Nummer 45.
Zondag 5 Juni 1887.
10e Jaargang
i
Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen.
i Gemeenteraad van Waalwijk,
GEWAAGD SPEL,
ANTOON TIELEN,
UITGEVER:
Waalwijk.
De Echo van het Zuiden,
Kil» ffl
Dit blad verschijnt Woensdag en Zaterdag avond.
Abonnementsprijs per 3 maanden.ƒ1,00.
Franco per post door het geheele rijk f 1,15.
Brieven, ingezonden stukken, gelden enz., franco te zenden
aan den Uitgever.
OPENBARE VERGADERING
op Woensdag 1 Juni nm. 8 uur.
Afwezig de burgemeester Van Grotenhuis
en dr. De Haan.
Voorzitter de wethouder J. Timmermans Wz.
De voorzitter zegt, dat bij voortdurende
ziekte van den wethouder De Haan en onge
steldheid van den burgemeester, waarvan deze
kennis heeft gegevenaan hem de taak te
beurt valt deze vergadering te praesideeren,
en opent de vergadering.
De notulen der vorige vergadering worden
na voorlezing onveranderd goedgekeurd.
De voorzitter gelast de deuren te sluiten.
De heer Van der Heijden„mijnheer de
voorzitter, ik stel voor het aan de orde zijnd
onderwerp in het openbaar te behandelen
daar kan m. i. niets tegen zijn't is een
zaak van algemeen belang."
De voorzitter „mijnheer Van der Heijden,
de raad kan hierover met gesloten deuren
beraadslagen."
De deuren worden gesloten en blijven on
geveer vijf kwart uurs dicht.
Na heropening der deuren zegt de voor
zitter „mijne heerenik open de debatten
over de aanvulling der vacature van gemeente
geneesheer."
De heer Baijens,,'t is nu openbare ver
gadering heeft het dag. bestuur daarin geen
voorstel te doen?"
De voorzitter„het voorstel van het dag.
bestuur is in de besloten vergadering ter
zijde gesteldwij hebben geen ander te
doen."
De heer Baijens „dan stel ik voor een
nieuwe oproeping te doen voor een gemeente
geneesheer tegen f1300 of f1400."
De voorzitter „ik geef den heer Baijens
in overweging zijn voorstel meer correct te
maken en een zekere som te noemen."
De heer Baijens „welnu f 1300 dan."
De heer Zijlmans „ik stel daar tegenover
Vrij naar het Hoogduitsch vau HE RHINE
FRANKENSTEIN,
11 door LUCIFER.
Hoofdstuk V.
GEDURENDE HET ROUWJAAR.
Toeo er eene week later nog geen antwoord
van Nina was gekomen, schreef baar lady Ro
keby een ongemeen zei hoerenden brief' vol be
tuigingen van deelneming en stelde hare eigene
gehuichelde smart als zoo hartbrekend voor, dat
zij naar ziel en lichaam was geknakt. Lady
ltokeby bood der weeze haren troost aan eD
zeide haar dat zij van nu af alles voor elkander
motsten zijn op de wereld. Zij eindigde met
het valsche beweren dat het de wenscli des
overledenen was, dat zijne dochter nog een jaar
langer in het Parijsch pensionaat bleef, en daar
de wensch eens dooden heilig is had lady Ro-
keby haar persoonlijk gevoelen in deze aange
legenheid onderdrukt en toegestaan dat Nina
nog een jaar onder de hoi de barer voortreffelijke
fransche onderwijzeressen bleef.
„Dat houdt het meisje weer voor een jaar
verwijde»d dacht Lady Rokeby als zij den
brief verzegelde. „Ik wil ze hier niet hebben
om mijne handelingen te laten beknibbelen, tot
dat het jaar om is en ik doen kan wat ik wil."
Zoo werd de brief dan afgezonden en de
dochter des baronets gedoemd om Dog langer
op school te blijven ofschoon haar hart brak
omdat zij met haar diepe droefheid zoo geheel
alleen onder vreemden moest blijven.
