Nummer 11 Donderdag 5 Februari 1891. 14e Jaargang
Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen.
Bekendmaking.
B® Goudsmid vas Wmbml
ANTOON TIELEN,
Staatkundig- overzicht.
FEUILLETON.
BUITENLAND.
Belgie.
Spanje.
UITGEVER:
Waalwijk.
De Echo van het Zuiden.
WiiSwpscte en Lanptrutsche Coorant,
Dit blad verschijnt Woensdag; en Zaterdag avond.
Abonnementsprijs per 3 maanden j 1,00.
franco per pos: door liet geheele rijk 1' 1,15
Brieven, ingezonden stukken, gelden enz., franco te zenden
«an den Uitgever.
Advertentiën 17 regels J 0,60 daarboven 8 cent per regeJ
groote letters naar plaatsruimte. Ad verten tien 3 maal ter plaatsing
opgegeven, worden 2inaal berekend. Advertentiën voor Duitscb
land worden alleen aangnomen ioor het. advertentiebureau van
Adolf Steineb, Hamburg. Reclames 15 cent per regel.
Burgemeester en wethouders van Waal
wijk
Gelet op art. 28 der wet van 19 Augustus
1861 (Staatsblad 72) en op het besluit van
den Heer commissaris des konings in de
provincie Noordbrabant van den 8sten Jan.
1891, A. no. 7, (prov, bijblad no. 1.)
Brengen ter openbare kennis, dat de loting
der Nationale Militie voor de lichting van
dit jaar zal plaats hebben te Waalwijk,
den 26 Februari a.s.,
des voormiddags ten 11 urezullende de
trekking voor de militieplichtigen, welke niet
opkomen of wier vader moeder of voogd
mede niet tegenwoordig zijn, door den bur
gemeester of het lid van den raad, dat bij
de loting tegenwoordig is, geschieden.
Waalwijk l l'\.br. 1891.
Burgemeester en Wethou
ders voornoemd.
Het kruikje gaat zoolang te water tot het
zinktin den avond van den laatsten dag
der atgeloopen week, Zaterdag 31 Januari
dus, is het onverwachte geschied de alge
meen onwrikbaar geachte is van zijn verhe
ven standpunt gestooten, Crispi, Italie's 71-
jarige premier sterk Bismarckiaansch ge
kleurd in zijn daden en in zijn woorden is
ten val gekomen. Met een meerderheid van
63 stemmen werd hij geslagen en indirect
heeft de dubbeltjesquaestie hem dien gena
deslag gegeven.
Crispi en zijn collega's hebben het door
hen bij de verkiezingen gegeven woord, „geen
belasting-verhooging, wel belastinghervorming"
niet gestand gedaan en de straf is op het
kwaad gevolgd. Zeggen en doen is twee en
in het onderhavige geval was doen onmoge-
II.
5. DE GEBROKEN KETEN.
Voor een wapensmid zou ilc u niet gehouden
hebben, zei Eleonora, eer zou ik gedacht hebben,
dat gij op het kantoor van een Italiaansch koop
man te huis behoordet. Ik vrees, dat ik er wei
nig eer mee zal inleggen, dat ik meester Bockel
aan graaf Zriny heb aanbevolen. Waarom komt
hij zelf niet? Er lag iets hoogmoedigs in den
toon van Eleonora, dat me,cc uit hare oogenblik-
kelijke stemming dan uit haar karakter voort
kwam; zij was, gelijk reeds gezegd is, onderden
indruk van het vermoeden, dat de vreemdeling
haar nog niet voor volwassen aanzag; zij drukte
er daarom op dat hare aanbeveling aanleiding
was geweest tot de boodschap aan Bockel. De
toon der jonge dame bewerkte het tegenoverge
stelde van hetgene zij gewild had, hare woorden
brachten bij den jongen man geen uitdrukking
van eerbiedigen dank te weeg, maar spoorden
hem aan een gemeenzamer toon aan te slaan.
Het zal meester Bockel zeer aangenaam
zijn te vernemendat zulk een schoone jonge
dame hem aanbeveelt, hernam hij glimlachend,
en ik zal dubbel mijn best moeten doen om hem
te vervangen. Mijn'meester heeft het zeer druk,
en daar hij vertrouwen in mij stelt, hoop ik dat
graaf Zriny mijne kunst zal willen beproeven.
Ik heb mijn gereedschap in het rijtuig te Brunn
gelaten, om eerst te hooren wat er te doen is.
De graaf heeft het versiersel van een zeer
kostbaar harnas gebroken, antwoordde Eleonora;
maar gij kunt de moeite wel sparen, want hij
zal zulk een werk zeker niet anders dan aan een
meester toevertrouwen.
