x GABRIELS, GEELEN Cie„ BRANUWAAKBORGKASTEN, "advertentiën. Schoensmeer-Êabriek, De Wereldtentoonstelling te Antwerpen. EENIGSTE MEDAILLE. bij J. BEERMAN 315de STAATSLOTERIJ. 3 Bekroond te Amsterdam, Nederlandsche Afdeelingmet de MERKeen Ster met opschrift „Stella Montebarco." solied bewerkt, van af f45 Amsterdam. van liunne jongen beroofd. Sedert den nacht van den 5 op 6 dezer en herhaaldelijk daarna, waren door hen pogingen ter bereiking van dat doel aangewendeen der bewoners mocht er echter inslagen aanvankelijk hunne pogingen te verijdelen doch waakzaamheid was op den duur niet tegen de driestheid van de roovers opge wassen. Het laatste overblijfsel der vroegere vesting Groningen namelijk het oude kruit— magezijn tusschen de voormalige Ebbinge- en Boteringepoortenzal weldra tot de ge schiedenis behooren. Maandag jl. is het voor afbraak verkochtzoodat. het eerstdaags onder de slagen van den moker zal vallen. Volgens gerucht zouden Zondag drie der vermoedelijke daders Van den kerkdiefstal te Bakel (in ons vorig nummer hadden wij abu sievelijk gezet Boekei) gearresteerd zijn. Onder dit drietal wordt ook de organist dier kerk genoemd. Zaterdagavond kwam geheel on-1 verwacht de treurige tijding, dat| Z. Kon. H. de prins van Oranje dien dag, des namiddags ten 2 ure, j overleden was. Hen nacht vani Vrijdag had de Prins vrij kalm doorgebracht. Intusschen was Z. J K. H. zóó zwak, dat de genee; heeren een noodlottigen afloop I vreesden. Tegen ll/2 ure open-I baarden zich de verschijnselen van i hartverlamming en zacht en kalm blies de prins den laatsten adem| uit. Ten 12 ure hadden de genees-1 i heeren den prins nog bezocht. Kort daarna begon Z. K. K. hevig j te kermen en werd hij door be-j nauwdheden gekweld. Zijn geest I begon allengskens aan helderheid j te verliezen, en in schier bewuste- loozen toestand riep hij herhaalde malen ik kan niet meer. De hartwerking begon langza-l merhand af te nemen. Ten twee] ure overleed Z. K. II. zacht enj kalm. De adjudanten Beijerman en I Hojel en 's prinsen getrouwe secre- j taris waren met de dienaren omi het sterfbed vereenigd. Na den dood van prins Alexander blijft onze 67jarige koning de laat-j ste vertegenwoordiger van het zoo I roemruchte huis van Oranje, aanj hetwelk Nederland zooveel te dan-1 ken heeft. Geen wonder dan ook dat de tijding van dit overlijden alom in den lande de grootste verslagenheid teweeg bracht. De prinsvan jongs af zwak van gestel, zag zich door den dood zijns ouderen broeders geroepen tot eene taak, waarvan de verantwoor delijkheid hem zeer zwaar viel. Daarbij ging hij gebogen onder het verlies van zijne dierbaarste betrekkingendit een en ander deed hem zich meer en meer inl de eenzaamheid terugtrekken,- maar hij bleef zich in alle stilte voor-j bereiden voor de moeielijke taak, i die hem wachtte. Z. K. H. Willem Alexander] Karel Hendrik Erederik wasi geboren den 25 Augustus 1851 Zijne asch ruste in vrede. spraken zij ook dadelijk 1100 meters. Onze goede Amsterdammers konden bij die gelegenheid hunne ooren schier niet gelooven. „De heeren verlangen //„Elf duizend meters/" „Maar dat is meer dan een vierde van de ruimte van ons hoofdgebouw," „„Best mogelijk"", luidde het antwoord, „„maar we zullen die stellig wel noodig hebben."" Belgie heeft ze gekregen het hoofd gebouw is toen vergroot geworden en Belgie heeft ze werkelijk noodig gehad ook. De Pransche commissie gelooft méér noo dig te zullen hebben, dan zij aanvankelijk aanvraagtmaar zij wil den zekeren weg li. Zooals ik u aan het slot van mijn vorig artikel mededeelde, heeft de Eransche regee ring bereids een uitgebreide commissie be noemd om de belangen te behartigen harer industrieelen en fabrikanten, die aan de ten toonstelling te Antwerpen wenschen deel te nemen. Die commissie is voornemens te beginnen op eigen risico 6 a 8000 meters plaatsruimte in het hoofdgebouw en 2 a 3000 meters in de galerij der machines teT>estellen. Daarvoor