BUITENLAND. Frankrijk. Engeland. Rijkspostspaarbank. BINNENLAND. de verbittering thans hoog gestegen is. De Polen zijn als het ware in rouw. Zoo hebben de schouwburgen slechts enkele bezoekers. Op bevel van de overheid werden daarop vrijkaarten uitgereikt en enkele personen dwong men tot het bezoeken van publieke vermakelijkheden. De politie vond plakkaten aan schouwburgdeuren, waarin het volk werd aangemaand weg te blijven. De vensters bij de edellieden, die feesten gaven, werden ingeworpen. Van de meeste Poolsche families zijn leden gearresteerd en de toestand is zoo onrust barend, dat generaal Gourko naar Petersburg ontboden is, om buitengewone maatregelen te beramen, ten einde de onrust te onder drukken. Het is voor de Polen te hopen, dat zij het verzet niet tot een opstand drijven. Reeds zoo dikwijls hebben zij zich aan de Russen trachten te ontworstelen en telkens werden zij als het ware verpletterd, ten koste van honderden menschenlevens. Polen is als rijk voor goed verloren en elke nieuwe poging tot vrijmaking, brengt het slechts dieper ten val. De plannen ter oprichting van een minis terie van landbouw in Rusland, heeft men er alweer aan gegeven. Sinds tachtig jaar gaat 't immer zoo. Algemeen ziet men de noodzakelijkheid in van een dergelijk minis terie in Rusland welks rijkdom dan toch in de eerste plaats in den landbouw bestaat, maar telkenmale, als het om de tien jaar ter sprake komt en in overweging wordt genomen, lijdt het plan schipbreuk op verschillende bureaucratische invloeden en tegenstroomin- gen. Ditmaal wil men zich er mee behelpen dat men uit het werkelooze ministerie der rijksdomeinen het departement van landbouw meer zelfstandig op den voorgrond doet tre den. Veel zal dit niet baten, daar evenals voor dezen, de meening van het ministerie van financien zal gehandhaafd blijven, waar door de instructie bovenmate begunstigd wordt. Ondanks de treurige ervaringen, door het misgewas opgedaan en waardoor een kolossaal gebrek is gebleken in de behartiging der landbouwbelangen, schijnt men de hand having van het bestaande maar weer 't beste te achten! Zeer verontrustende berichten zijn te Shang hai uit Tchang en Chunkong ontvangen. Op beide plaatsen heerscht felle vijandschap je gens de vreemdelingen. Te Tchang liet de Chineesche generaal Lo, toen hij een inspectie over de keizerlijke troepen hield, de kanonnen van een der batterijen op een Engelsche kanonneerboot richten, die aan den noorde lijken oever der Yang-tsé-Kinang voor anker lag. De handelingen van den generaal waren zóó dreigenddat de commandant der ka nonneerboot zijn beklag indiende bij den Britschen consul. Uit Nantes wordt van Zaterdag gemeld: Hedenmorgen te 6 uur heeft aan boord der stoomboot Ernestine der Plornoy-maat- schappij een verschrikkelijke ontploffing plaats gehad. Een ketel van 5000 KG. sprong en kwam op een werf aan de Loire naast een in aanbouw zijnde torpedoboot terecht. Een stoker der Ernestine werd met den ketel meegeslingerd, zijn lijk is nog niet gevonden. De Ernestine was den vorigen avond van Alicante aangekomen met een lading levens middelen voor Brest en Nantes. De zorgen van moeder Lyon, waarmede zij niettegenstaande haar levendig spreken voortge gaan was, begonnen thans eenig gevolg te ver- tooner.. Charles sloeg opnieuw de oogen op; een gelukkige glimlach speelde om zijne lippen, die plotseling weder verdween, toen hij zijne omge ving nauwkeuriger waarnam. Ik droomde, dat ik Elisabeth wedergevonden