SN timmer 98. Donderdag 12 December 1889. 12e Jaargang. De blinde Gravin Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen. ANTOON TIELEN Staatkundig overzicht. FEUILLETON. UITGEVER: Waalwijk. Emilie Heinrichs. Waalwy ksche en Langslraatsche Courant, Dit blad verschijnt Woensdag en Zaterdag avond. Abonnementsprijs per 3 maanden,/1,00. Franco per post door het geheele rijk f 1,15 Brieven, ingezonden stukken, gelden enz., franco te zenden aan den Uitgever. Advertentiën 1—7 regel» f 0,60 daarboven 8 cent per regel, groote letters naar plaatsruimte. Ad verten tien 3 maal ter plaatsing opgegeven, worden 2maal berekend. Advertentiën voor Duitsch- land worden alleen aangnomen ioor het advertentiebureau van Adolp Steiner, Hamburg. Reclames 15 cent per regel. Zaterdag is na vier lange zittingen het debat over het incident-De Rasse in de Bel gische kamer geëindigd met negatieve resul taten voor de oppositie. Met 76 tegen 34 stemmen toch heeft het parlement, door over te gaan tot de orde van den dag, zijn goedkeuring gehecht aan de handelingen der regeering. Dit was te wachten. De Fransche kamer beraadslaagde over de verkiezing te Clignancourt, waar op Bou- langer ongeveer 8000 en op Joffrin ongeveer 5500 stemmen werden uitgebracht. Na een langdurig debat werd met 311 tegen 243 stemmen beslist dat Joffrin gekozen is. Bij de gemeenteraadsverkiezingen in Spanje hebben de iegeeringspartijen gezegevierd en dus met haar de liberale monarchistische idée. De conservatieven en de republikeinen kwamen er slecht af. De ex keizer dom Pedro en zijne familie, vergezeld van koning Carlosden infant Alphonse en de ministers van buitenlandsche zaken en marine, stapten Zaterdag te Lissa bon aan het arsenaal aan wal en namen plaats in rijtuigen van het koninklijk huis, geëscorteerd door een escadron cavalerie. Een regiment infanterie vormde de eerewacht. De bevolking ontving den Brazilaanschen ex monarch eerbiedig. Er had overigens niets bijzonders plaats. Verscheidene Engelsche correspondenten deden verslag van hunne gesprekken met den onttroonden keizer van Brazilië. Daaruit blijkt dat dom Pedro de hem aangeboden gelden der civiele lijst geweigerd heeft. Hij zeide dat hij terugkeeren zou, indien de natie hem terugriep; maar hij zal geen manifest aan het vo'k uitvaardigen. Hij loochende zijne abdicatie. Niemand vroeg hem om te abdi- ceeren; hij werd eenvoudig uitgenoodigd het land te verlaten. Hij verklaart zich nog be sluiteloos wat betreft zijne eerstvolgende bewegingen. Geheel Engeland wordt op het oogenblik bezig gehouden met de vraag den normaal arbeidsdag op 8 uur te bepalen. In verschei den kolendistricten heeft men er eene stem ming over gehouden. Zoo werd in Noord Wales met 8413 tegen 63 stemmen, in Warwickshire met 3750 tegen 21, in Lei cestershire met 2016 tegen 10 en in Noord- Derbyshire met 8641 tegen 578 stemmen voor een arbeidsdag van genoemd aantal uren gestemd. Over de wijze van invoeren er van is men het echter nog niet eens. Van een wet van de zijde van het parlement is weinig te ver wachten, daar men zoowel van radikale als van conservatieve zijde tegen de invoering van een normaal-arbeidsdag van 8 uur ge kant is. Een algemeene arbeids-proclamatie schijnt daarom niet onmogelijk. De eigenaars der kolenmijnen hebben bereids tot de verhooging der steenkolen- prijzen besloten, zoodat het publiek in het algemeen en de arbeidersstand in het bij zonder, weder de dupe hiervan zijn zal. Te Londen blijft de strike onder de werk lieden der gasfabrieken dreigen en ook nog andere werkstakingen zijn in de lucht. De voornaamste gasmaatschappij neemt maatre gelen, als gold het een beleg te doorstaan en voorziet zich van bedden en groote voor raden levensmiddelendie dienen moeten voor het reserve-personeel, hetwelk ze van elders heeft ontboden. Hunnerzijds bewaken de ontevredenen den toegang der fabriek om den aanvoer van nieuwe werkkrachten te beletten. Te Manchester is de werkstaking reeds gedeeltelijk een feit; er heerscht groot gebrek aan gas, zoodat verscheiden bedrijven stil staan en duizenden werkeloos zijn. De Londensche politie zal met 