zal de Antwerpsche commissie haar natuurlijk eene aanzienlijke verlaging van het tarief toestaanen zoo zullen de Eransche inzenders reeds dadelijk een belangrijk voor deel genieten. tiet feit, dat Erankrijk eenige duizenden meters voor zijn rekening neemtis niet zonder precedent. Toen het vorig jaar Belgie eene commissie van bijna 40 leden had benoemd ter bevor dering van de deelneming zijner ingezetenen aen de Amsterdamsche tentoonstelling en kort daarop eenige gedelegeerden een bezoek kwa men brengen aan het uitvoerend comité, be gaan. En Nederland, wat zal dat nu wel doen Tot dusverre hoorde men bij ons te lande nog niet reppen van de benoeming eener commissie. Toch zal de regeerïng er wel toe moeten overgaanmaar het wordt dan hoogtijd Het is zelfs onverklaarbaar, dat er zoo lang mede gedraald wordt. Trouwens haast maken ligt niet in onzen aard vooral niet in den aard der regeeringadres aan de Nisero-kwestie, die eerst ernstig aan de orde wordt gesteld, nadat Engeland „heel vriendschappelijk" natuurlijkzijn tanden heeft laten zien Behalve het groote belang dat inzenders op een tentoonstelling hebben bij de officieel e vertegenwoordiging van hun rijk, pleiten nog heel wat andere redenen voor de benoeming eener regeeringscommissie voor de Antwerp sche expositie. In de eerste plaats schrijft de beleefdheid dit reeds voor. Belgie benoemde er een voor de tentoonstelling te Amsterdamergo moeten wij er een benoemen voor die te Antwerpen. Dat kan niet anders. In de tweede plaats dienen wij het bewijs te leveren, dat al wat bij de laatste verbroe deringsfeesten tusschen Belgie en Nederland onzerzijds gezegd en geschreven is, geen holle klanken zijn, maar dat wij inderdaad de nauwst mogelijke toenadering en aaneensluiting willen en die wenschen te bevorderen met al de middelen, welke iu ons vermogen staan. Het niet benoemen van eene officieele commissie zou ongetwijfeld in Belgie een minder aan- genamen indruk makenzouzoo al niet verkoelend werken, dan toch in geen geval de sympathie, welke onze zuidelijke broeders ons thans toedragen, verhoogen. Ik weet wel dat men in regeeringskringen een bedenking oppert tegen die benoeming. Men beweert er dat men het heel gaarne zoude doenmaar dat men niet kandat men gebonden is door een afspraak met Oostenrijk. Onze minister van buitenlandsche zaken is namelijk verleden jaar met den Oostenrijkschen gezant overeengekomen, dat geen der beide Tanden zich in het vervolg officieel zou inlaten met een tentoonstelling in den vreemde, voor zooverre die niet uit gaat van een regeering zelve. Aan dit argument hecht ik nochtans zeer weinig waarde. Oostenrijk is al dadelijk be gonnen zich niet aan die afspraak te houden, door, inweerwil daarvan, toch een commissaris te benoemen voor de tentoonstelling te Nizza, die een zuiver particuliere onderneming was, waarmede het Eransche gouvernement zich niet het minste of geringste gemoeid heeft, terwijl aan de Antwerpsche door de Belgische regeering een semi-officieel karakter wordt bijgezet. Maar in elk geval, nadat Oostenrijk zijn woord gebroken heeft, bestaat er wel een enkele reden waarom wij het onze zouden houden En zelfs al had Oostenrijk dit niet gedaan, dan zou men in overleg met dit rijk zéér gemakkelijk een uitzondering kunnen maken voor Antwerpen. Ik geloof dat het dan zelf niets liever zou verlangen. De Oostenrijksche kroonprins toch de aartshertog Rudolph is de schoonzoon van koning Leopolddeze laatste is bijzonder ingenomen met de onder neming en zal zijn invloed op den gemaal zijner dochter zeer zeker gaarne dienstbaar maken tot het bewerken der instelling eener keizerlijke Oostenrijksche commissie. Dat zulk een commissie ook werkelijk benoemd zal worden, daaraan twijfelt in Belgie niemand. Er bestaat dus voor ons geen eukele reden om ons te onthouden. Doch, wat hiervan zijn moge, of onze re- geerins; zich de zaak aantrekke of niet, onze O O industrieelen en fabrikanten