Maria scheen te gevoelen dat haar vriendin
den iongen man kwetsend behandelde, maar zij
aarzelde zijn partij te kiezen daar hij er niet
naar uitzag alsof hij hare hulp behoefde. Zij
droeg op zijde een beursjedat aan een fraai
bewerkte gouden keten aan haar ceintuur hing
en zij bloosde licht toen zij bemerkte, dat liet
oog van den vreemdeling op deze keten gevestigd
lijk, letterlijk onmogelijk en de aftreding van
den minister van financiën Gioletti, was een
levend bewijs voor die onmogelijkheid. Zoo
als v/ij vóór enkele dagen reeds zeiden, wa
ren er heel wat leden, die 't met de nako
ming der beloften, voor de aanvaarding van
hun mandaat gedaan, zoo nauw niet namen,
't waren de jabroers, maar toch schijnen de
eerlijken de overhand te hebben gehad bo
ven dezulken die met de wolven in 't bosch
meehuilen.
't Ging Zaterdag over het wetsvoorstel van
Grimaldi, bedoelend de verhooging van de
invoerrechten op olie en van de rechten op
de alcohol fabricatie. Reeds hadden de be-
grootings commissie en de senaat ja en amen
gezegd maar de kamer was ditmaal zoo
meegaand niet en toch zou 't nog zoo'n vaart
niet geloopen hebben als Crispi's opvlie
gendheid zijn wijsheid niet bedrogen had.
Nu moet te zijner verontschuldiging gezegd
worden, dat Italie's premier een weinig ver
wend was, men vloog op zijn wenken en zij
die neen dorsten zeggen ais hij ja wilde, dat
waren de geringsten in aantal. En toch ge
schiedde ditmaal dit ongewone en onvoor
ziene feit. Crispi trachtte zichzelf schoon te
wasschen door de kabinetten van vroeger
dagen in een hatelijk daglicht te stellen en
dat was wel 't domste wat hij doen kon.
Finali (openbare werken) verliet zijn plaats
aan de ministerstafel; Luzzati de rappor
teur, maakte insgelijks beer.en, verontwaar
digd over Crispi's woorden en de kamer zette
de kroon op dat alles door de dagorder der
regeering te verwerpen met 168 tegen 123
stemmen.
Dat gebeurde om kwart over 8 in den
avond en onmiddellijk daarop holde Crispi
naar het Quirinaal om koning Humbert het
ontslag van het kabinet aan te bieden, het
welk werd aangenomen noch geweigerd de
koning zou 't zaakje in beraad nemen en dat
hij 't een netelig zaakje vond, verborg hij
Crispi niet.
Zoo was 't Zaterdagavond om tien uur en
zoo is 't nog wel wordt er vel gepraat, maar
was. Zij was eens gebroken en door een goud
werker slecht hersteld.
Het hangt van het goedvinden van den
graaf al', of hij mij het werk wil toevertrouwen
of niet, zei Max, maar hoe hebt gij, tot Maria
gekeerd, die sclioone Venetiaansche keten in de
handen van een knoeier kunnen geven mag ik
ze eens in orde brengen
Het is een aaqjjenken van mijn overleden
tante, hernam Maria; de goudsmid zei, dat zij
alleen in Venetie kon hersteld worden, er moest
een nieuwen schakel worden ingezet.
Mag ik het bedorvene -«weder goed maken
herhaalde Max.
- Maria maakte de keten los, maar zij aarzelde
ze aan den jongen goudsmid over te reiken, een
blik van Eleonora scheen haar te willen waar
schuwen tegen een te groot vertrouwen in den
onbekenden vreemdeling.
Ik kan de keten niet missen, stotterde zij,
mijne moeder weet niet dat zij gebroken is, en
als het werk u eens mislukte
Geef maar hier, hervatte Max, en nam de
aarzelende de keten bijna tegen haar wil uit de
hand. Eer zij nog recht begreep hoe liet gebeurd
was, had hij haar van den beugel lo-gemaakt,
zijn ransel geopend en daaruit eeu kleine blin
kende tang, een loup en ander handwerkgereed-
schap voor den dag gehaald. Hij zette zich bij
de jonge dames, die met nieuwsgierige, gespan
nen verwachting zaten toe te kijken, op net gras
neder en spreidde zijn gereedschap op den ransel
uiteen lichte kreet' van schrik ontsnapte aan de
lippen van Maria, toen hij nu met een enkelen
kneep van de tang het soldeersel afbrak en de
keten in twee stukken viel.
Vrees niet, zei Max glimlachend, de scha
kels van zulke ketens moeten niet gesoldeerd
worden, want dan wordt zij onbeweegbaar, men
moet ze weder in elkander werken.
