Nummer 16. Donderdag 24 Februari 1881. 4e. Jaargang
Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen.
FEUILLETON.
BUITENLAND.
Belgie.
De Yerstootene.
Frankrijk.
Spanje.
Engeland.
Uitgever: ANTOON TIELEN te Waalwijk.
Dit blad verschijnt Woensdag en Zaterdag avond.
Abonnementsprijs per 3 maanden ƒ1,00, franco per post door
het geheele rijk f 1,15. Brieven, ingezonden stukken, gelden
nz., franco te zenden aan den Uitgever.
Advertentiën 17 regels 0,60, daarboven 8 cent per regel
groote letters naar plaatsruimte. Advertentiën, driemaal ter
plaatsing opgegeven, worden tweemaal in rekening gebracht
Reclames beneden de rubriek Binnenland 15 cent per regel.
In de maand Juli aanstaande zal er te Gent,
op het St. Pietersplein, een prijskamp plaats
hebben van melkkoeien, vaarzen (Hollaudsche
Vlaamsche of andere rassen en haar kruisingen)
melk, boter, kaas, zuivehverktuigen, voortbreng
selen dienende tot het maken van boter en kaas,
eindelijk plans en bestekken in verband staande
met de zuivelbewerking.
Deze wedstrijd, ingericht door de Landbouw-
maatschappij van Oost Vlaanderen, zal Zondag 10
Juli geopend en Donderdag 14 Juli gesloten
worden.
Om tot de prijskampen der eerste afdeellng
(vee) te worden toegelaten, moet men lid zijn
van een der maatschappijen of landbouwsectiën
van Belgie en eigenaar, op het oogenblik der
inschrijving van het dier, dat men voornemens
is ten toon te stellen.
Tot de tweede cn'derde afdcclingen (zuivel
producten en werktuigen) worden mededingers
van alle landen uitgenoodigd.
Zij, die zouden willen mededingen, hetzij met
hun vee, hetzij met hun machines en werktuigen
bestemd voor de zuivelbereidingzuilen hun
verklaring franco moeten inzenden voor 15 Mei
1881, aan den heer Louis Tydgadt, secretaris
der Land bouwmaatschappij van Oostvlaanderen,
Dierentuindreef, no. 59, te Gent.
Het dagelijksch bestuur van Brussel is
nog altijd niet gereconslitueerd en men ziet geen
middel om er|langs den gewonen weg toe te
geraken. Heljjjrorap-bestuur heeft dan nu ook
eindelijk besloten, tusschentijdsche verkiezingen
uit te schrijven tot vervulling van de twee plaat
sen, in den raad vacant geworden door het
overlijden van den heer Orts en door het be
danken van den heer Van der Strae;en. Dat
besluit verdient 'toejuiching. In de gegeven
XXVI.
Eene schrede tot ommekeer.
Den ganschen weg over naar Amherst en op
zijn terugtocht naar Londen waren de gedachten
van den jongeling alleen gevestigd op zijne toe
komstige plannen en nauwelijks hield de trein
aan London Bridge stilof het besluit stond bij
hem vast zich naar het bureau van de „Mer-
curius" te begeven en zich bereid te verklaren
tot meerdere uitbreiding van werkzaamheden.
Hij ging door Boroughstreet over de Blackfriars
Bridge en door een doolhof van straten, tot hij
aan een oud groot huis kwamboven welks
ingang met groote half uitgewischte letters stond:
«Expeditie van de Mercurius." Hij belde. Hij
belde. Een knaap vertoonde zich en liet den
;ongelir.gdien hij reeds kendeonmiddellijk
binnen. Een donkere gang en een moeielijke
trap brachten hem naar de deur van het heilig
dom der redactie.
Hij klopte aan en bijna op hetzelfde oogen
blik bevond hij zieh in eene ruime, sombere
kamer. Op den grond lag een oud gescheurd
Turksch tapijt, aan der» wand hingen eenige boe
kenplanken landkaarteneene oudcrwetsche
hangklok en eene met stof bedekte buste. Midden
in het vertrek stond eene oude schrijflessenaar
met schrijfgereedschap, brieven', manuscripten,
visitekaartjes ordebriefjes bedekt en met spreek
buizen voorzienwelke het verkeer met de
drukkerij en de andere lokalen van het gebouw
gemakkelijk maakten. Aan deze tafel, tegenover
den grooten inktkokerzat een man van onge
veer vijftig jaarmet een kaal hoofd zwaren
baard scherpziende grauwe oogen, goed gesneden
gelaatstrekken en een vriendelijk voorkomen.
