Nummer 92. Donderdag 19 November 1891. 14° Jaargang fëïïuTuFFöa.^ Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen. Be Goudsmid van, ANTOON TIELEN, UITGEVER: Waalwijk. Het GOUDEN Jubilé der harmonie St. CRISPIJN van Waalwijk en Bezooien./A VERVOLG der NOTULEN der vergadering van de Gilde St. Crispijn van Waalwijk en Besoijen, .op 3 Novem ber 1840, ten huize van den heer P. Yerwiel. en Lsïigslraatsehe €onrant, Dit blad verschijnt Woensdag: en Zaterdag avond. Abonnementsprijs per 3 maanden ƒ1,00. Franco per post door het geheele rijk f 1,15 Brieven, ingezonden stukken, gelden enz., franco te zenden aun den Uitgever. Advcrtentiën 17 regels 0,60 daarboven 8 cent per regeJ groote letters naar plaatsruimte. Advertentien 3 maal ter plaatsing opgegeven, worden 2maal berekend. Advertentiën voor Duitscb- land worden alleen aangnomen door het advertentiebureau van Adolï Steinbr, Hamburg. Reclames 15 cent per regel. Een zeldzaam feest mocht de harmonie St. Crispijn Maandag vieren: het feest van haar 50jarig bestaan; reden dan ook, waarom de gilde het zich ten duren plicht rekende, dezm dag recht feestelijk te herdenken, reden ook, waarom de bovenzaal van den heer H. J. van Kregten zoo was opgesierd, reden, waarom eene zoo vroolijke stemming heerschte onder het zeer talrijk opgekomen publiek. Onze blik, over al die hoofden heen door de zaal geworpen, ontmoet de zeer netjes versierde gaslampen, dwaalt dan langs den zilveren band om de pet van den portier naar den achtermuur der zaalblijft een oogenblik met welgevallen rusten op het keu rig geteekende „50 jarig jubilé" op den spie gel, vindt nog even in de nis tegenover den ingang der zaal eene kleine vingerwijzing omtrent deze feestelijke gelegenheid, in de dikke cijfers „50" en blijft dan staren op het prachtige scherm, dat het orchest verbergt. Het scherm gaat op en het oog valt op een drietal portretten, omlijst met groen, en eene zeer nette vlaggen-tropée, bekroond met het opschrift „hulde aan den oprichter," ter lin kerzijde opgeluisterd door het oude vaandel, door den weled. heer Drossaerts aangekocht en vanaf 1841 het eerste vaandel van St. Crispijn, ter rechterzijde versierd met het tegenwoordige nieuwe vaandel met de bekroo- ningsmedailles in top. In het midden der straks genoemde portretten zien wij der beel tenis van den weled. heer Willem Timmer mans hulde bewezen als grondvester der harmonie, als oprichter van St. Crispijn. Ter rechterzijde daarvan vinden wij het portret van den heer Adr. v. Lieshout, gedurende 15 jaren voorzitter en ter linkerzijde dat van den heer J. Schambergen, den ijvervollen, on- vermoeiden vroegeren directeur. Als curiositeit was daaronder opgehangen een in de eerste jaren van haar bestaan ge bruikte klephoorn van Adr. van Drunen en 73. XXVIII. DE REDDING. Verder door te dringen zou dolzinnigheid zijn geweest, nog staan er duizenden voor lien in een bloedigen strijd met de aanvallers; de beide vrienden verbergen zich in eene diepte bij een vernielde batterij. De Turken die in liunne on middellijke nabijheid strijder., beginnen te wijken, daar opent zich eene tent, eenigen slepen weer- looze schreiende vrouwen uit haar schuilhoek, en willen haar noodzaken hen te vólgen. Het zijn de prachtig gekleede wachters van den harem des viziers, die naar de gevluchte vrouwen gezocht en haar nu gevondeu hebben, en met geweld willen wegvoeren. Hier moeten wij den draad van ons verhaal een oogenblik afbreken, om te vermelden, wat er gedurende den strijd in de tent van Kara Mus- tapha was gebeurd. Ayescha nad na den dood van Said het leger niet verlaten, ofschoon