Nummer 60. Zondag 26 Juli 1885, 8e Jaargang. Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen. FEUILLETON. De DOCHTERS van den KOLONEL ANTOON TIËLEN UITGEVER W aalwijk. Gemeenteraad van Waalwijk. Y. De Echo van het Zuiden, i m, Dit blad verschijnt Woensdag en Zaterdag avond. Abonnementsprijs per 3 maanden 1,00. Franco per -post door het geheele rijk f 1,15. Brieven, ingezonden stukken, gelden enz., franco te zenden aan den Uitgever. OPENBARE VERGADERING van Woensdag 22 Juli 1885, namid. 7 ure. Afwezig de leden Var. lleijst en Quirijns, be nevens de burgemeester Van der Klokken. Voorzitter de wethouder J. B. de Haan. De voorzitter opent de vergadering. De notulen der vorige worden voorgelezen en na eene door den heer Baijens verlangde wij ziging, goedgekeurd. Aan de orde 1. Ontwerpbesluit tot het aangaan eener tijde lijke geldleening. De voorzittermijne heeren, wij zullen in de noodzakelijkheid zijn eene tijdelijke geldlee ning aan te gaan van f 3000.— de trottoirs moeten betaald worden en er is niets in kas als alles op tijd was ingekomen, wat wij te vor deren hebben, dan zou een leening niet noodig zijn, maar nu kunnen wij niet andersde secre taris zal het ontwerpbesluit wel eens mededeelen." Dit besluit luidt een tijdelijke geldleening te doen van f 3000.voor den tijd van 4 maanden, tegen eene rente van hoogstens pet.de aflossing geschiedt uit de gewone middelen. De voorzitter: „kan de raad zich met dat ontwerpbesluit vereenigen of verlangt een der leden naar aanleiding daarvan het woord De heer Timmermans-Van Turenhout „ik kan mijne verwondering niet ontveinzennog geen 2 maanden geleden stonden wij voor de zelfde quaestie. Als wij ons teragdenken, toen er gehandeld werd over den aanleg van trottoirs, kregen wij van burg. en weth. de belofte, dat die uit eigen middelen zouden worden betaald. Ik geloofde daaraan. Later werd de prov. weg overgenomen en daarvoor kwam ruim f 5000. in de gemeentekasdit was best voldoende voor de behoefte. Na eenigen tijd echter moest er f4000.geleend worden en nu weer f3000. De behoefte van die leening is duidelijk, maar ik vraagzou in die behoefte niet kunnen zijn voorzien geworden zonder leeniüg Naar ik meen bestaat er een voorschrift dat het kohier van den hoofdelijken omslag voor einde Februari moet zijn ingedienddit gebeurt niet. Het kohier is de vorige maand eerst aan den raad ingediend daarna door de commissie onderzocht en komt nu pas in behandeling; dus.4 a 5 maanden te laat. Ik heb van een der wethou ders gehoord, dat eene leeniog onnoodig zou zijn, als de posten waren ingekomen, die van den hoofdelijken omslag van dit jaar zouden ver schenen zijn, indien deze tijdig was ingediend. Advertentiën 1—7 regels ƒ0,60 daarboven 8 cent per regel; groote letters naar plaatsruimte. Advertentien 3 maal ter plaatsin g opgegeven, worden 2maal berekend. Advertentiën voor Duitsch- land worden alleen aangnomen door het advertentiebureau van Adolf Steiner, Hamburg. Reclames 15 cent per regel. „Leg nog een couvert," zeide de kolonel tot een bediende. „Die salutschoten zijn van de Violante." Onwillekeurig viel mijn oog op Cecilia en ik bemerkte een lichten blos op haar bleek, schoon gelaat. „Binnen tien minuten kunnen wij mijn neef, den kommandant van den rechercheschooner hier verwachtenzeide kolonel Perez. „Als een echt zeeman houdt hij niet van complimen ten zoodat wij wel kunnen beginnen." Nauwelijks waren de tien minuten verloopen, toen kapitein Francisco Manuel aangediend werd, en er op hetzelfde oogenblik een jongeling bin nentrad de uniform dragende der Peruaansche marine. De eer9te blik op zijn openhartig gelaat maakte reeds een gunstigen indruk op mij. De twee meisjes en ik stonden op toen hij binnen