Nummer 32. Zondag 21 April 1889. 12e Jaargang.
Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen.
FEUILLETON.
NTITSrieT.A
ANTOON TIELEN,
Staatkundig overzicht.
UITGEVER:
Waalwijk.
Het BOULANGISME.
67
Waalwijksclie en Langilraalsclie Courant
Dit blad verschijnt Woensdag en Zaterdag avond.
Abonnementsprijs per 3 maanden f1,00.
Franco per pos* door het gehecle rijk f 1,15
Brieven, ingezonden stukken, gelden enz., franco te zanden
aan den Uitgever.
Advertentièn 17 regels J U,6U daari n en cent per regel,
groote letters naar plaatsruimte. Ad verten tien 3 maal ter plaatsing
opgegeven, worden 2maal berekend. Adrertentiën voor Duitscli-
land worden alleen aarignomen ioor het advertentiebureau van
Adolf Stein er, Hamburg. Reclames 15 cent per regel.
De vlucht van Boulanger geeft ons aan
leiding om eens na te gaan, wat het Bou-
langisme eigenlijk is en wat het gevolg kan
zijn van het feit, dat Boulanger in Frankrijk
niet kon blijven.
De afwezige heeft altijd ongelijk.
Dit spreekwoord is van Franschen oorsprong
en het is dan ook meermalen gebleken, dat
de Franschen den afwezigen spoedig hunne
sympathie onthielden. Zoo werd de naam van
Napoleon I, aan wien Franrijk veel te dan
ken had, toen hij te St. Helena als banneling
vertoefde, in Frankrijk bijna niet genoemd.
Zoo werd ook de graat van Chambord, tijdens
zijne ballingschap te Frohsdorf, meer en meer
vergeten.
Nu is de vraag, zal men Boulanger ook
vergeten
Iets, wat voor het tegendeel kan pleiten,
is ditLouis Napoleon was tot levenslange
gevangenisstraf veroordeeld en leelde in bal
lingschap. Geen mensch vroeg in Frankrijk
meer naar hem, men zag in hem hoogstens
een belachelijken avonturier. Daar keert hij
terug, werd president der Republiek en niet
lang daarna als Napoleon III als Keizer ge
kroond.
Deze gebeurtenis in het leven van Napoleon
was eene wisseling van het lot, welke als
tegenstelling gelijk staat met die, tusschen
het boven aangehaalde spreekwoord der Fran
schen en een ander hunner spreekwoorden,
nl. dit: „Te rechtertijd weggaan is de hoofd
zaak".
Is Boulanger nu te rechtertijd weggegaan?
misschien is dit wel het geval, maar dit kan
niet dan later blijken, en dan za\ aan het
licht komen of het voornemen van de regee
ring om hem een proces aan te doen en hem
daarvoor in hechtenis te nemen, eene goede
politiek was of niet.
Wat wij gelooven is dit, dat de persoon
van Boulanger lang zoo gewichtig niet is als
het Boulangisme, en ook niet zoo gevaarlijk
als dit, voor het bestaan der republiek; want
DOOR
E. W E R N E R.
Hij hield op en bedacht dat het toch zeer on
praktisch was, van de innige genegenheid van
een ander te spreken, als hij eigenlijk zijn eigene
bedoelde. Greta merkte dat hij op het punt stond
reddeloos in zijn eigen woorden verward te ge
raken en begreep dat ze hem te hulp moest ko
men, wat dan ook geschiedde, 't Was wel is
waar slechts een enkele blik, dien ze den be-
deesden minnaar toewierp, maar deze sprak niet
minder duidelijk dan strak.3 de zijne. De doctor
greep op eens moed en ging met ongekende stout
moedigheid voort, zeggende:
„Die vergissing heeft mij menig ongelukkig
oogenblik bezorgd. Gisteren nog zou ik het niet
gewaagd hebben u dit te bekennen, hoewel't mij
bijna het hart dichtschroeide. Hoe kon ik, wiens
geheele bestaan van Waldemar's edelmoedigheid
afhankelijk was, u mijne wenschen kenbaar ma
ken? Sedert van morgen is dat alles veranderd.