1000 man 9 DOOR „Zeer verstandig gesproken, juffrouwlaclite Jacques. *Gij, die 't meeste belang hebt bij den diefstalkunt volstrekt geen getuigenis afleggen. Met zulke kunstgrepen laat ik mij niet vangen. Gij hebt intusschen nog het lot der kleine padde zoowel als uw eigen in handenik geef u één uur bedenktijdtot de gravin op nieuw uwe diensten behoeft. Als gij dan besloten zijt de mijne te worden, zijn beiden te uwer be schikking, het dagboek en de kleine, zoo nietdan zal ik nog heden avond aan de gravin de zaak ter beslissing overgeven." Mathilde onderdrukte een zucht en keerde hem daarop den rug toe, zonder hem met eenig ant woord te verwaardigen. Zij ging naar hare ka mer, nam hoed en doek en sloop buiten het kas teel om voor een half uurtje in de heerlijke na tuur stil en eenzaam haar lot te overdenken en zoo mogelijk voor de naaste toekomst besluit te nemen. De schitterende zonneschijn, die de pa radijsachtige landstreek overal bescheen, kwam der arme als eene bespotting voor, omdat haar eigen leven als in een donkeren nacht gehuld waB en geen troostende ster de duisternis, die steeds meer hare ziel binnendrong, ook maar eenigszins verhelderde, Zij zag niets van al de praclit, toen zij daar door de eenzame wijnber gen voortspoedde, die bij het kasteel Lörach be hoorden slechts zacht drong het gefluister der golven tot haar door, als noodigden ze haar uit, om in hare stille, geheimzinnige diepte het juk af te werpen, dat haar zoo pijnlijk en zoo bloe dig drukte. Hoe schoon moest het daar beneden zijn, waar geen verdriet, geen boosheid dermen- schen kon binnendringen, waar een eeuwige slui mering, een eeuwig vergeten haar het eenige ge luk beloofde aan te brengen. Was het geen laf hartigheid, die haar terug hield een einde te ma ken aan een ondragelijk leven, dat door geen enkele straal van hoop meer verlicht werd Aan de grens der hoop neemt de wanhoop een aanvang. versterkt worden. Dit bericht is door de Lon- denaars, vooral die in de voorsteden, met groote vreugde begroet en de versterking zal, naar men hoopt, een einde maken aan de tailooze aanrandingen en rooverijen, waar over zoo aanhoudend geklaagd wordt. Het spook van een groote mijnwerkers- grève in Duitschlanddat dreigend aan den horizon stond, is verdwenen maar tijdelijk voor een week slechtsDe mijnmaatschappijen hebben eieren voor haar geld gekozen, zooals het volk zegt, zij hebben besloten voor eenige arbeiders het verbod van arbeiden in te trekken, de werklieden hebben daar op in een Zaterdag gehouden vergadering te Gelsenkirchen, besloten den termijn tot proclamatie der werkstaking, oorspronkelijk vastgesteld op Maandag, met acht dagen te verlengen, om daardoor een onderzoek mogelijk te maken naar de nog gehandhaafde gevallen van uitsluiting. Nu is uitstel wel geen afstel, maar met het oog op de mogelijke hervatting eener groote werkstaking, die algemeen wordt gevreesd, is dit toch reeds veel gewonnen, want de gemoederen, die in Westfalen zoowel als in het Saardistrict deerlijk van streek waren, hebben nu tijd een weinig tot rust tj komen, wat waarlijk wel noodig is. Indien de regeeringsafgevaardigden nu hun tijd ten nutte maken en zorg dragen, dat de besluiten, door de mijn-direct!en genomen, ook trouw worden ten uitvoer gebracht en de eigenaars van andere putten er eveneens hun goedkeuring aan hechten, dan zou daar door een crisis zijn afgewend, die zoo op economisch als politiek gebied voor 't Duit- sche rijk hoogst betreurenswaardige gevolgen zou kunnen gehad hebben. Terwijl men allerwegen reeds bezig is uit Emin-pacjia's langdurig verblijf in Midden- Af rika en de daarmede samenhangende expeditie van Stanley, wetenschappelijk voor deel te trekken voor velen, financieel voor Zij huiverde, nis door koude bevangensteeds meer lokte de kille omarming beneden in de red dende diepte haar aan, en met een laatsten blik op de heerlijke schepping rondom haar, op de plaats, waar zij tien jaren lang den beker der vernedering en des lijdens tot op den bodem toe geledigd had, was ook het besluit der wanhoop tot rijpheid gekomen. Zij zag niet meer, dat op dit oogenblik