kwam doch de kolonel bleef zitten. „Welkom, neef," zeide de laatste, om den hartelijken handdruk des zeemans te beantwoor den. Ook de beide nichten drukten hem de hand, doch blijkbaar deed Blanche dit met de grootste koelheid en Cecilia met een moeilijk te verbergen aandoening. Na deze plichtpleging wendde de jonge officier zich tot mij. „Mijn vriendzeide de kolonelen wij Ik zal niet tegen deze leening stemmen, omdat, als er niet geleend wordt, er uitzicht is op grooter moeielijkheden en meerdere kosten, maar toch vind ik de handelingen van het gemeente bestuur vreemd en ik moet bekennen, dat mijn vertrouwen in hei financieel beleid van burge meester en wethouders wel eenigszins is geschokt. Ik verzoek hen bij deze de financieele zaken der gemeente voortaan op tijd af te doen teneinde de gemeente voor schade en last te bewaren." De voorzitter „voor het grootste gedeelte ben ik het met den geachten spreker eenstoch zijn wij dit jaar al eenige maanden vroeger met den hoofdelijken omslag dan verleden jaar. Waarschijnlijk zou er al wat geld zijn ingeko men als de hoofdelijke omslag vroeger was in gediend. Ik beloof echter den heer Timmermans dat het door hem gezegde in het vervolg ad notam zal worden genomen." De heer Timmermans-Van Turenhout„Het is mij aangenaam dit jaar eenige beterschap te kunnen constateeren hierdoor wordt het rente verlies voor de gemeente reeds kleiner, en het is onze eerste plicht daartegen te waken." De voorzitter„ik heb altijd gedacht dat er geld genoeg was. Maar, zooals ik gezegd heb, wij zullen het gesprokene ad notam nemen." De heer Van Es „ik heb er niets tegen dat de hoofdelijke omslag vroeger behoort te worden ingediendverleden jaar waren wij een heel jaar achternu zijn wij reeds 4 maanden vroe ger als wij het kohier zoo heel vroeg in het jaar vaststellen, dan zullen wij daardoor nog geen geld in kas krijgen het gaat zoo moeie- lijk de menschen in den loop des jaars lastig te vallen. Zoolang wij niet jaarlijks een batig 9aldo overhouden, zullen wij toch nog voor tijdelijk geldgebrek staan; wij hebben het ongeluk dat juist in het voorjaar, als de inkomsten het slechtst vloeien, een groot kapitaal aan rente en aflossing moet worden besleed de vorige maand hebben wij daaraan nog f5115,betaald. Van de inkomsten moeten wij nog veel ontvangen, van het personeel o.a. Als de aflossingen in het najaar vielen dan waren wij vlot. De heer Timmermans-Van Turenhout„dit had meu in vroeger jaren behooren te voorzien; elk goed financier stelt zijne betalingen op een tijd, dat hij weet bij kas te zijn; dit is hier niet gebeurd." De heer Van Es„Wij hebben de betalingen natuurlijk gesteld naar den tijd, waarop wij het geld noodig haddende betaling der trottoirs drukten elkander hartelijk de hand. Toen wij allen weder gezeten waren was het gesprek weldra algemeen echter bemerkte ik door den somberen blik op Francisco Manuel's gelaatdat de de koele wijze, waarop Blanche hem ontving, hem meer hinderde dan de warme en vriendelijke wijze harer zuster hem goed deed. „Hoe lang denkt gij met de Violante te Payta te blijven?" vraagde de kolonel aan zijn neef. „Dat zal van het al of niet spoedig slagen mijner zending afhangenantwoordde kapitein Manuel. „Uwe zendingherhaalde de kolonelzijne wenkbrauwen samentrekkendeen den zeeman met een nieuwsgierigen blik aanziende „welke zending Doch vergeef mijmisschien is de vraag onbescheiden." i/O geenzins oom hernam kapitein Manuel, glimlachende. „Ik mag mijn last zonder schroom aan u en aan uw vriend mededeelen." Kolonel Perez glimlachtedoch hield nog immer zijn nieuwsgierigen blik op het gelaat van zijn neef gericht. „llr heb van het gouvernement bevel gekregen het oog te houden op een smokkelaar, die