dit het natuurlijkste en door den regel voorgeschrevene ware geweest zij had den geheelen harera van den vermoorde naar Adrianopel gezonden, maar had Dione ver zocht bij haar te mogen blijven, tot het kruis van den Stephanusdom was nedergeworpen. Dione had aanvankelijk geweigerd dit verzoek toe te staan, eensdeels omdat zij nooit sympathie had gevoeld voor de gemalin van Said, en de invloed van deze op Fatime het hart van hare dochter van haar vervreemdde; anderdeels omdat zij begon te vermoeden, dat Ayescha als vertrouwde van Said bekend was met de wenschen van haar hart, en op wraak peinsde voor den dood van haar ge maal. Zij gevoelde instinctmatig, dat deze vrouw haar haatte; toen echter Ayescha met schijnbare onderwerping verklaarde, dat zij dan maar een schuilplaats wilde zoeken in den harem van den eersten den besten pacha, die haar zou willen op nemen, gaf zij toe, uit vrees deze vrouw nog meer te verbitteren; zij hoopte, weldra een voorwendsel te zullen vinden om haar uit het leger te ver onder een gouden kroon meer op den voor grond van het orkest, het instrument altijd gebruikt door den heer J. Schambergen. Geheel in overeenstemming met de versie ring der zaal was de uitvoering van het concert. Men zag, men hoorde, men voelde het, dat de harmonie onder haren nieuwen directeur snelle vorderingen maakt. De num mers werden alle, zonder uitzondering, flink ten gehoore gebracht. Na het tweede nummer nam de heer C. R. M. Ficq het woord om de aanwezigen welkom te heeten, en zeide, dat het hem, niettegenstaande hel aangename, het pleizierige aan zijne taak verbonden, on mogelijk was en bleef de geschiedenis van de harmonie, hare voor- en tegenspoeden, hare wederwaardigheden en wisselvalligheden in eenige woorden saam te vatten; reden waarom hij zulks volgaarne den secretaris thesaurier overdroeg. De heer Rubbens las daarop het volgende: Door W. Timmermans voorgesteld om onder ons eene Hoornmuziek op te richten. De voordracht in omvraag gebracht, door de meerderheid aangenomen. Later door de meer derheid goedgekeurd met 2 tegenstemmen. Voorgedragen om uit onze fonds debenoodigde muziekstukken aan te koopen. Deze voordracht aangenomen volgens onderstaande conditie: De leden, die zich hiervoor aanmelden, moeten uit hunne eigen beurs het leergeld betalen, daar enboven de contributiegelden gelijk een ander lid en voor de geschoten gelden 5 pet. intrest in het jaar. Indien er zich onder ons geen leden ge noeg voor opdoen, kan men er honoraire leden voor aannemen, die nochtans wel onder de be paalde jaren en tevens tot schoenmakers of leer- looiersafTairen behooren. Voorgesteld om een commissaris voor het mu ziek daar te stellen, die een lid der directie al leen voor de muzikanten zal wezen en tevens lid der directie in het geheel Deze voordracht wijderen. Dione had aan eene zwakheid toegegeven en dit zou haar spoedig berouwen. Toen zij den volgenden dag door beden en vertoogen Fatime wilae bewegen, om aan de weduwe van Said geen al te groot vertrouwen te schenken, schoten de oogen van hare dochter vuur. Gij haat Ayescha, riep het jonge meisje, omdat de booze u heeft verleid afvallig te worden van het geloof van den Profeet, ik weet allesIk weet dat uw hart hangt aan den zoon van den giaoer, die daar in de Christenstad de geloovigen trotseert; ik weet dat gij heimelijk eene boodschap van hem hebt ontvangen, maar gij zijt mijne moeder, en daarom zwijg ik. Maar laat mij niet moeten gelooven, dat gij verraad smeedt tegen mijn vader, ik zou u aanklagen, moeder! In den koran staat geschreven Indien eene vrouw van haar man toorn of haat