Nummer 62. Donderdag 4 Augustus 1892. 15" Jaargang.
Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen.
UITGEVER:
ANTOON TIELEN,
Staatkundig overzicht.
FE U1LLETOJS.
Ecüc geschiedenis uil de Engehche rechtspleging.
BUITENLAND.
Belgie.
Frankrijk.
o van het Zuiden,
Waalwyksche en Langslraalscbc Courant,
Dit blad verschijnt Woensdag- en Zaterdag avond.
Abonnementsprijs per 3 maanden J 1,00.
Franco per post door het geheele rijk f 1,15
Brieven, ingezqjiden stukken, gelden enz., franco te zenden
aan den Uitgever.
Waalwijk.
Advertentiën 1—7 regeli J 0,60 daarboven 8 cent per regeJ
groote letters naar plaatsruimte. Advertentien 3 maal ter plaatsing
opgegeven, worden 2maal berekend. Advertentiën voor Duitscb-
land worden alleen aangnoinen ioor het advertentiebureau van
Adolp Steiner, Hamburg. Reclames 15 cent per regel.
Het feit, dat vorst Bismarck, Duitschlands
ex-kanselier, 't noodig acht zoo af en toe
zijn pen nog eens te gebruiken om de te
genwoordige bewindvoerders te Berlijn er
van langs te geven, zou ons onverschillig
kunnen zijn, evenals de inhoud van dat twist
geschrijf volkomen koud zou kunnen laten
als zijnde het onafgebroken kloppen op het
zelfde aambeeld met het hamertje verbitte
ring en moeilijk te verkroppen spijt over 't
geen was en 't geen is, doch het is het on
middellijk gevolg van des ex-kanseliers kamp
door 't woord en door de pers, dat onze
belangstelling vraagt, 't Is niet de zoo veel
vuldig gestelde en even afwisselend beant
woorde quaestie betreffende Bismarck's ver
volging, die ons aantrekt en verleidt tot me
deraden en medegissen, 't is de positie van
zijn opvolger, die een nadere beschouwing
verdient.
Dat die positie op 't oogenblik niet zoo
heel benijdenswaardig is, daaraan heeft Bis
marck in de eerste plaats bijgedragen, door
dien hij zijn opvolger heeft voorgesteld als
dingende naar en steunende op .de partijen
der reactie en die voorstellingen zóó menig-
werf en zoo stellig heeft herhaald, dat tal
van voorname Duitsche bladen er op zijn
gaan voortborduren als op een boven alle
verdenking staand feit, voor 't meerendeel
wellicht zonder er aan te denken, dat Von
Caprivi's in elk geval hoogst onwaarschijn
lijke aftreding, Bismarck ongetwijfeld, 't zij
direct of indirect, zou ten goede komen. En
't is waarlijk alsof Caprivi zelf 't zijn vijan
den en politieken tegenstanders wat gemak
kelijker heeft willen maken, wellicht denkende,
dat blaffende honden niet bijten of wel zich
hoog verheven wanend boven al die nijdige
keffertjes, steunend op het vertrouwen van
zijn meesterenkelen betweters, die hun
wensch voor de werkelijkheid nemen, ten
spijt, 't Is in zake de tentoonstelling te Ber
lijn, dat Caprivi zelf gevaarlijk spel heeft
52
XXII.
De spanning naar den uitslag van het proces
had in Londen een koortsachtige hoogte bereikt.
*Voor Canning!-* .Voor de Heidens!* klonk het
weder overal, en dat het tot dusver nog niet tot
gewelddadigheden was gekomen vond zijn grond
daarin, dat de eerste partij reden meende te hebben
zich reeds bij voorbaat van de overwinning ver
zekerd te mogen houden.
Aan het hoofd der Canningianen stonden Char
les Lyon en William Davistown. Hoe meer het
gemoed van den laatste innerlijk verscheurd
was, hoe dieper in hem de tweestrijd en de twijfel
woelden, des te hardnekkiger klemde hij zich
vast aan zijn waan, des te luider verkondigde
hij zijn geloof aan Elisabeth's onschuld en aan
hare zege, des te meer sprak h!j van zijne liefde
voor haar.
Hij en Charles Lyon geleken twee mededin
gers, die zich vereenigd hadden om een derden
een bezit te betwisten en vast besloten waren
om, zoodra zij met dezen hadden afgedaan, op
elkander aan te vallen en elkander op leven en
dood te bestrijden.
Hetty was reeds des avonds voor de behande
ling in de abdy gekomen; zij kon het in het
verlaten Chesny-Wood niet meer uithouden, waar
haar vader als een levend begravene niet buiten
zijne torenkamer kwam en William als een
dwaalgeest verscheen en verdween. Ach zij was
ongestadig en onrustig geworden Nu de beslis
sing naderde, overviel haar een naamlooze angst
over den uitslag, die door Robert's uitblijven en
door zijn stilzwijgen bijna ondragelijk werd.
