Nummer 52.
Woensdag 29 Juni 1892. 15e Jaargang
Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen.
UITGEVER:
ANTOON TIELEN,
Staatkundig overzicht.
FEUILLETON.
Eene geschiedenis uit de Engelsche rechtspleging.
De Echo van het Zuiden,
Wauhvijkschr en Langstroatscbe Courant,
Dit blad verschijnt Woensdag- en Zaterdag avond.
Abonnementsprijs per 3 maanden J 1,00.
Frauco per post door het geheele rijk f 1,15
Brieven, ingezonden stukken, gelden enz., franco te zenden
aan den Uitgever.
Waalwijk.
Advertentiën 17 regel» J 0,60 daarboven 8 cent per regeJ
groote letters naar plaatsruimte. Advertentien 3 maal ter plaatsing
opgegeven, worden 2maal berekend. Advertentiën voor Duitscb-
land worden alleen aangnomen door het advertentiebureau van
Adolf Steiner, Hamburg. Reclames 15 cent per regel.
In Belgie, de Vereenigde Staten van Ame
rika en Groot-Brittannië zijn den laatsten tijd
de verkiezingen aan de orde van den dag; maar
hoe merkwaardig de strijd tusschen Harrisson
en Cleveland en hoe gewichtig de verande
ring van den toestand in Belgie ook zijn
mogen, toch trekken de Engelsche verkie
zingen het meest de aandacht. Bij de plaats
toch, die Engeland in de rij der staten in
neemt, en bij den grooten invloed, dien het
eilandenrijk kan doen gelden, is het niet on
verschillig, welke partij daar in de volgende
jaren aan 't bewind zal komen.
De voornaamste partijen, die in Engeland
bestaan, zijn de liberale en de conservatieve,
die elkander in de regeering van het rijk
steeds opvolgen; de beide andere partijen,
die in den laatsten tijd nog bij de bestaande
opgetreden zijn, zijn de Iersche en de Unio
nistische, doch zij gelden slechts als neven
partijen, die wel als bondgenooten worden
medegerekend, maar in den strijd om de
heerschappij niet geacht worden voor de re
geering in aanmerking te kunnen komen. De
wettelijke duur van elk parlement bedraagt
7 jareneven zoo lang berekent men ook
den duur van elk ministerie, dat uit het par
lement gekozen is. In de werkelijkheid ech
ter heeft nog geen enkel parlement het wet
telijke aantal jaren doorleefd daar uit doel
matigheids-oorzaken, dikwijls ook als een ge
volg der hoogere politiek, de kamers vroeger
ontbonden worden. Ook dit jaar heeft men
besloten, het parlement, dat tot aan het voor
jaar van het volgend jaar zitting heeft, te
ontbinden en daar deze maatregel tegen het
eind van Juni ten uitvoer komt, is Engeland
op het oogenblik in een verkiezingskamp
plaats veranderd. De groote partijen zenden
haar voornaamste redenaars uit, om het volk
te bewerken. Overal heerscht een koortsach
tige opgewondenheid.
Het conservatieve ministerie, dat met lord
Salisbury aan de spits, op 't oogenblik aan
u XIX.
Stil, William, hoor mij aan! Mary was opge
staan, en stond kalm, vol waardigheid voor den
opgewonden jongen man. Haar uitroep en hare
houding oefenden een bedarenden, bijna zou men
kunnen zeggen bedwingenden invloed op hem
uit. Hij verstomde en zag eerbiedig tot haar op.
Juist van de terechtzitting heb ik de over
tuiging medegebracht, die ik zooeven uitsprak,
zeiae zij zacht, maar vast en duidelijk.
William schrikte op. Het is niet mogelijk!