De toekomst, die mij is aangeboden, geelt mij
althans het recht mijne gevoelens in woorden te
brengen. J uffrouw Margaretha, ge hebt mij straks
mijn weinig aspireerende natuurverweten: als ge
eens wist, hoe ik van jongsat heb moeten leerer.
afstand te doen van al datgene, waarop auderen
prijsstelien, zoudt ge dat verwijt herroepen. Een
zaam en onopgemerkt ben ik door het leven ge
gaan; mijne jeugd was somber en vreugdeloos
om het noodige te kunnen leeren, heb ik mij de
hardste ontberingen moeten getroosten en toch
niets daarmede gewonnen, dan dat ik afhankelijk
bleef van de luimen of de goedertierenheid van
vreemden. Geloof mij, 't valt hard, met een ern
stig en edel streden, met warme liefde voor de
wetenschap in de ziel, dag op dag tot het bevat
tingsvermogen van jonge knapen af te dalen, die
men de beginselen moet onderwijzen, en ik heb
dat lang moeten doen, zeer lang, totdat Walde-
mar mij in de gelegenheid stelde voor de studie
te leven, en mij de loopbaan opende, die thans
zijn persoon kan wel op de eene of andere
wijze uit den weg geruimd worden; hij is een
sterfelijk mensch en nog kort geleden werd
hij in een bevriend gezelschap door eene
onmacht overvallen, welke hem er aan her
innerde, dat zijne gezondheid niet de krach
tigste is en dat de dood wellicht aan alle zijne
hoogvliegende toekomst droomen spoediger,
dan hij verwacht, een einde kan maken.
Maar of hij dood is of leeft, of hij als ban
neling aanhangers verliest, de vraag, of het
Boulangisme verdwijnen zal, blijft en deze
vraag,gelooven wij, kan met een beslist „neen"
worden beantwoord. De naam kan ook nog
wel verloren gaan, maar de zaak niet en
daarop komt het aan.
Het Boulangisme is de ontevredenheid met
de bestaande toestanden. Misschien niet de
meerderheid maar zeker een groot deel der
Franschen wenscht naar andere toestanden.
De oorzaak hiervan ligt in het onmiskenbaar
slechte bestuur, eene reeks van jaren lang. Na
den dood van Gambetta begon de periode der
ontdekking van schandalen en voortdurend wer
den er nieuwe bewijzen van gevonden, hoe
verkeerd er gehandeld werd. Het proces
Wilson al de gebeurtenissen die het aftre
den van Giévy als president tengevolge
hadden het dikwijls onverstandig handelen
met de wetgeving, het vallen van de Panama
maatschappij onlangs het schandaal in den
koperhandel de omkooperijen enz. enz.
zijn alle feiten die bij de veranderingszucht
der Franschen moesten leiden tot een voort
durend sterker dringen naar hervormingen
niet alleenmaar ook naar eene geheele
verandering van alle toestanden. Dit drin
gen wordt uitgedrukt door het Boulangisme
en het geheim van de populariteit van Bou
langer is ditdat men van hem gelooft, dat
hij geschikt is om aan dat dringen voldoening
te verschaffen.
Verliest de menigte eenmaal dit geloof,
overtuigt de Boulangistische partij er zich
van, dat zij zich in Boulanger heeft vergist
dan laat zij hem los, maar de ontevredenheid
en het dringen zal blijven. Misschien zal het
voor mij ligt. 'tls waar, ik wilde ze voor hem
opofferen, wilde de geheele benoeming voor hem
verzwijgen, maar toen ik dat zeide,zag ik nug in
u de aanslaande vrouw van een ander; nu daar
entegen hij had de hand van het jonge meisje
gegrepen; verdwenen waren alle schroom en ver-
lagenheid; thans, nu hij ééns aan den gang was,
stroomden de woorden hem over de lippen
//belooft die toekomst mij zooveel, maar of ze
mij ook gelukkig zal maken, dat hangt alleen
van u af. Beslis gij of ik ze zal aannemen of
afslaan, Margaretha
Hij was nu even ver gekomen als destijds de
assessor, toen hij de gewichtige pauze maakte,
die zijn voorgenomen knieval voorafging, en in
beide bleef steken, omdat zijne uitverkorene zich
juist op het beslissend oogenblik uit de voeten
maakte. De doctor had nu wel is waar geen
plan om een knieval te wagen, maar vermeed
daarentegen ook gelukkig die noodlottige pauze;
zonder zich van ae wijs te laten brengen, praatte
hij voort, terwijl Greta met neergeslagen oogen
voor hem zat en hem met groote voldoening aan
hoorde, zoodat liefdesverklaring, jawoord en om
helzing ten slotte achtereenvolgens in alle gere
geldheid plaats hadden.
De assessor Hubert kwam de trap af; hij had
den koetsier nog eens onder handen genomen en
dit wel zoo lang en uitvoerig, dat beiden er
moede en afgemat van waren, en hoopte nu van
zijne vermoeiende ambtsplichten te bekomen door
den vrijen loop te laten aan de gevoelens van
zijn hart. Die arme Hubert! Hij had irnmeis
zelf gezrgd, dat het zijn noodlot was overal te
laat te komen; in hoever dit echter juist Inden
het geval zou zijn, vermoedde hij nog volstrekt
niet. 't Was bepaald, dat hij 's namiddags zou
vertrekken, maar eerst wilde en moest hij weten,
hoe het met zijn aanzoek stond. Hij had vast
besloten dezen keer niet zonder het jawoord heen
te gaan, en geheel bezield met dit besluit opende
hij de deur van het woonvertrek zoo luid en
onstuimig, dat het tweetal in de naaste kamer
in de gelegenheid was om weer hun gewone
houding aan te nemen en te doen alsof er niets
geschied was. Greta zat aan het venster en de
doctor stond bij haar, dicht nevens de piano, die,
tot groote blijdschap van den binnentredenden
assessor, ditmaal gesloten was.
