Nummer 59.
Donderdag 26 Juli 1888
lle Jaargang
Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen.
Gemeenteraad van Waalwijk,
FEULLETON.
"VIISJ'IET.A.,
ANTOON TIELEN,
UITGEVER:
Waalwijk.
Heeren correspondenten, die nog
verzuimden hunne nota's in te zen
den, worden beleefd verzocht dit
onmiddellijk te doen. Het bedrag
zal hun daarna worden geremit
teerd.
E. Werner.
Tm Waal* luim i
«BS
Dit blad verschijnt Woensdag- en Zaterdag avond.
Abonnementsprijs per 3 maanden J 1,00.
Franco per post door het geheele rijk f 1,15.
Brieven, ingezonden stukken, gelden enz., franco te zenden
aan den Uitgever.
Advertentiën 17 regels J 0,60 daarboven 8 cent per regel,
groote letters naar plaatsruimte. Advertentien 3 maal ter plaatsing
opgegeven, worden 2maal berekend. Advertentiën voor Duitsch-
land worden alleen aangnomen door het advertentiebureau van
Adolï Steiner, Hamburg. Reclames 15 cent per regel.
OPENBARE VERGADERING,
op Vrijdag 20 Juli 1888 n/m. 7V, ure.
Afwezig de leden Timmermans en Zijl
mans.
Voorzilter de burgemeester van Grotenhuis.
De voorzitter opent de vergadering.
De notulen der vorige worden voorgele
zen en gearresteerd.
Ingekomen besluit van gedeputeerde sta
ten, houdende goedkeuring van het in de
raadsvergadering van 23 Juni vastgestelde
kohier van den hoofdelijken omslag over
1888.
Aan de orde
Voorstel van het college van B. en W.
tot het aangaan eener tijdelijke geldleening,
ter voorziening in de behoefte aan kasgeld.
De voorzitter: „burgemeester en wethou
ders stellen voor f 4500 te leenen, voor 4 a
5 maanden't is meermalen voorgekomen
dat de gemeente geld heeft moeten opne
men, omdat de kas voor 't oogenblik niet
toereikend was. De renten en aflossingen
zijn betaald, maar daarentegen zijn de op
centen op de grond-en personeele belasting,
alsmede de hoofdelijke omslag niet ontvan
gen dit komt eerst later; ten einde in de
behoefte aan kasgeld te voorzien, stellen B
en W. voor f4500 op te nemen, tegen de
laagst mogelijke rente, af te lossen over 4 of
5 maanden, alsmede nog f 1000, het vol
gende jaar terug te geven, in mindering van
het bedrag eener nieuwe leening, die het
gemeentebestuur dan denkt voor te stellen.
We zullen dit jaar eenige kleinigheden op
de begrooting te kort komen, en daarvoor
wenschen wij die f1000 te besteden.
Zoo komen er kleine keien te kortnu
kunnen wij die wel koopen, maar 't komt
ons veel voordeeliger voor b.v. 5000 groote
keien te koopen en die in de straat te ver
straten door het opbreken der oude krijgen
we dan de kleine, die wij nog noodig hebben,
en tegelijkertijd is het gedeelte in de Groote
DOOR
De warme zomerdag neigde ten einde. De zon
was reeds ondergegaanalleen het avondrood
scheen nog aan de kimmen, en gloeide en flik
kerde op de zeedie kalm en nauwelijks door
een koeltje bewogende scheidende dagvorstin
weerkaatste.
Aan het strand van de badplaats C., op eenigen
afstand van de groote wandeling, die zich langs
dat strand uitstrekte, waar de badgasten, zooals
gewoonlijk op dit uurzich in groote menigte
verdrongenlag een eenvoudig landhuis. Het
onderscheidde zich slechts door zijn schoone lig
ging van de andereover het algemeen veel
grooter en sierlijker, huizen en villas, want zijn
vensters boden een onbegrensd uitzicht over ae
zee. Overigens stond het tamelijk eenzaam en
afgezonderd en kon slechts door zulke gasten
verkozen wordendie het drukke leven aan de
badplaats C. eer vermeden dan opzochten.
Voor de open glazen deur, die naar het balkon
voerde, stond een vrouw in diepe rouwkleeding.
