Nummer 13.
Donderdag 14 Februari 1884. 7° Jaargang.
EENE HERINNERING.
Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen.
X
FEUILLETON.
Bekendmakingen.
BUITENLAND.
Belgie.
Frankrijk.
a
Uitgever: ANTOON TIELEN te Waalwijk.
STAAT VAN BRIEVEN
E. W
E R N
E R.
Dit blad verschijnt Woensdag en Zaterdag avond.
Abonnementsprijs per 3 maanden 1,00, Iranco per post door
het geheele rijk f 1,15. Brieven, ingezonden stukken, gelden,
enz., franco te zenden aan den Uitgever.
Advertentiën 1—7 regels 0,60 daarboven 8 cent per regel
groote letters naar plaatsruimte. Advertentien 3 maal terplaat
sing opgegeven, worden 2maal berekend. Advertentiën voor
Duitschland worden alleen aangenomen door het advertentie
bureau va Adolf Steiner,Hamburg. Reclamesl5 centperregel
geadresseerd aan onbekenden.
Verzonden gedurende de le helft der maand Jan.
Van Waalwijk
Me]. Cato van DoornTiel.
Van Baardwijk
A. van Wiege, Sneelc.
Kunnende de brieven door tusschenkomst van
het postkantoor terugbekomen worden.
De Directeur,
BAGGERMAN.
Het gemeentebestuur van Waalwijkgezien het
adres van Adrianus Verhoeven, te Waalwijk, ver
zoekende vergunning tot bet oprichten eener
broodbakkerij in het perceel sectie Cnos 490
491 en 492, der gemeente Waalw k gelet op de
wet van den 2 Juni 1875 [Staatsblad no 96], tot
regeling van het toezicht bij het oprichten van
inrichtingenwelke gevaarschade of hinder
kunnen veroorzakenbrengt het door den adres
sant gedane verzoek ter algemeene kennismet
bericht, dat he^ daartoe strekkend verzoekschrift
met de bijlagen, bedoeld in art. 5 der voorschreven
wet op de secretarie der gemeente ter kennisne
ming is ter visie gelegden dat op den l4n dag
na de dagteekening dezes, zijnde 26 Februari 1884,
door burgemeester en wethouders des voormiddags
11 uurop het gemeentehuis eene zitting zal
worden gehouden, ten einde een ieder gelegenheid
te geven, zijne bezwaren tegen die oprichting,
mondeling of schrifielijk in te brengen.
Waalwijk12 Februari 1884.
Burgem. en wethouders voorn.,
P. VAN ES(L. b.)
De Secretaris,
F. W. VAN L1EMPT.
De inschrijving op de aandeelen in de Ant-
werpsche tentoonstelling schijnt, hoewel de cijfers
nog niet openbaar gemaakt zijn niet zoo groot
geweest te zijn als men meende te mogen ver-
Naar het Duitsch van
XIV.
Ja, dat was toen, sprak Stephanie bijna
fluisterend.
En gisteren hebt ge mij dat opnieuw gezegd.
Gisteren waart ge ook afschuwelijk.
Neen, ik was alleen ijverzuchtig, jaloersch,
was het met vuur uitgesproken antwoord.
Jaloersch vroeg Stephanie met verbazing.
Maar in 's hemels naam op wien dan toch
Immers niet op Bergfeld
Onmogelijk zou zij zich beter hebben kunnen
rechtvaaidigen, dan door den toon, waarmee zij
dezen naam uitsprak, een loon waaruit verwon
dering en diep medelijden sprak zoodat Eelix
iederen twijfel moest loslaten en met het be
wustzijn zijner dwaling het berouw kwam over
de verfoeilijke bejegening zijner lieve nicht aan
gedaan.
Ik deed u onrechtsprak hij, ik zie het
op dit oogenblik duidelijk in. Maar waarom
moest ge ook zoo hardnekkig volhoudenom
op dat uur uwe vriendin te bezoeken. Ik
geloofdedat dit een anderen dieperen grond
had en die meening pijnigde en verontrustte mij
zoozeerdat ik voor iedere redeneering doof
bleef. Stephanie wees niet boos
Stephanie zag er in het geheel niet boos
integendeel zeer bekoorlijk uit. Mocht de ty-
rannie van haren toekomstigen aangewezen
echtgenoot haar gister ondragelijk en verregaande
toegeschenen hebben als uitvloeisel van zijne
ijverzucht was zij toch zeker min of meer ver
schoonbaar. Dat veranderde de zaak geheel en
wachtenhoewel voor meer dan het voor de
openbare inschrijving beschikbaar gestelde bedrag
van fr. 1,300.000 genomen is. De Koophandel
van Antwerpen deelde de merkwaardige bijzon
derheid mede dat het geheele bedrag alléén te
Antwerpen geplaatst was.
