Nummer 30.
Zondag 14 April 1889.
12e Jaargang
Toegewijd aan Handel, industrie en Gemeentebelangen.
Gemeenteraad van Waalwijk,
ANTOON TIELEN,
Staatkundig overzicht.
UITGEVER:
Waalwijk.
Courant,
Dit blad verschijnt Woensdag en Zaterdag avond.
Abonnementsprijs per 3 maanden f 1,00.
Franco per post door het geheele rijk f 1,15
Brieven, ingezonden stukken, gelden enz., franco te zenden
aan den Uitgever.
Advertentiën 17 regels f 0,60 daarbo,en 8 cent per regel,
groote letters naar plaatsruimte. Advertentien 3 maal ter plaatsing
opgegeven, worden 2maal berekend. Advertentiën voor Duitsch-
land worden alleen aangnomen ioor het advertentiebureau van
Adolf Steinek, Hamburg. Reclames 15 cent per regel.
OPENBARE VERGADERING
op Woensdag 10 April 1889,
's avonds 6V2 ure.
Tegenwoordig alle leden, behalve de hee-
ren Van der Heijden en Hoffmans.
Voorzitter de burgemeester van Grotenhuis.
De voorzitter opent de vergadering.
De notulen der vorige worden voorgelezen
en na eene opmerking van den heer Ficq,
die te-* niets leidde, onveranderd goedgekeurd.
Aan de orde
I. Punt 7 der vorige vergaderingzijnde
besluit tot vervolging van den gewezen markt
meester of zijne borgen, wegens achterstal
lige pacht over 1888.
De voorzitter „B. en W. vragen machti
ging tot vervolging wegens achterstallige pacht
over het 4e kwartaal 1889. 't Is een feit dat
de man geld aan de gemeente schuldig is
en niet betaalter zal dus wel niets zijn
tegen vervolgen. Wij zullen het voorstel
in omvraag brengen."
De heer Verbunt „Ik geloof dat het hier
hetzelfde geval is als de vorige vergadering,
't Komt mij wenschelijk voor dat de raad
eerst het advies van B. en W. hoore om
trent punt 5want als we eerst besluiten
Bogaerts te vervolgen voor achterstallige pacht,
zal het moeilijk gaan hem schadevergoeding
toe te staan."
De voorzitter „dat doet niets ter zake.
Een man, die in staat is de gemeente 3
maanden te laten wachten naar geld, dat hij
haar schuldig is, is ook wel in staat niet te
betalen al wordt hem een schadevergoeding
toegekend."
De heer Zijlmans„deze zaak heeft al
verschillende debatten uitgelokt. De pretentie
der gemeente op Bogaerts is deugdelijk, maar
van den anderen kant kan ik ook niet zeg
gen dat ik eenige vergoeding onbillijk vind.
Ik stel daarom voor punt 1 en 5 te combi
neeren en Bogaerts een subsidie toe te ken
nen van f40.— in mindering van het door
hem verschuldigde."
De voorzitter„dan zal ik in omvraag
brengen om die twee punten te combineeren."
De heer Timmermans „ik meen dat de
heer Zijlmans verder gegaan is en, daar de
zaak nu toch in die phase is, weet ik niets
beter dan dat B. en W. op dien voet door
gaan uwerzijds kan daartegen weinig be
zwaar zijn."
De voorzitter „ik meen onbevoegd te zijn
op eigen gezag de punten te vereenigen."
Het voorstel Zijlmans wordt verworpen
met 5 tegen 4 stemmen. Vóór de heeren
Quirijns, Verbunt, Timmermans en Zijlmans.
De voorzitter „over de gevraagde machti
ging zal nu wel geen discussie meer noodig
zijn, daar Bogaerts aan de gemeente schul
dig is."
De heer Timmermans „u weet wel dat
dit mijn gevoelen niet iswanneer wij nu
besluiten te vervolgen, wat zal dan punt 5
uithalen Door den raad is in zijne verga
dering van 16 October besloten Bogaerts
schadevergoeding te geven
De voorzitter: „u komt op verkeerd ter
rein ik verzoek u beleefd bij punt 1 te blij
ven punt 5 krijgen wij meteen."