mogen m geen geval achter blijven met hunne deelneming. Met het oog op de schitterende wijze, waarop de Belgen te Amsterdam zijn voor den dag gekomen, is niets meer of minder dan onze nationale eer gemoeid met het figuur, dat wij te Antwerpen zullen maken. Ik stem toe, dat onze industrie, in het algemeen genomen, de vergelijking met de Belgische niet kan doorstaan. Wij zijn geen industrieelen; wij zijn eenvoudig handelaars wij zijn kooplieden en landbouwers. Maar toch, als wij willen als ieder ten toon stelt, die iets ten toon te stellen heeft, dan zal onze afdeeling toch rijk kunnen zijn aan verscheidenheid; dan kunnen we toch veel schoons laten zienen daaronder heel veel, dat men in den vreemde nergens zoo goed en zoo goedkoop krijgen kan. Onze schoone en uitgebreide vaderlandsche afdee ling te Amsterdam heeft dit voldoende be wezen. En dat de te Antwerpen bijeen te brengen producten door honderdduizenden gezien zullen worden is buiten kijf. De in 1880 te Brus sel gehouden nationale tentoonstelling trok bijna evenveel, bezoekers als de internationale te Amsterdam getrokken heeft, zoodat het alleszins te verwachten is, dat het cijfer dezer laatste te Antwerpen verre overtroffen zal worden. In zooverre het succes afhankelijk is van het bezoek en het is dit voor een zéér groot deel geloof ik dat dit reeds vooraf als verzekerd kan worden beschouwd. Belgie zelf zal natuurlijk uitmuntend ver tegenwoordigd zijn. Erankrijk zal op groote schaal deelnemen Engeland, Duitschland en Oostenrijk ook; andere landen zullen waar schijnlijk evenzeer hun best doen. Welnn, dat Nederland geen uitzonderiug make. Onze relaties met het zoo nabij gelegen Antwerpen maken dat we ons daar zoo goed als thuis gevoelen, dat we er moeite hebben ons te herinneren de grenzen te hebben overschreden. Laat onze deelneming er dus ook even talrijk zijn, alsof de tentoonstelling in ons eigen land plaats greep. Als we in Belgie zijn, zijn we niet in ons eigen landdat is waar. Maar we zijn ook niet bij vreemdendat is even waar. Wij zijn in Zuid-Nederlandwij zijn bij onze stamverwanten. Nogmaals dusgeen onthoudingmaar zoo algemeen mogelijke deelneming door al onze industrieelen, door al onze fabrikanten, door ieder, die iets maakt of iets voortbrengt, dat slechts eenigermate in de termen valt om tentoongssteld te worden, opdat iedereen wete wat wij maken en hoe wij dat maken. B. v. S. UITTREKSEL uit het verslag der kamer van koophandel en fabrieken te Waal wijk betreffende den toestand van handelscheepvaart en nijverheid over het jaar 1883. Veehandel. De gezondsheidstoestaud van den veestapel was over het algemeen vrij gunstig. Een geval van miltvuur heeft zich voorgedaan, terwijl nog enkele runderen zijn gestorven aan de zoogenaamde kalf- of moederziekte. Op de jaar- en weekmarkten werden aangevoerd in 1879 5191 st. runder. 267 schapen 1721 vark. 1880 1881 1882 1883 De 5087 4791 4963 5213 prijzen der 1778 1838 1797 1891 waren gemiddeld der vaarzen f150 248 211 271 289 kalfkoeien f175.tot f 325.en die tot f275 per stuk. Op de voor- en najaars-paardenmarkten werden in 1883 aangevoerd 248 paarden die tegen prijzen van f 200 tot f850 per stuk werden verkocht aan FranscheBelgische en Duitsche kooplieden. De handel in paarden was in de beneden Langstraat met name o. a. te Waspik, Raamsdonk en Capelle zeer druk exemplaren van buiten gewone prijzen waren niet talrijk van f 500 tot f700 zijn er echter ook speciaal in vergelijking met andere jaren velen verkocht. Belastingen. De grondbelasting mee inbegrip der rijks- provinciale belasting en gemeente opcenten over Omtrent den handel in hooi in de Langstraat ontving de kamer de navolgende opgaaf De verzending wa9 in het laatste gedeelte van het jaarhoofdzakelijk te Waspik, Raamsdonk, 's Grevelduin- en Vrijhoeven-Capelle vrij druk verschillende oorzaken werkten daartoe mede het hooi w;.s goed binnen gekomen, terwijl men o. a. in Gelderland waar de hooitijd drie weken later invaltvoor een groot gedeelte in dien tijd regen had; nog kwam daarbij, dat het product in andere streken zooals in Kampen belangrijk hooger in prijs was. De zachte winter werkte echter ongunstig op de prijzen en op het oogenblik is de verzending naar het buiten land nog tamelijk onbeduidend. De hopteelt was in boven Langstraatsche dor pen gunstigwij zijn in staat gesteld omtrent de cultuurhet navolgende mede te deelen. Cultuur Vlijmen en Haarsteeg. 