Nummer 6
Zondag 18 Januari 1891.
14e Jaargan
Het Beulszwaard uit Damascus,
Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen.
ANTOON TIELEN
Staatkundig overzicht.
FEUILLETON
BUITENLAND.
Frankrijk.
Engeland.
UITGEVER:
Waalwijk.
Detlef von Liliencron.
v.
*Ji.i-'
De Echo van het Zuiden,
Waalwyksche en Langstraatsche Courant,
Dit blad verschijnt Woensdag en Zaterdag avond.
Abonnementsprijs per 3 maanden/1,00.
Franco per post door het geheele rijk f 1,15
Brieven, ingezonden stukken, gelden enz., franco te zenden
aan den Uitgever.
Advertenticn 17 regel» 0,60 daarboven 8 cent per regel
groote letters naar plaatsruimte. Advertentien 3 maal ter plaatsing
opgegeven, worden 2maal berekend. Adrertentiën voor Duitscb
land worden alleen aangnomen loor het advertentiebureau van
Adolf Steiner, Hamburg. Reclames 15 cent per regel.
Onder den gunstigen indruk, door het wel
slagen van de leening teweeggebracht, is de
gewone zitting van het Fransche parlement
heropend, de gewone formaliteiten, die elke
nieuwe zittingsperiode voorafgaan, hebben tot
geen enkel incident aanleiding gegeven. De
afgevaardigde De Gasté hield als doyen d'&ge
zijn redevoering, die zich niet onderscheidde
van die gewone gelegenheidsspeeches, dan
door een zekere langdradigheid en weinig
samenhang. De herkiezing van Floquet als
president der kamer, had plaats met 282 van
de 333 stemmen en als vice-presidenten wer
den gekozen Casimir Périer, Peytral en Dc
Mahy, ook de secretarissen werden gekozen
maar de verkiezing van quaestoren stelde men
uit tot Donderdag.
A propos van de leening van 870 millioen
dient er nog op gewezen, dat Frankrijks kre
diet dat van Engeland het meest nabij komt.
Slechts met drie of vier naties deelt de Groote
Republiek het voorrecht tegen 31/* percent te
leenen; ongetwijfeld behoort Frankrijk tot de
rijkste landen der wereld.
Terwijl de afgevaardigden der Fransche
kamer alles even kalm opvatten'en geen enkel
grot woord de plechtige rust in de kamer
heeft verstoord op den eersten zittingsdag in
't nieuw begonnen jaar, is men in Duitsch-
lands rijksdag geducht aan 't redekavelen en
wel over de invoerrechten op de eerste le
vensbehoeften. Bismarck in zekeren zin
de vader dier rechten wordt ook nogal
eens a faire genomen, wat natuurlijk protest
uitiokt van de andere partijen.
Wie hoop had, dat het boulangisme een
maal als feniks uit zijn asch zou herrijzen
wordt in die verwachting leelijk teleurgesteld:
de laatste der Mohicaantjes, Déroulède, die
al 't wel en wee met den grooten man van
Jersey heeft gedeeldwordt de vaan ook
ontrouw. Volgens de XIX Siècle zou hij door
zijn reis naar Londen en Jersey erg teleur-
DOOR
En achter hen leunde, als eene bloem, met den
fijn sten tact, in achteloos gracieuse houding, de
skleine Lina in de kussens, alsof zij van hare
wvieg af nooit anders gedaan had, dan rijden met
de vier.
Zóó ging het er van langs. Titus geneerde zich
niet. Het was immers ook maar voor dit eene
maalHij wist dat de mensehen er acht da
gen lang over babbelen zouden maar daarna
zou het vergeten zijn. In groote steden denkt
men niet zoo kleingeestig en bekrompen als in
landstadjes. Daarvoor heeft men waarlijk geen
tijd.
De huismeester, een zeer deftig oud man, ont
ving met eene diepe buiging de kleine dame aan
de deur. Vervolgens bood Titus haar zijnen arm
en geleidde de onberispelijk gracieuse verschij
ning terstond naar de eetzaal. Hier gebruikten
zij een en lichten maaltijd, waarbij zij bediend
werden door een jong, glad geschoren en keurig
gefriseerd heerschap in zwarten rok en witte das.
Het meisje was buiten zichzelve van verba
zing; maar zij liet daarvan niets merken en deed
alsof zij met dit alles van kindsbeen af reeds
-vertrouwd was. Zwijgend, vlug en zonder éénig
gerucht óf geraas bediende die zwartgerokte en
witgedaste jonge dandy. En Titus was de op
lettendheid zelve. Af en toe legde hij met vol
maakte galanterie een lekker stukje op haar zil
veren bord; en straks liet hij zonder dat er een
woord bij gezegd werd, zijn glas tegen het hare
klinken, zoo fijn, zoo helder, en toen zoo zacht.