met rijke lading hier of in den omtrek zijne vracht moet afzetten. Hij is te Panama binnengeloopen maar, daar de tijd van zijn vertrek van daar mij bekend is, denk ik nog den tijd te hebben om hem te nemen." Het gelaat des kolonels betrok en hij scheen in gedachten verzonken. „Geen zeer benijdenswaardige dienst, voorwaar neefjemerkte hij eindelijk met heeschen toon valt nu alweer ;n het voorjaar." De voorzitter „van hetgeen de heer Van Es daar zegt is wel veel waar, maar toch hoe eer de hoofdelijke omslag is uitgeschreven, hoe eer wij kans hebben op geld te ontvangen." De secretaris „men kan dan de betaling van den eersten termijn stellen op ultimo Juni." De heeren BaijensHolïmans en Mombers sluiten zich aan bij het gesprokene. De heer Timmermans-Van Turenhout wijst er op dat er zelfs een formeel voorschrift be staat. De voorzitter„zal de leening publiek of onderhands geschieden De heer Hoffmans „Voor publiek is de tijd te kort." De heer Van Es „Ons is geld gepresenteerd tegen 4*/2 pet. zonder meer mij dunkt dat wij niet beter terecht kunnen komen." De heer Baijens „dan stel ik voor de gevraag de som onderhands te leenen." Dit voorstel wordt met algemeene stemmen aangenomen. II. Adres van de scherpschuttersvereeniging alhier, om eene gratificatie voor het deelnemen aan het concours te Bergenopzoom. De voorzitter „verlangt iemand hierover het woord Ik wensch alleen te zeggen, dat de scherpschuttorsvereenigiog en de schutterij maar één^ lichaam vormen, en ten tweede dat de kapitein-kommandant der schutterij mij heeft gezegd, dat hij eene rekening heeft ingediend van f 20.wegens instructieals de raad echter besluit f25,subsidie te geven aan de scherpschutters zal hij die nota intrekken wij geven dus feitelijk maar f 5.—subsidie." De lieer Baijens „ik heb na het gezegde van den kapitein de begrooting nagezien en bevonden dat daarop wel degelijk f20.— is uitgetrokken voor instructie. Ik vind het heel schoon van den kapitein dat hij daarvan afstand doet." De voorzitter„verlangt nog iemand het woord of kan de raad besluiten de gevraagde f25.toe te staan, onder de voorwaarde door den kapitein gesteld Alle leden verklaren zich er voor. III. Adres „Van Reede" om vermindering van havengeld voor de stoomboot „Stad Tilburg." De voorzitter.- „als ik mij niet vergis betaalt Van Reede gelijke havenrechten als de anderen." De heer Baijens „dan zou ik het onredelijk vinden hem tegenover de anderen kortiDg te geven, te meer nog daar hij Waalwijk zooveel mogelijk heeft tegengewerkt. Hij komt hier terug „Wel," antwoordde kapitein Manuel, vroolijk lachende, „het gouvernement kan nauwelijks met erger vijanden te doen hebben dan met die schurken van smokkelaars zij zuigen de le venssappen van den handel uit. Ik erken dat ik niet trosch ben op mijne zending; maar ik moet de mij gegeven bevelen gehoorzamen." „Ja Ja," zeide de oom, eenigszins afgetrokken. „Wat soort van vaartuig is het, waarop gij jacht maakt „Een ranke brigantijn," hernam de zeeman. „Ik meen hem van morgen gezien te hebben en heb hem nagezeten maar hij koos het ruime sop en ik staakte de vervolging." Hiermede liep dat punt ten einde. De kolo nel werd afgetrokken en scheen zijne gewone spraakzaamheid op eens verloren te hebben, daar hij elke vraag, die hem gedaan werd, zeer kortaf beantwoordde. Cecilia en Blanche waren de eersten, die van tafel opstonden en zich naar de zijkamer begaven, werwaarts haar neef haar vergezelde. „Hoe betalt u mijn neef?" vraagde de kolonel, zoodra wij alleen waren. „Zeer goed dat verzeker ik u zeide ik met zeker vuur. „Hij is een aardige kerelzoo zijne innerlijke hoedanigheden in overeenstem ming zijn met zijne uiterlijkedan hebt gij alle redeu trotsch op hem te