Nummer 47. Donderdag 12 Juni 1884.
7e Jaargang.
III,
Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen.
FEUILLETON.
De soldaat van de landweer.
Uitgever: ANTOON TIELEN te Waalwijk.
Gemeenteraad van Waalwijk.
Eene Novelle.
rsBssmv* jfetaMJUMiPBa'Am
Eebo van het Zuiden,
Dit blad verschijnt Woensdag en Zaterdag avond.
Abonnementsprijs per 3 maanden ƒ1,00, iranco per post door
het geheele rijk f 1,15. Brieven, ingezonden stukken, gelden
enz., franco te zenden aan den Uitgever.
Advertentiën 17 regels 0,60 daarboven 8 cent per regel
groote letters naar plaatsruimte. Advertentien 3 maal terplaat
sing opgegeven, worden 2maal berekend. Advertentiën voor
Duiscliland worden alleen aangenomen door het advertentie
bureau van Adolf Steinee,Hamburg. ReclameslÖ centperregel
i/\y ai
OPENBARE VERGADERING
{y \vau Dinsdag 10 Juni r.m. 11 uur.
Afwezig de wethouder van Riel en de leden
de Haan Zijlmans Van der Heijden en Tim
mermans Wz.
Voorzitter de burgemeester van der Klokken.
De voorzitter opent de vergadering.
De notulen der vorige worden voorgelezen.
Op de vraag van den voorzitter ot een der
heereu aanmerking op de notulen heeft zegt de
heer Van Es, dat hij op den inhoud daarvan
niets heeft aan te n^erken dat echter nu ook
de notulen zijn voorgelezen van het behandelde
met gesloten deuren; dit is niet zooals 't behooit.
Hierna worden de notulen met eene door den
voorzitter verlangde wijziging goedgekeurd.
De voorzitter//Naar aanleiding van een
schrijven van ged. st. zullen wij de orde van
de te behandelen zaken wijzigen en hetgeen onder
no 1 voorkomt het laatste te behandelen.
Alsnu is aan de orde
I. Ingekomen stukken
a. Schrijven van den heer Jacq. van Hiel
aan den gemeenteraad waarbij hij zijn ontslag
neemt als lid van den gemeenteraad.
b. Idem van denzelfde aan B. en W., dat
hij door zijn bedanken ais lid van den raad
ophoudt deel uit te maken van het collegie van
B. en W.
c. Goedkeuring van ged. st. op de af en
overschrijving in de vorige vergadering aange
nomen.
Een en ander voor kennisgeving aangenomen.
d. Verslag der kamer van koophandel en
fabrieken alhier over 1883.
Ter visie voor de leden.
Dè voorzitter //Alvorens de gemeente-ont
vanger de rekening over het afgeloopen jaar kan
sluiten, zijn nog een paar kleine overschrijvingen
noodig van posten die eenigszins overschreden
zijn, als reiskosten met f2.50, verven der cipiers-
woning met ruim f55 en ververschingen stem
bureau met f29.60.
Goedgekeurd.
e. Schrijven van de teekenschool-commissie,
verzoekende dat de raad haar een crediet opene
XIII.
z/Maar in de kerk mag ik u immers zien
z/Dat kan niemand u verhinderen. Maar zoo
gij u een enkel woord laat ontvallen van het
geen wij hier besproken hebben dan moet ik u
diep verachten en een man dien ik veracht
kan nimmer mijn echtgenoot worden."
Suze maakte van de stomme verbazing van
Dirk gebruik om spoedig haren weg te vervolgen.
Reeds op hetzelfde oogenblik was zij tusschen
het kreupelhout verdwenen.
z/Dat heb ik goed aangelegd fluisterde zij
in zich zelve. „Nu zal de roode mij wel met
rust laten. Als ik voor de tweede maal huw
Zdl ik hem nemen heb ik gezegd. Daarop kan
hij lang wachten. Arnold zal wel terugkomen
en mocht hij vallenwat God verhoede dan
denk ik aan geen tweede huwelijk. Ik zal den
naam van mijn goeden man drageazoo lang ik
leef. Het is treurigdat ik zoo onoprecht han
delen moetmaar in dit gevaarlijk geval is de
list te verkiezen boven oprechtheid. Neen ik
heb verstandig gehandeld.-
Buiten adem bereikte zij het huisje van Espe.