Ook verder werd er tusschen hen weinig of niets
gesproken: Alleen nam hij uit eenen ruiker, die
op de tafel stond, eene bijzonder schoone roos, en
verzocht Lina, deze in het haar te steken.
Slechts toen de artisjokken werden rondgediend,
wist zij daarmee geen weg en liet ze daarom
-onaangeroerd. Zij toonde echter geene verlegen-
gesteld zijn geworden, ja zelfs zou hij er over
denken zijn ontslag te nemen als afgevaar
digde. 't Mooist van alles is, dat hij nu
betreurt zijn geld cn zijn tijd voor 't bou
langisme te hebben gegeven.
Bij slot van rekening zit de boulangisten-
baas alleen en verlaten op het bekende eiland
als een treurig en levend bewijs van de
vergankelijkheid der grootheid van deze
wereld.
Of de generaal in zijn verlatenheid door
velen getroost zal worden, is ook de vraag
vrienden in den nood, honderd in een lood!
„Waar is Padlewski is nog steeds de
algemeene vraag, waarop men de meest uit-
eenloopende antwoorden krijgt: de Spanjaard
zegt hij is te Olot; de Franschman durft niets
antwoorden; de Duitsche Kreuzzeitung zoekt
hem te Londen en er zijn er zelfs, die hem
veilig en wel in Bulgarije in een klooster
wanen.
Wat is waarheid of liever wat heeft den
meesten schijn van waarheid zou men
kunnen vragen en wij zouden er op antwoor
den: 't meest waarschijnlijk is, dat de gear
resteerde te Olot wel een nihilist is, maar
niet Padlewski; de gansche comedie zou na
melijk dienen om de politie van 't spoor te
brengen.
Maandag a.s. komt te Bellinzona de con-
stitueerende vergadering van net kanton Tes-
sino bijeen, die, dank zij der onthouding van
de liberale partij bij de verkiezingen, uitslui
tend uit conservatieven (110) zal bestaan.
Men vreest dat, wanneer het oude gouver
nement hersteld of wéér een dergelijk be
noemd wordt, de troebelen weer van voren
af aan zullen beginnen.
Een grappenmaker te Weenen vertelt in
allen ernst, dat Frankrijk aan vorst Nikita
van Montenegro een aantal Lebel-geweren
zou hebben verkocht. De verkoop zou nu
zoo heel onmogelijk niet zijn, want de Groote
Republiek gaat nog immer van den stelregel
uit: „Les amis de mes amis sont mes amis"
en, zooals men zich herinnert, heeft de rcach-
heid, maar verklaarde eenvoudig dat zij dit „fruit"
nooit had mogen lijden.
Zoodra het tafelen afgeloopen was, bood Titus
haar weder den arm en geleidde haar nu door
een nevenvertrek in den tuin. Bij de wijd ge
opende vleugeldeur stond de jonge, glad gescho
ren en keurig gekapte heer in zwarten rok en
witte das; en Titus zeide in het voorbijgaan tot
hem: «A pair of gloves, Charles!"
Wat zal er nu gebeuren? dacht de kleine Lina:
Wat kan hij wel tot hem gezegd hebben, en dat
nog vvel in eene vreemde taal Er gebeurde
echter niets bijzonders. De jonge man bracht voor
Titus slechts een paar nieuwe glacé handschoenen.
Nu \oerde hij haar door het uitgestrekte park
dat haar groot genoeg leek om er in te kunnen
verdwalen. In de broeikassen en palmenhuizen
sprongen,zoodra zij naderden,als van zelfde deuren
open en toch vertoonde er zich geen sterveling.
Op eene hoogte, die tamelijk steil naar de ri
vier afhelde, bleven zij staan en verdiepten zich
in het vergezicht. Er heerschte eene drukkende
hitte. De hemel was gelijkmatig aschgrauw be
trokken: alleen aan den kant boven Harburg
kroop langzaam eene leizwarte wolkenbank om
hoog, achter welke het onophoudelijk zachtkens
donderde.
Als geboren Hamburgers kenden zij beiden elk
dorp, elk eiland, eiken toren.
Het ebde. Eensklaps stelde Titus aan het meisje
de vraag, of zij, wanneer haar laatste uurtje ge
slagen zou hebben, liever bij vloed of bij ebbe
hare lippen voor altoos sluiten zou; want bij
het eene of bij het andere getij moest dit toch
gebeuren. Zij antwoordde niet, maar drukte zich
huiverend tegen hem aan. En hij had om dit
heftige, zonderlinge, bloeiende schepseltje zijnen
arin geslagen en haar tot zich getrokken.