had, zeide hij zacht en met diepe treurigheid; zij was ontvoerd en ge vangen, maar ik had haar gelukkig bevrijd, of schoon mijn leven daarbij op het spel stond. Charles, gij waart altijd mijn goede en ver standige zoon, en dat zult gij ook weder worden, begon zijne moeder, die thans zeer wijs een zach- teren toon wilde aanslaan, omdat zij wist, dat zij tot dusverre bij den in den grond zoo goed- hartigen en volgzamen zoon daarmede alles ver kregen hadnu zal ik maar spoedig naar de keuken gaan en u een behoorlijk ontbijt gereed makendat zal u het meeste goeddoen, mijn arme jongen! En zonder zijn antwoord af te wachten, liep zij, met een vluchtigen groet aan den jongen Davistown, de kamer uit. Charles zag zijne moeder met een verstrooiden blik na, en toen het gebogen hoofd oprichtende, zeide hij met een bijzonder vaste stem Zij dwaalt; ik zal Elisabeth zoeken, al moest ik de geheele wereld rondloopen. en ik zal niet rusten, eer ik haar teruggevonden heb. Wat ik zooeven 'droomde zal vervuld worden, ging hij nadenkend voort; ik zal slechts onder duizend gevaren mijn doel bereiken, misschien daarbij mijn dood vinden maar ik zal reeds gelukkig zijn, indien ik nog slechts eenmaal hare schoone oogen mag aan schouwen. En ik zal u in uwe pogingen ondersteunen, en ieder gevaar gaarne met u deelen, riep nu William levendig uit. Charles zag verwonderd den jongen baronet in het opgezette gelaat; maar argeloos als hij was, vatte hij geen wantrouwen op in de hem zoo onverwacht aangeboden hulp; integendeel vroeg hij met alle teekenen van blijde verrassing: Zoudt gij dat waarlijk willen doen Hoe zou ik dat van u kunnen vergen? Dat kunt gij gerust, hernam William, en vervolgde met schitterende oogenHa 1 thans heb jk eindelijk eene taakdit ledige rondzwerven Omtrent een brand te Chimay wordt gemeld, dat hij Zondagavond te 10 uur ont staan is en door den feilen westenwind aan gewakkerd, weldra de huizen aan beide zijden van de straat aantastte. De brand heeft den ganschen nacht gewoed en 2/ huizen totaal vernield. De schade wordt geschat op een half millioen Irs. De meeste huizen en in boedels waren verzekerd. Persoonlijke on gelukken zijn er gelukkig niet te betreuren. Prins George van Wales zal de marine niet op eens vaarwel zeggen. Zeer waar schijnlijk is 't, dat hem eerst nog het com mando over een oorlogsschip zal worden opgedragen en dat wel op zijn eigen ver langen. Aangaande een bezoek aan Egypte is nog niets vastgesteld, hoewel de admiraal, die het bevel voert over het eskader in de Middellandsche Zee, instruction heeft ontvan gen om steeds een gedeelte van het eskader gereed te houden teneinde het koninklijk jacht naar Alexandrie te begeleiden. De regeering zal een koninklijke com missie benoemen, samengesteld uit de vorsten der wetenschap en belast met een onderzoek naar de oorzaken der influenza, de natuur der ziekte en de voornaamste genees- en voorbehoedmiddelen. De Schotsche hooglanden worden geteis terd door hevige overstroomingen; ver scheiden spoorwegbruggen zijn vernield op ettelijke lijnen staat het verkeer stil, en eene groote hoeveelheid vee en paarden zijn ver dronken. Onlangs werd te Londen een drama afgespeeld, zooals men er zelden in romans of op het tooneel voorgesteld vindt. Drie maanden geleden werden in een ach terbuurt van Deptford, Londen, twee kamers gehuurd door een man en eene 18jarige dochter. Niemand wist iets van het paar; alleen bleek dat zijn naam Mac. Kenna was, dat hij geen werk had en