De zieke vrouw zat treurig aan het venster; voor de
deur speelden de kinderen op het bleekveld, waar
op armoedig linnengoed te bleeken lag. Hoe sober
waren de kleinen gekleed hoe vroolijk nochtans
was hun spelonbewust als zij waren dat hun
vader en verzorger een bloedigen strijd te gemoet
ging! Vrouw Espe opende het raam. Suze drukte
haar het geld in de hand.
/,Het komt van juffrouw Börner zeide zij
zacht. //Wees maar onbezorgdgoede vrouw
van hoogstens f 100 voor het houden eener
prijsuitdeeling en het geven van een feestje aan
de leerlingen naar aanleiding van het 25jarig
bestaan der teekenschool.
De "oorzitter //Prijsuitdeeling is steeds ge
bruikelijk ik stel daarom voor de subsidie te
verleenen."
De heer Quirijns „Is er op de begrooting
hiervoor geen post uitgetrokken
De heer Timmermans Van Turenhout„'t
Is de bedoeling der commissie een crediet te
vragen van f100, voor 't geval die niet op de
begrooting voorkomt."
De heer Van Heijst„De commissie heeft
besloten dit bedrag aan te vragen wij weten
wel dat het tamelijk hoog is maar 't geldt nu
een exceptioneel feesthet 25jarig bestaan der
teekenschool.
De voor de prijsuitdeeling bestemde medailles
zijn zeer schoonmaar zullen zoo voordeelig
mogelijk worden aangeschaftde jongelui zullen
toch ook een vroolijken middag moeten hebben;
daarbij zal het onderzoek der prijsteekeningen
waarmede zich de heeren Schuil te 's-Bosch en
Wever alhier belast hebben, natuurlijk eenige
uitgaven noodzakelijk maken. In alle geval zal
alles met passende zuinigheid geschieden. De
teekeningen zullen op het raadhuis worden op
gehangen. Wij hopen dat de raadsleden ons de
eer zullen aandoen die te komen bezichtigen."
De heer van Es „'t Is zooale de voorzitter
der teekenschoolcommissie zegtzij vraagt nog
al een flinke subsidiemaar 't geldt een buiten
gewoon feest. Ik kan er mij dus mede vcreenigen."
De gevraagde subsidie wordt met algemeene
stemmen toegestaan.
De voorzitter „Nu mijue heeren hebben
wij een lastiger onderwerp. De schutters dringen
aan op verbetering der schietbaan zij stellen
nu voor de baan te verbreeden; van het verleugen
is afgezien daar dit te veel zou kosten. Ik heb
met den heer van Es het terrein geinspecteerd.
Er zouden 10 zwaren en 20 lichtere boomen
moeten worden opgeruimd benevens het schaar
hout over eene breedte van 50 cM. De kosten
van het in orde maken zijn geraamd op f 130;
de boomstammen zulleD baarbij dienen als stutter,
en de takken en het hakhout zullen gebruikt
.aiaan—swbc—a—b—b—m
de slechte tijd zal wel voorbijgaan."
„Van de goede juffrouw van de fabriek
„God zegene haar daarvoor
„Kom maar bij mijals gij gebrek hebt en
ik zal wel een goed woord voor u doen."
Suze groette haar en spoedde zich naar huis.
De arme vrouw zag het hartelijk wijfje getrof
fen na.
„Dat is hulp in den noodfluisterde zij.
„Ach Cod schenk mij slechts het leven tot mijn
man terugkomt! anders moeten de kiudereD onder
vreemden gaan."
Met een oog vol liefde zag zij op die geliefde
wezens hief het vervolgens ten hemel en zond
een gebed op tot God voor het behoud van hun
nen vader.
Nog lang stond Dirk Starke op de plaats, waar
de jonge vrouw hem verlaten had.
„Uw belofte heb ik," dacht hij„ik had niet
gedachtdat dit zoo gemakkelijk gaan zoude.
Zij zal woord houden daar ben ik zeker van
want ik ken haar. O zij heeft er berouw van,
mij vroeger te hebben afgewezen want het el
lendig leven van een houthakker is geene klei
nigheid. Den geheelen dag zwoegen en slaven
en des avonds droog brood dat moet men
toch eens moede worden. Dan kan zij zitten in
den fraaien tuin als eene rijke dame terwijl zij
nu gebrek lijdt. Jahet berouw komt te laat
Zij is toch nog altijd dezelfde schoone Suze! Wie
haar niet kentzou niet meenen dal zij getrouwd
is. Nu heb ik ten minste hoop en zal een weinig
geruster kunnen leven.