Na eene maandenlange instructie en voor-
loopige hechtenis van Pierre Xavier heeft de
5de kamer van het Brusselsclie hof van appél
Zaterdag namiddag beslist, dat er geene gronden
bestaan om hem verdacht te houden van het
plegen der bekende misdaad op de lljarige Marie
Walschaertte MolenbeekSt. Jean op 26
December 1882 en hem deswege naar de open
bare terechtzitting voor de assises te verwijzen.
Het hof heeft daarom Pierre Xavier van rechts
vervolging ontslagen en zijne onmiddellijke in
vrijheidstelling bevolen.
De commissie uit de Fransche kamer tot on
derzoek der nijverheids-crisis heeft den heer
Spuller tot haren voorzitter gekozen. Deze hield
bij de aanvaarding van zijn voorzitterschap eene
redevoeringwaarin hij zijne ambtgenooten aan
spoorde om in socialistischen geest werkzaam te
zijn allereest de Parijsche crisisdaarna de
algemeene crisis te onderzoeken en tevens de
socialistische beweging in het buitenland te .be-
studeeren.
Van admiraal Courbet is bericht ontvangen,
dat de expeditie in de provinciën Nam-üinh
en Son-Tay is afgeloopen. De opstandelingen
zijn met aanzienlijk verlies uiteengejaagd. Het
opperhoofd Dedoc is gekwetst en heeft in Bac-
Ninh eene schuilplaats gezocht. Onder de Chi-
neesche en Anaraietische troepen in Bac-Ninh
zou oneenigheid heerschen. De stemming aan
het hof van Hué blijft uitmuntend.
Een Franschman deelt in de Tablettes des
des Deux-Charentes een staaltje mede van de
wijze hoe de Franschen oorlog voeren in Tongkin.
De schrijver, een ooggetuige, meldt het volgende
van 20 December 1883 „Sontay werd verde
digd door eene reeks omliggende versterkte
waarlijk het leek ook tegelijkertijd een beetje
romantisch in het oog der jonge dame, Deze
vond den toestand echter thans te behaaglijk en
te streelend voor haar vrouwelijken trots om
zoo dadelijk vergeving te schenken, en wijl tranen
niet ongewoon bij het teere geslacht, wel
haar te allen tijde ten dienste stonden, daarom
begon ze smartelijk te weenen en verklaarde zich
diep gekrenkt door zijn ongerechtvaardigde ach
terdocht.
Felix vond het noodig den arm om het
tengere midden der w'éenende te slaan, ten einde
haar en ook zich zeiven op die wijze te
troosten want hij had diep, diep berouw. Hij
beschuldigde zich van overijlingvan hardheid,
van onverantwoordelijken driftjahij vond
geen bezwaar zich voor den grootsten booswicht
ter wereld te verklaren al was het alleen maar,
om op deze wijze vergeving te verwerven. Ste
phanie's hoofdje was tegen zijn schouder geleund,
de tranen vloeiden nog wel in ruime mate over
dat frissche gelaatmaar evenals de Mei-zon
bij wijlen door den zoelen regen heenschijnt
trad ook het vriendelijk lachje eindelijk door de
betraande oogen te voorschijn. Wat was ze
verrukkelijk schoon op dat oogenblik I En nu
volgden ophelderingen van weerszijden, beloften,
smeekingen, verzoening en het einde was
een liefdesverklaring van Felix met vuur en in
welgekozen woorden uitgesprokenwaarbij tot
groote zelfvoldoening van Stephanie de traditi—
oneele ridderlijke knieval niet achterbleef. Het
of- en defensief verbond, door beiden eens ten
wederzijdschen afschuw gesloten werd na
tuurlijk in anderen vorm en in andere betee-
kenis op nieuw bezworen en door een hartelijke
omarming bezegeld.
