BUITENLAND.
Frankrijk.
Spanie.
Engeland.
Duitschland.
Italië.
Bulgarije.
Amerika.
BINNENLAND.
De voorzitter„Ik heb dat enkel gezegd om
aan te toonen, dat ik de verordening wel zoo
kan wijzigen, dat de sociëteiten onder haar be
reik valien.
Maar ik begrijp niet wat men nog tegen de
bepaalde wijziging heeft. Ik heb toch nooit iets
gedaan dat wantrouwen kon wekken. Als ze
permissie vragen krijgen zij ze. Ik ben niet
valsch. Een bewijs daarvoor is, dat toen on
langs om bepaalde redenen besloten was, poii-
tieuur te houden, ik de lui eerst heb laten
waarschuwen. Als ik dus zeg dat ik tot nader
order permissie geef, behoeft men niet bang te
zyn."
De heer Timmermans„Niemand zal daar
over met u twisten, maar u zult toch wel be
grijpen, dat eene gevestigde sociëteit, die recht
heeft, van dat recht geen afstand zal gaan doen
en permissie gaan vragen."
De voorzitter „Toen de sociëteit nog bij raej.
Timmermans gevestigd was, toen had zij dat
rechtthans niet, daar zij in verbinding staat
met een tapperij."
De heer Timmermans„Zoo zal 't zijn na (li-
wijziging en daarop juist komt het aan. Als
de vroegere bepaling behouden blijft, zal eene
bekeuring aan groote bedenking onderhevig zijn;
het bezwaar ligt juist in deu gewijzigden tekst;
hieromtrent zijn verzoekers en gedeputeerde sta
ten het geheel eens; de vorige bewoordingen
waren goed en bij de nieuwe wordt de sociëteit
wel degelijk gelijk gesteld met andere huizen
waar drank wordt verkocht, misschien wel vaag,
daarover wil ik niet twisten."
De heer Verbunt „Ik beaam ten volle het
door den heer Timmermans gezegde. Ik wil
echter nog releveert-n dat ik, en ik meen zeker
ook andere leden van den raad, de nieuwe be
paling hebben goedgekeurd, in de vaste overtui
ging dat do sociëteiten daarbij niet bedoeld
waren."
De voorzitter „Gedeputeerde staten zullen het
io\oa\ niet kennen. Toen ik onlangs als getuige
ben geroepen door van Schijndel heb ik het
openbaar ministerie de leer hooren verkondigen,
dat al wat in bet zelfde huis is als de tapperij
tot de tapperij behoort. Anders kan meu wel
zeggen ik zat niet in de herberg maar op den
trap. Staat men op den drempel van zulk huis
dan is men reeds strafbaar.
Ik stel voor hg- raadsbesluit te handhaven."
Dc ucG? van der Heijden „Ik meen toch
verstaan te hebben dat u de sociëteiten niet
bedoeltik geloof dat het voor een gezonde
toepassing beter was dit te verklaren."
De voorzitter „Op 't oogenblik is het geen
sociëteit. Door hierop bevtstigand te antwoor
den zou ik mij verbinden en dat kan ik niet
doen."
De heer van der Heijden „Dus zijn de so
ciëteiten er wel onder begrepen, eu zouden we
dus hier iu eene gemeente als Waalwijk, geen
sociëteiten mogen hebben, waar rustige burgers
in vrijheid kunnen blijven zitten als 't hun
goeddunkt
De voorzitter: „AU de leden der sociteit nette
lui zijn, die zich fatsoenlijk gedragen, dan hebben
zij van de bepaling dezer verordening niets te
vreezen. Wat kan Jt hun schelen welke bepa
lingen er gemaakt worden als zij zich niet in
gevaar stellen ze op zich te zien toegepast
Wat geef ik er om welke straffen het straf
wetboek bedreigt tegen brandstichting? 't Zal
niet in mij opkomen om een huis in brand te
steken, ik zal daaraan geen lucifer verspiller..
Als de leden der societ6it zich netjes gedragen
en hat lokaal netjes verlaten, hebben zij niets te
vreezen."
De heer van der Heijden: „Maar de politie
zal dan altijd het recht hebben in de sociëteit
op te treden."
De voorzitter: „Als er iemand in zit, die zich
vlegelachtig gedraagt, dan zal de politie hem er
uitgooien."
De heer Verbunt „Wij spreken nu hoofdza
kelijk over de Gezelligheid, maar de andere so
ciëteiten, b.v. die op Musis?"