Met nieuwsgierige verbazing zagen nu de jonge
meisjes hoe hij de gesoldeerde schakels losmaakte
en om de kleine gouden schubbetjes niet te ver
liezen, die in een zilveren doosje legde, en hoe
hij vervolgens met een veil het soldeersel weg
nam. Zij konden nauwelijks de goudblaadjes zien,
die hij met de tang vasthield, terwijl hij ze po
lijstte; zij begrepen niet hoe hij de kleine blaad
jes en ringetjes, die hij onder de loup gelegd had
kon buigen, maar de vaardigheid, waarmee hij
van handelen wordt nog niets vernomen en
geen wonder't is voor den vorst een heet
hangijzer, van alle zijden noemt men namen,
welker veelheid de keus nog moeielijker
maakt.
Te Parijs is men danig in zijn schik over
Crispi's valmen ziet zelfs een verandering
in den Europeeschen polilieken toestand te
gemoet en hoewel de Franschen wel al te
zeer geneigd zijn den wensch voor de wer
kelijkheid te nemen, uit het oog verliezend
dat een 8 jaar gevolgde politiek zoo maar
niet opeens met één man valt of staat, toch
moet worden toegegeven, dat de triple alliantie
in Crispi een warm voorvechter zou verlie
zen en Frankrijk een even heftig tegen
stander.
De quaestie is nu dezeIs Crispi het
slachtoffer der triple-allianlie, der grootheids-
politiek van Italië, zoo hard in 't zand te
recht gekomen, dat er geen ophelpen meer
aan is, of moet er een, nieuwe bezuinigingen
invoerend kabinet langzamerhand breken met
de triple-alliantie, gedachtig aan het spreek
woord, dat men de bakens moet verzetten
als 't getij verloopt
In Oporto heeft men zich de weelde ver
oorloofd van een republikeinsche agitatie, die
op zich zelf genomen zoo heel ernstig niet
is geweest, al zijn er ook enkelen door ge
vallen en moeten velen hun overijling boeten
met kerkerstraf. De opstandelingen bestonden
uit manschappen van het 9 regiment jagers,
van het 10 infanterie regiment, van het 18
infanterie regiment en het douane-korps. Zij
hadden groote plannen, al was hun aantal
klein, het hoofdbureau van politie en het
telegraafkantoor leken hun wel om te be
ginnen, maar spoedig kwam de artillerie, het
door hen bezette raadhuis beschieten en toen
was er een eind aan de pret. Gedood waren
3 soldaten en 4 burgers aan de zijden der
opstandelingen, gewonden respectievelijk 36
en 10. Alles te zamen hebben 400 personen
aan de beweging deelgenomen, waarvan er
reeds 300 achter slot en grendel zitten. Het
schijnt, dat de regeering voorbereid was en
werkte, de zekerheid, waarmee hij alles aanvatte,
boezemde haar vertrouwen in en spande hare
verwachting op het hoogst. Hij nam uit een ko
ker gouddraadjes, die zich lieten buigen als ga
ren, daarmee bevestigde hij de ringetjes onder de
schubbetjes, kneep de laatsten weder met de tang
samen, en plotselinghet scheen de meisjes als
een wonder was de keten weer in orde. Maar
hij gaf ze nog niet terughij nam uit een doosje
eenig poeder, deed dit op een stukje zacht leder,
polijstte daarmede de keten, en reikte ze eerst
toen aan de verbaasde Maria over.
Zoek nu maar naar de plaats, waar de ke
ten gebroken geweest is, zeide hij met een zege
vierend glimlachje, gij zult ze niet vinden.
Te vergeefs trachtte Eleonora de beschadigde
plaats te ontdekkenMaria was overgelukkig, de
keten blonk fraaier dan ooit, maar het deed naar
ook genoegen, dat zij zich in haar vertrouwen
niet had bedrogenhet was haar alsof zij deel
had aan den triomf van Max op Eleonora.
Dat had ik nooit gedacht! riep Eleonora,
wier kwade luim door dit bewijs van bekwaam
heid was overwonnen, en nu schenen de rollen
verwisseld. Maria vroeg met een blos wat zij voor
dien arbeid schuldig was, maar Eleonora drukte
haar heimelijk de hand, als wilde zij daarmee
zeggen, dat zij met die vraag den vreemdeling
beleedigde en haar oog scheen op zijn gelaat de
bevestiging van dit vermoeden te willen lezen.
Een woord van dank zou reeds te veel zijn
voor zulk een kleinigheid, hernam Max, die zijn
gereedschap weer inpakte en zijn voorhoofd af
droogde maar hij zei dat op een toon en met
een blik, die Maria deden blozen en door Eleo
nora niet onopgemerkt bleven.
