aaaa&aataiia»
Nummer 51
Zondag 26 Juni 1892.
15e Jaargang.
Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen.
UITGEVER:
ANTOON TIELEN,
Uithoofde van den feestdag der
H.H. Petrus en Paulus op Woens
dag a. s., zal het volgend nummer
dezer courant Dinsdagavond ver
schijnen.
Het tegenwoordige nummer ver
schijnt iets later dan gewoonlijk,
ornaat het Vrijdag St. Jan is
geweestzijnde het patroonfeest
van Waalwijk.
Staatkundig overzicht.
FEUILLETON.
Eene geschiedenis uil de Engelsche rechtspleging.
BUITENLAND.
Belgie.
Frankrijk.
De Echo van het Zuiden,
WaalwyksÉe cd Langstraatsche Courant,
Dit blad verschijnt Woensdag en Zaterdag avond.
Abonnementsprijs per 3 maanden^1,00.
Frauco per post door het geheele rijk f 1,15
Brieven, ingezonden stukken, gelden enz., franco te zenden
aan den Uitgever.
"Waalwijk.
Advertentiën 17 regels f 0,60 daarboven 8 cent per regel
groote letters naar plaatsruimte. Advertentien 3 maal ter plaatsing
opgegeven, worden 2maal berekend. Advertentiën voor Duitsch
land worden alleen aangnomen door het advertentiebureau van
.\dolf Steiner, Hamburg. Reclames 15 cent per regel.
De electrische vonk heeft ons vóór een paar
etmalen de verwachte tijding gebracht: Ra-
vachol, wiens anarchistische misdrijven door
de lafheid der jury te Parijs niet naar ver
dienste zijn gestraft en die daardoor in veler
oog zoo na als voor deze uitspraak een po
litiek misdadiger was, een afgedwaalde, meer
te beklagen dan te berispen; Ravachol, de
gepersonifieerde misdaad in haar meest ver
schillende uitingen, zal zijn vergrijpen tegen
het gemeene recht, zijn maar al te wel ge
lukte aanslagen op anderer levenboeten
met den dood en den procureur der repu
bliek, een man, klaarblijkelijk even onver
saagd als zijn onmiddellijke chef Quesnay de
Beaurepaire, de procureur-generaal, hebben
we 't te danken, dat het debat op het ware
terrein is overgebracht en dat P.avachol ten
aanschouwe en ten aanhoore van gansch de
beschaafde wereld als 't ware, van het voet
stuk is afgerukt, waarop 't zijn verwoeden
aanhangers gevallen had hem te plaatsen,
omgeven door een stralenkrans van moed,
onversaagdheid en opofferingsgezindheid.
't Werd tijd, waarlijk meer dan tijd, dat
een zoo laaghartige booswicht door een des-
bevoegde eens op zijn plaats werd terugge
voerd en dat aldus bij zijn waren naam werd
genoemd een der meest buitensporige ver
schijnselen van onzen tijd.
43 XIX.
Wel mogelijk; maar Charles Lyon noemt
haar immers zelf zijne bruid.
Kan het meisje dat helpen, als hij zich zulke
gekkepraat inbeeldt?
Is het dan misschien ook gekkepraat wat
hij nog meer uitschreeuwt?
Neen, het is alles waarriep William drif
tig. Het is waar, dat zijne moeder zich met
Hetty en sir Crispe Gascoyne en met de heidin
Milly Natus heeft vereeniga om Elisabeth in het
verderf te storten! Het is waar dat zij uit Virtue
Hall, de half onnoozele meid uit den //Lintworm'",
een valsche getuigenis hebben weten te lokken!
Het is waar, dat Elisabeth zich met Charles
verloofd heeft, dat zij niet elkander naar Ame
rika zouden gaan, en dat hij noch een schip
voor den overtocht vinden, noch zijne papieren
krijgen kon, omdat de lordmayor de hand in het
spel had, voegde Robert op denzelfden toon er
bij. De knaap schreeuwt dat toch ook op alle
straten uit; als gij het eene aanneemt, waarom
ontkent gij dan het andere
William kromp in een en verstomde; het ge
wicht der feiten, die hij niet vermocht te loo
chenen, en toch ook niet wilde erkennen, drukte
hem neder.
De handelingen en beweringen van den jongen
Lyon, ja reeds de rol, welke diens moeder speelde
in de zaak van Elisabeth, hadden William doen
vermoeden, dat deze een valsch spel met hem
dreef; en hoe meer hij zich hare houding gedu
rende de laatste weken voor den geest bracht,
des te meer werd hij bevestigd in de overtui
ging, dat zij, om de eene of andere onbekende
reden, zoowel hem als Charles Lyon met eenige
hoop had willen vleien, om later tusschen hen
eene keuze te doen of misschien ook wel beiden
te laten loopen.