De heer Timmermans „om alle onaan
genaamheden te voorkomen zal ik op uwe
vraag niet sprekenwat ik echter zeggen
wilde was noodig om mijne stem te moti-
veeren als u dat echter niet wilt, zie ik van
't woord af."
De voorzitter„die twee punten mogen in
geen verband gebracht worden. Eerst moet
besloten worden of hij vervolgd zal worden,
en dan kunnen we zien of er subsidie zal
gegeven worden. Want keeren we hem eene
som uit dan staat het nog te bezien of hij
betalen zal."
De machtiging tot vervolging wordt ver
leend met 6 stemmen; tegen de heer Tim
mermans, terwijl de heeren Zijlmans en Ver
bunt zich onthielden.
II. Ingekomen stukken.
a. Schrijven van den heer van Calker
vragende gedeeltelijke ontheffing van den
hoofdelijken omslag voor mej. dewed. P. R.
van Heijst.
Toegestaan.
b. Besluit van ged. st. houdende goedkeu
ring van het raadsbesluit tot het aangaan
eener tijdelijke leening.
c. Schrijven van ged. staten betreffende
de verordening op de invordering van de
hondenbelasting.
Besloten aan den inhoud van dat schrijven
gevolg te geven.
d. Idem van den heer Chr. van der Werff,
verzoekende toestemming om aan het huis op
de markt, waarvan hij medeëigenaar is, den
noordelijken gevel te veranderen en daaraan
een balcon aan te brengen, ter breedte van
1,25 M. en zonder pilaren.
Toegestaan onder voorwaarde, dat het
balcon zal moeten gebouwd worden onder
goedkeuring van B. en W. of den gemeente
architect.
III. Kohier van den hoofdelijken omslag.
De voorzitter biedt namens B. en W. den
raad aan het kohier van den hoofdelijken
omslag over 1889.
Benoemd wordt eene commissie tot onder
zoek, van drie leden.
Bij de eerste stemming werd gekozen Mom
bers met 5 stemmen, tegen 3 opVerbunt en 1
op Timmermans; bij de 2e gekozen Baijens
met 5 stemmen, tegen 2 op Verbunt, 1 op
Timmermans en 1 op Ficq; bij de 3e stem
ming gekozen Ficq met 5 stemmen, tegen 2
op Verbunt, 1 op Timmermans en 1 op
Zijlmans.
IV. Besluiten af- en overschrijving.
De voorzitter: „er zijn enkele punten over
schreden, die ruimschoots gedekt worden door
overschotten op andere posten
De door den secretaris hierna voorgelezen
af-en overschrijvingen worden zonder discussie
goedgekeurd.
V. Advies van B. en W. inzake adres
Bogaerts.
De voorzitter: «het dagelijksch bestuur
consequent aan zijr. vorig advies, stelt voor
het laatste raadsbesluit te handhaven, dus
geen vergoeding te geven.»
De heer Zijlmans: «straks heb ik voorge
steld f 40 toe te kennen in mindering der
verschuldigde pachtsom. Niettegenstaande
tot vervolging besloten is, herhaal ik dit
voorstel en tevens de vervolging 8 dagen uit
te stellen, teneinde Bogaerts gelegenheid te
geven tot liquideeren.»
De voorzitter: „alvorens een som te be
palen komt 't mij beter voor uit te maken of
er schadevergoeding zal worden gegeven of
niet; dit is radicaal."
De heer Timmermans „tot bevordering
daarvan wil ik nog wel iets zeggen:
In de vergadering van 16 October is be
sloten Bogaerts schadevergoeding toe te staan;
dit besluit had behooren te worden uitgevoerd;
'tis echter niet geschied, integendeel, 4
Februari is 'tingetrokken. De motieven voor
die intrekking komen mij niet gegrond voor.
Men heeft zich toen gebaseerd op wat men
heeft willen noemen een koninklijk besluit.
't Was echter geen koninklijk besluit wat
toen is voorgelezen.