Zoo wat drie weken uadat uit Indie de brief
was aangekomen met het doodsbericht van
'■iiaaga
■j"1"»1
Advertentiën 17 regels f 0,60 daarboven 8 cent per regel,
groote letters naar plaatsruimte. Advertentien 3 maal ter plaatsing
opgegeven, worden 2maal berekend. Advertentiën voor Duitsch-
land worden alleen aangnomen ioor het advertentiebureau vam
Adolf Steiner, Hamburg. Reclames 15 cent per regel.
f1500, want voor f1300 zal er nog wel geen
candidaat komen."
De voorzitter„ik betreur het dat men
tot dergelijke cijfers overgaat, nadat men in
de gelegenheid is geweest veel voordeeliger
en toch behoorlijk te slagen."
De heer Ingen-Housz „er wordt nu f 1300
en f1500 voorgesteld. Zou 't misschien niet
voordeeliger zijn een vroedvrouw te nemen en
een dokterik heb wel gehoord dat de
dokters liever zouden komen als er een
vroedvrouw was."
De heer Van der Heijden „het door den
heer Ingen-PIousz gezegde blijf ik bijde
accouchementen rooven veel tijd van een
doctoren omdat er toch zooveel lieden
zijn, die zoo'n groot medelijden hebben met
de armen, zou ik er voor zijn een vroed
vrouw aan te stellen en de armen vrijheid
te geven een doktor te nemen, dien zij ver
kiezen en die heeren per visite te betalen
dan kan ieder zijn zin volgen en is niemand
verplicht een bepaalden geneesheer te nemen,
terwijl het zeker niet meer zal kosten dan
nu wordt voorgesteld."
De heer Zijlmans„als er kwinkslagen
worden gedaan op het verhandelde dan zul
len we alles maar opnieuw in 't publiek be
ginnen daar ben ik altijd voor geweest."
De heer Van der Heijden: „welnu laat al
het gesprokene in de courant zetten ik ben
de eerste die voorgesteld heeft de zaak in
't openbaar te behandelen."
De heer Baijens„op zoo'n wisselvalligheid
zal zich geen enkel dokter hier vestigen."
De heer Zijlmans „zeker zouden vele dok
ters er mede vereerd zijn, dat er een vroed
vrouw door de gemeente werd genomen,
maar dat kan nooit iets uithalen als zij niet
is voor beiden; was hierop mogelijkheid
geweest, dan was er reeds lang geleden een
hier geweest en zou de tegenwoordige vaca
ture niet hebben plaats gehadwant zooals
ik reeds in de geheime vergadering heb
gezegd is dit een der redenen waarom de
gemeentegeneesheer zijn ontslag heeft ge
nomen."
sir Henry ontvang zijn zaakwaarnemer in Can-
terburry een schrijven van de weduwe waarin
deze hem verzocht den volgenden dag op Rook-
hurst te komeu. Hij voldeed aan haar ver
langen en bracht een af chrift mede van het
testamentdoor sir Henry daags voor zijn
vertrek gemaakt.
Lady Rokeby ontving hem in de bibliotheek,
een hoog prachtig gemeubeld vertrek waar zij
en hare gezelschapsjuffrouw in zware rouwklee-
ding zaten.
„Ik heb u verzocht bij mij te komen mr.
Harpezeide lady Rokebynadat de eerste
begroeting was afgeloopen, „om te vernemen of
mijn arme echtgenoot een testament heeft na
gelaten. Ik heb zijne schrijftafel doorzocht
maar geen dergelijk stuk gevonden. Als er geen
uiterste wilsbeschikking door hem gemaakt is
zoude ik gaarne weten op welke wijze er voor
mij gezorgd is."
De aangesprokenemr. Harpe een klein
schraal mannetje met een groot, kaal hoofd
keek lady Rokeby bij deze droge zakelijke toe
spraak verrast aan. Hij had verwacht de dame
geheel door verdriet terneer geslagen te vinden,
zooals zij algemeen werd afgeschilderdmaar
hare oogeu waren klaar en helder, hare wangen
zagen er frisch uit, hare gelaatstrekken waren
kalm, evenals of zij over een heel onbeduidende
zaak sprak.
Harpe die sir Henry's edel hart nauwkeurig
had gekend gevoelde van het eerste oogenbük
af een grooten afkeer van lady Rokeby.
//Zij heeft hem niet bemind" zeide hij da
delijk in zich zelve. Zij is eene huichelaarster,
en de liefde vau sir Henry was aan haar weg
geworpen. Bij mijne ziel ik geloof dat zij in
hem niets beminde dan zijn geld en zijn titel.