Indien hij deze ontdekking gedaan had, toen
Elisabeth nog in vrijheid en ongedeerd was, zou
Als bedrijver van een vijftal moorden zou
Ravachol hoogstens hebben kunnen dienen
om bij breedvoerige bespreking van zijn mis
drijven onder het „gemengd nieuws" der ver
schillende bladen, alleenwonende oude vrijsters
en vreesachtige bezitters van het aardsche
slijk, tijdelijk in angst en beven te doen ver-
keeren, doch eenige beruchtheid, om niet te
zeggen wereldvermaardheid, zou hem niet ten
deel zijn gevallen, daartoe waren noodig zijn
dynamietaanslagen, die hem in 't oog van
vele honderden ook van dezulken, die in
een vrijheidsmanie de politieke gezindheid
van den individu een verontschuldiging hee-
ten voor al zijn misdrijven en vergrijpen
verhieven tot een martelaar voor zijn denk
wijze.
Hoog gingen de golven der ontroering en
luid klonk 't geroep der beangsten van ge
moed, 't meerendeel opgedolven uit verbor
gen schuilhoeken der archieven en klaarblij
kelijk stammend uit de middeleeuwen met
haar lijfstraffelijke rechtspleging. Schavot en
guillotine scheen men niet voldoende meer
te achten, 't was of 't met de maatschappij
op een eind liep. Doch hoe hoog de storm
der agitatie ook ging, dc kalmte keerde weer
en eensklaps vinden we als heugelijk resul
taat daarvan de uitspraak van het schuldig
door de jury te Montbrison en de vonnissing
door den president dier jury, in heugelijke
overeenstemming met den eisch van den pro
cureur der republiek.
Zoo is Ravachol een levend bewijs te
meer wellicht voor de treurige leer der erfe
lijkheid teruggebracht onder het gemeene
recht en met een ijzingwekkende onverschil
ligheid 't zij waar of geveinsd wacht
hij de voltrekking af van een vonnis, welks
rechtvaardigheid boven allen twijfel staat en
waartegen hij niet in beroep zal komen, ter
wijl hij evenmin geneigd is een verzoekschrift
om gratie te teekenen van de straf, die te
Montbrison zal worden voltrokken.
In de woorden van den president der jury
na Ravachol's uitroep„leve de anarchie
hem het recht ontzeggende iets anders te
zij misschien een einde hebben gemaakt aan zijn
tweestrijd, en zich bevrijd hebben van de boeien
die zijn hart pijnlijk drukten, maar waarin eigen
zinnigheid en een valsch begrip van eer hem
onverbrekelijk gekluisterd hielden.
Maar nu zat het meisje in den kerker, be
schuldigd van een zware misdaad, een streng
vonnis hing haar boven het hoofd, en dit alles
leed zij onschuldig, zoo als hij vast geloofde, en
om zijnentwil. Indien hij haar niet tot zijne
echtgenoot had willen maken, dan zou het Hetty
nooit in den zin zijn gekomen, ooit een vinger
tegen haar te verroeren. Voor hem zou de onge
lukkige opgeofferd worden, daarom was het zijn
heilige plicht haar ter zijde te staan en hulp te
bieden. Dat deed hij dan ook met die drift en
volharding, waarmede de zoodanigen een zaak
verdedigen, aan welker rechtvaardigheid zij in
hun hart eenigen twijfel koesteren, maar dien
zij voor geen prijs ter wereld zichzelven willen
bekennen.
Ook thans herstelde hij zich weldra, en riep
zonder op de laatste aanmerking van Robert te
antwoorden: Ik herhaal dat men een afschu
welijk complot heeft gesmeed om het arme kind
in het verderf te storten.
Maar William, zeide mevrouw Wintlebury,
sir Crispe Gascoyne is -
Een achtenswaardig man, en het zijn allen
achtenswaardige lieden; maar den angel, waaraan
de domme visch gevangen is, ken ik wel: dat
hebben de lieve pogen van Hetty gedaan I
Robert sprong onwillekeurig op uit de gemak
kelijke houding, die hij had aangenomen, zijne
lippen beefden, hij wilde spreken, maar hij be
zon zich en liet slechts een' zacht gesis tusschen
de tanden hooren,
Mevrouw Wintlebury stond misnoegd uit haar
leunstoel op. Ik moet zeggen dat de toon,
dien gijlieden heden verkiest aan te slaan,mij
weinig gepast toeschijnt voor mijn salon. Eerst
behandelt gij de liefdesaangelegenheden van eene
dienstmaagd, en nu tast William zelfs op licht
vaardige wijze den naam zijner zuster aan.