Zij had een. statige, ontzag inboezemende gestalte
en kon nog schoor, genoemd worden, hoewel zij
den middelbaren leeftijd reeds bereikt had. Dat
gelaat met de fijne en regelmatige trekken had
zeker nooit een lieve of bekoorlijke uitdrukking
bezeten, maar juist hierdoor hadden de jaren het
Straat ook in orde. Kunnen de heeren zich
met dit voorstel vereenigen
De heer van der Heijden „als ik mij niet
vergis, mijnheer de voorzitter, hebt u vroe
ger wel eens conversieplannen gehadzou
den deze niet hiermede in verband kunnen
worden gebracht en dan de tijden van aflos
sing en rentebetaling zóó gesteld, dat die
niet vallen op gedeelten des jaars, dat er ge
woonlijk geen geld in kas iswant die tij
delijke en telken jare terugkeerende leeningen
zijn zeker schadelijk.
Iets anders wilde ik den raad nog in over
weging geven.
Die 1000 gulden, die gij nu reeds op re
kening van het volgend jaar wilt leenen,
hebt gij reeds verloren alleen op den dok
ter Dr. van Gils hebt gij vroeger voor f 800
kunnen krijgende meerderheid van den
raad heeft dat niet gewild, nu betaalt gij
voor denzelfden geneesheer f1400; dat is
dus f 600 's jaars weggegooideveu als
de ruim f400, advertenties, die het vragen
naar een anderen gekost heeft, en alles zon
der resultaatik vind het roekeloos op die
wijze voort te gaan.
Dan zijn er nog kleinere zaken, waarop
gelet dient te worden. Zoo heb ik onlangs
gemeenteadvertenties gezien in couranten
waarvan er zeker geen tien in de gansche
gemeente gelezen worden; dat de gemeente
advertenties niet geplaatst worden in de
Echo van het Zuiden, die hier wordt uitge
geven en die mede zijn aandeel in de ge
meentebelastingen betaalt, vind ik ongeper
mitteerd maar dit kan ik natuurlijk niet
dwingen, en 'tis genoeg bekend dat dit al
leen een gevolg is van persoonlijke hate
lijkheid maar wilt ge dan daar niet in ad-
verteeren, doe het dan ten minste ook niet
in couranten, die door niemand gelezen wor
den en waaraan het geld is weggegooid."
De voorzitter „ik zal beginnen den heer
van der Heijden te beantwoorden met het
laatste punt.
Ik verklaar dan dat ik er tegen ben en
steeds tegen zal blijven, dat gemeenteadver
tenties geplaatst worden in de Echo van het
Zuiden, en ik vertrouw dat de wethouders
mij hierin zullen steunen.
Ik ga met u mede, dat het noodeloos zou
zijn te adverteeren in een courant, die niet
gelezen wordtmaar in de Prov. courant
zullen advertenties toch niet misplaatst zijn
geweest, daar die nog al in verschillende
gemeenten van ons land komt. Ik ben het
verder volkomen met u eens, dat wij daar-
ook niets van zijn koele en strenge schoonheid
kunnen ontnemenwaarop het zich ook thans
nog kon laten voorstaan. Het doffe, zwarte ge
waad en de krippen sluier over het voorhoofd
getuigden van een zwaar, eerst onlangs geleden
verlies; maar men zocht te vergeefs naar een
spoor van vergoten tranen in die oogen, naar een
zachte uitdrukking in die wezenstrekken. Indien
die vrouw inderdaad door een verdriet was ge
troffen, dan had zij dit öf niet diep gevoeld öf
reeds overwonnen.
Naast haar stond een man, niet minder aristo
cratisch in zijn voorkomen. Waarschijnlijk wa3
hij slechts een paar jaren ouder dan zij en toch
scheen het alsoi zij meer dan tien jaren in leef
tijd verschilden; want de tijd en het leven waren
bij hem niet spoorloos voorbijgegaan. De den
kende, karakteristieke kop met bet scherpgetee-
kend profiel scheen reeds menigen storm weer
stand te hebben geboden; het dikke donkere haar
begon al hier en daar te vergrijzen; in het voor
hoofd stond reeds menige rimpel gegroefd en er
lag iets weemoedigs in zijn blik, dat aan het
gelaat van dien man een sombere uitdrukking gaf.
Hij had tot hiertoe met buitengewone belang
stelling naar de zee gestaard, maar thans wendde
hij ongeduldig het hoofd af.
„Daar is noj£ altijd niets te zien! Ze kunnen
bezwaarlijk vóór zonsondergang terug zijn."
„Gij liadt ons uw terugkomst vooraf moeten
melden zeide de dame. //Wij verwachtten u
pas over een paar dagen. Overigens is de boot
ook niet eer te zien, dan als zij die met kreupel
hout begroeide landtong voorbij is; maar dan is
zij ook in weinige oogenblikken hier."