een forsche, shnke man in zwarte kleeding langzaam naderkwam en bij het zien van haar verwilderd gelaat ontsteld staan bleef. Toen zij met bijna waanzinnigen haast op den als zilver blinkenden stroom toesnelde, met het zichtbaar besluit zich et in te storten, verdub belde de man zijn schreden en ving haar in zijn armen, op 't zelfde oogenblik dat zij gereed stond haar voornemen ten uitvoer te brengen. Zacht verwijtend zag hij haar zwijgend aan. Domino 1' stamelde Mathilde in verwarring. Mag ik u naar het kasteel terugbrengen, waarde juffrouw vroeg de predikant Ehrhardt op zachten toon. Mathilde beefde over haar geheele lichaam en begon hevig te snikken; dit vreeselijk oogenblik scheen haar te vernietigen. „Bedaar, erm kind/ zeide de predikant, „en als gij mij uw vertrouwen waardig acht, stort dan uw hart gerust voor mij. uit als voor een biechtvader, die bestemd is om te troosten en zijn lijdenden medemensch in zijn moed en zijne hoop te versterken. In mij ziet gij een vriend, die reeds sedert jaren uw levenspad met deelne ming gadeslaat en de doornen daarop met stil verdriet opgemerkt heeft." Mathilda droogde haastig hare tranen af en wilde spreken, doch het duurde lang eer de storm in haar binnenste bedaard was, om een kalm onderhoud te veroorloven. „Gij stond op liet punt een laatsten, wanhopi- gen stap te doen, waarvan geen terugkeer mo gelijk was/ vervolgde de predikant na een oogen blik, waarin zij zwijgende naast elkander voort gingen. Mathilda sloeg haar nog altijd door tranen ver duisterden blik tot hem op en antwoordde zacht: „Ja, mijnheer, de wanhoop overmande mij, de verzoeking, om een smartvol leven te eindigen, was te groot. Kan God mij naar recht veroordeelen, dat ik onder den last, dien Hij mij oplegde, bezweken ben?" „De beantwoording dezer vraag zoude in dit oogenblik: waarop gij zooveel troost noodig hebt, weinigen, ligt de held der historie (want dat is dr. Schnitzler) toch te Bagamoyo zwaar getroffen op het ziekbed ten huize van majoor Wissmann, maar er is hoop gekomen, dat men hem zal kunnen behouden, hoop, die op vrij vaste gronden rust. (zie onder buiten land.) Emin heeft gelukkig geen schedelbreuk bekomenmaar wel inwendige kwetsuren en hersenschudding; desalniettemin is de kans op herstel niet buitengesloten. Ondertusschen luiden de berichten uit de provinciën aan den equator, door Emin pacha verlaten, alles behalve gunstig en te Kairo is men dan ook lang niet gerust, men vreest een inval der Madhisten. In Italië is uit Massowah bericht ontvan gen van een vernietigende nederlaag, welke door de troepen van koning Menelek aan Ras Alula en diens aanhang zou zijn toe gebracht. Nadere bijzonderheden dus luidt hetontbreken nog. Voorshands zal men tevreden kunnen we zen met eene bevestiging van het bericht. Nog vóór de Kerstvacantie zullen aan de Italiaansche kamer de stukken worden over gelegd betreffende Afrika. Door Crispi is een wetsontwerp ingediend, strekkende om aan eenige gemeenten ver gunning te verleenen tot het opleggen van hoogere gemeente-belastingen dan bij de wet is toegestaan. Het consistorium zal 19 December bijeen komen. De Paus zal alsdan voorlezing doen eener allocutie, door hem opgesteld tegen de wet, betreffende de vereenigingen van wel dadigheid die nu het ontwerp van beraad slaging in de kamer uitmaakt. Aan den Paus is goedkeuring gevraagd voor het oprichten eener groote katholieke bank, die het doel heeft uitsluitend met ka tholiek geld te werken. Het kapitaal is ge steld op 100 millioen dollars (f250,000,000). De hoofdzetel zou gevestigd worden te New- York terwijl de hertog van Norfolk te Lon den als directeur-hoofdagent zal optreden. niet zeer bemoedigend roor u zijn, mijn waarde jnffrouw, ontsla mij er van en wees verzekerd, dat ik u ook dan niet veroordeeld zou hebben, wanneer gii nw wanhopig besluit zonder mijne tusschenkomst ten uitvoer had gebracht." „Hoe dank ik u voor dit woord, mijnheer," sprak Mathilde hem met een innigen blik de hand toestekende; „indien iets in staat was mij te ver ontschuldigen/ voegde zij er met een diepen zucht bij, „zoo ware het misschien de