Robert, die bij al zijn spotlust een goed zoon
was, sprong op, kuste zijne moeder eerbiedig de
hand, en zeide: Vergeef mij, mama! Maar gij
zult thans in Londen en omstreken nauwelijks
één salon vinden, waar gij niet een dergelijk
gesprek hoort; die ellendige geschiedenis maakt
roepen dan: „leve de diefstal en de moord!"
ligt een kenschetsing van Ravachol op z'jn
juiste waarde
Bismarck kan over de hem te Weenen ten
deel gevallen huldiging meer dan tevreden
zijn hoewel zij niet gansch en al onverdacht
was droeg zij toch zulk een geprononceerd
gunstig karakter, dat de oud-kanselier zich
er door schadeloos gesteld kan rekenen voor
quarantaine-maatregelen, tegen hem door de
politici van naam en beteekenis betracht. De
vroolijke burgers van Weenen hebben gejuicht
en gejubeld toen hij kwam en velen hebben
in dien geestdriftkarap zelfs blauwe oogen en
verpletterde likdoorns opgeloopen, zij hebben
alle gelegenheden aangegrepen om hem hun
vereering te betuigen gedurende zijn verblijf
en bij zijn vertrek hebben zij zich opnieuw
beijverd om hun geestdrift te toonen. Het
geschrijf over de motieven, die hebben ge
leid tot de negeering van Bismarck door de
hoogste hoogen, door den keizer en diens
schoondochter kan buiten bespreking blijven
tegenover 't geen door 't volk is geschied.
Belgie's nieuwe kamers zullen 12 juli bij
eenkomen Griekenlands nieuw kabinet zal
zich in 't bijzonder bezighouden met de re
geling der financien zonder nieuwe uitgaven
en met behulp van een goeden oogst en den
steun der kapitalisten Engelands nieuwe la
gerhuis zal in geen geval voor Augustus sa
menkomen Italie's kamer zal spoedig nog
eens moeten samenkomen omdat de begroo-
tingscommissie al haar vroeger gedane schrap
pingen in de kredieten gestrengelijk hand
haaft en de democratische conventie der Ver-
eenigde Staten heeft Cleveland bij eerste
verkiezing met 2/s van het aantal uitgebrachte
stemmen cacdidaat gesteld voor het presi
dentschap ziedaar een reeks nieuwtjes,
die met verkiezingen of kiesbewegingen direct
of indirect in verband staan.
maar al te veel water vuil.
Zij moet en zal nog wel meer water vuil
maken riep William, en hief dreigend den arm
op. Fielding heeft een vlugschrift opgesteld,
waarin de uitstekende schrijver zonneklaar be
wijst, dat alle beschuldigingen tegen Elisabeth
uit de lucht gegrepen zijn.
Ik heb dat geschrift gelezen, maar ben er
niet door overtuiga, zeide Robert.
Zoo; gij stelt u zeker op het standpunt van
het prulschrift, dat van den een of anderen on
genoemde daartegen verschenen is! spotte William.
Beiden zijn ten minste even goed.
Dat zullen wij eens zien ik zeg u dat het
stuk van Fielding vuur heeft doen vattenhet
volk zal het niet dulden, dat zijn vleesch en
bloed veroordeeld en gemarteld wordt, om hei
dens te redden 1
Ook niet als zij onschuldig zijn, William?
vroeg Mary met hare zachte stem; zij was tot
dusverre eene zwijgende toehoorster geweest.
Na de beslissing, die in Hampshire gevallen was,
en die binnen weinige dagen, wanneer lord
Waversford naar Londen terugkeerde, hare be
krachtiging zou verkrijgen, was haar het weder
zien van William toch veel zwaarder gevallen
dan zij zich in het gevoel van haar trots en haar
versmade liefde had voorgesteld. Het was haar
eene weldaad, dat haar broeder bijna uitsluitend
het gesprek aan den gang hield, en zij weder
den toon kon aannemen, waarin zij gewoon was
met den vriend harer jeugd te verkeeren. Zijne
ziekelijk opgewonden houding vol tegenstrijdig
heden 'smartte haar zeer, en toen hij nu zelfs met
zijn vooroordeel tegen de heidens voor deu dag
kwam, achtte zij zich verplicht daartegen hare
stem te verzetten.
Zij zijn schuldig, Mary, zij moeten het zijn,
riep hij heftig.
Moeten? herhaalde zij.
Ja, ja, zij moeten schuldig zijn, schuldig
bevonden' worden, want als ae dat niet zijn, dan
Is Elisabeth Canning eene bedriegster en
meineedige, viel Robert in.