dat hij gedurende den laatsten tijd geleefd had van de weinige shillings per week, die de dochter verdiende. In het begin van December kreeg het meisje de influenza. Binnen 14 dagen was zij dood en bleef Mac. Kenna alleen, met een matras als eenige bezitting en ne influ enza in het lijf. Hij weigerde de gewone hulp der parochie en de hongerdood stond hem voor de deur. Doch op zekeren dag komt eene welge- kleede dame aankloppen en naar Mac Kenna vragen. Zoodra zij bij het bed van den zieken man kwam, viel zij op de knieón en vroeg „Jack» om vergiffenis. Gedurende dien nacht en de volgende dagen was de welgekleede dame Jack's zorg vuldige oppaster en alles, wat geld kan ver schaffen, werd gekocht. Het gevolg was, dat Mac Kenna herstelde, maar de vermoeide oppaster werd nu op hare beurt ziek; zij kreeg alle mogelijke geneeskundige hulp maar bezweek. Het bleek dat de welgekleede dame 's mans vrouw was. Twintig jaren geleden waren zij getrouwd, zij leefden samen zeer ongelukkig, en ten slotte liep de vrouw met een huisvriend» weg naar Amerika. Daar hadden zij vele lotgevallen, en de man be proefde ten slotte zijn geluk in Californie. Hij kreeg met eenige anderen eene concessie, die zeer rijk bleek en prachtige resultaten opleverdezoodat elk der deelnemers een groot fortuin verwierf. De minnaar van mevrouw Mac Kenna verkocht zijn aandeel in de mijn voor p. st. 65000 en stierf kort daarop. Zij keerde toen naar Engeland terug om haar man weder te vinden. Na een heeft mij reeds lang verveeldhoe dikwijls heb ik Robert benijd om zijn avontuurlijk leven, en om de gevaren, die hij in verre landen heeft door gestaan, en hij heeft slechts jacht gemaakt op wilde dieren. Is het niet veel schooner een jong, onschuldig meisje uit de handen harer vervolgers te bevrijden, en daarvoor zijn kracht en zijn le ven ten beste te geven En hij keerde vragend den andere rijn gloeiend gelaat toe, Het gezond, maar eenvoudig verstand van den jongen timmerman zou vroeger zulk een taal nau welijks verstaan hebben doch de innige, gren- zelooze liefde voor Elisabeth had een geheel an der zieleleven in hem opgewekt, en aan zijn aan zijn een hoogere vlucht gegevenhij sprong van de sofa op, en den baronet beide handen toeste kende, zeide hij vol vuur Ja, dat zullen wij! Gij zijt een edel mensch en ik had nooit gedacht, dat gij voor ons ge ringe lieden zooveel deelneming zoudt toonen; maar, niet waar, Elisabeth verdient het, dat men haar redt, en indien het gelukt zal ik u eeuwig dankb .ar zijn. William antwoordde slechts ontwijkend op deze hartelijke woorden, hij begreep zelfs niet wat plotseling in zijn binnenste omging, maar het lot van het schoone meisje, dat hem vroeger ge heel onverschillig geweest was, boezemde hem reeds veel meer belang in, dan hij zichzelven nog bekennen wilde. Op zijn overspannen gevoe lens en zijn uiterst gemakkelijk ontvlambare ver beelding hadden de schilderingen van den jongen Lyon van de schoonheid zijner Elisabeth, een diepen indruk gemaakthaar beeld rees thans verrukkelijker en betooverender voor hem op, dan wanneer hij haar in levenden lijve had voor zich gezien en wat zijn verbeelding niet geheel vermocht, dat hielp de herinneriug hem voltooien. Charles had gelijkhet meisje was verblindend schoonElisabeth verdiende, dat William zich tot haar ridder opwierpen wanneer hij zoo gelukkig was haar te vinden, dan neen, hij wilde dezen loop zijner gedachten nog niet ver der volgen, en zeide daarom slechtsReken op mijne