Nummer 104. Woensdag 30 December 1885. 8e Jaargang.
nu
1)
EEN GODSGERICHT.
Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen.
FEUILLEfOJf.
BEKENDMAKING,
ANTOON TIELEN
Dienstregeing van het
postkanto>r W aal wij k.
Ve'zendingen van het
poitkantoor Waalwijk.
BUITENLAND.
Belgie.
^Voor beanghebbenden 12-50
staat «reder, evenals
vorig jaren, de gele
genheid open in he nummer van 1
Januari hunne heil^enschen te doen
plaatsen tegen betiing van 30 cent.
Opgaven worde: ingewacht tot
uiterlijk Donderde 31 December, des
middags 12 uur.
UITGEVER:
Waalwijk.
i.i v.
DOCTÜK HJIHTON.
STAAT VAN BRIEVEN
NATIONALE MILITIE.
De Echo van het Zuiden,
Dit blad verschijnt Woens&g en Zaterdag avond.
Abonnementsprijs per 3 manden 1,00.
Franco per posi door heigeheele rijk f 1,15.
Brieven, ingezonden stuken, gelden enz., franco te zenden
aan den Uitgever.
Geopend op we^dagen: 8 voorm. 9 nam.
Zti'dagcn 9—10 v. 121 n.
J 2.30—3.30 n.
Gelegenheid tot afalen der aangekomen brieven
van 5.15 tot 5.3! n.
Hulpkütoor BAARDWIJK.
Geopend: op /erkdagen 810 voorm. en
/25 nam.
bondagen 710 voorm.
Hulpjantoor BEZOOIJEN.
Geopend: ophverkdagen 8 voorm. 9 v.
12 n. 3—4 n. en 58 n.
Zondagen: 7.30—9.30 voorm.
en 11.30 v. 12.30 n.
hulpkantoor DRUNEN.
Geopend op werkdagen T1/z voorm. 12
n.24 n. en 6 tot T1/^ n.
Zondagen 89 voorm. en 2
4 nam.
Advertentiën 17 regels 0,60 daarboven 8 cent per regel;
groote letters naar plaatsruimte. Advertentien 3 maal ter plaatsing
opgegeven, worden 2maal berekend. Advertentiën voor Duitscli-
land worden alleen aangnomen ioor het advertentiebureau van
Adolf Steiner, Hamburg. Reclames 15 cent per regel.
3 n.
3.25 n.
5.45 n.
7.20 n.
8 a.
's Grcv. Capelle, Waspik er. Raains-
(louk.
Baardwijk,* Druncn, Elïhout, Heu9-
dtn en Gorinchem.
Bezooijcn,* Sprang,* Kaatsheuvel,*
Loonopzand,* Tilburg,* 's Hertogen
bosch* en corresp. treinen.*
Bczooijen,* 's Grev. Capelle,* Was
pik* en Raamsdonk.*
Tilburg* en coiresp. treinen.*
's Grcv. Capelle* en Waspik
Naar de plaatsenwier namen met vette letter
zijn gedruktgeschiedt eene gelijktijdige verzending
van brieven en postpakketten.
De met een gemerkte verzendingen, worden
op Zon- en algemeen erkende Christelijke feest
dagen NIET uitgevoerd.
Gewone brieven en postpakketten moeten
minstens een kwartier, en aangcteckendc
brieven minstens een halfuur vóór het vertrek
ten kantore bezorgd zijn, om in de eerstvertrek-
kende post b:grepen te worden.
7.1c v.
1015 v.
Vertrek van het postkantoor
Bezooijen, Sprang, Kaatsheuvel, Loon
opzand, Tilburg en corresp. treinen.
Baardwijk Druncn Nieuwkuik
Vlijmen en 's Hertogenbosch.
Kaatsheuvel. Tilburg en corresp.
treinen.
Naar het Duitsch van G. Wild,
10e HOOFDSTUK.
X
De kleine oude man, die tot dichtbij de bfc'ae
heeren was doorgedrongen had deze woorden
duidelijk verstaan.
Zijn gerimpeld gelaat werd eensklaps doods
bleek en uit zijne fonkelende oogen spraken
ontsteltenis en angst.