Doch daar schoot hem op eens weer die on
zalige avond te Billerhude te binnen eu hij
liet zijnen arm zinken en stond weder koel en
hoffelijk naast haar.
Op dit oogenblik voelde zij dat het gedaan was
met hare liefde, dat zij hem nimmer den hare
noemen zou en zij besloot, alles en alles
had zij in den vorigen nacht tot op een haar
overlegd, zij besloot dat hij sterven moest. En
met hem, kort, onmiddellijk na hem, wilde ook
zij het leven vaarwel zeggen. Geen ander hart
zou er ooit aan het zijDe rustengeene door hem
tige czaar zijn collega in 't klein, indertijd
zijn „eenigen waren vriend" geheeten, maar
men mag vragen wat de man met de gewe
ren zou moeten aanvangen, een leger heeft
hij niet en om musschen en kraaien te schie
ten zijn die moordwerktuigen toch veel te duur.
Terwijl de vorsten in hel westen van ons
werelddeel zich hebben onthouden van poli
tieke betoogingen op den Nieuwjaarsdag
heeft vorst Ferdinand van Bulgarije, bij ge
legenheid van den Griekschen Nieuwjaarsdag,
toespraken gehouden tot de synode der kerk,
tot den premier enz. en uit alles blijkt, dat
't hem in Bulgarije best bevalt en hij aan
geen heengaan denkt. 0
In Washington, den zetel der regeering van
de Vereenigde Staten van Noord Amerika
is men nu weer niets in zijn schik over de
houding van Engelands premier, die, in ver-
eeniging met Canada, de diplomatieke quaestie
betreffende de Behringzee wil aanhangig ma
ken bij het Hooggerechtshof van de Vereenig
de Staten, haar dus tot een juridieke quaestie
wil vervormen.
De volgende handelsverdragen heett Frank
rijk 1, met Belgie, sinds den 31 October
1881; 2, met Portugal van af den 19 December
1881; 3, met Zweden en Noorwegen van af
den 30 December 1881; 4, met Spanje sinds
den 6 Februari 18825, met Zwitserland
sinds den 23 Februari 1882; al deze verdra
gen moeten een jaar vooruit worden opge
zegd, echter eerst na den len Febr. 1892, 6
met Nederlanddat ook een jaar vooruit
moet worden opgezegd, maar wat altijd kan
plaats hebben.
Het merkwaardigste van de inschrijving
voor de leening is wel, dat 2 milliard 340
millioen francs in contanten zijn omgezet,
zonder dat men daarvan merkbaar last heeft
ondervonden.
uitverkorene gelukkige zou er ooit deze rijke be
zitting met hem deelen.
En terwijl het violetblauw harer oogen weder
in dat moordzieke zwart overging, staarde zij
onafgebroken in die zwarte wolkenbank boven
Harburg, achter welke zonder ophouden, nu zach
ter, dan harder, de donder gromde.
Bij het terugkeeren wachtte haar bij het in
slaan van een pad, dat naar het huis leidde, een
verrassende aanblik. Al de vensters van het reus
achtige gebouw, die op de tuinzijde uitkwamen,
waren tooverachtig verlicht. In alle vertrekken
flonkerden honderden waskaarsen op kronen en
luchters van kristal.
Als eene koningin, aan wie de eigenaar van
een slot op het eerbiedigst zijnen rijdora en zijne
kunstschatten toont, zoo voerde Titus de kleine
Lina door de reeks van schitterende kamers en
zalen. Zij liet echter geenen uitroep van bewon
dering hcoren. Slechts toen zij den drempel van
het kolossale ï-tudcervertrek overschreed, ontsnap
te er een haast uitgeschreeuwd „ah 1" en „ach?*
van verbazing aan hare lippen.
Alles, tot de geringste kleinigheid de boeken,
de snuisterijen, de voorwerpen van brons en ma
jolica alles moest haar verklaard worden.
Geen enkel schier dezer honderden nuttelooze
dingen en dingetjes liet zij onaangeroerd. En dan
die stoffen en huiden en franjes en kwasten en
gordijnen En hoe prachtig kwam al die kleu
renweelde uit tegen het effen duifgrijze smyrna-
sche tapijt, dat zonder naad uit één stuk, den
ganschen vloer bedekte 1
Titus noodde haar aan de middelste tafel plaats
te nemen.
Daarop haalde hij eene fijn geslepen karaf, ge
vuld met donker goudgelen wijn, en twee kelk-
glazen. Toen hij ingeschonken had, bemerkte hij
hoe zijn kleine langharige smoushondje, dat al
menig jaartje achter den rug had, met ongewone
heftigheid zijn heesche stemmetje tegen het
meisje verhief, en zelfs trachtte haar in de beenen
te bijten. Om hieraan een einde te maken, nam
hij het beestje op en droeg het naar buiten in
het portaal, waar het voor de warmezomerdagen
een koel lederen kussen tot rustplaats had.