hulp, en indien zij heden niet gevonden wordt, dan spreken wij elkander morgen nader. Hij slak den jongen Lyon de kaQd toe, en de beide jonge mannen, die tot hiertoe zoo ver van moeilijk onderzoek rond zij hem in armoede in Deptford en het paar werd weder verzoend. De dame heeft haar gehede vermogen aan Mac Kenna nagelaten, en deze bezit nu een kapitaal van p. st. 62,000 of f774,000. LONDEN, 1 Februari. Er heerscht onge rustheid over de driehonderd passagiers aan boord van het stoomschip „Eider," op reis van New York naar Bremen heden ochtend op de kust van het eiland Wight gestrand. Het waait hard, het schip is lek en zit ge vaarlijk. Er zijn van morgen dertien passagiers geland, maar het aan wal brengen der overi gen is nu moeilijk geworden. De Eider zit te ver van het strand om met een vuurpeil- reddingstoestel bereikt te kunnen worden. Tweede dépêche. Volgens een bericht van Lloyd, van 7 uur 's avonds, waren er twee honderd passagiers van de Eider aan land gebracht. Het weder werd er niet beter op. Derde dépêche. Te een uur in den na middag gingen er op de noodseinen van de Eider drie reddingsbooten naar 't gestrande schip, die in verscheidene tochten telkens een aantal passagiers aan land brachten, waar zij in het naastbijliggende dorp een onder komen vonden. Vierde dépêche. Alle passagiers van de Eider zijn gered. Aan het postkantoor te Kaatsheuvel en de daaronder ressorteerende hulpkantoren werd gedurende de maand Januari: ingelegd f 1572. i3; terugbetaald f 1416.42. Het laatste door dat kantoor uitgegeven boekje draagt het nummer 904. WAALWIJK, 3 Februari 1892. Bij koninklijks besluit zijn benoemd tot burgemeester van Heusden P. L. Honcoop; van Cromvoirt J. M. de Ruijter, secretaris dier gemeente; van Baardwijk J. A. J. van Heijstsecretaris dier gemeente. Tot president der conferentie van den H. Vincentius a Paulo alhier is gekozen de heer A. J. Bink, notaris. Het R. K Leesgezelschap Gezelligheid alhier heeft Maandagavond zijn 12Va jarig bestaan herdacht. Aan het lidmaatschap zijn groote voordeelen verbonden, daar den leden eene groote keuze zeer lezenswaardige boeken en illustraties ten dienste staan en van hen geene andere contributie gevorderd wordt als f 1,'sjaars, hoofdzakelijk voor het be zorgen der boeken. Wij hopen dat deze leesvereeniging nog jaren hare nuttige werking zal mogen voort zetten. Men schrijft uit 's Hertogenbosch Na dagen en weken van rust en vrede, gaf een brand die Vrijdagavond te Hoeven woedde en die, van hier uit gezien, groote verwoestingen aanrichtte, aan eene aanzien lijke menigte, die buiten de Vischpoort verzameld was om het woeden van het element althans in de verte waar te nemen, aanlei ding om al zingende de stad door te trekken en de politie aanleiding te geven om van den wapenstok gebruik te maken. Het waren weer de aloude „liekes" en het publiek bleek woorden noch wijze vergeten. In den nacht van Dondag op Vrijdag werd inbraak gepleegd in het raadhuis te Ooijen, en wel in der polderkamer. De dieven hebben den lessenaar opengebroken elkander gestaan hadden, en die door geboorte en stand voor dien tijd zoo ver van elkander verwijderd waren, gaven elkander de hand als oude vrienden. IV. Het raadselachtige verdwijnen van Elisabeth Canning baarde een ongehoord opzien, dat in andere, staatkundige meer bewogen tijden, geheel onmogelijk zou geweest zijn maar na de onge lukkige onderdrukking van den opstand door den pretendent Karei Stuart verwekt, die een eidde maakte