Nummer 95. Donderdag 2 December 1880. 3e. Jaargang Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen. FEU ILLE T O N. BUITENLAND. Frankrijk. De Verstootene. Spanje. Engeland. Duitschland. Oostenrijk. Uitgever: ANTOON TIELEN te Waalwijk De Echo van Dit blad verschijnt Woensdag en Zaterdag avond. Abonnementsprijs per 3 maanden J 1,00, franco per post door het geheele rijk f 1,15. Brieven, ingezonden stukken, gelden enz., franco te zenden aan den Uitgever. Advertentiën 1-7 regels ƒ0,60, daarboven 8 cent per regel groote letters naar plaatsruimte. Advertentiën, driemaal ter plaatsing opgegeven, worden tweemaal in rekening gebraeht Reclames beneden de rubriek Binnenland 15 cent per regel. In de kamer heeft Zaterdag de minister van buitenlandsche zaken medegedeeld dat hij Don derdag hoopt te antwoorden op de interpellatie betreffende zijne staatkunde. Daarna is de be raadslaging over de onderwijswet van Ferry voortgezettegen zijn verlangen is met 241 tegen 206 stemmen een amendement goedgekeurd krachtens hetwelk de kosten anders zullen wor den verdeeld. De senaat heeft de begrooting van binnen- landsche zaken aangenomen. Gavardi zette zijne redevoering van den vorigen dag voort en bleet zoolang aan 't woord (vijf en een half uur), dat de President voorstelde hem genoemd woord te ontnemen. Met 123 tegen 14 stemmen echter weigerde de senaat dit toe te staan waarna Gavardi van zelf ophield evenwel niet dan na aan den senaat den raad gegeven te hebben het land door een coup d'honnêteté te redden. Laisant en Rochefort zijn wegens laster in geschrifte tegenover generaal de Cissey veroor deeld tot boeten van 4000 en 2000 francs en tot een schadevergoeding van 8000, met bevel tot publicatie van het vonnis in tien dagbladen. Robert Miichel en de oude Janvier de la Motte zijr. met eenige anderen uit de Bonapar- tistische partij gescheiden omdat deze een per soonlijke vijand van Prins Jérome tot haren president had benoemd. Volgens den Soleil heeft Baudry d'Asson aan Gambetta een brief geschreven, waarin hij hem verzoekt zijne aanvraagom den voorzitter der kamer en de quaestoren te vervolgen wegens zijne willekeurige opsluiting, welk geval voorzien is bij art. 341 van het strafwetboek, by de kapier aanhangig te maken. Op den spoorweg van Niraes naar Alais was een goederentrein bestaande uit 42 wagens, geladen met veevaten wijn steenkolen enz., ter hoogte van Mas du Diable gekomentoen de kettingdie den tweeden wagen aan den eersten verbondbrak. De 41 wagens vlogen nu ten gevolge der terugwerkende kracht met XVIII. Uitgesteld. „Het is waar de juweelen welke ik dien avond droegwaren mijn eigendom niet doch ik dacht er den geheelen nacht over naop welke wijze ik een gedeelte van mijn overige sieraden te gelde zou kunnen maken. Den vol genden dag kwam Mr. Tatham op Poynings en verhaalde mij de geschiedenis van een zijner clienten. Deze was een zeer rijke dame, die uit liefde een huwelijk aanging met een man die veel jonger zijnde dan zij haar vermogen door bracht en haar geheel zou geruïneerd hebben zoo hij niet op de jacht door een val ware ge dood geworden. Na dien vroegtijdiger! dood kwamen er eene menigte eerlooze handelingen van hem aan het licht. Onder anderen had hq door tusschenkomst der kamenier de diamanten ziiner vrouw gestolen en de edelgesteenten door een bekwaam Fransch juwelier door valsche doen vervangen. Zijne vrouw had van dezen diefstal niet het minste vermoeden en deze zou misschien ook nog niet zoo spoedig ontdekt geworden zijn, zoo men niet de rekening van den goudsraid onder zijne panieren gevonden had. Men onder zocht bij den juwelier en vernam de geheele toe dracht