Ik zal mij dezen namiddag on het slot aan
melden, ging liij snel voort en net scheen als
overviel hem een angstige schroom om langer in
de nabijheid der jonge names te vertoeven, want
nauwelijks had hij overhaast zijn ransel gesloten
of hij verwijderde zich .na een diepe, eerbiedige
buiging.
De beide meisjes deden niets om hem terug te
houdenook van liaar had zich een pijnlijke
verlegenheid meester gemaakt, waarvan gee-
ne aan de andere rekenschap durfde geven. Ma
ria's hand speelde met de keten die Max weder
aan het beursje had bevestigd en zij scheen in
gedachten verzonken Eleonora verbrak het stil-
Zondag was 't allerwegen rustig, al was men
op zijn qui vive.
In Spanje schijnt het Zondag bij de ver
kiezingen kalm te zijn gegaan gegaan. Strijd
was er maar om 144 van de 394 zetels en
de beweging der republikeinen van Portugal
zal hun partijgenooten in Spanje geen voor
deel hebben toegebracht.
Uit Brussel wordt het volgende gemeld:
Aan de miliciens der twee lichtingen, die
voor eenigen tijd onder de wapenen waren
geroepen, is door den minister van oorlog
voorloopig verlof verleend om naar hunne
haardsteden terug te keeren. De miliciens,
behoorende tot het garnizoen van Brussel,
werden echter uitgezonderd.
Daardoor ontstond ontevredenheid en in
het geheim werden deze miliciens nu opge
roepen tot het houden eener bijeenkomst op
het Luxemburgplein. De militaire overheid
werd echter van het plan verwittigd. Zoo
dra dus de soldaten, in vrij grooten getale,
op het plein kwamen, traden de gendarmes
op om de bijeenkomst te verhinderen.
De miliciens maakten zich nu uit de voe
ten, maar vier hunner werden achterhaald
en in hechtenis genomen. Het gerucht loopt,
dat het garnizoen in de kazernen is gecon
signeerd.
De Nation deelt mede, dat dc soldaten
zich tegen den avond opnieuw verzamelden
en toen door de politie uiteengedreven wer
den. Ongeregeldheden kwamen verder niet
voor. In alle andere wijken heerschte vol
komen rust.
De stemming heeft zoowel te Madrid als
in de provinciën kalm plaats gehad, vele
kiezers bleven thuis.
zwijgen niet en als bij afspraak stonden beiden
van liet gras op en sloegen den terugweg naar
het slot in.
Dat was een zonderling avontuurbegon
Maria plotseling, nadat zij eenige schreden voort-
gewandeld waren; ik duifde den vreemdeling
geen geld aanbieden, maar ik kan dat toch roo
niet aannemen.
Dat werk viel hem gemakkelijk genoeg, hij
is schadeloos gesteld als hij het harnas van Zriny
hersteltantwoordde Eleonora, wees daarover
niet bezorgd. Maar wat zag hij u zonderling aan,
Maria. Het hinderde mij eerst dat een knecht
van een wapensmid zoo vrij met ons sprak, ik
hield hem voor een aanmatigenden gek, die zijn
loon aan opschik verkwistte, maar hij verstaat
iets, het werk ging hem spelend van de hand.
Ik kon met mijne vingers de plaatjes niet
vasthouden zei Maria.
Dat hij veel van zijne kunst verstaat, heb
ben wij gezien ging Eleonora voort op een toon
als ware dit een bijzaak, maar gij moogt mij
uitlachen of niet, ik wed dat hij geen werkman
is, hij is meer.
Maria luisterde opmerkzaam, maar zij sloeg de
oogen naar den grond.
Wat bedoelt gijl fluisterde zij aarzelend.
Toen hij op het gras zat en het hoofd boog,
antwoordde Eleonora geheimzinnig, en zag om
alsof iemand haar had kunnen beluisteren, zag
ik aan zijn hals een zeldzaam fraai bewerkte ke
ten blinken, zooals ik ze in de verzameling van
mijn vader heb gezien, die voortgekomen zijn uit
den buit in den oorlog tegen de Turken. Ik her
kende duidelijk de Arabische teekens op een
plaatje.
Gij houdt hem toch niet voor een Turk?
Neen, hernam Eleonora glimlachend, maar
de goudmakers met wie de keizer in zijn labo
ratorium op den hofbrug werkt, dragen zulke
Arabische amuletten en kleinodiën die verstaan
ook kunsten, waarvan gewone menschen geen
begrip hebben, maar dat komt omdat zij hunne
ziel aan den booze hebben verkocht.
Maria barstte uit in een lach, die wel is waar
een weinig gedwongen klonk, maar zij zei op
een vroolijken toon, dat de vreemdeling er toen
geenszins uitzag als een heksenmeester; ook kon
zij niet gelooven dat er die waren.
(Wordt vervolgd.)