De gedachte aan Suze kan ik maar niet uit
mijn hoofd bannenwat ik ook doen moge. Zij
is ook eene schoone vrouwniemand in den ge
heelen omtrek komt bij haar in vergelijking. En
hoe zal zij er dan uitzien als zij betere kleede-
ien aan het lijf heeftVerduiveld en waarom
zou ik niet een lief weeuwtje trouwen Ik ben
worden om de zijwanden te versterken."
De heer Hoffmans„Heeft die schietbaan
nooit gevaar opgeleverd?"
De voorzitter „Volgens sommigen wel, vol
gens mij niet."
Den heer Hoffmans „Zou dat gevaar min
der zijn als de baan verbreed is?"
De voorzitter„Dit is juist het doel der
verbreeding. De kogels kunnen dan niet bezijden
uit. Gaan zij recht uit dan komen zij in den
Galgenwiel terecht. Tegen verlenging was wel
bezwaarmaar tegen verbreeding niet. Daarbij
zijn alle formaliteiten in acht genomen."
De heer Hoffmans: „Dan ben ik er wel voor."
De heer van Es „'t Zou natuurlijk voor de
schutters niet pleizierig zijn die baan te missen.
Maar behalve die f 130 schieten al de boomen
en het struikgewas er ook bij in. Voor een
paar jaar is er 200 a 300 gulden aan verwerkt
en nu dit alweer, dat zijn samen groote kosten.
Op 't oogenblik zijn de zijden der baan steil
volgens 't nieuwe plan worden zij hellend als
wij al die kosten moeten maken voor 7, 8 keeren
dat dit jaar nog zal worden geschoten, en de baan
wordt dan var. de winter weer geruineerd dan
kunnen wij het volgend jaar weer opnieuw be
ginnen. Ik zou eerst willen zien of er van den
staat of de provincie geen subsidie voor het
onderhoud dier schietbaan te krijgen iswant
die liefhebberij voor het schieten wordt zoo een
heele lastpost voor de gemeente."
De heer Hoffmans „Ik ben niet genoeg met
dc schutterijwetten bekend maar is de gemeente
verplicht een schietbaan te leveren?"
De voorzitter „Als er een geschikt terrein
aanwezig is moet de gemeente een schietbaan le
veren; verder moet ik den heer van Es opmerken,
dat het schieten geen liefhebberij is maar een
wettelijk voorschriftschieten is het hoofddoel
der schutterij."
De heer van Es „Dit neem ik aan maar
is de gemeente ook verplicht een baan te onder
houden Zooveel extrakosten jaarlijks zijn niet
aangenaam.
De voorzitter„Groote kosten zijn het na
tuurlijk en die komen nu en dan terug. Om
de schietbaan tegen kwaadwilligen te beveiligen
is ook niet heel gemakkelijk. In alle geval is
vrij in mijn doen en laten mijn vader keurt
toch alles goed. Suze moet ik hebben al zou
het mij mijn hals kosten. Haar gelaat is als
melk en bloed cn hare gestalte is als die eener
dame uit de stadhare bruine ooger. schitte
ren zoo helderdat men weg kruipt als men er
in schouwt. Neen dat is geen vrouw voor een
houthakkerSuze moet gouden ketens en een
zijden kleed dragen. Het moge mij geld kosten,
doch wat bekommer ik mij daarover. Men heeft
mij somtijds uitgelachen omdat ik rood haar
hebmaar wij zullen zien, wie het laatste lacht.
Ik wil de schoonste vrouw uit het dorp hebben.
Het geld maakt alles mogelijk, ook mijn huwelijk
met Suze."
Tegen den avond verliet Dirk Starke de dorps
herberg; zijne kleine oogen flikkerden en een
hoog roode kleur bedekte zijn gelaat. Hij had
gedronken om zijn vermeende zegepraal te vieren,
die hij op den voormiddag van dien dag be
haald had. Was hij, reeds nuchter zijndeeen
onaangenaam mensch, dan was hij in half be
schonken staat terugstootend te noemen. In
weerwil van den staatwaarin hij zich bevond,
vervolgde hij met vasten tred zijnen weg. Met
het korte pijpje in den mondde bonte pet
op het rechteroor en met de hand een dikken
stok zwaaiende verliet Dirk het dorp. Hij sloej
het pad in naar de rivier door het dal, te mid
den van gekloofde rotsklompen. Weldra kwam
hij aan den vonderwelke naar den tegenover-
liggenden oever voerde. Dirk beschouwde eenige
oogenblikken het gevaarlijke pad.
