Nummer 66.
Zondag 19 Augustus 1888. lle Jaargang
Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen.
FEUILLETON.
YINETA,
buitenlandT
ANTOON TIELEN,
Staatkundig overzicht.
Belgie.
Frankrijk.
UITGEVER:
"Waalwijk.
8
E. Werner.
De Echo van het Zuiden.
Mwykschc en Lugstrulsehc Coiirant,
Dit blad verschijnt Woensdag en Zaterdag avond.
Abonnementsprijs per 3 maanden 1,00.
Franco per post door het geheele rijk f 1,15.
Brieven, ingezonden stukken, gelden enz., franco te zenden
aan den Uitgever.
Advertentiën 1 7 regels ƒ0,60 daarbo/en 8 cent per regel,
groote letters naar plaatsruimte. Advertentien 3 maal ter plaatsing
opgegeven, worden 2maal berekend. Advertentiën voor Duitsch-
land worden alleen aangnomen door het advertentiebureau van
Adolf Steiner, Hamburg. Reclames 15 cent per regel.
Het lijkt wel of Fortuna Italië den rug
heeft toegewend. Op het oogenblik dat de
provinciale raad van Rome zijn zitting aan
ving en de president Pastelli officieel het
bezoek aankondigde van den keizer van
Duitschland en aan deze politieke handeling
een groot gewicht toeschreef, een uitvloeisel
van de wijze politiek van Italië (dus van
Crispi, den premier) werd uit Massowah het
bericht ontvangen van een ernstige nederlaag
der Italianen in Afrika (reeds door ons me
degedeeld.)
Deze nederlaag wordt in Italië sterkei ge
voeld door de omstandigheden onder welke
zij voorvalt. De Italiaansche wapenen zijn
tot nog toe niet gelukkig geweest tegenover
de Afrikanen ondanks den moed, door de
officieren en de soldaten getoond. Deze neder
laag is te ernstiger, omdat het prestige van
het Italiaansche leger in Massowah er bij op
het spel staat. Tal van stammen, die zich
tot nog toe neutraal hielden, wijl zij de Itali
aansche macht onoverwinnelijk achtten, zullen
nu wellicht partij kiezen tegen haar. Onder
het kleine Italiaansche leger in Massowah
achtergelaten door generaal San Marzano
schijnen verraders te schuilen.
Van de geruchten, dat het Italiaansche
kabinet met Crispi aan het hoofd, plannen
smeedde tot een aanslag op Tripoli, zal nu
wel niets bewaarheid worden, daar eerst moet
worden gezorgd dat de positie in Massowah
wat vaster wordt, voor aan verdere en meer
belangrijke plannen kan gedacht worden.
De Italiaansche bladen zijn natuurlijk ge
heel vervuld van de te Massowah geleden
nederlaag, en algemeen is men verwonderd
over de onvoorzichtigheid om eene betrek
kelijk geringe macht tot op zoo verren afstand,
130 kilometer van Massowah, te laten optrek
ken, een afstand waarop de troepen zich nog
nimmer in het binnenland hadden gewaagd.
Crispi noemt de houding van Griekenland
in zake Massowah met zichzelve in tegen-
spraajc. Eerst heeft het de inmenging van
DOOR
Daar kwam onverwachts hulp opdagen en dit
wel van een kant, van waar zij deze het minst
verwachtte. Juist op dit beslissend oogenblik
werd een zijdeur geopend en trad Wanda het
vertrek binnen. Ze had een wandeling met haar
vader gedaan en nog niets vernomen van den
inmiddels aangekomen bezoeker.
Walderaar was werkelijk op het punt van
heen te gaan, maar bleel op eens als vastgena
geld staan. Een schielijke en heftige blos ver
spreidde zich over zijn aangezicht. Al de toorn
en trots, die nog zoo even daaruit spraken, ver
dwenen als met een tooverslageene seconde
stond hij als verlamd van schrik, de oogen strak
op de jonge gravin gericht. Deze wilde zich
verwijderen, zoodra zij een vreemde bij hare
tante gewaar werdmaar toen die vreemde zijn
gelaat naar haar toekeerde, ontsnapte ook haar
een half luide kreet van verassing. Wel is waar
geraakte Wanda. volstrekt niet van haar stuken
werd ze zelfs in het minst niet verlegen inte
gendeel scheen zij door een onweerstaanbaren
lachlust overvallen te worden, dien 't haar moeite
kostte te onderdrukken, 't Was nii in elk geval
te laat om zich terug te trekken. Zij sloot dus
de deur achter zich en trad op hare tante toe.
«Mijn zoon, Waldeinar Noraeckmijne nicht
de gravin Morynski," zeide de vorstin, terwijl
zij met groote verbazing eerst Waldemar aanzag
en daarop den blik vragend tot Wanda op
sloeg.
