscben naam.
Zij weet dat ook gij hief zijt, vergezeld van eene
tweede vrouw."
De generaal wankelde hij was bleek als een
lijk geworden en zonk uitgeput in zijn fauteuil
-neder, niet in staat om een enkel woord te
uiten.
Zwijgend stond de oude Striker voor hem
zijn gelaat was ernstig en somber. De rollen
waren verwisseld. De barbier was thans aan
klager en rechter tegelijk, een onwrikbaar aan
klager die verschrikkelijke feiten kendeeen
rechter, die over leven of dood kon b schikken.
De generaal was de beschuldigde. Hij zat daar
nedersidderend, als ware hij reeds veroordeeld.
Beiden bewaarden langen tijd het stilzwijgen.
De genera*! vatte 't eerst weder het woord op.
De veelal goed ingelichte Parijsche berichtge
ver van le Nord geeft in een brief van den 21n
dezer een breedvoerige uiteenzetting van de
plannen, welke hij den heer Gambetta meent
te mogen toeschrijven en die de mededeelinge»
van onzen Parijschen correspondent bevestigt.
Zij komen op het volgende neder. Ten einde
Zijn toestand was ontzettend. „Alzoo", zuchtte
hij„alzoo woont zij hier.... Eu staat gij met
haar in betrekking
„Ja", antwoordde Striker; „Ik sta met haar
in betrekking. Gelijk gij weetkende ik haar
reeds van vroeger."
„Hebt gij haar gesproken, sinds ik hier bén
vroeg de generaal.
„Ik verliet haar op den oogenblik dat gij mij
deedt roepen", antwoordde Striker.
En wat wil zij aanvangen Wat is zij voor
nemens
„Wat zij voornemens is Luistergeneraal.
Na het vreesclijk misdrijf, waaraan gij u schuldig
hebt gemaaktwas de eerste gedachte der edele
vrouw die gij te vergeefs hadt gepoogd van
het leven te berooven voor de wereld dood
te blijven teneinde den man van het schavot te
redden die haar ongelukkig had trachten te
maken. Om dit -plan te volvoeren meest zij
kunnen leven. Onder een vreemden naam en
zorgvuldig vermomd bracht zij mij op zekeren
dag een bezoek. Zij was mijne zoogzustergij
weet hetik vernam hetgeen was voorgevallen
en maakte spoedig haar, wel niet zeer aanzien
lijk doch toereikend vermogen te geldedit
vermogen was voldoende om in haar onderhoud
te voorzien. Zij vaardigde onder haar werkelijken
naam documenten uitwaarbij zij hare bezit
tingen vermaakte aan zekere mevrouw Ahleraann,
welke naam uwe echtgenoote had aangenomen.
Zij kon echter niet geheel alleen staan in de
wereld zij zou soms te rade willen gaan met
oprechte vrienden en de hemel onthield haar die
niet. Immers, zij had niet alleen mijn steun
zij erlangde ook dien van de ritmeester Berg-
mann. Ook hij, mijnheer de generaal, ook hij
kent het geheim. Doch met ons vieren zijn wij
de eenigen op de wereld, die de noodlottige
toedracht kennen. Eerst heden morgen vernam
uwe echtgenoote dat gij naar hier waart ver
plaatst jazelfs reeds aangekomen. Zij liet
mij roepen om met mij te beraadslagen wat
haar te doen stond. Ik zal u niet zeggen, wat
ik haar ried.... Had zij mijn voorstel aangeno
men u zou recht zijn geschied. Doch zij deed
dit niet. Zij begreep, zeide zij, dat ze in deze
kleine stad niet met u kon leven. Een van
beiden moest wijken en in hare grenzelooze
grootmoedigheid besloot zij de minste te zijn.