Het was mr. Leigh de uitgever van de //Mer
curius." Toen George binnentradzag hij op
en zijn eerst ernstig gelaat nam eene vriendelijke
omstandigheden behooren de kiezers der hoofd
stad de richting aan te geven, waarin de keuze
van een nieuwen burgemeester en de aanvulling
van het dagelijksch bestuur moet geschieden.
De gemeenteraad van Brussel heeft met
algemeene stemmen het voorstel aangenomen om
opheffing te vragen van het artikel der gemeen
tewet, hetwelk aan de gemeenten de verplichting
oplegt, om op hare begrootingen zekere subsi
dien ten behoeve van eeredienst uit te trekken.
Op de ceintuurbaan tc Brussel had Zater
dag een groot ongeluk kunnen plaats hebben.
De passagierstrein, die ten 5 ure der morgens
het Noorderstation verlaat, liep bij Laeken een
goederentrein in de flank. Ofschoon de schok
licht was, werden niettemin vijf wagens van den
goederentrein omgeworpen.
Niemand der reizigers van den passagierstrein
bekwam eenig letsel.
De senaat heeft het invoerrecht op rundvee
verhoogd met 24 francs per stuk (van 6 tot 30.)
Het Journal Officicl bevat een presidiaal
besluitwaarbij de invoer van gezouten varkens-
vleesch uit de Vereenigde Staten in geheel het
land wordt verboden. In den laatsten tijd zijn
herhaaldelijk gevallen voorgekomen van het vinden
van trichinen in spek.
De afgevaardigde Menier, meer bekend
als chocoladefabrikant, is overleden. Hij was een
ijverig lid en verheven boven de flauwe aardig
heden, die sommige collega's naar aanleiding
van zijn bedrijf af en toe ten beste plachten te
geven.
Te Dowai is brand ontstaan in de droog
plaats der patronenfabriek. Het vuur deelde
zich spoedig mede aan de gebouwen, waar de
werklieden bezig waren met het vervaardigen
van patronen. De gebouwen zijn geheel in de
uitdrukking aan.
„Zijt gij daar Ward zeide hij. „Wij hadden
u niet voor morgen terugverwacht. Wat heeft
u zoo spoedig weder herwaarts gevoerd mijn
jongen
Voor George nog kon antwoorden kwam een
jongeling uit een naastbijzijn Je kamer binnen
en reikte hem de hand.
z/Wat, Paul, oude jongen gij komt alsof
gij geroepen waart. Hij heeft zeker alweder een
aantal nieuwe idecn opgedaan en komt ze met
u bespreken, mr. Leigh," 1 yftf*
//Gij hebt builen den wflard gerekendmr.
Cunningham", hernam Geofge lachende. „Ik
kom zoo even van den spoortrein moest hier
voorbij en wilde zien* hoe gij het zonder mij
steldet."
„Een gelukkig toeval voert u herwaarts", her
nam mr. Cunningham. „Nooit had gij beter
kunnen komen. Die verwenschte Schimmer heeft
ons weder in den steek gelaten. Hij had het op
zich genomen een roerend artikel te schrijven
over den moord
„Over welken moord
Hoe weet gij er nog niets van Ik vergat
dat hij gedurende uwe afwezigheid gepleegd is.
Men heeft het lijk in Rotherhithe of daar ergen3
gevonden. Schimmer zou een artikel schrijven,
waarin hij op (ie slechte organisatie en onhandig
heid der politie schimpte, enz. en nu laat
hij ons in den loopterwijl ik hier zit en mij
te vergeefs den kop gek maak, want van zulke
dingen heb ik volstrekt geen verstand."
„L)at spijt mij om uwentwil, Cunningham,"
zeide George lachende„maar met den besten
wil kan ik u heden niet helpen. Ik ben slaperig
en moede, weet bovendien van den moord niets
af en verlang naar bed. Evenwel was ik gekomen
om de redactie te zeggen dat ik van morgen
af aan bereid ben het dubbel van mijn gewone
werk te leveren."