der zaak. Toen ik dit verhaal hoorde was mijn besluit genomen u het geld op eene dergelijke wijze te bezorgen." „O, moeder Zij hief hare hand op teneinde hem voor zichtigheid aan te bevelen en vervolgde toen met zachter stem - „De juweelen welke ik verruild heb, waren snelle vaart achterwaarts met dat gevolgdat zij in botsing kwamen met een anderen goede rentrein die gereed stond aan het station te Courbessac. Meer dan veertig wagens werden verbrijzeld en vormden met de ©verblijselen der dieren wijnvaten enz. eeu akelig verwarden hoop, die staking van den dienst tot den vol genden dag noodig maakte. Een oppasser van het vee en een spoorwegbeambte zijn gedood. Twee andere personen werden nog vermist. Janvier de la Motte, vader, heeft, evenals Robert Mitchellzijn ontslag genomen als hd der partij van het beroep op het volk. Ze zijn hiertoe overgegaanomdat de part ijbij de nieuwe samenstelling van haar bureauGa— nivet en Paul de Cassagnacdie beiden prins Jérome Napoleon vijandig zijn tot vooizitter en vice-voorzitter gekozen heeft. In de dagbladen wordt dezer dagen veel beweging gemaakt over een huwelijk van den zoon van prins Pierre Bonaparte met mej. Blanc, de doclUer van den bekenden pachter van de speelbank te Monaco. Een deel der pers schijnt hier misbruik te maken van het vertrouwen, dat men in haar gesteld heeft. Er is bij dit huwelijk sprake van millioenen, die de jonggehuwde haar gemaal hee'ft verzekerd en door welke omstan digheid men beweert dat de aandacht der Eu- ropeesche mogendheden ernstig is gevestigd op de speelbank, die zoo productief blijkt te zijn. Naar luid van een telegram aan deu Temps zijn de gewezen hertog en hertogin van Parma door de regeering verzocht het Spaansche grond gebied te verlaten aangezien hunne komst in verscheidene steden des lands voor de Carlistcn eene aanleiding was om feesten te geven en re cepties te houden. Zaterdag is onder Voorzitterschap van koningin Victoria op Windsor een kabinetsraad gehouden, waar besloten is het parlement tegen 6 Januari bijeen te roepen, veel vroeger dus dan gewoonlijk het geval is. Blijkbaar is de toestand van Ier land hiertoe de aanleiding. Dit blijkt wel een weinig uit de redevoering, Zaterdag 1.1. te Hanley door Lord Granville, den minister van buitenlandsche zaken, gehouden. Hij noemde daarin den toestand van Ierland vernederend. Immers alle waai borgen voor vei ligheid van leven-en eigendom ontbraken en onmogelijk was het dien toestand langer te laten voortduren. De regeering zou aan 't Parlement maatregelen moeten voorstellen voldoende voor het oogenblik en waarborgen gevende voor de toekomst. Tot de bespreking der Oostersche quaestie overgaande zeide Granville, dat men de Gnksehe aangelegenheden onmogelijk onafgedaan kon laten Hij°erkende, dat Engeland had voorgesteld Smyrna te bezettenmaar alleen bij Rusland en Italië instemming had gevonden. Oostenrijk beloofde eerst mede te doenmaar trok zich later terug. Toen weigerden ook Fiankrijk en üuitschland. Inmiddels had de Porte van de onderhandelingen gehoord en besloten Dulcigno af te staan. Granville weidde hierna uit over de voordeelcn van het samengaan der mogend heden en hoopte dat met name de betrekkingen tusschen Engeland en Rusland langen tijd zoo innig vriendschappelijk zouden blijven als thans. In Ierland hebben weer een aantal gewel denarijen plaats gehad. Stapels turf en voorraad schuren zijn vernield van pachters die hun pacht betaald hadden, tn bij Cahir in Tipperary is men weer bezig een landheer te Boycotten, dat is hem alle diensten te weigeren, In een dorp in Cork weigeren de hoefsmeden de paarden te beslaan van ieder die geen