'tWas niets anders dan eene verordening
van den raad, regelende het marktgeld en de
staanplaatsen op de marktterreinen. Nu weet
ieder dat alle raadsbesluiten, waarbij belas
tingen worden vastgesteld of gewijzigd, de
koninklijke sanctie behoeven. Onder deze
termen valt dus ook deze verordening. Het
spreekt van zelf dat ook raadsbesluiten be
hooren geëerbiedigd en uitgevoerd te worden.
Maar dit had geen betrekking op de zaak
Bogaerts."
De burgemeester beweerde wel dat dit zooge
naamde koninklijk, of juister dat raadsbesluit,
in strijd was met hetgeen Bogaerts vroeg
maar dit was niet het geval. Nu is besloten
tot vervolging over te gaan, maar wij hebben
nog niet gehoord, wien men vervolgen zal
mag men dit ook weten
De voorzitter: „dit is een afgewerkte zaak;
ik verzoek u bij punt 5 te blijven; u wilt weer
terug naar punt 1, maar, ik zal dit niet toe
staan; punt 1 is afgedaan; ik zal daarop niet
terug laten komen."
De heer Timmermans: „ik vroeg u alleen
wie zal vervolgd worden."
De voorzitter: „de raad heeft B. en W.
machtiging verleend Bogaerts of zijn borgen
te vervolgen. Dat is dus de zaak van B.
en W."'
De heer Timmermans: „de raad weet dus
niet wie vervolgd zal worden
De voorzitter: „neen."
De heer Timmermans „Het dag. be
stuur beweerde verder bedoelde verordening
niet te kennen; maar hoe kan men zoo
iets beweren?
Hoe kan men voorgeven eene verordening
niet te kennendie wekelijksop eiken
marktdag moet worden toegepast en ook
toegepast wordt. Bovendien werd er nog on
langs door het dag. best. eene wijziging op
de markt-verordening voorgesteld en, wan
neer men eene wijziging voorstelt, dient men
toch de verordening te kennen, die gewijzigd
wordt
Maar dit alles daargelaten kan deze ver
ordening toch niets afdoen aan het recht van
Bogaerts want Bogaerts heeft niet gevraagd
marktgeld te mogen heffen van tenten of
kramen staande op particulieren grond
maar wel heeft hij schadeloosstelling verzocht
omdat die geweerd zijn van de marktterrei
nen. Het besluit tot intrekking is genomen
op verkeerde motieven zoodat ik mijne stem
tot schadevergoeding blijf handhaven".
De voorzitter„o/er het eerste zal ik
heenstappen alleen wil ik wijzen op art.
12 van het contract met den marktmeester
waarin bepaald is dat, als B. en W. oordeelen
dat een tent geweerd moet worden, de
marktmeester geen recht heeft daarvoor
schadevergoeding te eischen.
Verder acht ik de zaak genoegzaam toe
gelicht. Ik zal dus in omvraag brengen of
schadevergoeding zal worden verleend of niet
Het reglement van orde ik meen art. 12.,
geeft mij het recht de debatten te sluiten
iedereen weet heel goed hoe de zaak zit
u wilt weer naar het vroegere terug,maar dit
gaat niet."
De heer Timmermans „mag ik nog even
het woord
De voorzitter „als 't kort is wel."
De heer Timmermans „ik wil juist niet
terug maar beschouw alleen de zaak op 4
Februariik beweer dat op dien datum, het
raadsbesluit van 16 October is ingetrokken
op verkeerde gronden."
Hierna besloot de raad dat geen schade
vergoeding zal worden, toegekend. Vóór de
heeren Quirijns, VerbuntTimmermans en
Zijlmans. De heer Ficq motiveerde zijn stem
nog door te zeggen, dat hij er reeds zoo
dikwijls tegen geweest was en er nu ook
tegenstemde.
De heer Mombers „enkele malen is mij
reeds ter oore gekomen dat op onze botermijn
gemengde boter verkocht wordt; ik wenschte
daarom dat er iemand gevonden werd om
de boter te keuren die kon dan tegelijker
tijd optreden als keurmeester van visch en
vleesch.
Verder zou ik in overweging willen geven
voortaan geen marktmeester meer aan te
stellen teneinde onaangenaamheden te voor
komen waardoor wij ons belachelijk maken.