Nauwelijks was de graaf in de coupé geste
gen of de kleine man volgde hem eu terwijl
eerstgenoemde Henri door het portierraam nog
een vriendelijken groet toezond, ging de tweede
in zichtbare onrust in een hoek zitten.
Brieschend verliet de trein het station om in
pijlsnelle vaart 1 ngs de spoorbaan te vliegen.
De graaf was van het venster getreden en had
plaats genomen.
Hij et. de kleine mau waren alleen in de
coupé. Lord Neviile's blik gleed onverschillig
over den tegenover hem zitteuden heen deze
stond hoffelijk op en nam zijn hoed af.
De graaf beantwoordde deze beleefdheid op
zijne gewone stroeve wijze.
Maar de kleine liet zich door deze koelheid
niet afschrikken.
ii De heer graaf zal zich v. ellicht mijner niet
herinneren", sprak hij op vleienden toon.
„Neen, in 't geheel niet" luidde het onvrien
delijk antwoord.
„Nu ja, 't is ook al een heele tijd geleden,
een goede twintig jaar toen was ik huisdoctor
op het slot Nevillemijn naam is Burton."
De graaf zag den man aan met een gezicht,
als wilde hij zeggen: „wat kan mij dat schelen."
Dokter Burton vervolgde
geadresseerd aan onbekenden.
Verzonden gedurende de le helft van Nov.
Van het hulpkantoor Besoijen.
J. Verwolde Hazerswoade.
Kunnende de brieven door tusschenkomst van
het postkantoor terugbekomen worden.
De directeur,
BAGGERMAN.
Oproeping tot inschrijving.
Burgemeester en wethouders van Waalwijk,
gelet op art. 19 der wet van den 19 Augustus
1861 (Staatsblad no 72), betreffende de inschrijving
voor de nationale militie, brengen ter kennis var:
de belanghebbenden
Dat alle mannelijke ingezetenen, die op den 1
Januari van het jaar 1886 hun 19de jaar zijn
„Ik had toen tertijd het geluk mevrouw de
gravin te mogen behandelen toen zij het leven
schonk aan een meisje. Ook mijne zuster, mis
tress Bell, had bij die gelegenheid de eer ge
durende eemgen tijd der gravin Neville hare
diensten te wijden."
De graaf wierp den spreker een woedenden
blik toedr. Burton had daar eene wonde aan
geraakt, die nog immer bloedde.
In weerwil van zijne liefde voor Henri kon
Ar."gaaf het nog maar altijd niet tc boven ko
men, dat ...^"een zoon had.
„Waartoe zegt "ji mij dit alles?" vroeg hij
barsch.
Dr. Burton liet zich nit.bang maken.
„Mij staat alles zno levendig "nor dej* -.est,
alsof het eerst gisteren gebeurd was", p hij.
„De heer graaf had zoo vurig een z^.f;'er
langd, en het kind was maar een meisje."
De toornader op 's graven voorhoofd zwo ge~
weldig op.
„Mijnheer, pas op uwe tong", schreeuwè hij
heftig, „anders laat ik u aan het eerste sttion
er uit werpen."
„Zacht, zacht, heer graaf, dat zult gij niet
doen, want daartoe hebt gij geen recht", htrnam
de kleine man onverschrokken „ik geloowel
Jat bet u pijnlijk is herinnerd te worde/ aan
uwe teleurgestelde hoop. Maar gij hel! een
plaatsvervanger in uwen pleegzoon."
De graaf kon zich niet onthouden eener ver
wonderd vragende» blik op dr. Burton te w#rpen.
Wat wist deze man van Henri?
„Een schoon jonkmandie uwe opvoeding
alle eer aandoet," ging dr. Burton voort, „wie
had ooit kunnen denken dat de zoon van den
armen boschwachter eene zoo glansrijke carrière
zou maken.
Slechts met moeite onderdrukte de g;faaf een
kreet van verrassing.