Zij ging naar ae kamer terug en wendde zich
tot een bediende, die bezig was met verschillende
voor zoo weinig mogelijk geld moeten uit
geven. Wij moeten econoom zijn.
Wat de dokterszaak betreft, ik betreur dat
wij geen tweeden dokter kunnen krijgener
zijn naar mijne meening twee voorname re
denen die daartoe medewerken ten eerste,
geloof ik dat er lui zijn, die er hun fort van
maken onze gemeente in een kwaad dag
licht te stellen, zoodra zij hooren dat een of
ander dokter plan heeft hierheen te komen
en ten tweede is er voor een getrouwden
dokter geen woning te krijgen. Dr. Van Gils
heeft men vroeger voor f 800 kunnen krij
gen, dit is waarmaar dat was voor een
vaste aanstelling; bij een tijdelijke aanstel
ling, zooals nu, doet hij dit niet voor dat
tractement."
De heer van der Heijden„maar als de
raad een ander dokter aanstelt kan hij hem
toch ook ontslaan als er gegronde klachten
zijn, en als men Dr. Van Gils voor vast aan
stelde, zou men toch ook wel fatsoenlijk ge
noeg zijn om hem niet te ontslaan zonder
redenen. De raad kan natuurlijk om ge
gronde redenen ieder ontslaan, dien hij heeft
aangesteld. Wij kunnen toch hen niet bin
den, die na ons komen."
De voorzitter„ik moet opmerken dat het
vaststaat dat er een tweede dokter zal be
noemd worden, zoodra wij er een kunnen
krijgendokter Van Gils weet dit ook zeer
goed, en daarom moeten wij hem hetzelfde
salaris betalen, dat voor een nieuwen wordt
uitgeloofd. Wat zoudt u dan willen?"
De heer van der Heijden„ik zou willen
voorstellen Dr. Van Gils te benoemen voor
f 800.-"
De voorzitter: „dan zou de raad afwijken
van zijn vroeger besluit."
De heer van der Heijden „als een tweede
dokter zoo dringend noodig is, dan is de
meerderheid van den raad, die dat gevoelen
is toegedaan, wel degelijk verplicht te zorgen
dat er een tweede komt, al moet hij dan ook
2500 3000 gulden kosten, al moest men
hem voor goud koopen."
De voorzitter„zooals ik reeds zeide, is
er hier voor een getrouwde niet aan een
huis te komen."
De heer van der Heijden„den laatsten
tijd toch wel, maar misschien zijt u ze nu te
vlug af geweest."
De voorzitter„laat ons daar nu maar
niet over praten, maar bij de zaak blijven."
De heer van der Heijden „u spraakt daar
over de Provinciale courant; maar de door
mij bedoelde advertenties stonden ook daar
reisbenoodigdheden naar een der aangrenzende
vertrekken te brengen, zeggende
„Ga naar het strand, Pawlick, en zeg terstond
als de boot aanlegt aan mijn zoon en de jonge
gravin, dat graaf Morynski is aangekomen.
De bediende verwijderde zich met het ontvan
gen bevel. Ook graaf Morynski werd het wachten
op het balcon moede en trad de kamer binnen,
waar hij naast de dame op de sofa plaats nam.
„Neem mij niet kwalijk dat ik zoo ongeduldig
ben I V oorloopig had ik mij tevreden moeten
stellen met mijne zuster terug te zien; maar ik
heb een geheel jaar naar mijn kind verlangd,
moet ge denken."
De dame glimlachte. „Ge zult van dat „kind*
niet veel meer zien," merkte zij aan. „Op dien
leefdtijd brengt een iaar een groote verandering
teweeg en Wanda belooft een schoon meisje te
worden."
„En hoe is 'tmet haar verstandelijke ontwik
keling? In uw brieven liet ge u altijd met
ingenomenheid daarover uit."
„Zeker. Zij overtrof altijd ieders verwachtingen;
ik heb haar ijver meer moeten bedwingen "dan
aanvuren. In dit opzicht bleef mij niets te wen-
schen over. Wél in een ander. Wanda is eigen
zinnig en weet haar wil met geweld door te
drijven. Ik heb haar soms moeten dwingen mij
te gehoorzamen."
Een vluchtige glimlach verspreidde zich over
het gelaat van den vader, terwijl hij antwoordde:
„Dat verwijt klinkt mij vreemd uit uw mor.d.
Een eigen wil te hebben en dien onder alle om
standigheden door te drijven is altijd een in het
oog vallende trek van uw karakter, eigenlijk
van onze geheele lamilie geweest."