Het is zooIn Elisabeth's oogen, in hare
stem was valschheid, de heidens zijn onrecht
vaardig veroordeeld, de verklaring van Virtue
Hall was onwaar. Met dezen indruk ben ik te
huis gekomen, dag en nacht heeft mij de ge
dachte vervolgddat onschuldigen gevangen
gehouden, gemarteld, ter dood gevoerd werden,
dat het mijn plicht was daartegen op te komen,
en evenwel heb ik het niet gewaagd.
Omdat gij geen bewijzen had
Neen William, omdat ik niet tegen Elisabeth
wilde optreden, omdat ik niet tot hare vijanden
wilde behooren, omdat
Zij brak af; een gloeiend rood bedekte hare
wangen, zij gevoelde dat zij zich verraden had.
En ook met William had een zonderlinge ver
andering plaats; zijn oog scheen grooter te worden,
de blos van Mary's wangen weerkaatste op zijn
gelaat, zijn borst ging snel op en neer.
Even als iemand, die reeds lang bezitter is
geweest van een ongewaardeerd schilderstuk,
maar daaronder door een toeval plotseling een
schitterend gekleurd beeld van de nand van een
oud meester ontdekt, zoo stond de vriendin zijner
jeugd thans voor hem, omschenen dooreen nieuw,
wonderbaar licht. Mary beminde hem, en het
oogenblik, dat hem dit geheim ontdekte, gaf hem
ook een helder inzicht in den toestand van zijn
eigen hart. In waarheid beminde hij ook Mary
en had haar ook altijd bemind. De liefde tot
't bewind is, doet natuurlijk het hardst zijn
best om zijn macht te behouden. Bij de be
werking der menigte heelt het vooral het
oog gericht op drie puntende Iersche
quaestie, de handelspolitiek en het arbeiders
vraagstuk. Wat Ierland aangaat, heeft lord
Salisbury, wiens streven het altijd geweest is,
de liberalen te verblinden of vóór te zijn,
door enkele wenschen van hun programma
te doen verwezenlijken, getracht een einde
te maken aan enkele der meest ernstige
onderdrukkingen van de Iersche pachters.
Om echter in alle gevallen van zijn zaak
zeker te zijn, werkte hij in den laatsten tijd
vooral op het protestantsche gevoel zijner
medeburgers, terwijl hij wees op het gevaar
dat Gladstone's Iersche politiek de oorzaak
zou kunnen worden, dat Ierland geheel in
handen der katholieke geestelijkheid kwam
te vallen. Hij deinsde er zelfs niet voor te
rug het protestantsche graafschap Ulster in
Ierland tut een burgeroorlog op te wekken.
De Engelschen zijnzooals bekend is, vrij
handelaars. Nu Salisbury echter bij een deel
der kooplieden heeft opgemerkt, dat enkelen
zich bezorgd maken over het handelsverdrag
dat sedert 1 Februari 1892 bij de staten van
Middel-Europa van kracht is, beproeft hij
de kiezers op zijne hand te krijgen, terwijl
hij dat gedeelte honig om den mond strijkt
en zelfs in een zijner laatste redevoeringen
beloofde pogingen in 't werk te zullen stellen
ter verkrijging van enkele beschermende
rechten. De gewichtigste frontverandering
echter, die Salisbury heeft opgemaakt, is wel
zijn veranderde houding ten opzichte van
het arbeidersvraagstuk. Een arbeiderspartij,
zooals men zich die op het vasteland van
Europa voorstelt, bestaat in Engeland eigenlijk
niet, ofschoon de Engelsche werklieden-ver-
eenigingen, dank den hoogen trap van bloei,
waarin zij zich verheugen, een groote macht
ontwikkelen. Men bekommerde zich vroeger
juist over de werklieden-vereenigingen over
't algemeen niet en liet het arbeidersvraag
stuk en de eischen der arbeiders over aan
de wetten van vraag en aanbod; de gedachte,
Elisabeth was een afdwaling van zijn phantasie,
die hem ongelukkig maakte; de liefde tot Mary
was waarheid, was zoo vast samengeweven met
zijn bestaan, dat hij ze zichzelven niet eens be
wust was geweest.