Zeg dat woord nog eensschreeuwde Wil
liam dreigend, of Hij bedacht zich, en voegde
er kalmer bijDank het de tegenwoordigheid
der dames, dat ik geen andere taal tegen u voer.
Ik bevind mij in hetzelfde geval, hernam
Robert met een spotachtige buiging.
De Moniteur bevat het decreet waarbij de
kamers Dingsdag 12 Juli bijeengeroepen
worden. De kamer en de senaat zullen eerst
afzonderlijk de geloofsbrieven hunner leden
onderzoeken; de buitengewone zitting zal
hoogstens anderhalve maand duren. Het mi
nisterie blijft in zijn geheel aan, als minister
van buitenlandsche zaken zal men voordragen
den hertog van Ursel.
Een treurig ongeluk is Donderdag ge
beurd in de kolenmijn bij Amercoeux bij
Roux (Henegouwen). De „kooi," waarin een
troepje arbeiders werd opgeheschen kwam
met zulk een vaart naar boven, dat zij tegen
de katrollen van den kabel stiet, waardoor
zij brak en het afdak daarboven vernielde.
Verscheidene personen, onder welke een jong
meisje, waren onmiddelijlk dood.
De kamer heeft het wetsontwerp aange
nomen, strekkende om der duur van den
dienst bij de actieve legerreserve met 3 jaren
te verlengen. Door dit ontwerp worden aan
het land geen zwaardere lasten opgelegd.
In Spanje heerscht eene werkstaking
onder de telegrafisten. Vrijdag morgen kwa
men uit Madrid nog slechts de regeerings-
telegrammen over, blijkbaar geseind door
personen, slecht met de Hughes bekend.
Volgens berichten, hier aangekomen over
Bayonne, hebben nu 3000 telegrafisten den
arbeid gestaakt en moet de handel er op
rekenen, dat telegrammen voor Madrid zeer
langzaam loopen en voor de plaatsen in het
binnenland van de grenzen af per post ver
zonden worden. De regeering, die eerst ver
klaarde niet te willen toegeven, deed tevergeefs
een tweede poging om met de stakers tot
vergelijk te komen. Dit conflict kan niet
anders dan het prestige der regeering scha-
Wat heb ik ook met u te maken vervolgde
William op hoogen toon, denk wat gij wilt 1
Maar gij, .Mary, gïj kunt, gij moogt toch niet
aan Elisabeth's schuld gelooven
Hij had hare hand gevat, en zag haar in ang
stige spanning in de oogenMary ontweek zijn
blik en zweeg.
Mary, ik bezweer u, spreek een enkel woord 1
Wat zou dat helpen? Gij gelooft mij toch
niet, zeide zij zacht.
Als door eene adder gestoken, sprong hij op.
Versta ik u wel? Het is niet mogelijk!
Het kan niet zijn! Houdt gij moeder Wells en
de heidens voor onschuldig
Mary gaf een licht, maar zeer duidelijk tee-
ken van bevestiging.
Dus gelooft gij, dat Elisabeth het slachtoffer
van eene dwaling is geweest?
Neen, was net zachte antwoord.
William stiet een woesten lach uit. Zij is
dus ook voor u eene bedriegster, eene meineedige,
zooals uw broeder haar noemt? Ook gij, Mary,
ook gij 1 O, dat had ik van u niet gedacht
Er ontstond eene pauze. Mevrouw Wintlebury,
de voorname, deftige dame, zag ontsteld naar
den buitengewoon opgewonden jongen manzij
kon zich zijn gedrag niet begrijpen, en beschouwde
hem ongeveer als een tooneelspeler, die juist een
bijzonder effect makende scène had afgespeeld.
Robert hield zich ingelijks stil; voor hem was
William reeds lang een zielkundig raadsel, en het
interesseerde hem, waar te nemen welk nieuw
verschijnsel zich nu zou voordoen.
'Gij spreekt van vooroordeel, ging William
'voort, nadat hij eenige minuten te vergeefs had
gewacht, dat Mary zijn laatste vraag ontkennend
zou beantwoorden gij maakt het mij en anderen
tot een verwijt, dat wij met de groote menigte
de heidens veroordeelen, maar handelt gijzelde
dan anders Omdat Hetty, omdat sir Crispe Gas
coyne Elisabeth veroordeelen, omdat de lord op
perrechter de hervatting van het proces bevolen
heeft, daarom vindt ook gij het meisje schuldig 1
Is dat oordeel of vooroordeel
Daarom niet, William, maar
Daarom niet? Waarom vindt gij dit alles
dan eerst nu? Gij hebt immers de terechtzitting
bijgewoond, waarom is het u toen niet ingeval
len, dat zij een valsche getuigenis kon afgelegd
hebben? (Wordt vervolgd.)