zich bij de algeraeene verkiezingen in het vol
gende jaar in een zoo groot mogelijk aantal
departementen te doen herkiezen zal hij zorgen,
dat de oude scrutin de liste weder in de plaats
komt. van het bestaande stel der enkelvoudige
kiesdistricten. Werd de heer Thiers in 1871
in meer dan vijf en twintigde heer Gambetta
zal ten minste in vijftig departementen worden
verkozen. Dit zou, vervolgt de berichtgever
metterdaad een soort van plebisciet wezen en
men begrijptdat als de lieer Grévy niet on-
middelijk zijn ontslag nam als president der
Republiek als voldoende door de manifestatiën
van het kiezersvolk ingelichthet hem dan wel
onmogelijk zon vallen zich aan een aftreding
te onttrekken zoodra er een botsing ontstond
tusschen den heer Gambetta en hem. De scru
tin de liste is voor den heer Gambetta de poort,
waardoor hij tot het gezag wil komen. Immers
hij moet bf voor goed van het Presidentschap
der Republiek afzien of het binnen een jaar in
handen krijgen. Hij kan niet wachten tot de
tijd van den beer Jules Gievy om is. De alles-
overheèrschende positie, welke hij thans inneemt,
zou onder de tegenwoordige omstandigheden niet
zoo lang vol té houden zijn. Dit is de alge-
meene overtuiging, nu alles geschiedt door den
wil van den^ heer Gambettaniets geschieden
kan tegen dien wil.
De Corr. llavas bevestigend dat ook de
procureur-generaal bij de Rechtbank van Nantes
zijn ontslag genomen heeftverklaart echter
dat in de opgave van het aantal rechterlijke
ambtenaren diewegens de uitvoering van de
Maart-besluiten hun ontslag hebben genomen,
overdrijving heerscht. Slechts vier procureurs
generaal drie procureurs der Republiek en drie
substituten hebben hebben ontslag genomen.
Zij wilde de kalmtede rusthet geluk dat zij
bier gevonden hadzij wilde alles opofferen
om den man te sparen die niet was terugge
deinsd om zelfs haar moordenaar te worden.
Ziedaar haar besluit. Het hangt thans van
u af, generaal, of het uitgevoerd zal worden."
„Van mij", vroeg de generaal. Een ander
antwoord kon de zelfzuchtige, verharde man niet
geven.
„Luister verder, generaal," ging de oude
Striker voort. „In de nabijheid uwer echtgenoote
woont een armongelukkig man van wien ik
u nader zal spreken. Deze heeft eene dochter,
een meisjedat door uwe gade innig wordt
bemind. Hecht het hart zich niet altoos aan
verwante harten Het meisje is de verloofde
van Frits Hertelwien gij voor den krijgsraad
wilt te recht stellen en ter dood doen brengen.
Leven om leven generaal. Wordt Frits Hertel
ter dood veroordeeld, dan komt gij op het schavot.
Mocht uwe echtgenoote dit niet willen
doch zij zal zij moet het dan wil ik het,
als de oom des jonkmans als man van eer
als uw rechtergeneraal.
„Ik zal genade voor hem vragen", sprak de
generaal. „De koning zal die schenken."
Tot iets meer kon de koude man niet be
sluiten.
„Welnu, mijnheer generaal", hernam de oude
Striker „dan zal uwe echtgenoote, als gij ver
oordeeld woidt ook voor u genade vragen."
„Mijn God", riep de generaal.
„Ja, roep God aan," sprak Striker.
„Doch wat wilt gij dat ik doe".
„Stel den jonkman in vrijheid en zie van
iedere aanklacht af", hernam Striker.
„Maar het gansche officierskorps was getuige".
„Moet het geheele officierskorps getuige zijn
van iets anders vroeg Striker.
„In '3 Hemels naam danuw eisch zij u
toegestaan."
„Ik dank u, generaal. En nu nog iets."
„Nog meer vroeg de generaal.
„Ja, generaal. Eens het is reeds twintig
jaar geleden.doch er zijn dingenwaarover
bij sommige menschen nooit gras groeit, alvorens
het over hen zeiven opschiet eens liet gij, bij
gelegenheid van een opstand een rebel dood
schieten. De man had zich aan de wet ver
grepen en zijn straf was welverdiend. Tot de
Sedert zijn daarbij gekomen dé advocaat-generaal
en zijn substituut-officier te Aix de naar Ajae-
ci° overgeplaatste procureur der Republiek de
advocaat-generaal bij het Hof van Poitiers en
de procureur der der Republiek te Lons-le-
Saulnier.