Hubert groette minzaam. Hij had altijd iets
wezen van dat dringen als het zich ontdaan
heeft van den naam „Boulangisme" dan eerst
recht sterk worden.
Als men nu de middelen beschouwt,waar
mede de Fransche regeering begonnen is
om Boulanger en het Boulangisme te bestrij
den dan zal men spoedig overtuigd zijn
dat ze niet geschikt kunnen wezen wat het
Boulangisme betreft, om hun doel te berei
ken. De nu in Frankrijk heerschende rich
ting heeft het ronduit gezegd, dat zij de
democratische republiek wil en verschillende
gemeentebestuursmaatregelen hadden dezen
wil tot grondslag.
Nu heeft de regeering door den strijd
tegen het Boulangisme zich als het ware
openlijk tegen dien wil verklaard want de
handelwijze tegen Boulanger is niet alleen
niet democratisch, maar is over 't geheel ge
nomen eene verloochening van de beginselen
van den modernen rechtstaatzij is het toe
passen van de machtwaarop hetdespotisme
steunt. Daarom weigerde de hoogste amb
tenaar der Fransche rechtbank de inleiding
van een onderzoek op de gewenschte wijze;
daarom kan de gevluchte generaal er zich op
beroemen dat zij, die met zijne in hechte
nisneming waren belasthem zelf van die
opdracht kennis gaven en hem raadden te
vluchten, daarom telegrafeerde hij dat de
toestanden weldra langs wettelijken weg ver
anderd zouden worden en daarom zal het
gebeurde er ongetwijfeld toe bijdragen om
het Boulangismed. w. z. de ontevredenheid
over het heerschende systeemoneindig
sterker te maken dan het ooit is geweest.
Te Brussel is een groote Boulangistische
krijgsraad gehouden, waaraan deelgenomen
hebben alle leden van het Boulangistische
comité, alsook eenige Bonapartische afge
vaardigden.
Deze conferentie is hoogst belangrijk ge
weest, de een zegt, dat een geschrift is ont-
bescliermends in zijn voorkomen, als hij der. doc
tor ontmoette, die in zijne oogen niets meer was
dan een gepensionneerd huisonderwijzer en die
hem alleen in de betrekking, waarin hij tot den
eigenaar van Wilicza stond, eenig belang inboe
zemde. Bij hetgeen hij zich had voorgenomen
zat Fabian hem echter heden bepaald in den weg
en hij gaf zich geen moeite dit onder stoelen of
banken te steken.
„'t Spijt mij u te storen. Ik -wist niet, dat ge
juist op dit uur juffrouw Greta les gaaft.//
Hij zeide dit op zulk een hoogen toon, dat zelfs
de goedaardigheid van doctor Fabian er niet te
gen bestand was. Tot hiertoe had hij het nog
nooit over zich kannen verkrijgen, den assessor
de minachtende behandeling te verwijten, die
deze zich maar al te dikwijls tegen hem veroor
loofde, maar thans, in de tegenwoordigheid zijner
aanstaande, griefde het hem diep. Hij hief het
hoofd op en zeide met een houding, die Greta's
volkomen goedkeuring wegdroeg:
„Ge vergist u wij oefenden ons in eene an
dere wetenschap
De assessor merkte nog niets. Hij was alleen
met de gedachte bezield, hoe hij dien iastigen
man zoo schielijk mogelijk kon laten heengaan.
//In de historische misschien?" vroeg hij boos
aardig. Dat's immers uw stokpaartje? Onge
lukkig is het minder geschikt voor jonge dames.
Ge zult er juffrouw Greta niet weinig mede ver
velen, doctor Fabian."
Deze wilde antwoorden, maar Greta voork wam
hem. Ze achtte het hoog tijd, den assessor den
mond te snoeren en nam die taak met bijzondere
bereidwilligheid op zich.
„Ge zult den doctor wel gauw een anderen
titel moeten geven," zeide zij langzaam en met
nadruk. „Hij staat op het punt een professoraat
te J. aan te nemen, dat men hem wegens zijne,
buitengewone wetenschappelijke en letterku. dige
talenten heeft aangeboden.
„Wat wat zegt ge?" riep de assessor, ach
teruit deinzende, hoewel men hem kon aanzien
dat hij er nog niets van geloofde. Hij kon zich
zulk eene plotselinge herschepping van den al
tijd over het hoofd gezienen doctor in een aca
demisch professor onmogelijk op eens voorstellen.