„Gij hebt edel met den armen knaap gehan
deld, om welken de eigenlijke ouders zich in 't
geheel niet schenen te bekommeren," zoo ging
ingetreden, namelijk die geboren zijn in het.jaar
1867, onverschillig of zi.j redenen van vrijstelling
hebben of nietverplicht zijn zich in de maana
Januari 1886 voor de militie te doen inschrijven:
dat voor ingezetene wordt gehouden
1. hij, wiens vader, of, is deze overleden, wiens
moeder, of, zijn beiden overleden, wiens voogd
ingezetene is volgens de wet van den 28 Juli
1850 (Staatsblad no 44);
2°. hij die geen ouders of voogd hebbende
gedurende de laatste achttien maandenden 1
Januari 1886 voorafgaande in Nederland verblijf
hield
3°. hij, van wiens ouders de langstlevende in
gezeten was, al is zijn voogd geen ingezeten mits
hij binnen het rijk verblijf houdt;
dat voor ingezeten niet wordt gehouden
de vreemdeling, behoorende tot een staat, waar
de Nederlander niet aan de verplichte krijgsdienst
is onderworpen, of waar ten aanzien der dienst
plichtigheid het beginsel van wederkeerigheid is
aangenomen, terwijl daarentegen hij, die eerst na
het intreden van zijn I9fle, doch 'voor het vol
brengen van zijn 2Óste jaar, ingezeten wordt,
verplicht iszichzoodira dit plaats heeftter
inschrijving aan te geven
dat voor de militie niet wordt ingeschreven:
1°. de in een vreerad rijk achtergebleven zoon
van een ingezeten, die Nederlander is, en
2°. de in een vreemd rijk verblijfhoudende
ouderlooze zoon van een vreemdeling', al is zijn
voogd ingezeten
dat de inschrijving geschiedt:
1°. van een ongehuwde in de gemeente, waar
de vader, of, is deze overleden, de moeder, of,
zijn beiden overledende voogd woont
2°. van een gehuwde en van een weduwnaar
in de gemeente waar hij-woont;
3o. van hem, die geen vader moeder sf voogd
heeftof door dezen is achtergelatenof wiens
voogd buiten 's lands gevestigd is, in de gemeente
waar hij woont
4o. van den buiten's lands wonenden zoon van
een Nederlander, die ter zake van 's lands dienst
in een vreemd land woont, in de gemeente, waar
zijn vader of voogd het laatst in Nederland ge
woond heeft.
Bij ongesteldheidafwezigheid of ontstentenis
is de vader, of, is deze overleden de moeder of
zijn beiden overleden de voogd, tot het doen van
die aangifte verplicht.
Met de waarschuwing, dat diegenen, welke zich
op den 31 Januari 1886 niet hebben aangegeven,
overeenkomstig de wet zullen worden gestraft.
Waalwijk, 12 December 1885.
De regeering van den onafhankelijken Congo-
staat heeft met de hn. Hulton, lid van het En-
gelsche parlement en president van de kamer van
koophandel te Manchester Maccion directeur
van de Britisch India Company en Stanley, als
vertegenwoordigers van een Engelsch syndicaat,
gevormd onder den naam van The Congo Railway-
Syndicate limited een contract gesloten, volgens
hetwelk de concessie voor den aanleg en de
exploitatie van den spoorweg tot verbinding van
den beneden- met den boven-Congo wordt
verleend aan eene maatschappijwelke door het
Engelsch syndicaat zal worden opgericht. De
inschrijvingen voor het kapitaal der maatschappij,
waarvan de eerste uitgifte fr. 25,000,000 zal
beloopenzullen opengesteld worden in de
hoofdsteden der 14 staten, die aan de conferentie
te Berlijn hebben deelgenomen.
Men verneemt, dat Stanley in het voorjaar
als gouverneur van den Congostaat, weder daar
heen zal gaan.
Op de tentoonstelling van aardappelen, te
Luik gehouden, was er een, die niet minder dan
1450 gram woog. De langste was 32 centimeter.
Ouder de prijzen voor den kluchtigsten vorm
werd cr een toegekend aan een aardappel welke
op den kop van een bulhond, en ten tweede
aan een die op een laars geleek.
Een voorzichtig rentenier te Charleroi, die
zijn bezit tegen dieven wilde beschermen liet
aan de achterzijde van zije huis de blinden aan
den binnenkant met ijzer beslaan. Terwijl de
werklieden hiermede bezig waren is door de
openstaande straatdeur een dirf binnengekomen,
die in de voorkamer eene secretaire met geweld
geopend en daaruit fr. 3000 in zilver en goud
geuomen heeft.