Deze was hare kinderlijke opwelling schielijk
te boven gekomen en herinnerde zich reeds we
der, dat ze eigenlijk een dame was. Hare gra-
cieuse buiging beantwoordde aan alle eischen
der etiquette, zoodat zelfs de strengste gouver
nante er niets op had kunnen aanmerken, maar
een verraderlijke trek vertoonde zich weer om
Frankrijk ongehoord genoemd in een zaak
die dat rijk volstrekt niet aanging en later
heeft de Grieksche regeering Frankrijk op
gelegd protest aan te teekenen in haar naam.
Later werd den Grieken in Massowah aan
gezegd de belasting te betalen, en ten slotte
heeft de Grieksche regeering haar goedkeuring
gehecht aan de Fransche gevoelens over de
capitulatiën. Een vreemde houding
De Norddeutsche publiceert een officieus
artikel over de mishandeling van Duitsche
studenten te Belfort, die, zooals men weet
door de opgewonden menigte zwaar gewond
werden. De mishandelden besloten schade
loosstelling te eischen van de gemeente Bel
fort overeenkomstig de Fransche wet, maar
er was geen advocaat te vinden tot voering
van het proces, noch te Parijs, noch te Belfort.
Naar aanleiding hiervan doet het Duitsche
blad eenige opmerkingen, die lang niet malsch
zijn en daarmede eindigen, dat de overtui
ging wordt uitgesproken, dat Frankrijk een
toestand van verwildering tegemoet gaat.
Het antwoord van Frankrijk op de laatste
voorwaarden van Italië tot sluiting van een
handelsverdrag door Italië wat de voor
naamste bepalingen betreft, als de uiterste
grenzen van zijn welwillendheid aangemerkt,
is naar Rome gezonden en daarin worden
die voorwaarden, als niet aannemelijk, ver
worpen.
Ondanks alle vorstelijke conferenties blij
ven de groote mogendheden van Europa op
tal van punten geheel van elkander geschei
den en bij de eerste de beste gelegenheid
komen die verschillende opvattingen aan den
dag. Ook de Massowah-quaestie heeft daartoe
een gereede aanleiding gegeven. Aan de
eene zijde de verbonden mogendheden Italië,
Duitschland en Oostenrijk, aan de andere
Rusland en Frankrijk met Turkije, dat er
nogal van nabij in betrokken is en als aan
hangsel Griekenland. In het midden, nu eens
naar rechts dan weder naar links overhellend,
Engeland. Men ziet duidelijk het verschil
van opvatting. Wat de een annexatie n,oemt,
noemt de ander gewelddadigen alleszins on
gerechtvaardigde:! roof.
de Irissehe lippen, toen Waldemar de voorstel
ling door een beweging liet volgen, die hoogst
waarschijnlijk ook een buiging moest verbeel
den, doch een allerzonderlingste vertooning maak
te. De moeder liet haar blik zoo onafgewend
op zijn gelaat rusten, alsof ze zijne geheimste
gedachte daarop wilde lezen. «Naar het schijnt,
hebt ge al kennis gemaakt met uw nichtje,"
vervolgde zij op veelbeteekenenden toon. Deze
aanduiding van hunne familiebetrekking scheen
den jongen man echter nog des te meer in ver
warring te brengen.
«Ik weet niet," stotterde hij verlegen. Ik heb
alleen - een paar dagen geleden
«Mijnheer Nordeck was zoo vriendelijk mij den
weg te wijzen, toen ik in het bosch verdwaald
was," viel Wanda hier in. „'t Was eergisteren,
toen wij naar den Beukenheuvel zijn geweest
De vorstin had die wandeling eergisteren zeer
willekeurig en ongepast gevonden. Nu was haar
oordeel daaromtrent gewijzigd en de toon klonk
zelfs vriendelijk, waarop zij zeide
«Dat was al een zeer toevallige ontmoeting I
Maar hoe staat ge dan nu zoo vreemd tegenover
elkander Onder bloedverwanten behoeft men 't
niet zoo nauw met de etiquette te nemen. Ge
kunt uw neef wel een hand geven, Wanda!"
Wanda voldeed aan deze uitnoodiging en stak
vrij en ongedwongen de rechterhand uit. Neef
Leo was al galant genoeg om die hand te kus
sen, wanneer zij ze hem na den eenen of ande
ren t wist ter verzoening reikte, maar zijn oudere
broeder scheen niet het minste besef van zulk
een ridderlijkheid te hebben. Hij vatte de ten
gere vingers eerst zoo schuw en aarzelend, alsof
hij vreesde ze aan te raken, en daarop drukte
hij ze op eens zoo hard tusschen de zijnen, dat
het jonge meisje nauwelijks een uitioep van pijn
kon bedwingen. Zij wist van dien nieuwen neef
in den grond van de zaak, even weinig als Leo,
eigenlijk nog minder. Met des te grooter nieuws
gierigheid had ze zijn bezoek tegemoet gezien,
t Viel haar echter niet mede!