Nauwelijks had hij den voet buiten de deur,
of de kleine Lina haalde een fleschje voor den
dag, schudde het, en hield het tegen het licht.
Doch daar hoorde zij hem terugkomen. Fluks
Floquet hield in de kamer, toen hij optrad
als voorzitter, een toespraak, waarin hij con
stateerde dat het werk van deze zitting
hoofdzakelijk zijn zou het stemmen over de
begrooting en de vernieuwing van het eco
nomisch regeerstelsel. Hij hoopte dat bij
laatstgemelde taak de kamer zou weten
rekening te houden met het algemeen belang
van het land en de particuliere belangen,
waarvoor hare hulp wordt ingeroepen. (Toe
juichingen.)
De kamer besloot de redevoering te laten
aanplakken.
Volgens dépeches uit Suakim, neemt de
opstand tegen de Turken te Yemen op be
denkelijke wijze toe. Hij is veroorzaakt door
de heffing van een buitensporigen landtax en
onderdrukking. De Turksche overheid doet
zooveel mogelijk troepen landen. De slaven
handel in de Roode Zee vermeerdert.
Het panorama van de Niagara, dat
gedurende twee jaren te Londen tal van
toeschouwers bleef trekken, is thans vervan
gen door een panorama van Jerusalem op
den dag der kruisiging, geschilderd door
Carl Frosch. De schilder koos het oogenblik
waarop de zonsverduistering (die volgens de
H. Schrift dien dag voorkwam) begint te
verdwijnen en de zon liet haar stralen weder
doordringen, maar het omringende landschap
is nog in een nevel gehuld. Het voornaamste
gedeelte der schilderij is natuurlijk de krui
siging zelve. Christus hangt aan het kruis,
de twee misdadigers naast hem, de moeder
en andere leden van de familie van Christus
staan om het kruis en de Romeinsche sol
daten houden de wacht, allen vol vrees voor
de bovennatuurlijke verschijnselen. Alle fi
guren, aan de christelijke wereld zoo bekend,
zijn hier voorgesteld en de geheele omgeving
is met inbegrip der wegen naar Jaffa en
Damascus weergegeven. Het geheele werk
wordt zeer geroemd, niet alleen wegens de
verdiensten uit het oogpunt van kunst, maar
11 ggggggsaMBeg
verdween het fleschje weder in haren zak.
Toen zij eene teug van den goudgelen wijn ge
dronken had, die haar als eene lieete slang door
de aderen gleed, viel haar blik op het miniatuur
portretje daar op de schrijftafel. Zij trad er op
toe, om het in ae hand te nemen.
„Wie is dat?"
„Ik?"
Ja. Zie je de gelijkenis niet?"
Doch reeds was haar onrustige blik naar de
wapenverzameling afgedwaald. Zij verzocht Ti
tus, haar ook daarvan eene verklaring te geven
Aandachtig volgde zij al zijne woorden.
„En die bijl dat kromme hakmes wat is
dat voor een ding?" vroeg zij gejaagd, terwijl
hare wangen kleurden. J
„Waarom hangt dat hier onder al die mooie
degens en helmen
Titus vertelde haar dat hij het zoo maar voor
de grap voor de curiositeit daar had opge
hangen. 6
-En waar", vroeg zij, „is het vandaan
„Uit Damascus. Toen ik verleden jaar in Sy
rië reisde, heb ik het bijgewoond hoe met dat
zwaard een misdadiger werd onthoofd."
„Heb je dat zelf gezien?"
„Ja heel toevallig. Ik verdwaalde op een
plein, waar juist de terechtstelling zou plaats
hebben. Zoo bleef ik staan en zag het mede
aan."
„En hoe hoe deed de beul dat vroeg
zij snel. b
„O, heel eenvoudig! Hij hakte toe]iet
was in een oogwenk gedaan."
„Maar de veroordeelde?"
„Welvoor zoover ik mij herinneren kan
stond hij op het schavot rechtop, met de armen'
over de borst gevouwen. En toen
„En toen
„Toen sloeg de beul hem met éénen zwaai het
hoofd af. Dat wil zeggen de houw was zóó
snel en krachtig geweest, dat het hoofd nog wel
twee seconden op zijne plaats bleef staan vóór
het op den grond vielLater hét was
eigenlijk een groote onzin kocht ik van den
scherprechter net zwaard."
„Laat mij het eens van nabij bezien* cn
reeds was de kleine op eenen stoel gesprongen
cn hield het moordtuig in de handen.