zijn." „Ik vrees dat het hem aan vastheid van ka rakter ontbreekt," zeide de kolenel. „Hij werd met Cecillia verloofd toen hij nog maar een knaap was j maar ik heb te vergeefs getracht omdat hij niet anders kan, anders was hij wel te Kapelle gebleven." Met algemeene stemmen wordt het verzoek gewezen van de hand. De secretaris geeft voorlezing van een besluit van gedep. staten, waarbij eenige af- en over schrijvingen op de gemeen tebegrooting worden goedgekeurd. Aangenomen voor kennisgeving. De voorzitter „en nu, mijne heeren, zijn wij genaderd aan de vaststelling van het kohier van den hoofdelijken omslag. Ik stel u voor volgens gewoonte dit te doen met gesloten deuren." De deuren worden gesloten. Na vaststelling van het kohier zijn dezelve weder geopend. De heer Timmermans-Van Turenhout „met genoegen heb ik gezien, dat bij de pomp op de markt Nortbonbuizen zijn geslagen, waardoor die pomp weder voor het publiek gebruik is dienstbaar gemaakt. Ik maak van deze gelegenheid gebruik om burg. en weth. attent te maken op een der vele onuitgevoerde raadsbesluiten en wel op dat, waar bij bepaald is dat er op de markt urinoirs zullen worden geplaatst. Daarstelling daarvan acht ik zeer noodzakelijk in 't belang der zedelijkheid en der reinheid. In den Bosch op verschillende punten der stad vindt men modellen, die zeer goed aan de bestemming voldoen. Wellicht kon den ze op de markt zoo worden geplaatst, dat het overtollige water, dat van de pomp wegloopt, door de urinoirs in de rioleering terecht kwam." De voorzitter„ik geef u de toezegging, dat ik deze zaak in de eerstvolgende vergadering van burg. en weth. ter sprake zal brengen." De heer Baijens „het gebeurt zeer dikwijls dat voor het kantoor van Van Gend Loos op de markt alhier handwagens blijven staan, die zeer hinderlijk zijn voor de passage aldaar, vooral des avonds. Ik wensch hierop de aan dacht van burgem, en weth. te vestigen die wagens moesten telkens na gemaakt gebruik worden geplaatst in den dam, zooals de dili gences." De voorzitter „ik beloof u dat ook op deze zaak zal worden gelet." „Zijn er nog heeren, die het woord verlan gen Niet dan dank ik in de eerste plaats de leden der commissie voor het onderzoek van den hoofdelijken omslag, voor de flinke wijze, waarop zij zich van hunne taak hebben gekweten, en vervolgeus al de leden van den raad voor hunne beleefde en welwillende medewerking aan de die vurige liefde in hem te bespeuren die ik mij verbeeld dat elk man gevoelen moet voor haardie bestemd is zijne levensgezellin te worden." „Gij vergist u zeide ik. „De kalmste liefde is de duurzaamste." „Gij hebt gelijkantwoordde hij met een versmoorden zucht. Op hetzelfde oogenblik vertoonde zich de magere halfnaakte gestalte van een Indiaanschen knaap boven de veranda en ter zelfder tijd sprong hij er over en in de openstaande glazen deur der ontbijtkamer. Hij naderde den kolonel met een vluggen tred en bracht van onder zijn linnen gordel een papier te voorschijn waarop eenige vreemde teekens stonden. „Ha, Juanito!" riep de kolonel, het papier van den knaap overnemende; zijt gij daar? is er nieuws Na dit vreemd geschrift te hebben gelezen knikte hij den knaap toe. „In ordezeide hij. „Ik zal dezen avond daar zijn ziedaar mijn antwoord. Ga nu zoo als gij gekomen zijt, maar zorg dat niemand u ziet." De knaap was even snel en zonder het minste geraas verdwenen zooals hij gekomen was. „Gij hebt nu een puntje van het raadsel ge zien zeide de kolonelopstaande en het woord tot mij richtende„ofschoon ik niet kan ver moeden dat gij het zult kunnen oplossen. Heden avond zult gij echter meer vernemen houd u dus gereed." Wordt vervolgd.

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1885 | | pagina 1