150.000 kilogr. hop. 300,000 frambozen. 110.000 i, zwarte en roode aalbessen. 3000 H. L. kruisbessen. 10.000 manden doperwten. 4000 snij- en suikerboonen. 20.000 II. L. aardappelen. Vlijmen, Haarsteeg, Nieuwkuik en Elshout. 250.000 kilogr. hop. 400.000 frambozen. 110.000 zwarte en roode aalbessen. 3.500 11. L. kruisbessen. 15.000 manden doperwten. 6.000 snij- en princesseboonen. 30.000 H. L. aardappelen. Nog werd ons uit Vlijmen opgegevendat zich de cultuur van hop en verder van fljne vruchten aanmerkelijk heeft uitgebreid. De opbrengst was middelmatig en de kwali teit goed. Bij den aanvang van den oogst waren de prijzen beneden het middelmatige, zij varieerden van f 25 tot f 33 per 50 kilogr., doch zijn later voortdurend gestegen daar het bleekdat de oogst overal elders tegenviel. De prijzen der kruisbessen waren tamelijk hoogde opbrengst was zeer voldoendede prijzen der frambozen zwarte en roode bessen waren bij eene meer dan gewone opbrengst laag. Boonen en erwten werden zeer veel geteeld bij een ruim beschot wareu de prijzen eveneens laag. De komkommer- en aspergienteelt breidt zich voortdurend uiteven als de boom-, bloem en aardbezienkweekerij. Op 1 April 1884 werden door deze kweekerij de eerste aardbeziën afgeleverd de prijzen vari eerden van frambozen van f 0.10 tot f 0,20 per kilog., van kruisbessen van f5 tot f8 per hec toliter, van zwarte bessen van f0.08 tot f 0.16 per kilog., roode bessen f 0.10 per kilog. 5de klasse. Trekking van 24 Juni. Nos 355 en 4263 ieder f 1000 nos 237 1092, 4825, 7870, 10134, 17180 en 20278 ieder f400; nos 2551 6851 en 12714 ieder f 200nos 296, 929, 1447, 2230, 5543 8475, 14080 16982 19032, 20177 en 20667 ieder f 100. geslacht, zeep en f9752,89 -61148,30 - 12610,82 - 4134.525 f87646,535 1883 heeft opgebracht De accijnser. van het gedistileerdbierzout wijnen Personeele belasting De patent belasting bedroeg Samen Registratie kantoor. De opbrengst van het registratie- en zegel kantoor beliep over het jaar 1883 Aan formaat-, plak-, wissel- en huurzegels Aan jacht- en vischakten andere zegelrechten registratierechten successierechten recht van overgang op effecten Hoofdst. I totaal der belastingen II 38 opcenten III domeinen IV verschillende rijksontv. f 7451.95 - 168. - 139.40 -29887.99 - 17838.74 - 300.725 - 55786.805 - 17051.065 - 6507.665 - 1800.88 V fondsen bijz. bestemming - 279.685 f81426.10 Politieboeten aan gem. over 1883. - 373.55 #Tot mijne diepe droefheid o ver-i leed heden, voorzien van dej laatste HH. sacramenten, mijne I dierbare eehtgenoote Mevrouw Johanna Carolina Stael, in den ouderdom van ruim 65 jaren. Dr. J. B. DE HAAN.. [Waalwijk, 23 Juni 1884. Wij ondergel eekend en brengen onzen welgemeenden dank aan de brandver zekering-maatschappij voor het koninkrijk der Nederlanden, gevestigd te 's Bosch, en aan haren agent den Heer Yerbunt van O Verbeek, voor de flinke regeling en prompte uitbetaling van de maatschappij bij j.l. brand ondervon den. VICTOR DUMOULIN, MARC VAN DAALEN. J. DE GROOT. M. DE KRIEGER. Bezooijen25 Juni 1884. te f 81799.65 Landbouw en aanverioante handel. De land- of akkerbouw was niet ongunstig vooral ten aanzien van de aardappelen en de rogge de haver leed door natte weersgesteldheid tijdens den oogst. De hooibouw was gunstigde hoedanigheid uitmuntend terwijl de opbrengst om de 4000 kg. per hectare bedroeg. Noorderstraat no 5 bij de Vijzelgracht

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1884 | | pagina 3