Eene hemelsche vreugde vervulde zijn gemoed
daar voor hem stond zijn geluk, hij behoefde
slechts den arm uit te strekken en het lag aan
zijn borst; de stormen, die in zijn binnenste woed
den, bedaarden: het werd vrede, rust, zoete lente!
Reeds hief hij den voet op om tot haar te
snellen; hij wilde jubelend uitroepenMijne Mary!
maar hij bleef als versteend staan, de keel was
hem als toegeschroefd, geen geluid kwam over
zijne lippen. Zoo moeten de verdoemden te moede
zijn, wien tot verzwaring van de straffen der hel,
een blik vergund wordt in den hemel, dien zij
door eigen schuld hebben verbeurd.
Ook William gevoelde, dat hij een verdoemde
was; verbeurd, onherstelbaar verloren was een
geluk, dat hij bezeten had zonder het te waai'-
aeeren. Mary had haar woord aan een ander
gegeven, dat was een openbaar geheim; en al
had hij zelfs durven hopen, dat hare liefde voor
hem dezen keten nog zou kunnen vaneenrukken,
zijne keten kon niemand verbreken.
Aan Elisabeth was hij geboeid, thans meer
dan ooit; de ongelukkige, de beschuldigde mocht
hij niet verlaten
Maar indien zij eens schuldig was? Indien
zij eens veroordeeld werd? fluisterde eene inwen
dige stem hem toe, en iets als hoop, als vreugde
voelde hij opwellen. Ontzet, alsof hij een blik
had geworpen in een diepen, vreeselijkenafgrond,
trad hij eene schrede terug. Was het reeds zoo
ver met hem gekomen Hoopte, wensclite hij den
ondergang der beklagenswaardige om daarop zijn
eigen geluk te bouwen Nooit! voor hem was
geen terugkeer mogelijk; hij moest den weg, dien
hij eenmaal betreden nad, ten einde toe afleggen;
hi) moest zich verharden en verstalen tegen zich
zelven en tegen de vrouw, die eenig en alleen
zijn hart bezat, tegen Mary.
'De geheele schaal van aandoeningen, die in
hare schokken en werkingen een menschenleven
kunnen vervullen, had hij in weinige seconden
doorloopensneller dan ae zonnestraal komen
gedachten en gevoelens. Omgekeerd ging het hem
als die slapers uit de sage, die meenden enkele
uren te hebben gerust, en eeuwen hadden door
dat de Staat het recht heeft of wel verplicht
is, de arbeidersquaestie te regelen, kwam
bij niemand op. Thans verandert Salisbury
op eenmaal als het blad van een boom en
heeft hij, toen den 1 Mei in het Hydepark
400.000 arbeiders bijeen waren, die propa
ganda maakten voor den 8-urigen arbeidsdag,
beloofd hun wenschen in de hand te zullen
werken. Zelfs ontving hij een deputatie uit
die werklieden, wat Gladstone beslist wei
gerde.
Hierdoor scheen het, alsof hij den „grooten
ouden man" het gras voor de voeten had
weggemaaid. Maar Salisbury juichte te vroeg.
Gladstone zag het gevaar spoedig in en stelde
zich achtereenvolgens met de verschillende
vertegenwoordigers der arbeiders in verbin
ding en wat vooral uit een politiek oog
punt van groot gewicht was hij deed
beloften, die op feiten gegrond een breuk
met het oude bedoelden.
In zijn verkiezingsrede, den 31 Mei te
Londen gehouden, beval hij alle plaatselijke
besturen aan, het voorbeeld te volgen van
den Londenschen graafschapsraad en in al
hun contracten de aannemers te verplichten,
de door de arbeidersvereenigingen opgestelde
bepalingen, betreffende een minimum loon en
een maximum werktijd te eerbiedigen. Ook
spoorweg- en waterleidingmaatschappijen enz.
wees hij op dien maatregel. Geen enkel
staatsman, die een positie inneemt als Glad
stone, heeft tot nog toe in zulke beslist uit
gesproken bewoordingen zich in dien zin
uitgelaten, dat de Staat en de gemeenten
een recht bezitten moeten ook voor de ar
beiders partij te kiezen.