De voorzitter„Naar ik vernomen heb is die
ontbonden eo bestaat niet meer. Maar zelfs
vroeger was dat ook geea sociëteit, omdat het
lokaal niet uitsluitend gebezigd werd voor de
leden. Er werden van allerhande vergaderingen
gehouden. Herhaaldelyk heb ik er een borrel
gedronken en ik was toch geen lid van Musis."
De heer Timmermans: „Tot dusverre waren
de sociëteiten uitgesloten. Zooals duidelijk blijkt,
zal dit onder de nieuwe bepaling niet het geval
zijn. Ik blijf dus bij het door mij gezegde en
stel yoor de vroegere bewoordingen te behouden."
De voorzitter: „De raad moet het maar weten,
ik zal mijn voorstel tot handhaving in omvraag
brengen. Mijnheer Hoffmans, bent u voor of
tegen handhaving?"
De heer Hoffmans. „Ik zou in zooverre mede
kunnen gaan om de sccieieit vrij te stellen, »-ls
het enkel de bestaande gold; maar we weten
niet welke misbruiken er kunnen gemaakt worden.
Er kunnen andere sociëteiten komen en er
zijn er reeds in de geboorte op die wijze zou
den wij voor groote moeielijkheden kunnen ko
men. Daarom moeten de sociëteiten maar vol
doen aan de eischen dus om bij mijn standpunt
te blijven ben ik voor het handhaven van het
raadsbesluitmaar tevens voor royaal gebruik
er van te maken."
De heer Timmermans „Mijnheer de voor
zitter, als 't uw plan is het debat over deze
zaak nog te laten voortduren, dan i9 't wat an
ders. Maar ik meende dat wij aan 't stemmeu
waren over uw voorstel. En als dan ieder zijn
stem gaat motiveeren, zooals de heer Hoffmans
goedvindt te doen dan kan 't nog laDg duren
eer wij aan een eind zijn."
De voorzitter„ik sluit het debat over de
zaak en breDg mijn voorstel in stemming."
Voor de leden Hoffmans Wijten Zijlmans
Gragtmans, Baijeos en Ficq.
Tegen de leden TimmermansQuirijnsvan
der Heijden Verbunt.
De deuren worden gesloten.
De rechter van instructie Athalin heeft het
onderzoek in de zaak tegen Wilson ten einde
gebracht, zoodat geen getuigen of beklaagden
meer gehoord zullen worden. Hij houdt zich
thans onledig met het opmaken van het
rapport.
Er was weer schromelijke overdrijving
in het bericht dat er bij twee Duitschers,
Herzog, vader en zoon, onder valsche namen
in het kamp van St. Maur als voddenrapers
toegelaten, twee patronen van het Lebel-ge-
weer gevonden zijn en dat zij dientengevolge
als spionnen in verzekerde bewaring zijn ge
nomen. Vooreerst dient dat de soldaten in
het kamp van St. Maur niet gewapend waren
met het Lebel-geweerwel zijn er proefne
mingen mede gedaan. Ten anderen heeft
men noch bij den vader, noch bij den zoon
gevulde patronen gevonden. De zoon, een
knaapje, heeft gelijk vele andere kinderen
plegen te doen, eenige hulzen en andere over
blijfselen van patronen, die hij in het kamp
had zien liggen, opgeraapt. Eene aardigheid
van een kind dus.
Te Gentilly (bij Parijs) is de waterleiding
van Villejuif naar Parijs gesprongen. De Route
de Fontainebleau, waar het ongeluk plaats
had, was in weinige oogenblikken overstroomd
er viel een kuil van twee meter diepte, vier
meter breed en niet minder dan vijftig meter
lang in deri weg. Het water stroomde in de
lager gelegen huizen, in een steengroeve en
vernielde den muur van een naburig kerkh ff.
De veroorzaakte schade is zeer groot en moet
door de Compagnie des Eaux worden vergoed.
Berichten uit Spanje melden, dat ernstige
onlusten zijn ontstaan onder de mijnwerkers
der kopermijnen in zuidelijk Spanje. De mijn
werkers verzetten zich tegen het behandelen
der koperertsen in de open lucht. Bij de
ongeregeldheden werden verscheidene perso
nen, ook eenige Engelschen gewond. De over
heid zond troepen.
Wegens de vijandige houding der mijn
werkers van Rio Tinto zijn de troepen tus-
schenbeide gekomenzij gaven vuur, doodden
vijf muiters en kwetsten verscheidene. Vele
wapenen en 60 dynamietpatronen werden in
beslag genomen. De orde is hersteld.