heeft te vreezen, dan is het geen zonde de zaak in der minne bij te leggen, want verzoening is beter dan verwijdering. Doch mijn vader zou u moeten verstooten, indien gij afvallig werdt van het geloof. Ik wil niet de zuster zijn van een ongeloovige, ik wil u niet zien onder de verworpenen 1 Dione verbleekte. Zij vernam uit deze woorden van Fatime, dat Ayescha hare geheimen kende, want alleen deze kon Fatime daarvan hebben onderricht; zij zag echter ook, dat het haar niet zou gelukken, bij hare dochter gevoelens van zusterliefde voor haar zoon op te wekken. Indien de Hemel haar den verloren zoon teruggaf, dan moest haar hart kiezen tusschen hare beide kinderen. Zij gevoelde reeds in dezen oogenblik naar welke zijde haar hart haar zou trekken. In de aderen van Fatime stroomde het bloed van den man, die haar in haar bitterste leed snood had bedrogen, die haar had gezegd, dat haar zoon dood was, om haar zoo doende gemakkelijker los te scheuren van alle banden van herinnerin gen, die haar dierbaar waren. Maar ook nog nooit sedert die oude herinnerin gen weder in haar levendig geworden waren, was het haar zoo duidelijk geweest als heden, dat haar geheele samenleven mettKara Mustapha eene verloochening was van hare heiligste gevoelens; dat hare plaats was onder het kruis; dat zij niet rustig zou kunnen sterven, indien zij zich niet eerst had verzoend met dien God, in wiens naam aangenomen. W. Timmermans hiervoor door al de present zijnde leden aangestemd, die op zich heeft genomen het regelen der muzikanten, het aankoopen der instrumenten en wat er toe noo- dig zal wezen, met voorkennis der directie. Voor gesteld door den commissaris onder ons leden eene vrijwillige bijdrage te doen en naamloos om in de volgende vergadering hiervoor rond te gaan. Deze voordracht aangenomen. Voor muzikanten op bovenstaande voorwaar den aangepresenteerd J. J. van den Houdt, H. v. d. Wiel, J. Tabbers, J. B. Schambergen, O. Verhaaren, A. H. van Ree, Adr. Span P. N. Tabbers. Door W. Timmermans al9 lid voorgedragen Ant. Span. Door alle leden goedgekeurd, volgens reglementsorder geballoteerd aangenomen met 23 erwten en 6 boonen, op dato voor entree betaald 25 stuivers." Zouals dus dit verslag luidt, werd in deze ver gadering het fondament gelegd der thans feest vierende harmonie „St. Crispijn.* De eerste stap was nu gedaan, maar dit was gemakkelijker dan de harmonie flink te constitueeren, vooral wan neer men bedenkt, dat de Gilde op dit oogen blik eene slecht voorziene beurs had, daar hare kas in het jaar te voren, 1840, geheel was leeg geplunderd. De heer Willem Timmermans stond dus voor eenen zwaren arbeidwel waren er de muzikanten, doch de instrumenten ontbraken en ook het geld om deze aan te koopen. Doch dit maakte den eersten „commissaris der muziek" niet moedeloos. Gevleid als hij was door de eervolle taak hem door de gilde opgedragen om de har monie te grondvesten, liet hij geene poging on beproefd, was hem geene moeite te groot om het doel te bereiken, dat hij zich had voorgesteld. En, een goede uitslag beloonde zijn edel stre ven, want een jaar na de eerste vergadering, mocht hij de voldoening smaken de liarmonie St. Crispijn te zien samengesteld uit een geoefend personeel, hetwelk kon beschikken over de noo- dige instrumenten. Behalve de muzikanten, die op de vergadering der oprichting zich hadden aangemeld, sloten zich dit jaar nog bij de harmonie aan Frans de Vries, Gerrit v. d. Ven, Jan v. d. Ven, Ant. Pulles, J. B. Pulles, Corn. Pulles, Laurens Klijberg, Jos. Klijberg, L. Tabbers, M. de Visscher, Gerrit Brok, J. Meulesteen, Karei Verbruggen, Louis