aan den veeljarigen oorlog in Europa en Azie tegen Spanje en Frankrijk gevoerd, was voor Engeland een tijdperk van uitwendige rust aan gebroken. Zoo was dan het geheimzinnige lot van een jong meisje voldoende, om de uitgebreidste kringen bezig te houden, en geheel Engeland in beweging te brengen. Het publiek, belust op op zienbarende voorvallen, greep begeerig naar ae nieuwe merkwaardige stof tot onderhoud en werkte die op zijne wijze uit. Wel is waar hadden vele bijkomende omstan digheden de belangstelling in het lot van Elisa beth verhoogd. De dagbladen verhieven hare groote schoonheid zij bevatten aankondigingen, waarin eene belooning van honderd pond ster ling werd uitgeloofd aan dengene, die omtrent de vermiste eenig naricht kon geven; en de zon- derlingste geruchten kwamen in omloop.ftJe ópen- bare bladen meenden, dat het jonge, beerascTfö'öne meisje door den eenen of anderen voornamen en rijken wellusteling moest ontvoerd zijn. Er verspreidde zich een gerucht, dat eenige vrou wen in den bewusten nacht een kreet gehoord hadden, die voortgekomen was uit eene huur koets, die zij in de Bishopsgate-straat hadden ontmoet; maar alle nasporingen naar den daarin betrokken koetsier waren vergeefschhij werd evemin ontdekt als de ongelukkige zelve, wier lot zich in steeds diepere duisternis scheen te hullen, hoe meer iedereen trachtte het op te hel deren. William Davistown had zijn gegeven woord gestand gedaan met een ijver, die ieder ander dan den argeloozen Charles verdacht had moeten voorkomen. Met al de volharding van een jongen en de deuren van een boekenkast beschadigd, doch daar er geen geld aanwezig was, niets van hunne gading gevonden. De daar 's nachts loopende wacht had bij de ontdekking van licht in de polderkamer wel terstond den rijksveldwachter opgeklopt, doch voordat deze aanwezig was, waren de vogels, die zich ontdekt wisten, gevlogen. $5Woensdag namiddag kwamen twee Rijnschepen, met zwaren mist, ter hoogte van de Krabbekreek zuidwest van den polder Bruinisse en het Keeten ten anker, komende van Antwerpen, beladen met erts, bestemd naar Duitschland. In den nacht van Woensdag op Donderdag werden zij aldaar door storm weder overvallen, waardoor zij zoo werden geslingerd, dat het schip van A. de Kreij, genaamd Anna van Duisburg, lek gesprongen en gezonken is in pl. m. 13 Meter water. De opvarenden, het dreigende gevaar ziende naderen, gingen in tijds op het buurtschip over. Donderdag is het achterschip der Anna afgebroken en drift geworden, op eene zand plaat in de Mosselkreek vastgedreven, waar het in den nacht van Donderdag op Vrijdag afgeslagen en dicht bij den Willems- en Anna Jacobspolder terecht gekomen is. Het voortdurende stormweder belette het nemen van maatregelen. Voor zoover bekend moet een en ander door assurantie gedekt zijn. Waarschijnlijk door te haastigen spoed orn op zijn post te komen, had de wissel wachter W. Daane, te Dordrecht 't ongeluk te vallen, waardoor hij onder den trein ge raakte. Hij had evenwel de tegenwoordigheid van geest om stil tusschen de rails te blijven liggen, met het gelukkig gevolg, dat hij nu slechts aan den voet gewond werd. Snel recht; en goedkoop ook, dat kan men nagaan Op 2 Januari 1888 had het spoorwegon geluk bij Ruinerwold plaats, waarbij o. a de heer K. uit Groningen zwaar werd ver wond. Deze stelde een eisch tot schadever goeding in, en de Exploitatie Maatschappij erkende, evenals de rechtbank, de verplichting daartoe. Doch terwijl men 't over