„Ik moet er overbromde hij.
En het gelukte hem met snellen tred bereikte
hij zijn doel.
Aan de overzijde voerde de weg naar het bosch;
Dirk echter ging langs den oever voort tot hij
aan eene steengroeve kwam. Deze was het ei
gendom van den fabrikant Börner, die haar reeds
de gemeente tot die uitgave voor de schietbaan
verplicht. Bij de oprichting der schutterij zijn
alle pogingen in 't werk gesteld om eenige te
gemoetkoming te erlangen maar zonder eenig
resultaat."
De heer van Es Ik wed dat zij al wel f500
gekost heeft."
De heer Timmermans Van Turenhout„Daar
aan is niets te doen; 't is een wettelijke bepaling
natuurlijk moeten maatregelen genomen worden
om vernieling der schietbaan te voorkomen.//
De heer van Es „Ondervinding is de beste
leermeesteres. Niemand had gedacht dat het
jaarlijks zoo teel zou kosten."
De heer Hoffmans„Daarbij zie ik er het
nut niet van in."
De heer Timmermans van Turenhout„T Is
niet ons dat te beoordeelen, 't is een voorschrift
der wet waaraan wij moeten gehoorzamen."
De heer Quirijns „Daar de wettelijke bepa
ling bestaat moeten wij trachten daaraan te vol
doen en de schutterij zoo goed mogelijk te
maken."
Na nog eenige discussie, die vrij wel op {t zelfde
neerkwam werden B. en W. gemachtigd de
schietbaan op de voordeeligste wijze in orde te
brengen.
II. Benoeming van een stembureau. Gekozen
tot leden de heeren Timmermans van Turen
hout en Momberstot plaatsvervangende leden
de heeren de Haan en Hoffmans.
III. Nota van aanmerkingen van ged. st.
op de rekening van 1882.
De nota en het concept-antwoord wordt voor
gelezen en dit laatste door den raad goedgekeurd.
IV. De voorzitter „Het reglement der
vereeniging „Brandweer" heeft met het bege
leidend schrijven ter visie gelegen't is van
heelen omvang om het nu artikelsgewijze te
behandelenik stel daarom voor het aan te
houden tot de volgende vergadering."
De heer van Es „Ik meen dat aan B. en
W. was opgedragen daarover rapport uit te
brengen."
De voorzitter:// Daarvan is mij geheel niets
bekend en ik meen dat het ook niet in de no
tulen staat. Overigens verwondert het mij dat
sedert jaren had geëxploiteerd en als onderne
mend industrieel handel in bouwsteenen dreef.
De onderneming echter weinig vruchten afwer
pende, werd sedert den laatsten tijd verwaarloosd.
Naast de hoeve stond een huisje, waar een oud
arbeider woonde die er den dienst van opziener
verrichtte. Het dak was met riet gedekt. Achter
de woning lag een tuintje, dat eerst onlangs scheen
aangelegd. Alles getuigde van armoede en ver-
waarloozing. Eene oude vrouw had op het oo
genblik toen Dirk naderbij kwameen emmer
water aan de rivier gehaald.
„Goeden avondvrouw Fink riep hij haar
reeds van verre toe.
De oude bleef staan zette den emmer neder
en zag op. Een tronie als dat eener mummie,
in een lijst van verwarde grijze haren gevat
vertooude zich. Maar list sprak uit dat gelaat,
hetwelk met diepe rimpels in alle richtingen als
doorploegd vva3.
„Zijt gij hetmijnheer Starke
„Ik kwam eens hooren hoe het met u hier
gaatdaar ik juist laugs dezen weg moest."
Vrouw Flink legde hare armen die als met
bruin perkament overtrokken waren, over elkan
der. De mouwen van haar wit hemd bedekken
die armen slechts ten deele. Een verschoten ka
toenen doek omsloot het bovenlijf. De grijze
baaien rok was op verscheidene plaatsen gescheurd.
In weerwil vau het koele lenteweder ging zy
barrevoets.
„Hoe het met ons gaan zou?" hernam zij op
ontevreden toon. „Wij zijn diep ongelukkig.
Mijn man ligt ziek te bed
„Nog altijd ziek
„Jawaarlijk hij zal wel nooit weder op de
been komen. Frans iszoo als gij weetmet
de landweer heen moeten trekkenen ik kan
toch niet in de steengroef gaan.
(Wordt vervolgd.)