Men zou dan evenals dit op andere plaatsen
geschiedt, een geschikt persoon kunnen be
lasten met het innen der marktgclden die
dan tegelijkertijd overal voor zorgde.»
Op voorstel van den voorzitter worden
deze aangelegenheden gesteld in handen van
B. en W.
De heer Verbunt„ik ben sterk voor het
door den heer Mombers voorgestelde ten
opzichte van de botermijn te meer daar
voor het grootste gedeelte de burgers de
dupe zijn van de kwade praktijken. De bo-
terkoopers kennen de korven, die boter met
vet of margarine bevatten. Nog zou ik in
overweging willen geven de botermijn ook te
doen plaats hebben op de groote marktdagen.
Dit zou heel wat volk op de jaarmarkten
aanbrengen en de boterkoopers zouden zich
wel naar die regeling schikken."
De voorzitter„ik meen dat de tegen
woordige regeling gemaakt is juist op ver-
verzoek der verkoope;s."
De heer Verbunt„ik heb gehoord dat
het is geschied op verzoek der boterkoopers
en die zullen zich wel schikken. Ik verzoek
B. en W. deze zaak te onderzoeken en ze
daarna in de volgende vergadering te behan
delen."
De voorzitter zegt dit toe.
De vergadering wordt gesloten.
De hertog van Nassau is Woensdag te
Luxemburg aangekomen. Bij de ontvangst
van den staatsraad heeft hij gezegd, dat
hij met alle sympathie voor het land der
waarts was gekomen; dat hij hoopt binnen niet
langen tijd de sympathie des lands
te verwerven, en dat hij tot zijn laatsten
droppel bloed veil heeft voor het welzijn des
lands.
Donderdag heeft hij in plechtige zitting
der Kamer van afgevaardigden den eed als
regent afgelegd.
De Frausche Kamer heeft de wet betreffen
de maatregelen van veiligheid op de spoor
wegen aangenomen en is tot 14 Mei uiteen
gegaan, niettegenstaande de rechterzijde een
verdaging tot 7 Mei verlangde.
De senaat blijft bijeen, nu niet als wetge
vend delibereerend lichaamdoch als hoog
gerechtshof.
De indruk in de provincie over de vlucht
van Boulanger is algemeen ongunstig, vele
boulangistische comité's hebben zich ontbon
den, terwijl andere vereenigingen zich van
den generaal afwenden; te Parijs is de stem
ming zeer verdeeld. In hooge kringen- gelooft
men niet dat Boulanger lang in Brussel zal
blijven.
Door Engeland, Duitschland en de Ver-
eenigde Staten van Noord-Amerika is thans
overeengekomen, dat ze in de wateren van
Samoa ieder voortaan slechts één oorlogschip
zullen laten.
Zulks geschiedt in afwachting van den vre-
delievenden afloop der te houden conferentie.
Te Washington echter schijnt men te betwij
felen of de Duhsche regeering den Ameri-
kaanschen gedelegeerde Bates wel ter confe
rentie zal toelaten, daar deze in de April
aflevering van een Amerikaamsch tijdschrift
zich allerhevigst over Duitschlands beleid op
de Samoa-eilanden heeft uitgelaten. Wat de
zaak verergert, is —volgens de New-Yorker
Evening Post dat de regecring te Was
hington, alvorens Bates tot gedelegeerde te
benoemen, met den inhoud van dat stuk
bekend was. Naar de meening van de Evening
Post blijkt daaruit, dat Blaine het geschil
met Duitschland over Samao wil verscherpen,
in plaats van bijleggen. Hij schijnt er op te
rekenen, dat Bismarck zal weigeren Bates te
ontvangen, waarna de geheele conferentie zal
mislukken.
Dat schijnt toch wel wat al te zeer Ame-
rikaansch
In het Engelsch lagerhuis heeft Clark een
voorstel ingediend tot oprichting van een
Schotsen nationaal parlement tot behandeling
der aangelegenheden, die uitsluitend Schotland
betreffen. De secretaris-generaal voor Ierland
bestreed het voorstel namens de regeering en
beweerde dat Schotland geen afzonderlijk