Aan de regeering wordt het voornemen
toegeschreven de nationale Liga zwaar te
treffen. Op welke wijze, is nog niet bekend,
maar men verwacht dat de regeering de op
heffing der Liga in den zin heeft, alsook het
verbieden van de organen dier partij.
Uit Soeakin wordt gemeld, dat Zaterdag
een bende opstandelingen een inval gedaan
heeft in de tuinen bij de forten gelegen en
dat zij zes inboorlingen hebben gedood. Een
patrouille werd uitgezonden om de rebellen
te bestraffen, doch wanneer een escadron
cavallerie niet te hulp gekomen ware, zou
van de geheele patrouille niets terecht geko
men zijn.
Een der grootste grondeigenaars van
Ierland te Kingstown, heeft, na langdurigen
tegenstand, de billijkheid der verzoeken van
zijne pachters erkend en een reductie van
20°/o op de pachtsom toegestaan. Hij neemt
de vervolgingskosten voor zijne rekening, die
hij gemaakt heeft om de pachters te dwingen
de volle huuisom te betalen. Ook zal hij de
boeren terugnemen, die hij wegens onwillig
heid tot betaling weggezonden had.
De dynamietmannen Callan en Harkins
zijn ieder tot vijftien jaren dwangarbeid ver
oordeeld.
Met veel geestdrift worden de Engelsche
afgevaardigden Ripon en Morley, overal in
Ierland ontvangen. De stad Limerick heeft
hen het eereburgerschap aangeboden.
Men is nog niet van den indruk bekomen,
welken de laatste daad van Bismark's poli
tieke handelingen in Europa heeft teweegge
bracht. Op hoogst verschillende wijzen wordt
deze daad van den Duitschen rijkskanselier,
het openbaar maken van het Duitsch-Oosten-
rijksche tractaatuitgelegd. De officieele
Duitsche en Oostenrijksche bladen zien er het
bewijs in, dat de beide mogendheden, die
het tractaat gesloten hebben, met hand en
tand den vrede willen handhaven, terwijl or
ganen, die niet de eer genieten tot de offi
cieuze gerekend te mogen worden, het publi-
ceeren van het tractaat als een laatste waar
schuwing aan Rusland beschouwen. Wat echter
wel verbazing moet wekken, is de stilzwij
gendheid der Russische pers. Het officieuze
Journal de St. Pétersbourg zegt niets anders
over het openbaar maken van het bondstrac-
taat, dan dat het te hopen is dat het doel, dat
er mede beoogd wordtbewijs te leveren,
dat de regeeringen van Oostenrijk en Duitsch-
land besloten zijn den vrede te handhaven,
bereikt zal worden. De veronderstelling is dus
niet te gewaagd, dat de Russische pers ge
hoorzaamt aan het een of ander geheim bevel.
Met leede oogen zien de twee verbonden
mogendheden, behalve het voortrukken der
Russische troepen naar de grenzen, ook de
toenadering van Rusland tot Frankrijk. Blijk
baar schijnt den czaar, nu hij Oostenrijk,
Duitschland en Italië tegen zich heeft, zijn
troost bij de fransche republiek te willen
zoeken, anders is ook de onverwachte toe
stemming van den Russische 11 vorst, dat de
Russische gezant te Parijs de uitnoodiging voor
het diner bij Floquet zou mogen aannemen,
niet te verklaren. Het feit hindert de Duit
schers in hooge mate, althans naar den toon
te oordeelen, die de Duitsche bladen er over
aanslaan. Een ander punt van zorg is te
Berlijn de jongste reis van Randolph Churchill
naar Petersburg en diens pogingen om den
vriendschapsband tusschen Rusland en Enge
land nauwer toe te halen. Dat Churchill met
een diplomatieke zending belast was, wordt
thans buiten twijfel geacht.
In den rijksdag heeft Maandag eene
indrukwekkende demonstratie plaats gehad.
Na eene redevoering van prins Bismarck, die
gedurende twee uren sprak en aanhoudend
in volkomen vredelievenden zin zich uitliet,
o. a. dat Duitschland nimmer een aanvallen
den oorlog zal voeren, maar sterk moet zijn
zelfs om tegelijkertijd tegen twee aanvallers
zich te kunnen verdedigen, zagen alle verdere
sprekers van het woord af en eenstemmig
nam de rijksdag het militaire en het leenings-
ontwerp en bloc aan.
Bismarck dankte geroerd voor dit bewijs
van vertrouwen. Voor het rijksdagsgebouw
hadden indrukwekkende ovaties voor Bismarck
plaats.