Behalen de liberalen de zege, dan heeft
ook Engeland, het model-land van het indi
vidualisme, zich aangesloten bij een beweging,
die de bekeering bedoelt tot de sociale her
vorming. Ten opzichte van Ierland en de
te volgen handelspolitiek, houden de liberalen
natuurlijk hun oude eischen vast. Zelfregee-
ring voor Ierland en vrijhandel, zijn de voor
naamste punten, die bij de verkiezingen wor
den aangeroerd. Lord Chamberlain heeft
geslapenhij had in minuten jaren doorleefd
en stond nog steeds stijf en stom voor de even
eens sprakelooze Mary. En nu kwam dereactie,
hevig, geweldig; hij moest immers zijn eigen
hart tot zwijgen brengen
Staat ook gij aan de zijde van Elisaeth's
vijanden zeide hij koud en scherp.
Noem het zoo niet, William smeekte zij,
ik ben hare vijandin niet, maar
Gij stemt in met het geschreeuw van hare
vervolgers, gij voegt u bij hen, die haar haten,
die den kuil voor haar gegraven hebben
WilliamMaar hij hoorde niet, hij wilde
haar niet hooren.
Het is genoeg, meer dan genoeg Wie tot
Elisabeth's vijanden behoort, kan mijn vriend
niet meer zijn, met dien kan ik geen omgang
meer hebben. Vaarwel!
Hij wilde de kamer uitsnellen, maar Robert
trad hem in den weg.
William, bedenk wat gij doet, gij zijt buiten
u zeiven! vermaande hij, maar hij goot daarmede
slechts olie in het vuur. Davistown's toorn, tot
dusverre kunstmatig opgewonden, werd thans
natuurlijk.
Ja, ik ben buiten raijzelvenschreeuwde
hij, en heb daartoe volkomen recht; misschien
ben ik waanzinnig, en ook daartoe zou ik recht
hebben. Maar geloof niet, dat gij triomfeeren
zult. De lordmayor moge zich in acht nemen,
het volk kent zijn vrienden en vijanden en zal de
heidens en die met hen heulen veroordeelen.
Met dezen laatsten uitval ijlde hij het salon
uit en liep tegen den squire aan, die juist de
deur van het vertrek wilde openen. Met een
haastig uitgestamelde verontschuldiging snelde
hij voort.
Wat beteekent dat? Wat is hier gebeurd?
vroeg squire Wintlebury, terwijl hij binnentrad
en den kring rondzag. Gij zijt allen in zulk een
buitengewone stemming, en William Davistown
zou mij bijna omver geloopen hebben.
Zijne vrouw deelde hem naar waarheid, maar
met de meest mogelijke verschooning mede, wat
zooeven was voorgevallen. De squire greep de
pook en wroette daarmede in de kolen van den
haard, alsof het menschen waren, aan wie hij
zijn drift kon koelen.
Men zou wenscnen dat die Elisabet Canning
op den diepsten bodem der zee lag! zeide hij
dan ook wel gelijk als hij den huidigen ver
kiezingsstrijd den gewichtigsten en den meest
kritischen dezer eeuw noemt.
Een woord over den toestand der partijen
in het lagerhuis. Toen in 1886 het ministe
rie Salisbury aan het bewind kwam, was de
getalsterkte der partijen de volgende:
Ministerieelenconservatieven 316, unio
nisten 78, te zamen 394.
Oppositieliberalen 180, nationalisten (Ieren)
86, te zamen 276.
De ministerieele meerderheid bedroeg dus
118 stemmen.