De welbekende zware tred van den generaal
in de voorkamer schrikte het jonge paar op
het vloog uit elkanderen toen de generaal
binnenkwam stond Stephanie in een hoek aan
het bloemtafellje en boog haar gloeiend rood
dorpen. Deze werden genomen; maar nu moesten
npg twee forten worden veroverd, die in dezelfde
linie van verdediging lageneen zwaar werk
waarbij 224 der onzen, onder welke 20 officieren,
buiten gevecht gesteld werden. De stormaanval
werd uitstekend uitgevoerdde Turko's lieten
zich in den vollen zin van het woord in de pan
hakken. De arine drommels hadden niet ver
wacht zulk een vijand te zullen vinden. Den
15den was h?t rustdag. Den 16den werd eene
verkenning naar den buitenwal der stad gedaan.
Die wal was geducht versterkt. Vier bataljons
maakten er zich meester van na een gevecht
van vijf uren waarbij zij 57 man verloren. De
vergelding was echter verschrikkelijk. De Turko's
en de soldaten van het vreemden legioen plun
derden de stad en joegen al wat hun tegemoet
kwam over de kling."
Volgens tijdingen uit Marokko heeft de
sultan een bevel uitgevaardigd waarbij de toe
gang tot de provincie Tl if aan de Europeanen
verboden wordt. Frankrijks vertegenwoordiger
heeft geprotesteerd tegen deze inbreuk op de
tractaten en de geheele Europeesche kolonie
heeft instemming betuigd met dit protest.
In de Ecole des Arts et Métiers te Angers
hebben ergerlijke wanordelijkheden plaats gehad
door de kweekelingen. Zij waren ontstaan door
verregaande plagerijen van de oude scholieren
jegens de nieuw aangekomenen. Toen de op
zichters tusschenbeide kwamen keerde zich
gelijk gewoonlijk de verbolgenheid der jonge
lieden tegen de schoolmeubelen en de venster
ruiten. De prefect, de politie en de gendarmerie
kwamen hierop in de school. De prefect riehtte
eenige woorden tot de kweekelingen maar de
prefect vond bij hen een slecht onthaal. Er zijn
nu zeventien scholierende voorvechtersvan
de school weggezonden. De politie deed hen
uitgeleide en volgde hen op straat.
Des avonds te acht uur zag een agent van
politie op den Boulevard Saint-Germain te Parijs
op een bank voor een wachtkamer der omnibus
een valies staan.
In de meening dat het aan een reiziger be
hoorde sloeg de agent er weinig acht op, doch
■M—K*iMrir—HHiiiWM.iiinniii mm—gtaemna—a
aangezicht diep over een geranium -struik in volle
bloei, terwijl Felix in den anderen hoek in diepe
aandacht verzonken scheen bij de beschouwing
van een ivoren notenkraker, welken hij blijkbaar
averechts in de hand hield. De generaal moest
wel bij het aanschouwen van dit tooneeltje de
meening verkrijgen dat de gisteren avond uit
gebroken strijd nog steeds voortduurde en de
verwarde en bijna gefluisterde morgengroet
welken men hem bracht, versterkte hem in dat
denkbeeld. Hij zag zijne dochter en zijn neef
eenige seconden zwijgend aan en wendde zich
toen tot der. laatste.
Wij waren afgesproken, dat gij mij heden
de beslissing betreffende uwe afreis zoudt mede-
deelen. Ik wenschte die nu wel te vernemen.
Het was een netelig oogenblik voor den jongen
officier maar hij hield zich desniettegenstaande
vrij kranig
Ik heb de afreis nog een tijdlang ver
schoven dus begon hij. En wijl ik weetdat
gijlieve oom mijne iegenwoordigheid alhier
wenschtwil ik den duur er van geheel aan
uwe beschikking overlaten.
Dat dacht ik welzei Reichenbach heel
bedaard. Gij doet ondertusschen daaraan zeer
wel al denk ik de aanhangige zaak tot uw
beider tevredenheid ten einde te brengen.
Stephanie, mijn kind, kom eens bij mij hier!
Stephanie gehoorzaamde, maar hare verwarring
maakte schielijk plaats voor verbazing bij het
hooreu van dien zachtenvriendelijken toon
welken zij uit den mond haars vaders niet gewoon
wasen toen zij nu voor hem stond daar zag
ze op zijn gelaat een geheel andere uitdrukking
dan gewoonlijk. De strakke ernstde hard
vochtigheid welke daarop voor altijd gegrift
scheenwas zoo niet verdwenen dan toch
minder scherp en minder in 't oog vallend. Er
lag iets rustigs op zijn gelaat, iets wat getuigde
van behaaglijken zielevrede. Hij nam haar
blozend gezichtje in beide handenhief haar
toen een paar uren later het valies zich nog op
dezelfde plaat3 bevond, nam hij het mede naar
het bureau. Men brak het slot open en vond
er behalve eenige kleedingstukken een som van
8000 francs in bankbiljetten in een portcmon-
naie met goudstukken gevuld en een aantal by-
outeriër. van groote waarde. Men moet toch
wel zeer verstrooid zijn wanneer men een valies
met zulk een kostbaren inhoud op een bank laat
staan op de openbare straat.