Uit Koningsbergen wordt gemeld, dat
in de plaatsen, die aan de bosschen van
Ernsburg grenzen, Vrijdag eene groote op
schudding ontstond'. Men meende namelijk
dat de Russen reeds in aantocht waren. De
bewoners gingen reeds op de vlucht, en zochten
een schuilplaats in de bosschen. De oorzaak
dezer opschudding was het bevel van twee
Pruisische hoofd-officieren om op een bepaald
punt alle paarden, die voor de remonte in
geschreven waren, oogenblikkelijk bijeen te
verzamelen. Hiermede had men een soort
van repetitie op het oog der maatregelen,
welke bij een eventueele mobilisatie te nemen
zijn. Eerst na 48 uren waren de gemoederen
tot rust gekomen.
Aan den Temps wordt uit Rome het vol
gende geseind
Nu het Duitsch- Oostenrijksche tractaat
bekend is gemaakt, is men minder terughou
dend aangaande het Duitsch-Italiaansche trac
taat, en men is dus te dien opzichte mede
deelzaam gewo den. Men zegt dat dit ver
drag de tegenhanger is van het tractaat, het
welk met Oostenrijk is gesloten en dat het
aan Duitschland zijne westelijke grenzen waar
borgt. Plet tractaat legt evenwel de beide
mogendheden voor het geval dat zij door
Frankrijk aangevallen mochten worden niet
de verplichting op om met hare geheele
strijdmacht de aangevallene partij bij te
staan. Indien Duitschland aangevallen werd
door Frankrijk dan zou Italië 300,000 man
bijeenbrengen aan de Alpengrenzen en als
Italië werd aangevallen door Frankrijk, zou
Duitschland een leger van dezelfde getalsterkte
naar de grenzen der Vogeezen zenden.
Het tractaat voorziet slechts in het geval
dat Frankrijk de aanvaller is. Indien eene
andere mogendheid Duitschland of Italië
aanviel, zou de bondgenoot slechts gehouden
zijn tot eene welwillende onzijdigheid, tenzij
Frankrijk den aanvaller ter hulpe kwam. In
dit geval zou de casus foederis van toepassing
zijn.
Het tractaat behelst, naar men zegt, almede
een artikel, waarin het uitsluitend defensief
karakter van dit verdrag in het licht wordt
gesteld.
De Times meldt uit Sofia, dat de Bul-
gaarsche regeering met de Weener firma
Elias gecontracteerd heeft wegens de aan
munting van nickelgeld. Sedert het opstootje
te Bourgas stroomen Montenegrijnsche en
Russische agenten naar Adrianopel om deel
te nemen aan het vormen van benden aldaar,
bestemd om Oost-Rumelie binnen te vallen.
De Porte heeft de zending van Krazim Bey
uitgesteld en hem als Turksch commissaris
in plaats van naar Sofia naar Damascus ge
zonden. De Russische ambassadeur te Kon-
stantinopel had verklaard, dat hij zijne pas
poorten zou vragen, indien de zending van
Krazim Bey naar Sofia mocht doorgaan.
Een minder gewenscht bezoek. Een drietal
jaren geleden verdween uit de provincie
Posen een koopman die nog maar kort ge
huwd was. Hij liet zijn vrouw aan haar lot
over en nam haar bruidschat, ten bedrage
van bijna f 20,000, mede. Alle pogingen hem
te achterhalen waren vergeefsch, hij was reeds
scheep gegaan naar Amerika. Sedert werd
van den ontrouwen echtgenoot niets meer
vernomen. In de maand October van het
vorige jaar kreeg de verlaten vrouw lust haar
dierbare wederhelft eens op te sporenniet
om zijn persoon, maar om zijn geld.
Er werd een list bedacht men plaatste
in de Amerikaansche bladen een oproeping,
volgens welke den ontrouwen ridder een
aanzienlijke erfenis was ten deel gevallen.
Tot nadere inlichting moest hij zich aanmel
den aan een zeker adres te New-York.
De list gelukte en spoedig kreeg de vrouw
in Posen berichtdat haar man in Chicago
aan de zijde van een jong vrouwtje leefde
waarmede hij gehuwd was.
De verlatene zon op wraak en in het laatst
van December 1.1. ging zij naar Amerika op
reis en begaf zich na aankomst aldaarmet
een detective naar Chicago, naar het opge
geven adres. Men kan zich de aangename
verrassing van den trouwenloozen echtvriend
voorstellen
Hij moet zich nu voor het gerecht verant
woorden wegens bigamie.
Noordbrabantschc stoomtramweg maatschap.
Ontvangsten gedurende de maand Jan. 1888.