twee pos ten, ad f844.70, eens werd en de maatschappij zelfs bovendien nog f 7.50 wilde uitkeeren, verschilden eischer en gedaagde over den derden post; de heer K. vorderde f 25.000, maar de maatschappij achtte uitkeering van f 6400 over zes jaren voldoende, daarbij uitgaande van de onderstelling, dat de heer K. volkomen genezen is en in staat zijne zaak weder op te vatten, zoodat hij alleen gedurende de eerste jaren na zijn herstel nog een ondersteuning behoorde te genieten, om 't hem gemakkelijker te maken, weder aan den gang te komen. Het feit der genezing werd echter door den heer K. betwist, waarom de rechtbank deskundigen benoemde om te onderzoeken, in hoever de lichaams- en geestestoestand van den eischer hem ongeschikt maakt tot het weder opvatten van een dergelijke han delszaak als hij voor het ongeluk gedreven heeft, of volledig herstel te wachten is en of de eischer reeds in staat is tot eenigen an deren werkkring. En ruim vier jaren na dato, op 27 Januari 1892, werd nu daarover te Utrecht gepleit, waarna de rechtbank eveneens niet al te veel haast makende de uitspraak bepaalde op 24 Februari. Met appel en cassatie er bij kan 't licht zes jaren worden, eer de heer K. zijn geld heeft. En men kan begrijpen, wat het hem aan advocaten-rekeningen enz. gekost zal hebben, als hij het eindelijk krijgt; gesteld al dat hij in 't gelijk wordt gesteld, want Engelschman, die eindelijk een geschikt veld voor zijne werkzaamheden heeft gevonden, bracht hij alle hefboomen in beweging om de vermiste te ontdekken. Hij was het, die van zijn zakgeld de bovenvermelde belooning had uitgeloofd, en daar na, toen de eerste oproeping zonder gevolg bleef die som nog had verhoogd, om de deelneming in het lot van Elisabeth levendig te houden. In den beginne trachtte de jonge baronet zich zeiven nog te doen gelooven, dat zijn ijver ge heel belangeloos wasmaar toen hij op zekeren dag weder levendig aan zijn vriend Robert Wint- lebury uiteen zette, welke nieuwe schreden hij voornemens was te doen om het ongelukkige meisje nog te redden, zeide deze droogjes Waarom geeft gij u voor dit meisje toch zooveel moeite? Dat doet men immers slechts, wanneer men doodelijk verliefd is 1 Dit woord was voor William beslissendhij zweeg ontsteld stil en riep na eenigen tijd na- denkens plotseling uit: Waarom zou ik het langer loochenen? Ja, ik gevoel het thans, dat ik Elisabeth innig en hartstochtelijk bemin Robert schudde bedenkelijk het hoofd, maar hij hield er niet van tegen anderen zedepreken te houden, en bezat levenswijsheid genoeg, om te weten hoe vergeefsch dit meestal is. Voor Wil liam daarentegen was nu de ban verbroken; het geheim, dat hij zoolang verborgen rondgedragen had, eenmaal over de lippen gekomen, vond nu gemakkelijker den weg om aan anderen medege deeld te worden, en zelfs tegenover Charles ver zweeg hij niet meer, hoe dierbaar nu en aanlok kelijk hem het beeld geworden was van haar, die zijne verbeelding thans met alle bekoorlijk- lijkheden van vrouwelijke schoonhedee kon op sieren. Charles was wel is waar niet weinig verrast, maar hij toonde den plotseling te voorschijn tre denden mededinger geen vijandig gelaat. Laten wij alle krachten inspannen om haar te vinden, en dan moge zij beslissen, aan wien zij de voor keur geeft, zeide hij rustig, in de vaste overtui- fing, dat Elisabeth hem onder alle om9tandig- eden getrouw zou blijven, (Wordt vervolgd.)

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1892 | | pagina 2