Een der bekendste geneesheeren van Parijs
heeft dezer dagen een zeer geheimzinnig avontuur
gehaddat tot allerhande verhalen aanleiding
geeft. Dokter X. ontving eenige dagen geleden
des avonds om 9 uur een brief van een onbe
kende en waarin zich een som van 600 francs
in bankbiljetten bevond. De schrijver van den
brief verzocht tevens de onmiddellijke hulp van
den geneesheer. Echter woonde de zieke niet
te Parijs maar te Saint-Germain in het pavil
joen Henri IV. Daar het een zeer ernstig geval
was werd den geneesheer verzocht nog den zelfden
avond te komen daar de patient den volgenden
morgen naar het Zuiden zou vertrekken. Men
zou hem dan met den laatsten trein uit Parijs
in het paviljoen verwachten waar een kamer
voor den dokter in gereedheid zou zijn gebracht
om tot den volgenden morgen te blijven.
Daar uit het schrijven bleekdat men zijn
hulp spoedig verlaügde en men een aanzienlijk
bedrag bij het verzoek had gevoegd besloot de
dokter zich onmiddellijk op reis te begeven. Te
middernacht kwam hij in stormweder te Saint-
Germain aanen daar hij den weg naar het
paviljoen niet kende nam hij een wegwijzer
met zich. Aan het paviljoen Henri IV gekomen,
vonden zij alles in diepe rust. Na langen tijd
gescheld en met moeite een der bediei.den wakker
gekregen te hebben vernam de dokter eindelijk,
dat zich niemand van den hem opgegeven naam
in het hotel bevond en dat ook geen dokter
werd verwacht. Hierop sloeg men de deur voor
zijn neus dicht en nu moest de dokter naar
Saint-Germain terugkeeren om een onderkomen
voor den nacht te zoeken.
Of het een vergissing is of een valstrik, dien
men den dokter heeft willen spannen, weet men
hoofdje omhoog en drukte een langen kus op
dat ivoorblanke gladde voorhoofd.
Gij hebt geweend, zei hij. Voortaan zult
ge geen tranen meer storten mijn kind Uwe
hartstochtelijke verklaring van gisteren, de woor
den waarmee ge uwen ouders zulk een vreeselijk
verwijt maaktethebben mij tot de erkenning
gebracht, dat ik u misschien ongelukkig zou
maken waar ik met volle overtuiging meende
uw geluk te grond vestigen. Wanneer ge u
werkelijk zoo diep en zoo smartelijk voelt ge
kwetst door den dwang uwe neiging opgelegd
wanneer het u onmogelijk is uwen neef oprechte
genegenheid toe te dragen, dar. laat ik mijn
wensch, mijn verlangen varen. Het is mogelijk,
dat gij gelijk hebt, indien ge bevreesd zijt met
hem een liefdeloos huwelijk aan te gaan. Ik
wil u daartoe niet dwingen
Getuigden deze woorden niet hoeveel er sinds
gisteren avond in de ziel van Reichenbach moest
zijn omgegaan Felix en Stephanie stonden
sprakeloos van verwondering; zij'konden zich
die plotselinge verandering niet verklaren doch
wel nooit was de toegevendheid van een anders
zoo eigenzinnigen en onbuigzamen vader met
minder dankbaarheid ontvangen dan hier.
Wat u betreft Felixsprak de generaal tot
dezen ik weet dat gij u ter wiile uwer maat
schappelijke positie dezen dwang zoudt getroost
hebben doch wijl ik het thans ben die u uw
woord teruggeef en u van de verbintenis ontsla,
zal dit geen breuk tusschen ons te weeg brengen
en zult ge in de toekomst daarvan niet de minst
nadeelige gevolgen ondervinden integendeel
de hoop op het majoraat, waarmede ik gevleid
hebzal toch voor u in vervulling komen. Ik
zal u plaatsen in den maatschappelijken stand
die u past, ook al worden wij niet door nauweren
band aan elkander gehecht en ik geef u en
Stephanie de volle vrijheid uwer keuze terug.
(Wordt vervolgd.)