lid is der land-liga. Uit Herat wordt gemeld dat Ajub-Kan s toestand daar zeer moeielijk is. Hij had geen hulpmiddelen meer en nog maar zeer weinig aanhangers. Kapitein Boycott's helpers uil het noorden zijn thans, na veertien dagen te Lough Mask vertoefd te hebben, onder een sterk militair ge leide naar huis teruggekeerd. Vader O'Mally, de bekende pastoor van Lough Mask, had een der mannen van Mayo verzocht ter wille van de goede zaak, die zij zoo wakker verdedigden, de oranjemannen en de Engelsche troepen rustig te laten 'vertrekken. Er hebben dan ook op hun weg naar Balinrobe of in die plaats zelf, waar de mannen uit Ulster den nacht doorbrachten, geen ouordelij kliedert plaats gehad Kapt. Boycott zou zich naar Claremorris be geven, onder escorte van een afdeeling huzaren. Verscheiden streken van Schotland werden Zaterdag door een buitengewoon hevigen storm geteisterd. In de haven van Glasgow waagde zich geen enkel schip naar buiten. De rivieren Clyde, Tay en Tweed traden buiten hare oevers. Het werk der beproeving van de oude pijlers der Taybrug moest tengevolge van het zware weer gestaakt worden. Te -Hickcaldy strandde een Fransche schoener en verscheiden visscliers- booten gingen met man en muis te gronde. Te Edimburgh werden door de orkaan schoor- steenen weggeslingerd, huizen gedeeltelijk van hun dak beroofd en levende wezens van de straat opgenomen. Londen's Lord Mayors zijn altijd beroemd geweést om hun gastvrijheid. ,De onlangs afge treden sir Francis W. Truscot heeft echter daarin de meeste zijner voorgangers overtroffen. Hij ontving in het jaardat hij zijn ambt bekleedde, niet minder dan 12000 gasten op feestmalen, dejeuners enz.terwijl ruim 5000 personen van r^ng en aanzien op recepties en soirees zijn gastvrijheid genoten. Dezer dagen werd de Oldenburgsche spaar en leenbank door een van hare beambten be stolen. De dief ging op de vlucht. De bank zal echter schadeloos wegkomen, want onder de zaken, die ten huize van den dader in beslag zijn genomen, was een Freiburger lot, serie 641a not 48, waarop voor eenige dagen de prijs van 40,000 fr. getrokken is. Te Breslau zijn een aantal Joden niet herkozen als leden van den gemeenteraad en te Berlijn heeft de politie een aantal anti-Semiti sche plakkaten afgescheurd. mijn eigendom, George. Mr. Carruther» had mij op den dag o*zer verloving een armband met diamanten gegevenvan een betrekkelijk hoog»; waarde. En daar het voor u was besloot ik het offer te brengen." George Dallas had zijn gelaat in de handen verborgen en zweeg. „Door eenige vragen wist ik de nieuwsgierig heid- van mr. Carruthers op te wekken", vervolgde zij. Hij vraagde mr. Tatham naar de bijzonder heden der vreemde geschiedenis waar dc na gemaakte diamanten vervaardigd waren hoeveel zij kostten, enz., en gaf mij daardoor alle noodige inlichtingen. Die armband was het eenige mijner kleinodiën die de vereischte waarde bezat en ik heb het gedaan Georgeheb het voor u gedaan en zou het in een gelijk geva ook heden nog doen maar het gevoel van mijn gemaal op deze wijze te misleiden is diep beschamend voo»" mij." #t George Dallas bleef het diepste stilzwijgen bwaren. Hij gevoelde het met knagendzelf verwijt tot welk een onwaardige daad hij zijne moeder gedwongen haddoch de verbittering teen den echtgenoot zijner moeder was zoo hevigdat hij zelfs niet van tien ongelijk dezen aangedaan hooren wilde. Hij stond op en begon in de kamer op en neder te loopen. Zijne moeder zuchtte diep. „George gij weet dat het niet de eerste maal is dat ik om u lijd", begon zij na eene pauze „maar gij weet ook, dat dit de eerste daad van mijn leven is waarover ik mij heb te