omstan digheid, dat mijn dood en de oorzaak er van niemand op aarde zoude bedroefdnoch met schande overladen hebben, daar ik alleen sta, ge heel alleen in de wijde wereld „Geheel alleen in de wijde wereld?" herhaalde de predikant, tewijl hij hare hand zacht drukte en in de zijne hield, „dat is een zeer treurig woord mijn kind, en geeft u dubbele aanspraak op mijne deelneming. Gelooft ge echter werkelijk, dat uw dood niemand zoude hebben bedroefd, dan bedriegt gij u zeer, menigeen in deze ge meente heeft u lief gekregen, al ware het slechts om de menschlievendheid, waarmede gij u het doofstomme kind hebt aangetrokken." De herinnering aan Netje maakte op nieuw hare aandoening gaande. Zij deelde den predikant in vliegende haast de gebeurtenissen der twee laatste dagen mede, de beschuldiging der gravin en hare bedreiging met ontslag, zoowel als de zaak van den kamerdienaar, waarvan de gevol gen nog in 't geheel niet waren te overzien. De predikant had alles zwijgende aangehoord; op zijn goedhartig gelaat stond thans ernstige ver ontwaardiging te lezen en terwijl hij Mathilde's hand op nieuw in de zijne nam, zeide hij „Als ongerechtigheid en haat het uiterste zul len beproeven, naar ik vrees, waarde juffrouw, en uwe eer de verwijdering uit de dienst der gravin noodzakelijk zal maken, wilt gij mij dan in d^t geval belooven, u te herinneren, (lat zoo wel ik als mijne zuster over een vertwijfelden stap van u diep bedroefd zouden zijn Wilt gij dan de pastorie te Rothensse als uw tehuis be schouwen Hij hield hare hand vast in de zijne en ves tigde een smeekenden blik op haar. „Waarmede heb ik zooveel goedheid verdiend, mijnheer?" stamelde Mathilde verward. Arm kind I De eenvoudige menschenplicht schijnt u onverdiende goedheid,antwoordde de predikant ontroerd; „hoe weinig liefde heeft men u tot nu toe bewezen. Gij geeft dus gehoor aan mijn verzoek Vrees niet de wraak der gra vin of die harer dienstboden. Ik zal u weten te beschermen, waarde juffrouw „Ik durf u niet in mijn lot verwikkelen, heer predikant," sprak Mathilda met inspanning; „de gravin is rijk en machtigen zoude u de mij ver leende bescherming nooit vergeven." „Zulke overwegingen zullen mij nimmer van mijn plicht terug houden of er mij toe brengen dien geheel na te laten. Wien anders zou het betamen dan juist mij den verlatene te bescher men, ook indien deze mijn ondersteuning eigen lijk niet waard was Hebt gij een ander levens plan, waarbij ik u van dienst kan zijn, spreek dan vrij en openhartig met mij als met een broeder." „Ik dank u van harte, mijnheer," antwoordde Mathilde diep bewogen, na een pauze. „Uwe woorden hebben mij troost en hoop ingeboezemd en mijn moed verhoogd. Wel heb ik dikwijls over een ander levensplan nagedacht en den een- voudigen arbeider benijd, die zich vrij mag ge voelen in het woekeren met zijn krachten en aan eigen vlijt, aan eigen vrije werkzaamheden zijn levensonderhoud te danken heeft, terwijl ik er erger aan toe ben dan de slaaf, wiens lot zo» beklaagd wordt. Grootendeels is het de schuld van mijn eigen versaagheid en de zwakheid van mijn karakter, dat ik niet vroeger reeds de druk kende ketenen van een dienstbaarheid verbrak, waarbij mijne eer bijna op het spel werd gezet. Toevallig kreeg ik eenigen tijd geleden een cou rant in handen, die van de groote verheffing van den arbeid der vrouw gewaagde. Hoe verlangend richtte zich van toen af mijn blik op zulk eene toekomst, daar ik zoo vele kennissen bezit, die mij als vrije arbeidster bij eigen zoowel als an- derer belangen van dienst konden zijn. Toch beefde ik ook altijd bii zulke gedachten voor alle zwarigheden en hindernissen terug, die zich voor mijn blikken ophoopten en door mijn mees teres, die mij als haar lijfeigene beschouwde, ze ker als onoverkomelijk zouden beschouwd wor den. Zoo dwarrelde alles voor en na in mii door een en steeds donkerder werd de nacht, die het tegenwoordige en de toekomst voor mij bedekte, tot het mij heden, gelijk gij gezien hebt, tot den laatsten wanhopigen stap aandreef." (Wordt vervolgd.)

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1889 | | pagina 1