Opbrengst personenvervoer f 1612.30
goederenvervoer 833.47
po9t vervoer 166,66
In Jan. 1887
Totaal
f2612.43.
f2575.80
WAALWIJK, 8 Februari 1888.
Bij kon. besluit zijn voor de lichting van
1888, tot militaire leden van de militieraden
in de onderscheidene provinciën, en tot hunne
plaatsvervangers, benoemd de volgende hoofd
en verdere officieren: Noordbrabant: 1. 's Her
togenbosch, lid Scheltus, luit.-kol., prov. adj.
in Noordbrabant, te Breda; plaatv. Van Pom-
meren, maj2e reg. inf., te 's Hertogenbosch;
2. Breda, lid Henckens, luit.-kol., 6e id., te
Breda; plaatsv. Prohn, maj., 6de id. id.; 3.
Eindhoven, lid Hennus, luit-kol., 6e id. id.;
plaatsv. Luymes, maj., 6e id. id.
Verleden Zondag is op de zaal Musis
Sacrum alhier een bijeenkomst gehouden door
het bestuur der nieuw opgerichte katholieke
kiesvereeniging in het district Waalwijk.
Van den uitslag is tot dusverre niet veel
bekend geworden. Alleen wordt verhaald
dat er onder de leden geen eenstemmigheid
heerschte. Een gedeelte zou aansluiting willen
met de kiesvereeniging „Noordbrabant", an
deren zouden beslist daartegen zijn en ver
langen zelfstandig te blijven.
Ons die geheel buiten alle mogelijke kies
verenigingen staan, maakt deze quaestie koud
noch warm.
Gaarne echter verklaren wij geheel het
gevoelen te deelen van hen, die het zouden
betreuren dat ons district vertegenwoordigd
werd door een vreemde. Wij zijn het vol
komen eens met hendie een candidaat
wenschen uit eigen boezem, een man op de
hoogte onzer belangen en wenschen, en die
steeds voor ons genaakbaar is.
Zulke mannen zijn er.
Als de nieuwe vereeniging zich de moeite
geeft zoo iemand te zoeken en zich met hem
te verstaan, dan heeft zij groote kans op den
steun der meeste kiezers.
Doet zij dit niet dan loopt zij gevaar groote
tegenkanting te ontmoeten, ook van personen
die haar overigens niet ongenegen zijn.
Naar wij verder vernemen heeft de heer
Jos. Loeff de benoeming tot bestuurslid niet
aangenomen en is nog geen voorzitter ge
kozen.
Ook zou men het over den te stellen
candidaat nog niet eens zijn.
Eindelijk meldt de Prov. Ct. dat ook de
heer W. A. Godschalkx te Empel voor het
lidmaatschap bedankt heeft.
Wij vernemen dat de verkiezingen voor
de tweede kamer bepaald zijn op Dinsdag 6
Maart, de herstemmingen op 20 Maart.
De verkiezingen voor de eerste kamer zijn
bepaald op Zaterdag 24 Maart.
Blijkens kennisgeving van het gemeen
tebestuur van Heusden is besloten tot afschaf
fing der bestaande voorjaarsmarkt, tot dusver
gehouden op den tweeden Donderdag in April.
Op vermoeden van misdrijf zijn te 's Her
togenbosch in beslag genomen 2 coupons
ieder groot f20, zijnde no. 15 en 16, betaal
baar geweest 1 Mei en 1 November 1887
behoorende tot de obligatie no. 1283 der 4
pet. leening 2e serie van de maatschappij tot
exploitatie van staatsspoorwegen.
De officier van justitie te 's Hertogenbosch
verzoekt inlichtingen voor het geval de ge
noemde coupons ontvreemd zijn.
Onlangs deed het Haagsche Dagblad
na het overlijden van den heer Chapman
Enthoven in den ouderdom van 102 jaren
de vraag: wie is (nu) de oudste? Deze vraag
gaf den heer Corn. Oomens, te Baardwijk,
aanleiding er een belangrijk artikel over in
de Gemeentestem no. 1896 te schrijven. Hij
behandelt daarin de vragen: lo'Ligt het niet
op den weg der gemeente-administratie op de
vraag: wie is de oudste? steeds het antwoord
bij de hand te hebben. 2o Hoe moet de ad
ministratie ingericht worden, om dat antwoord
altijd gereed te hebben? Hij vraagt: Eene
jaarlijksche bevolkingstafel en daarnaast eene
eigene sterftetafel, zouden die niet volkomen
passen in het kader der gemeente-admini
stratie; zouden zij niet eene wezenlijke aan-
- v!'W^ 1