Sedert dien is er veel water door de Theems
geloopenin niet minder dan 22 bijkiezingen
veroverden de Gladstonianen zetels op de
ministerieelen, terwijl deze er maar 2 van de
liberalen wonnenbovendien zijn 6 unionisten
in den schoot der gladstoniaansche partij
teruggekeerd, doch een liberaal heeft home
rule verloochend.
Op het oogenblik der ontbindiug zal dus
het lagerhuis zijn samengesteld uit
Ministerieelenconservatieven 303, unio
nisten 66, te zamen 369.
Oppositie: liberalen 215, Ieren 86, te za
men 301.
De ministerieele meerderheid is dus ge
daald tot 68 stemmen, niet minder dan 50
stemmen beneden het getal toen lord Salis
bury aan 't bewind kwam.
De Engelsche gezant te Tanger heeft af
gezien van zijn eisch aan den sultan, betref
fende het verleenen van concessie voor
telegraaflijnen, het oprichten van eene bank
en de vrijheid van den handel in wapenen.
Hij dringt daarentegen aan op vrijheid van
rechten voor den uitvoer van graan en vee
naar Europa en op eene wijziging van de
overeenkomst van 1880 ten aanzien van het
grondgebied.
De sultan schijnt niet geneigd eenige
concessie te doen.
Ondanks de weigering van den sultan heeft
de Engelsche gezant de nationale vlag doen
hijschen van het Engelsch consulaat. De
misnoegdzij vervolgt mij bij elke schrede. In
mijne studeerkamer vind ik stapels van acten,
die over niets anders bandelen dan over Canning
contra Wells, en Canning contra Squires; daar
naast liggen vlugschriften voor en tegen de hei
dens, voor en tegen Canning; in Londen, zoo
wordt mij bericht, heerscht de grootste opge
wondenheid er is zoo lang gestookt en opgehitst,
dat een volksopstand te vreezen is; het gemeen
verklaart alle heidens vogelvrij.
Rechtvaardige Godriep mevrouw Wintle
bury.
En terwijl ik nu in mijne huiskamer kom
om mij wat te verstrooien, vervolgde de squire,
klinkt mij alweder de oorlogskreet //Canning en
de heidens" te gemoet en vind ik de mijnen als
na een voleindigden strijd.
Men kan zich nu eenmaal niet onttrekken
aan de ^questions brülantes" van den dag, zuchtte
mevrouw Wintlebury.
Zeg liever dat men niet wilhernam de
squire streng. Hoe komen mijne kinderen er
toe om voor of tegen partij te kiezen.
Ik ben van de onschuld der heidens over
tuigd, papa, zeide Mary bedeesd.
En ik geloof aan hunne schuld, antwoordde
de squire; maar het staat niet aan ons daar
over te beslissen, dat zal het gerechtshof doen.
Men kan dit met gespannen verwachting te ge-
moet zien, want de bewijzen zijn aan beide zijden
betwistbaar.
Er ontstond eene pauze. Papa, vroeg Mary
aarzelend, indien nu de heidens konden bewijzen,
dat zij op St. Michiel in Dorsetshire zijn ge
weest
Als zij dat konden, dan was hunne onschuld
bewezen; maar dat kunnen zij niet. Of wilt gij
soms het bewijs leveren vroeg de squire glim
lachend.
Mary bloosde en zag zwijgend voor zich; indien
haar vader een antwoord verwacht had, dan werd
haar dit bespaard door het binnenkomen van een
bediende, die den squire een brief ter hand stelde
welke zooeven door een renbode was gebracht.
Van lord Waversford riep hij verwonderd,
terwijl hij het adres en het wapen op het zegel
beschouwde, en den brief op de hand woog. Wat
kan die zoo dringends te berichten hebben, dat
hij ons een expresse bijna op den voet nazendt?
Hij opende den brief, en na dien gelezen te