Lady Rokeby's scherpe bespiedende blik be
merkte onmiddellijk den ongunstigen indruk
die zij gemaakt bad. Zij beet zich op de lippen
De voorzitter„Er is uu voorgesteld het
salaris te bepalen op f 1300 en op f 1500
de heer Ingen-Housz acht het voordeeliger
een vroedvrouw te beroepen en een dokter,
op welk cijfer, mr. Ingen-Housz, zoudt u de
jaarwedde wenschen te bepalen
De heer Ingen-Housz „Dit weet ik zoo
niet, ik zou daarover deskundigen raadple
gen en dan bepalen dat zij hare diensten
moet bewijzen aan de beide doctoren."
De heer Zijlmans.: „Laat ons een genees
heer oproepen op het voorgestelde salaris
dan kan hij zelf een vroedvrouw nemen."
De heer Timmermans van Turenhout
„Door besprekingen zou het idéé van mijn
heer Ingen-Housz wellicht kunnen vergemak
kelijkt worden."
De heer Zijlmans „Het is juist een der
motieven waarom de tegenwoordige gemeente
dokter is vertrokken. Als er vroeger ieder
dokter f 150 hadden willen bijdragen voor
een vroedvrouw dan had hij zeker gebleven,
maar er was geen kans van slagen."
De heer van der Heijden„Na al de
voorstellen die er gedaan zijn stel ik voor
aan het dag. best. op te dragen uit al de
gedane een nieuw te formuleeren en dit aan
den raad voor te leggen."
De heer Baijens„De verschillende voor
stellen kunnen zeer goed achtereenvolgens
in stemming worden gebracht."
De voorzitter „Het voorstel van den heer
van der Heijden is het meest afwijkend;
ik breng het daarom het eerst in stemming.
De heer Ingen-Housz bleef buiten stemming,
tegen de leden van HeijstZijlmans en
Baijens voorde overige leden, zoodat het
voorstel v. d. Heijden werd aangenomen met
6 tegen 3 stemmen."
De voorzitter „Zijn er ook nog heeren die
het woord verlangen over het aan de orde
zijnde onderwerp? Andere zaken verzoek ik
hen te bewaren tot een volgende verga
dering."
De heer van der Heijden„Ik heb wel
niets meer te zeggen over de doctorsquaestie,
maar over iets dat daarmede eenigszins in
en hare wangen werden vuuriood. Haar voor
hoofd rimpelde zichcn mr. Harpedie haar
ongeduld bemerkte, haastte zich te antwoorden:
//Sir Henry heeft een testament nagelaten, mijne
lady. Het werd ten mijnen kantore te Canter-
burry gemaakt op denzelfden dagdat hij van
Engeland afreisde Indie. Gij zult u heiinneren
dat hij destijds naar Canterburry reed, toen hij
Rookhurst verliet. Hij kwam direct in mijn
kantoor, dicteerde mij het testament en ouder-
teekende het. Daarna reed hij naar het station,
om over Dover naar Calais te gaan. Het testa
ment welks rechtsgeldigheid onmogelijk kan
worden betwist, bleef bij mij in bewaring."
„Ik geloof dat die door niemand zal betwijfeld
worden," zeide lady Rokeby koelofschoon sir
Henry dien morgen vreeselijk opgewonden was
door de treurmare vau de ziekte zijns zoons en
de droefheid mij en zijn tehuis te moeten ver
laten, toch geloof ik dat hij volkomen in staat
was een uiterste wilsbeschikking te maken. Ik
heb u alle bijzouderheden betreffende sir Henry's
dood eu eenige brieven met berichten over die
lieurige gebeurtenis gezonden, welke ik uit Indie
ontving. Daar zijn ontzettend lot helaas 1 een
feit isis het tijd zijn uitersten wil te doen
kennen."
De zaakgelastigde haalde een langesmalle
lederen brieventasch to voorschijn en nam daar
uit een netjes toegevouwen papier.