schamen." George staakte plotseling zijne wandelingen, bleef voor zijne moeder staauknielde naast haar neder, klemde haar in zijne armen en kuste haar. Als hij weder opstond zag zij hem aan met een gelaatwaaruit hoop en moederliefde straalden. Te Praag is eene vergadering van de Jong- Czechen, wegens verregaande ontstuimigheid ontbonden. Vechtende werd de troep uiteen gejaagd. „Laat mij u verhalen hoe ik het heb aange legd", vervolgde zij. „Ik heb te Parijs eene oude schoolvriendin, een Francaise, wie ik schreef dat ik een armband wenschte te hebben van nagemaakte steenen geheel als de mijne. Als reden gaf ik op dat onze Engelsche mode het draden van twee armbanden eischte er. ik op het oogenblik niet in staat was een ander van echte stevenen te koopen. Ik verzocht haar het stiptste stilzwijgen te bewarenen ben er zeker van dat zij "er niet van spreken zal want zij bemint o-eheimen bijna e"enzeer als haar toilet. Met den meesten ijver nam zij dan ook de zaak voor mij op en reeds gisteren verwachtte ik de beide armband »n terug. t> „Aan welk een gevaar hebt gij u blootgesteld, moeder. Zoo gij nu in dien tusschentijd uw armband eens hadt moeten dragen", sprak George. „Wat kon dat helpen", hernam mrs. Carrut hers. „Het eene bedrog zou dan het andere ten gevolge gehad hebben. Zoo de gelegenheid zich had opgedaan waarbij ik den armband had moeten dragen dan zou mr. Carruthers er zeker naar gevraagd hebben. Ik had dan gezegd,, dat ik ze "had gegeven om schoon te maken en hij zou boos geweest zijn dat ik dit buiten zijne voorkennis gedaan had." „Oude onbeschofte tiran", zeide George. „Ik was op dit alles voorbereid, doch geluk kig werd mij die leugen bespaard", vervolgde mrs. Carruthers. „Mr. Carruthers moest naar York en bevindt zich daar nog. Het treft bij zonder gelukkig dat het pakje gedurende zijn afwezen aankomt. Mijne vriendin schreef mij dat zij gereed stond het af te zenden en ik schreef haar onmiddelijk het aan uwe min Brooks te adresseeren." „Welke reden hebt gij haar daarvoor opgege ven moeder vraagde George. „Natuurlijk was een tweede logen daartoe noodig", hernam mrs. Carruthers treurig, terwijl zij met genoegen bemerktehoe dit ook haar zoon pijnlijk aandeed. ,„Ik gaf eene zeer ge makkelijk te begrijpen reden aan en wachtte van daag de bracelet terug. In plaats daarvan echter ontving ik heden een brief van mijne vriendin, waarin zij meldt de gelegenheid gehad te nebben, het pakje aan een harqr bekenden mede te geven en het zou mij dus twee of drie dagen later in handen komen." „Vervloekte Fransche gierigheid riep George ontevreden. „Aan welk gevaar stelt zij ons niet blootterwijl zij mij dwingtnogmaals herwaarts te komen." „Het is minder gierigheid dan voorzichtigheid George. Ook weet zij nietdat er een dreigend gevaar mede moet afgewend worden." „Maar wat nu?" vraagde George ecnigszins kalmer. „Kunt u niet een paar dagen tc Amherst blijven vraagde zijne moeder. „Is er niets dat u noodzaakt naar Londen terug te keeren, dan zou het best zijn hier te blijvenwant gij behoef niet bang te zijndat mr. Carruthers u zal zien." „Welnu, en zoo hij mij al zag?" viel George haar toornig in de rede. „Behoort Amherst hem dan Misschien wel de zonneschijn en de versclie lucht Mij dunkt dat het genoeg is zoo ik maar niet op Poynings kom." Mrs. Carruthers was opgestaan en zag hem smeekend aan. „BedenkGeorgedat elke stap van uwe zijde tegen den wil van mr. Carruthers u in de oogen der wereld beschuldigen zou of zoo u dat onverschillig is bedenk dan dat hij mij tl echtgenoot is er. ik hem lief heb. (Wordt vervolgd.)

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1880 | | pagina 1