verbruggen, A. van Oijen, Jan Alessie, Th. v. Bokhoven, Mathijs Franken als tamboer, en J. v. d Heijden als adjudant, terwijl men onderling goedgevonden had om Adr. Trouwgod aan te stellen als harlekijn. De functie van dezen laatste was om, als de harmonie door de straten trok, zij was gedoopt, en wiens woord in haar hart weerklank had gevonden. Zij kon voor haar kind niet huichelen. Uwe tong spreekt, antwoordde zij, maar wat gij zegt, komt uit het hart van Ayescha, niet uit dat van mijne dochter. Hoe kunt gij gelooven, dat ik ooit den man zou verraden, die mij weldaden heeft bewezen? De giftige adem van den laster heeft uw hart van mij vervreemd vraag het uw vader, en hij zal u zeggen, dat hij zelfs on derzoek heeft gedaan naar het kind, dat ik in smarten heb ter wereld gebracht; dat hij te ver geefs heeft getracht het weer in mijne armen te voeren. Maar ik heb een sterk vermoeden, dat Said mij bedrogen heeft, toen ik te Stamboul een Duitscher zag, die de trekken van mijn eersten echtgenoot droeg, en ik hem belastte dien bij mij te brengen. Eene vreemde ontrooft u het ver trouwen in uwe moeder, en gij wilt mij de gebo den van den koran herinneren? Fatime zweeg beschaamd, maar Dione hield het voor geraden, nieuwe aanvallen van Ayescha te voorkomen, door haar gemaal te bekennen, dat zij hoop had gekregen haar doodgewaanden zoon nog levend te zullen vinden, en dat zij vermoed de, dat hij in VVeenen was. Kara Mustapha glimlachte, alsof hij van Dione niet had verwacht, dat een dwaze waan haar ernstig kon bezighouden. Dione was niet meer de vrouw, die eenmaal zijne zinnen had in vlam men gezet, zij was nu zijne vriendin, zijne ver trouwde. Hij was zoo kalm in het bewustzijn, dat het lot van Weenen slechts van zijn wil af hing, dat het hem niet eens in de gedachte kwam, dat het verkeer van spionnen in zijn leger den Christenen eenig voordeel zou kunnen aanbren gen; nog minder had hij kunnen vermoeden, dat Dione in dit opzicht iets zou doen tegen zijn be lang. Ik schenk u de gevangenen, die gij uit den buit zult willen uitkiezen, zei hij, maar gij han delt dwaas, oude. wonden open te rijten, om daarmee te spelen. De vizier toonde dezelfde gerustheid, toen het glinsteren der pantsers op ae hoogten van den Kahleuberg hem de toenadering verkondigde van het leger, dat tot ontzet kwam opdagen. Hij twijfelde er niet aan, dit met zijne over macht te zullen verpletteren, en dan moestWeenen zich overgeven. Hij begon eerst aan de mogelijk heid eener nederlaag te denken, toen zijne scharen voor haar uit te loopen en door zijn hanswors tenpak en zijne dartele sprongen de toeschou wers te vermaken. De harmonie bestond nu, en wilde zoo spoe dig mogelijk aan de inwoners van Waalwijk nare geboorte aankondigen. Het was met kermis van het jaar 1842, dat zij voor het eerst in het open baar optrad en met vroolijke marschen de stra ten dóórtrok. Het korps maakte een zeer goeden indruk en vooral droeg hiertoe bij hun uniform, die bestond uit licht grijze jas, witte broek, witte pet en stoffen sokschoenen met verlakte neuzen. De som voor deze kleeding benoodigd was be reidwillig door den geachten oprichter, den heer Willem Timmermans, verschaft. In dien tijd werden ook de muzikale tochten in St. Jansnacht ingesteld, welke echter door ver schillende omstandigheden vanaf 1888 niet meer werden voortgezet. De vooruitgang der harmonie was verrassend dit was voor een groot deel te danken aan de ambitie der werkende leden, maar wel hoofdza kelijk aan de goede zorgen, die de eerste direc teur, de heer Adrianus van Drunen, aan het ge zelschap besteedde Deze