„Zeer goed Ward het zal ons altijd aange
naam zijn u werk te geven", zeide mr. Leigh.
„Ga nu echter naar huis en naar bed, want gij
asch gelegd. De vaatjes buskruit zijn nog tijdig
genoeg geborgen. Zonder dat ware de ramp
niet te overzien geweest. De schade is groot.
Een tweede sneeuwval heeft al hetgeen
nog van het dorp Brcnières overeind stond ver
nield. Woensdag stortte een vreeselijke snoeuw-
massa van den berg Burri naar beneden en
bedolf veertien huizen die bij den sneeuwval
van 13 dezer gespaard waren gebleven. Overeen
oppervlakte van veertig mijlen ligt de sneeuw
van 15 tot 20 el hoog.
Zeven-en-twintig personen werden levend en
negen dood van onder de sneeuw te voorschijn
gehaald. De schade wordt^op 800.000 fr, ge
schat. -
Dc bewoners der naburige valleien verkeerden
in wanhopigen angst.
Vijf personen zijn nog onder de sneeuw be
graven en men vreest lieu niet levend voor den
dag te zullen brengen.
In een dorpje bij Angoulême moesten
twee deurwaarders den boedel van een der be
woners in beslag nemen waarheen zij zich af
zonderlijk begaven. Te nauwernood was *de
eerste het huis binnengetreden of hij ontving
een geweerschotdat hem ter aarde wierp. De
tweede werd gelukkig bij tijds gewaarschuwd
en snelde naar den procureur der republiek, die
terstond de gendarmerie afzond. De moordenaar
had intusschen de vlucht genomen en was tot
nu toe nergens te vinden.
Het bericht omtrent een vreeselijk ongeluk
op den Mout Cenisspoorweg blijkt gelukkig on
juist te zijn geweest. De weg is over een lengte
van 500 meter door eene lawine bedolven, zoo
dat het verkeer gestremd werd maar ongelukken
vielen er niet voor.
De minister van koloniën heeft naar Cuba
bevel gezonden om alle vervolgingen wegens
ziet er doodmoede uit."
Dallas gaf beiden de hand en vertrok.
„Het verheugt mij te vernemen, dat Ward
weer voor ons werken wil", zeide Cunningham,
toen hij met zijn patroon weder alleen was. „Hij
is duivels bij de hand als hij zich eenige moeite
geven wil veel meer clan Schimmer en veel
beschaafder en fatsoenlijker ook."
„Dat is zoo", hernam Grafton Leigh, „het is
bepaald een aanwinst voor het blad. Zoo zijne
gezondheid het maar toelaat. Hebt gij wel op
gemerkt hoe vreemd hij er uit zag Hij kwam
mij zoo gejaagd voor, even als iemand die hevige
gemoedsbewegingen gehad heeft."
IIoc mrs. Routh zich omtrent den armband
gedraagt.
Het was reed» laat toen George Dallas de
woning van Routh in South Maltonstreet be
reikte zoo laat, dat hij het voor noodig hield
zijne komst door een bijzonder kloppen, dat
alleen den ingewijden bekend was aan te kon
digen. Hij gaf het bekende signaaldoch de
deu»" werd niet geopend en na het nog twee
maal herhaald te hebben stond hij gereed zich
te verwijderen, toen Harriet eindelijk zonder het
minste geraas te maken de deur opendeed. Zij
had een kaars in de hind met een scherm er
over en bij dit doffe licht wist Dallas niet of
hij zich bedroogdat zij er bleek en ontsteld
uitzag. Zij noodigde hem uit in de woonkamer
te gaan en bemerkte dat zij kort te voren het
gaslicht had uitgedraaid om te bed te gaar..
„Het spijt mij u te storen", zeide hij, terwijl
zij het licht op de tafel zette, zonder het gas
licht weder aan te steken. „Maar ik had Routh
zoo gaarne gesproken is hij te huis
„Neen, hij is niet thuis", hernam Harriet;
„hebt gij zijn brief niet ontvangen?"