«Die echter bij een zestienjarig meisje niet te
niet in, evenmin als in de Echo, een blad,
dat zooals genoeg bekend is, door iedereen
in de gemeente gelezen wordt en waarin de
groote meerderheid zeker gaarne geadver
teerd zou zien."
De voorzitter „de Bredasche courant krij
gen wij voor niets, de Provinciale moeten
wij betalen; wij hebben het nu billijk gevon
den ook eens advertenties in de Bredasche te
plaatsen, omdat wij dat blad voor niets krijgen.
Maar vinden de leden van den raad beter
in 't geheel niet te adverteeren, mij goed
er zijn verscheidene gemeenten van den om
vang der onze, waar in 't geheel geen cou
rant is en alle bekendmakingen slechts door
aflezing en bij bekkenslag worden afgekon
digd en dat kan ook zeer goed.
Daarbij geloof ik dat de meerderheid van
den raad, en ook de meerderheid van de
gemeente, die het goed meent" (de heer van
der Heijden „altijd volgens u") is tegen het
plaatsen van advertenties in de Echo."
De heer Van der Heijden „de meerder
heid van den raad, dit zal voor 't oogenblik
wel zijn zoolang die zoo blijft kan mijn partij
aan de bestaande onbillijkheid geen einde
maken maar laat de inwoners der gemeente,
de kiezers, die ons hier gebracht hebben, er
eens over stemmen, dan zoudt ge zien welke
groote meerderheid voor de Echo is."
De voorzitter „Kunnen de heeren zich
vereenigen met het voorstel van B. en W."
De heer Hoffmans „Ik wou het plan
nog wat nader toelichten. B. en W. hebben
plan nog een 5000 nieuwe keien te leggen
in de Groote straatten einde de daaruit-
komende kleine in de Stationsstraat te ge
bruiken. Hiermede en omdat de andere
werkzaamheden wat hooger loopen wordt
de begrooting wat overschreden. Daarvoor
wenschen B. en W. f1000 op te nemen en
die in te lasschen bij de leening van 't vol
gend jaar."
De heer Mombers „meermalen is er reeds
geleend op de wijze zooals nu; ik ben het
eens met de opmerking van heer Van der
Heijden dat de aflossing dient verplaatst te
worden opdat die tijdelijke leeningen niet
meer noodig zijn."
De voorzitter„Door het heftig debat
over de Echo heb ik dit punt geheel verge
ten. Het dag. best. zal hierop letten en voor
de nieuwe leening de aflossing en rentebeta
ling in Nov. stellen. Kunnen de heeren zich
thans met het voorstel vereenigen
De heer Van der Heijden „maar hebt
ge nu wel zeker genoeg? anders zou ik er
nog maar wat bijlappen."
pas komt en in geen geval te dulden is," viel
zijne zuster hem in de rede. „Als men haar in
alles haar eigen zin liet volgen, zou ze spoedig
trotsch en slecht geluimd worden. Maar ik waar
schuw uge zult er nog dikwijls mede te strij
den hebben."
Deze wending van het gesprek was den graaf
niet bijzonder welgevallig, naar het scheen. „Ik
weet dat ik mijn kind aan geen beter handen
had kunnen toevertrouwen dan aan de uwen,*
zeide hij op vergoelijkenden toon, „en daarom
verheugt het mij dubbel, dat Wanda, nu ik haar
weer onder mijne hoede neem, uw bijzijn niet
geheel behoeft te ontberen. Ik had niet gedacht,
dat ge al zoo spoedig na den dood van uw echt
genoot plan zoudt maken om terug te kceren,
en meende dat ge te Parijs zoudt blijven, zoolang
totdat Leo althans zijn studies zou voltooid
hebben.*
Zijne zuster schudde ontkennend het hoofd,
vlk heb mij te Parijs nooit thuis gevoeld, hoeveel
jaren we er ook gewoond hebben, 't Is voorwaar
geen benijdenswaardig leven, dat de uitgewekenen
er leidendat weet ge bij ondervinding 1 En
zoo men vorst Baratowski heeft verboden zijn
geboortegrond te betreden, zijne weduwe en zijn
zoon kan men den terugkeer niet versperren. ïk
heb er dan ook terstond toe besloten. Leo zal
eindelijk de lucht van zijn vaderland inademen
en zich een zoon van zijn volk gaan voelen. Hij
is thans de eenige vertegenwoordiger van ons
geslacht. Wel is waar is hij nog jong, maar
hij moet leeren oud en wijs te zijn vóór zijn
jaren en zich met het werk en de plichten ver
trouwd te maken, die na zijns vaders dood op
hem rusten.*
Wordt vervolgd.