„Hier heb ik een afschiift van het testament,"
zeide hij kortaf. „Verlangt gij dat het testament
overeenkomstig de wet in tegenwoordigheid van
getuigen worde gelezen
Neen dat is onnoodig. Laat al de gewone
inleidingsfrasen weg, en zeg mij alleen hoe mijn
echtgenoot over zijn persoonlijk vermogen heeft
beschikten over al die goederen welke niet
tot het onvervreemdbaar erfgoed behooren. Ik
wensch slechts te weten aan wie liij die heeft
nagelaten.
it'
verband staat. Alle billijke voorstellen na
melijk van B. en W. om Baardwijk en Bezooien
te doen bijdragen in de jaarwedde van een
geneesheer hebben echec geleden wij wer
den zelfs nog uitgelachen toe. Volgens de
getuigenis nu van de opperbrandmeesters
verkeert onze brandweer in uitmuntenden
toestand, en hebben wij die van Baardwijk
of Bezooien niet noodig, die gewoonlijk als
zij komen toch de boel maar in de war
gooien. Ik stel daarom voor te bepalen dat
onze brandspuiten niet meer ongevraagd naar
Baardwijk of Bezooien zullen gaan, en dan
nog alleen tegen vergoeding van de kosten
door ons te maken."
De voorzitter sluit de vergadering.
Voordat in de laatste raadsvergadering de
doktersquaestie in het openbaar werd behan
deld, had dit reeds plaats gehad achter de
gesloten deuren.
In die besloten vergadering was met 5
tegen 4 stemmen de pas afgesneden om te
komen tot een regeling, waarbij voor de be
handeling der armlastingen in onze gemeente
een medicinte doctorarts zou worden aange
steld benevens eene vroedvrouw, op eene ge
zamenlijke jaarwedde van acht honderd
GULDEN.
Voor die regeling verklaarden zich de wet
houders Timmermans en Ingenhousz, en de
leden van der Heyden en Timmermans van
Turenhouttegen de leden Zijlmans, Bayens,
Mombers, Hoffmans en Quirvns; dr. Van
Heyst bleef buiten stemming.
Zooals blijkt uit ons verslag hebben de
leden Bayens en Zijlmans o. a. voorgesteld
een nieuwe oproeping voor een geneesheer
te doen, de eerste op eene jaarwedde van
ƒ1300, de tweede van ƒ1500, terwijl op
Er lag in den toon en den blik van lady
Rokeby eene hebzucht die Harpe ontroerde.
In haren haastom den inhoud der uiterste
wilsbeschikking te leeren kennen had zij haar
masker gedeeltelijk afgeworpen, en iets van haar
werkelijk karakter onthuld, wat hij ook onmid
dellijk opmerkte.
„Sir Henry heeft, in het vooruitzicht van den
dood van zijn zoon en erfgenaam", hernam Harpe
op vormelijken toon, „al zijoe persoonlijke goe-
dereu en bezittingen aan zijne dochter Nina
vermaakt."
„Alles aati haar?" mompelde lady Rokebv.
„Alles, zegt gij „Alles my lady. Mis Ro
keby erft door den dood baars broeders ook
Rookhurst en de goedereu van het fideicommis,
zij 19 eene der rijkste erfdochters van Engeland.*
„En eu miju naam, is die niet vermeld
„Siï Henry verklaart dat gij door de bij hu
welijksvoorwaarden gemaakte bepalingen volko
men verzorgd zijt. Gij heb een klein slot als
weduwengoed en eene jaarrente vau 4000 pd.
st., die gij zelfs niet verliest bij een tweede
huwelijk wat in mijne oogen een uiterst
grootmoedige verzorging is."
„Eo in de mijne een zeer armzalige", riep
lady Rokeby met gef.onste wenkbrauwen. Sir
Henry's dochter heeft zeventig duizend pond
'sjaars en ik een armzalige vierduizend, 't Is
een schande, eeu diepe brandeude hoon voor mij.'
„Sir Henry hield de som voor voldoende, en
ik moet bekennen, dat ik het met hem eens
ben verklaarde Harpe. „Bij uw huwelijk waart
gij met die bepaliugen tevreden en er is niets
meer aan te veranderen. Als gij er niet mede
iustemdetwaarom hebt gij er u dan niet
tijdens zijn leven over beklaagd Waarom
wachtet gij tot na zijn dood om hem van on
rechtvaardigheid te beschuldigen
(Wordt vervolgd.)