Bij dezen laatsie had de goedhartigheid alweer
de overhand gekregen, en de gedachte aan de
dubbele krenking, die hij den neef van zijn te-
worpen om de meening te wederleggen, als
zou hun vlucht voor de rechters gelijkstaan
met het opgeven van den strijdde ander
meent dat eene verdediging van Boulanger
is opgesteld tegen de aanklacht van den pro
cureur-generaal, een derde eindelijk en
deze is waarschijnlijk 't dichtst bij de waar
heid meent, dat het plan voor de kies
campagne is vastgesteld en besproken is hoe
men de agitatie te Parijs levendig zal houden
voor den generaal, zonder door manifesfatiën
het welslagen der Tentoonstelling het
troetelkind der Parijzenaars in gevaar te
brengen.
Tot leider van de Boulanger-commissie in
Frankrijk is, bij afwezigheid van de voor
naamste leden, die het 'twijsste achten zich
in Brussel buiten schot te houden, benoemd
de afgevaardigde Vacher. In Belgische re-
geeringskringen houdt men zich onverpoosd
bezig met het feit, dat Brussel gekozen is
tot den zetel van een contra-regeering tegen
het gouvernement van een naburige mogend
heid, waarmede men in goede verstandhouding
staat.
't Zou best kunnen zijn, dat de al te groote
gastvrijheid van de Belgische regeering haar
later zal berouwen. Brussel wordt een vrij
plaats voor politieke agitators en dat de
Fransche regeering daarover weinig gesticht
is, valt te begrijpen.
Er loopen opnieuw geruchten van plannen,
door het Spaansche ministerie opgevat tot
uitschrijving van een leening van een mil
liard peseta's (500,000,000 gulden) om het
evenwicht in het budget te herstellen. De
gunstige toestand van de Europeesche
markt zou het ministerie daartoe hebben uit
gelokt.
Het budget van den Engelschen minister
Goschen maakt over het geheel geen on-
gunstigen indruk omdat de verhooging van
enkele belastingen niet direct het volk treft,
maar de gegoeden en de caféhouders. Zooals
men weet bedoelt de minister verhooging
der successierechten met één procent van
genstander en den ongelukkigen minnaar zijner
uitverkorene moest laten ondergaan, maakte zijn
mededoogen gaande.
„Mijnheer Hubert," begon hij, in de onderstel
ling dat de assessor reeds wist wat er in de
laatste dagen aan de academie was voorgevallen,
wat echter niet liet geval was, „'t doet mij zeer
veel leed, door mijnheer uw oom blijkbaar zoo
miskend te worden. Niemand is meer overtuigd
van 's mans groote verdienste dan ik. Wees ver
zekerd dat ik niet het minste aandeel heb in
den strijd, dien mijne „Geschiedenis der Germa
nen" heeft uitgelokt. Professor Schwarz schijnt
te denken, dat ik uit eigenbelang dien strijd aan
gehitst en tot het uiterste gedreven heb
Nu begon den assessor een licht op te gaan,
maar het was een vreeselijk licht. Hij wist niet
den naam van dien „onbekenden man," dien de
tegenpaitij in de hoogte had gestoken, terwijl zij
zich verstoutte zijn werk naast, ja, zelfs boven
de geschriften van Schwarz te stellen maar hij
wist wel dat hierbij eene „Geschiedenis der Ger
manen' in het spel was, en Fabian's woorden
lieten geen twijfel voor hem over. dat de ver
vaardiger van dat boek, die intrigant, die aan
rander van zijne familieberoemdheid, in leven
den lijve voor hem stond. Hij wilde zijne ver
wondering, zijne verontwaardiging in woorden
lucht geven, toen Greta, die zien reeds geroepen
achtte als toekomstige professorsvrouw op te tre
den, zich opnieuw in het gesprek mengde.
„Ja, en professor Schwarz zal zeker in dat ge
loof versterkt worden, nu doctor Fabian als zijn
opvolger aan de hoogeschool te J. benoemd is.
Ge weet immer9 dat uw oom zijn ontslag heeft
genomen
De assessor hijgde op zulk een beangstigende
wijze naar lucht, dat Fabian zijne aanstaande een
smeekenden blik toewierp, maar deze was zon
der genade. Zij kon het niet vergeten, dat Hu-
bert reeds maanden geleden op haar jawoord
gebluft had en wilde hem hiervoor een lesje ge
ven daarom speelde ze haar laatsten troef uit
en greep plechtig de hand van den doctor, zeg
gende
„En tevens, mijnheer Hubert, he'o ik het ge
noegen, n in den toekomstigen professor Fabian,
den opvolger van uw beroemden oom, mijn aan
staanden man -voor te stellen."
(Wordt vervolgd.)