De vorstin had beiden zwijgenddoch onaf
gebroken aangestaard. Voortdurend hield zij de
oogen op Waldemars's gelaat gevestigd.
'En dus hebt ge elkander in het bosch ont,
moet? hernam zij. «Werd er dan van weers-
In Frankrijk en Rusland vindt de Zieke
Man een gewichtigen steun, daar die beide
mogendheden naar allen schijn zoo noodig
niet ongeneigd zouden zijn de rechten der
Porte met de wapenen in de hand te steunen.
De Turksche regeering zal zich echter wel
wachten den vos als oppasser in den een
denkooi te plaatsen: Tripolis blijft Frankrijk
steeds toelachen en waren zij er eenmaal in,
een knappe kerrel, die de Franschen er dan
weer uitkreeg.
De incidenten, die men duchtte bij gele
genheid van den eersten tocht van den trein
van Weenen naar Konstantipel, zijn gelukkig
uitgeblevende reis is een pleizierreis ge
bleven, hoewel van een feestelijke ontvangst
te Konstantinopel op hoog bevel van den
sultan geen sprake is geweest.
Toch zal Bulgarije zoo maar niet zonder
slag of stoot in het bezit blijven van de lijn
Vacarel-Bellova, want reeds heeft de Oosten-
rijksche premier Kalnoky uit naam van de
maatschappij Hirsch, de eigenares ervan, de
teruggave geeischt. Van geldelijke schade
loosstelling wil de premier niets weten, want
dit zij onder de roos gezegd men vindt
dit geschil een zeer doelmatigen stok om
den hond te slaan: om vijandig in Bulgarije
op te treden.
3——ra-"-TT
Ter gelegenheid van de feestenwelke
Antwerpen deze week gevierd heeft ter her
innering aan den afkoop van den Schelde-
tol vóór 25 jaarontleent de Indépendance
aan de scheepvaartstatistiek de volgende cij
fers In 1860 werd de Antwerpsche haven
bezocht door 2311 schepen met 512.027 ton
inhoudin 1865 door 2804 schepen met
742,490 ton inhoudin 1885 door 4198
schepen met 3,388,791 ton inhoud en ten
vorige jare was het aantal binnenkomende
schepen reeds weder tot 5022 gestegen.
Antwerpen heeft dus alleszins redenop
kanten geen naam genoemd? Zeidet ge dan niet
wie ge waart
«Ik heb mijnheer Nordcck voor een bosch-
mensch aangezien," barstte^ Wanda uit, zonder
zich in het minst om den vermanenden blik ba
rer tante te bekommeren. „En hij deed al wat
hij maar kon, om mij in dat geloof te verster
ken. Ge kunt niet begrijpen, tante, hoe interes
sant we gepraat hebben. Hij liet mij wel een
half uur, zoolang als wij bij elkander waren,
in het onzekere, of hij tot het tegenwoordige of
tot het vroegere menschengeslacht behoorde. On
der die omstandigheden was er natuurlijk aan
een ofïiciëele voorstelling niet te denken."
Hare woorden droegen duidelijk genoeg den
stempel van.spot en moedwil, maar Waldemar,
die zich straks zoo prikkelbaar had betoond
sc.ieen, hoe zonderling ook, zich hierdoor in het
minst niet beieedigd te achten. Hij wendde den
blik niet van het jonge meisje af, wier spotter
nijen hij nauwelijks scheen te hooren.
De vorstin achtte het nu echter hoog noodza
kelijk, Wanda's vrijpostigheid te stuiten. Kalm
en volkomen bedaard, alsof het tooneel van straks
niet had plaats gehad, wendde zij zich tot haar
zoon, zeggende
„Ge hebt uw broeder nog niet gezien, Walde
mar, en uw oom evenmin. Ik zal u bij hen
brengen. Ge blijft immers van daag] hier?" Deze
vraao; werd geuit, alsof het antwoord niet twij
felachtig kon zijn.
«Als ge er op gesteld zijt." Dit klonk weife
lend, onzekerde weerbarstige toon van straks
was geheel verdwenen, Waldemar dacht blijk
baar niet meer aan vertrekken.
„Zeker ben ik er op gesteld. Dit eerste be
zoek zult ge toch niet zoo kort willen maken
Kom mede, Wanda."