Onze lezers herinneren zich wat indertijd
is medegedeeld omtrent een adellijken oplichter,
zich noemende burggraaf de Cadignan, die vooral
de arts kalm voort; „de arme jongen heeft zijne
ouders in 't geheel niet gekend."
„Wat weet gij van die lieden?" vroeg de graaf
gejaagd, want hem beving plotseling een hevige
angst, dat Henri's ouders nog in leven waren;
wel had hij den knaap destijds voor een bedui
dende som gekocht, maar 't was hem 9teeds
pijnlijk te weten, dat er iemand was die aan
spraak op Henri's liefde kon maken.
De doctor zag de hevige opgewektheid van
den graaf.
„Bedaar, mylord", sprak hij lachend, „er zal
niemand komen om aanspraak te maken op de
liefde van uwen beschermeling; ik ken toevallig
den man die het kind aan den boschwachter
ter verpleging gaf; deze zal geen het minste
recht op den jongen man doen gelden, want
deze is niet zijn zoon, gelijk gij schijnt te ge-
looven."
„Wie wie zijn dan Henry's ouders?" riep
de graaf bewogen.
Doctor Burton haalde de schouders op.
„Er zijn geheimen waaraan men niet mag
raken," sprak hij kalm „als gij met mij in
relatie wilt treden, hier is miju adres; ik sta
steeds ten uwen dienste. Nog een ding, heer
graaf; ik hoorde zoo even dat de jonge man u
de groeten opdroeg voor zijne bruid. Wie is
dat meisje?
„Mijne dochter," antwoordde de graaf, bijna
tegen zijnen wil.
«Nu de dochter van graaf Neville kan wel
een betere partij doen denk er eerst nog eens
over, heer graafga niet overijld te werk met
die verbintenis."
"Wilt gij wel zwijgen, riep de graaf heftig
met den voet stampend; „wat gaat hst u aan
aan wien ik mijne dochter uithuwelijk?"
//Wellicht meer dan gij gelooft," hernam de
arts veelbetekenend; „doch daar houdt de trein
stil; ik ben aan het doel mijner reis heer
graaf, ik waarschuw u, geef uwe dochter niet
aen dezen jongen man 't zou u eens bitter
kuunen berouwen denk aan doctor Burton."
Hij groette en was verdwenen, eer dat de
graaf van zijne verbazing bekomen was.
Toen hij er aan dacht uit te stijgen en den
doctor te volgen om hem tot een duidelijker
antwoord te dwingen had de trein zich reeds
weder in beweging gesteld en de graaf moest
zijn voornemen opgeven.
11e HOOFDSTUK.
DE VLUCHT.
In doodelijke spanning tusschen vrees eu hoop
geslingerd, wachtte Minnie het uur harer vlucht.
Aan hare moeder had zij een langen brief ge
schreven en het papier met vele bittere tranen
besproeid.
Thans, nu het oogenblik der beslissing naderde,
voelde zij eerst hoe gewichtig en vol verant
woordelijkheid de stap was, dien zij dacht te
doen.
Zij stelde zich den toorn, de woede haars
slrengen vaders voor, als hij hare vlucht en te
gelijkertijd het verijdelen zijner plannen vernam.
Zij dacht aau den' schrik en den rouw harer
geliefde moeder en 't scheelde weinig of haar
besluit was aan 't wankelen gegaan.
Maar dan kwam haar weder het beeld des
geliefden voor den geestzij stelde zich zijne
smart, zijne vertwijfeling voor, als hij zou komen
en haar niet vinden, en dan dacht zij aan Henri,
voor wieD zij slechts eene zusterlijke toegenegen
heid koesterde.
Zou zij aan de zijde van een man, dien zij
niet beminde, haar geheele leven treurend door
brengen met het beeld van een anderen in 't
hart en met eene leugen op de lippen voorden
priester treden om eene verbintenis te laten
iuzegeuen die voor haar enkel een zware last
was
Neen, neen, dat kon zij niet doen.
Liever sterven dan een zoo ellendig leven
voort te slepen.
Wordt vervolgd.