verdienstelijke man werd, na eenige iaren den maatstok gehanteerd te hebben, opgevolgd door den heer Piqué, welke weder opgevolgd werd door den heer Gerrit v. d. Ven, in het jaar 1849. Deze dirigeerde tot 1857. In dat jaar werd de heer Wijnpers van 's Bosch directeur, doch in datzelfde jaar werd deze vervangen door den heer Botté welke deze functie tot 1860 vervulde, Deze directeur richtte in het jaar 1858 een strijkorchest bij de harmonie op, hetwelk echter bij zijn heen gaan weer te niet ging. Nu volgde een angstig tijdperk. Het ledental der harmonie was geslon ken tot acht, maar met deze acht getrouwen mocht het den heer Jos. Klijberg, die toen als hoofd der harmonie optrad, met vele inspanning gelukken het gezelschap te doen blijven voortbestaan. Toen volgde na korte jaren de heer A. J. Hesselberth zijnen voorganger in het directeurschap op en had het genoegen tot 1885 het hoofd der har monie te kunnen zijn. De heer L. J. Schambergen kwam toen aan de spits en spande tot 1887, dus het jaar dat hij door den dood aan het gezelschap ontviel, alle krach ten in, gedurende ae jaren 1886/87 bijgestaan door den heer Van Leeuwen uit 's Bosch. I)e heer U. Wijkmans nam na den dood van den heer Scham bergen den dirigeerstok ter hand en bleef dezen, hierin gesteund in 1888 en 89 door den heer Jos. Kessels, te Tilburg, hanteeren tot het begin van het huidige jaar, waarin hij het teeken zijner waardigheid overgaf aan den tegenwoordigen di recteur, den heer Th. Schambergen. overal terugweken, en nu greep eene wilde woede hem aan. Hij dreigde de vluchtelingen te laten neerschieten hij raasde en vloekte, doch toen hij eindelijk moest erkennen, dat hij zelfs de hoogten van St. Ulich niet zou kunnen be houden, gaf hij bevel zijn harem en zijne schatten in veiligheid te brengen. De beangstigde vrouwen waren reeds begonnen de lastdieren met hare kostbaarheden te beladen, maar de wacht van het serail had zich tegen hare vlucht verzet. Nu drong alles in wilden haast dooreen, en Ayescha, die tot hiertoe Dione niet had verlaten, alsof zij argwaan koesterde, dat deze een anderen weg ter vlucht mocht inslaan, dan dien welken het Turksche leger volgde, werd door het gedrang van vrouwen, ennuchen, lastdieren en vluchtende soldaten van de zijde van Dione weggerukt. Waar is Dione? schreeuwde de woedende, toen de karavaan zich reeds in beweging stelde, en zij Fatime zonder hare moeder op een kameel onder andere vrouwen zag zitten. Houdt opl De verraderes moet meeHet is haar schuld, dat men Said heeft vermoord, die de bestorming van Weenen had gewild, en dat wij thans moeten vluchten al9 laffe honden. Grijpt den vizier, grijpt Dione, de Padischah zal richten De woorden der furie vonden ingang bij die wachters van het serail, die zelfs in dezen oogen blik, nu de vijand reeds in aantocht was, nog gedachtig waren aan hun eersten plicht, de ver- antwooraelijkheid voor de vrouwen van den harem. Ayescha had de juiste woorden gevonden om hunne verbittering op te wekkende buit was hun ontgaan, waarop zij reeds begeerig hadden gerekend, en de weduwe van Said booa hun een slachtoffer om zich daarover te wreken. Maar ook de grootvizier had hare woorden gehoord; hij zag ae sombere blikken der vluch tende Janitzaren dreigend op hem gevestigd. Hij liet den aftocht blazen, dreef de karavaan tot de vlucht aan, opdat zij den weg niet zoude ver sperren, stelde zich aan het hoofd eener afdeeling Tsclierkessische ruiters en rende heen; de be dreiging van Ayescha klonk hem nog in de ooren. (Wordt vervolgd.)

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1891 | | pagina 1