De jonge Nordeck wachtte evenmaar toen
Wanda aan de oproeping gehoor gaf, was ook
zijn besluit genomen. Hij legde hoed en rijzweep,
die hij tot hiertoe stijf in de hand had gehouden,
op den stoel neder, dien hij straks in zijn toorn
had weggeduwd, en volgde de beide vrouwen
zoo geduldig als een lam. Een nauwelijks merk
baar, maar zegevierend lachje speelde om de lip
pen der vorstin. Zij had te veel menschenken-
nis om niet te weten, dat zij het spel reeds in
schitterende wijze den afkoop van den Schel-
de-tol te vieren en dankbaar te herdenken
de mannenaan wie het de vrijheid der
vaart te danken heeft. Het tractaat met Ne
derland kwam tot stand onder de regeering
van koning Leopold I, en de onderhandelin
gen werden van Belgische zijde geleid door
de ministers van buitenlandsche zaken en
financien, de heeren Charles Rogier en Frère-
Orban en door den minister van staatdi
recteur-generaal van het departement van
buitenlandsche zaken, baron Lambermont.
Het feest van Dinsdag avond is uitste
kend geslaagd.
1 )en ganschen dag verkeerde Antwerpen in
feestvreugde; uit alle huizen letterlijk wap
perde de vlag. Omstreeks 6 uur 's avonds
verdrong zich op de kaden langs de Schelde
reeds eene opeengepakte menigte en de ri
vier zelve, bezaaid met honderden vaartuigen
en bootjesscheen te leven.
Tegen 7 werden ten stadhuize door het
gemeentebestuur officieel ontvangen de mi
nistersvan financien en binnenlansche zaken,
de heeren Beernaert en De Volder, en een
aantal binnenlandsche autoriteiten, en verte
genwoordigers der diplomatie. Te 8 uur
nam deze stoet van officieele personen, onder
leiding van burgemeester De Wael plaats
op de wandelplaats boven de Zuiderkade.
Op dat oogenblik ontbrandde de verlichting
der 4000 meter kadewaarna te 9 uur
de groote optocht van schepen van al
lerlei soortalle schitterend verlichtzich
in beweging zette en een stoet vormend van
iy2 kilometer lang, statig langs de stad voer.
Bij Austruweel keerde deze stoet terug en
voer nogmaals langs de stad, thans de
Schelde op. Na de eerste en na de tweede
voorbijvaart werd telkens op de rivier een
schitterend vuurwerk afgestoken.
De loonbeweging van aardwerkers en kei 1-
ners te Parijs loopt ten einde de aardig
heid geraakt er afin een groote vergade
ring is gebleken dat de werkstakers
ondanks alle mooie redevoeringen zeer ont
handen had. Wel is waar was het toeval haar
te hulp gekomen.
Graaf Morynski en Leo bevonden zich in het
woonvertrek der vorstin. Van Pawlick hadden
zij reeds Waldemar's komst vernomen, maar de
eerste ontmoeting tusschen moeder en zoon niet
willen storen. Wel zag de graaf min of meer
verbaasd op, toen Wanda, die hij meende dat
naar hare kamer was gegaan, tegelijk met de
beide anderen binnentrad; hij onderdrukte even
wel de vraag, die hem op de lippen zweefde, daar
de jonge Nordeck voor het oogenblik al zijne
belangstelling tot zich trok.
De vorstin nam haar jongsten zoon bij de hand
en geleidde hem naar den oudsten. „Ge zijt
elkander tot dusver vreemd gebleven," zeide zij
duidelijk en met nadruk, „en eerst heden is het
mij vergund een eind aan die langdurige schei
ding te maken. Leo komt, u met broederlijke
liefde tegemoet, Waldemar. Moge hij ook in u
een broeder vinden
Waldemar monsterde den voor hem staanden
broeder met een vluchtigen blik, maar die blik
drukte geen vijandschap meer uit. De schoon
heid van den jongen vorst stemde hem onwille
keurig te zijnen gunste, dit zng men aan zijn
gelaat; misschien was hij ook wel wat zachter
gestemd door het voorgevallene. Toen Leo, no°-
half aarzelend, hem de hand toestak, schudde hij
deze hartelijk.
Ook graaf Morynski trad nu voorwaarts om
den zoon zijner zuster eenige beleefdheden toe
te voegen, die deze tamelijk koel en eenletter
grepig beantwoordde. Het gesprek, dat uit con
sideratie voor Waldemar in de Hoogduitsche taal
werd gevoerd, zou gedwongen en onbeduidend
zijn geweest, als de vorstin niet de kunst had
verstaan van het te leiden en belangrijk te ma
ken. Zij vermeed elke gevaarlijke klip, elke
kwetsende herinneringze wist' haar broeder,
hare beide zonen, Wanda, ieder op zijn beurt
in het gesprek te doen deelen en een hall' uur
lang werkelijk de illusie op te houden, dat er
een volmaakte harmonie tusschen de verschil
lende familieleden lieerschte.
(Wordt vervolgd.)