De studenten van de geneeskundige facul
teit te Montpellier hebben hun lessen tnogen
hervatten maar de heeren zullen tusschen mi
litaire wachten moeten passeeren en een toegang-
bewijs vertooncn.
Van den 26n wordt gemelddat professor
Mairct op zijn collegie door de studenten gëin-
terpelleerd is die hem beschuldigden hen bij
den deken te hebben aangeklaagd. Een student
verklaarde zich bereid met den hooglceraa^ te
duelleren als deze voldoening met de wapenen
begeerde. Op bevel van den deken is toen de
collegiczaal door de politie en de troepen bezet,
die een student in hechtenis namen.
Een telegram van den 27n meldtdat alle
bladen van Montpellier zonder onderscheid van
staatkundige gezindheid deu deken de oorzaak
van de nieuwe wanordelijkheden noemen.
Men gelooft dat indien de Senaat het
ontwerp betreffende de amnestie aanneemtdit
toch alleen zal geschieden met aanneming van
het amendementvolgens hetwelk zij die zich
hebben schuldig gemaakt aan misdaad tegen het
gemeene rechtvan de amnestie worden uitge
sloten.
De Senaat heeft de wet tot opheffing der be
trekking van aalmoezenier bij het leger met 175
tegen 100 stemmen aangenomeu.
De bureaux van den Senaat hebben in de
Commissie voor de amnestie gekozen 6 tegen-
en drie voorstanders van het ontwerp.
drie musketiers, die met de executie waren
belastbehoorde ook de broeder van den ver
oordeelde. Gij wist dit niet, doch de man
deelde 't u mede. Hij smeekte u een ander in
zijr.e plaats te stellen. Gij weigerdet dit. Immers,
de soldaat moet enkel gehoorzaamheid kennen
ja zelfs op zijn eigen vader en broeder schieten,'
als hem. dit bevolen wordt. Ook in dit opzicht
hadt gij gelijk gij meendet zelfs in zekere mate
door uw krijgsmanseer verbonden te zijn, daar
gij eenige dagen te voren in een aanzienlijken
kringdiezelfde woorden hadt uitgesproken. Doch
waart ge ook in uw rechtuw gedrag was niet
billijk niet menschelijk generaal. Wees thans
menschelijk. De bedoelde musketiers leiden alle
drie een ellendig leven zij wonen hierwaar
hun regiment het laatst in garnizoen lag. Een
hunner is door een ongeneeselijkc droefgeestigheid
aangetastde tweede is een volslagen dronkaard
geworden en de derde tot krankzinnigheid ver
vallen. De laatste is de broeder des terdood-
gebrachtende vader van het jonge meisje
Hertel's bruid. Zijn naam is Braun. Op dezen
oogenblik is hij stervende, doch hij worstelt
vreeselijk met den dood. Hij kan den geest
niet geveneer de schuld des broedermoords
van zijne schouders is genomen. Treed aan het
doodsbed van dien man generaalbeur hem
op, zeg hem dat gij zijne schuld op u laadt.
Dan zal de arme kunnen sterven gij zult dan
gedaan hebben wat eer [en menschelijkheid van
u vorderen en God zal ook uw doodsuur licht
maken.... Immersgij zijt meer de moordenaar,
dan de ongelukkige Braun
Eindelijk toch was de generaal ontroerd. Hij
antwoordde nietlang zag hij zwijgend voor
zich. Daarop hief hij langzaam het hoofd op.
Hij was bleek, zeer bleek. Doch nog waren
zijne trekken strak nog kon hij zijn gestalte
met fierheid oprichten. „Breng mij tot dien man",
sprak hij. ,7En Frits Hertel", vroeg Striker.
„Roep een adjudant binnen, doch niet den
ritmeester Bergraann", sprak de generaal.
Nog was het ijs niet gesmolten nog was zijn
trotsch niet gebroken.
Toen de adjudant was binnengetreden gelastte,
de generaal de invrijheidstelling van Frits Hertel
en verliet nut Striker het paleis.
Wordt vervolgd.