„Welken brief? Ik heb niets van hem gehoord,
want ik kom rechtstreeks van Amherst. Maar
gij ziet er ziek uit, mrs. Routh scheelt u
iets of is er iets gebeurd
•„Neen", viel zij hem haastig in de rede „mij
politieke misdrijven en persdelicten te staken en
in de Antillen dezelfde vrijheden te verleenen
als op het schiereiland. De minister bericht
dat hij zich bezig houdt met finantiële cn eco
nomische hervormingen voor de Antillen.
Verschillende democratische banketten worden
aangekondigd.
Vele uitgewekenen zijn uit Andorra te Urgel
aangekomenin afwachting dat Frankrijk en
Spanje de rust in het land hersteld hebben.
De berichten omtrent de Transvaalsche zaken
zijn op de meest zonderlinge wijze met elkander
in strijd. Eerstens natuurlijk de vredes-berichten
met de oorlogstijdingen en vervolgens deze laatste
onderling.
Zaterdag heette hetgelijk men weetdat
thans rechtstreeks tusschen de Engelsche regee
ring en de Boeren over den vrede werd onder
handeld en wel naar aanleiding van de voor
waarden door laatstgenoemde uit Heidelberg
verzonden terwijl ter zelfdertijd ongeveer een
bericht arriveerde, volgens 't welk Collcy en
Wood besloten zonden hebben voorloopig niets
te ondernemen en eerst te wachten tot alle ver
sterkingen in den omtrek van Newcastle zouden
zijn aangekomen. Wood zou dan weer teruggaan
om die hulp-colo: ne te organisseeren en Colley
blijven waar hij was schoon 't omgekeerd
merkt de Pali Mailpop misschien beter zou
zijn geweest.
Hiermede zouden^minstens |10 a 14 dagen
moeten zijn verloopen doch nu komt Zondag
liet berichtdat een gevechten wel een be
slissend zeer aanstaande is. De Engelsche
troepen werden te Mount-Prospect samengetrok
ken en maakten zich gereed den Langnek-pas
aan te tasten waar de Boeren in groote getale
vereenigd waren, vast besloten zich tot het
uiterste te verdedigen. Zondag of Maandag ver
wachtte men dat gevecht.
Een Maandagmiddag utfT Londen ontvangen
scheelt niets. Routh heeft slechts eenige onaan
genaamheden gehad en ik ben vermoeid".
Dit zeggende schoof zij het licht verder van
zich, leunde met de ellebogen op de tafel en
liet haar hoofd in hare hand rusten.^George
zag haar bekommerd aan. Hij had eengevoelig
hart en vergat zijn eigen leed als hij eene vrouw
of een kind lijden zag. Maar zijne medelijdende
blikken waren Harriet pijnlijk zij bewoog zich
onrustig heen en weder op haren stoel ven zeide
op bijna onvriendelijken toon
„Ik bid ubekommer u om mij niet, mr.
Dallas het komt er niet op aan. Vertel mij
liever hoe gij te Poynings gevaren zijt. Heeft
uwe moeder woord gehouden? Hebt gij het
geld medegebracht? Ik hoop het, want ik moet
u zeggen, dat het met de zaken van mijn man
niet naar wensch gaat, dat hij het geld noodig
heeft en het met ongeduld verwacht. Ik kan
niet begrijpen hoe het mogelijk is dat gij zijn
brief niet ontvangen hebt."
„Mijne reis is niet vruchteloos geweest", ant
woordde George. „Mijn moeder heeft woord
gehouden God zegene [haar. Ik kwam om
Routh te zeggen, dat hij het geld ontvangen
kan."
Op eens zweeg hij stil en beschouwde vol
verwondering het zonderlinge gedrag van Harriet.
In weerwil van het kort te voren uitgedrukt
verlangen naar geld had zij zich van hem af
gewend en scheen met groote oogen en half
geopenden mond naar een verwijderd geraas te
luisteren. Nogtans bemerkte zij dat hij haar
gadesloeg.
„Ik verzoek u ga voort ik verlang er zeer
naar uwe geschiedenis te hooren", zeide zij met
aandrang.
„Mij dacht dat gij iets wachttet dat gij
naar iets luisterdel", hernam George.
„Dat is zoo ik luister naar u", hernam
Harriet met een gedwongen lach. Vervolg."
Wordt vervolgd.