Bij mevrouw YVintlebury, bij Mary had zij
verlichting gezocht; de kalme vastberaden hou
ding der eerste, de stille, verheven onderwerping
van hare vriendin gaven haar den verloren
moed terug. Met den uitroep: Robert zal niet
uitblijven, hem kan niets overkomen zijn, hij
gespeeld door zijn aanvankelijk onwelwillende
houding tegenover het plan om de nijver
heid der gansche wereld naar Berlijn uit te
noodigen en als de beslissing in negatieven
zin zal zijn gevallen na den terugkeer des
keizers uit Engeland, dan zullen niet alleen
vele kleinere industrieelen, doch dan zal ook
de breede schare der ware patriotten tegen
Caprivi ageeren, omdat hij Duitschland een
politieke nederlaag heeft doen lijden, tegen
over de geslagene van 1870, tegenover de
groote republiek, nog wel! De groote menigte
zoekt in dergelijke gevallen naar een zonde
bok en dal Caprivi deze min aangename rol
zal hebben te vervullen, is voor een deel zijn
eigen schuld en voor een ander deel heeft
hij dat buitenkansje te danken aan de voort
varendheid der Fransche regeering, die aan
alle beraadslagingen omtrent de plaats der
expositie en de verdere bijzonderheden deed
voorafgaan het bes'uit een wereldtentoon
stelling te houden in 't laatste jaar dezer
eeuw. Dat de praatjes omtrent von Caprivi's
ongenade bij den keizer in verband met des
kanseliers ijveren voor buitengewone maat
regelen tegenover Birmarck; dat de on-dits
over Waldersee's eventueele benoeming tot
kanselier en dat de opnieuw opgedoken ge
ruchten aangaande een interneeritig van
Bismarck op Friedrichsruh alle even veel
of liever even weinig waarde hebben, valt te
begrijpen: 't zijn de gewone verschijnselen
van dezen tijd des jaars.
De bijna spreekwoordelijk geworden ruste
loosheid van Duitschlands jongen keizer is
voor een deel wel de oorzaak van de weinige
opmerkzaamheid, die ditmaal aan 's vorsten
reis naar Old Engeland wordt geschonken,
hoewel voor een ander deel daartoe onge
twijfeld heeft bijgedragen zijn streven om
zijn bezoek ditmaal een gansch particulier
karakter te doen dragen, zoodat 't waarlijk
zelfs moeite kost er in te zien een bevestiging
van de goede relatien tusschen beide landen.
Eer zou men er uit kunnen afleiden, dat
grootmoeder en kleinzoon 't samen goed
kunnen vinden en dat keizer Wilhelm II
bewandelt goede wegen, morgen ter rechtertijd
zal hij verschijnen en ons de overwinning bezor
gen I wenschte zij mevrouw YVintlebury en hare
dochter een goeden nacht en begaf zich naar het
haar aangewezen slaapvertrek.
Hetty wilde in de abdy overnachten om den
volgenden morgen met Mary naar Londen naai
de beslissende terechtzitting te rijden. Sir Crispe
had voor de beide jonge dames weer een verbor
gen kabinetje bezorgd, en daarin ook aan juffrouw
Lyon en Milly Natus eene plaats toegestaan, die
beiden niet minder opgewonden den afloop te
gemoet zagen.
Denzelfden avond, waarop in de abdy de vol
gende dag met kloppende harten werd verbeid,
waarop in de kerkers van Newgate en Giltspur
de gevangenen in stomme onderwerping of in
woeste vertwijfeling de eindbeslissing afwachtten,
liep in de nabijheid der Londensche dokken, in
een afgelegen steegje, waarheen zelden een men-
schelijke voet afdwaalde, eene hooge mannelijke
gedaante, in een wijden mantel gehuld, den hoed
diep in de oogen getrokken, een doek om den
hals geslagen, zoodat hij den mond bedekte, een
bril met groote blauwe glazen op den neus,
onrustig en ongeduldig op en neer.
Zal dat vervloekte wijf dan nooit komen!
knarste hij. Zal ik dan nooit van die afschuwelijke
zaak bevrijd worden In welke verwikkelingen
heeft die ellendige geschiedenis mij nu reeds
gebracht
Negen doffe slagen klonken van de St. Paulus-
kerk door den vochtigen dampkring, en waren
gedeeltelijk onhoorbaar door den hevigen storm
wind, die den wandelaar den hoed van het hoofd
dreigde te rukken. Hij drukte hem vaster, en
zette nog toorniger dan te voren zijn heen en
weer loopen voort.
Plotseling stond hij stil. Hij had een stap ver
nomen, die den afgelegen hoek, waar hij zich
ophield, scheen te naderen. Nu eens verdreef de
wind den klank en dan weder hoorde hij dien
duidelijker, nader bij. Om den hoek verscheen eene
dichtgesluierde vrouwelijke gedaante, en zag
voorzichtig naar alle zijden rond.
De man trad haar te gemoet.
Zijt gij het, My
Zwijg wijfl snauwde hij haar toe. Noem
geen namen aan deze plaats. YVaar blijft gij zoo
Tang?
der watersport hartstochtelijk is toegedaan,
een aangenaam feit voor alle roeiers en zeilers,
maar ganschelijk van belang ontbloot voor
de politiek.
Tijd gewonnen zou voor Gladstone zooal
niet alles, dan toch veel gewonnen zijn en
het heeft er werkelijk veel van alsof de grand
old man, die waarlijk meer kans liep beklaagd
dan benijd te worden, nog door de gelukzon
zal worden beschenen. Dit zal plaats vinden
als na opening van het parlement met een
kort adres van verwelkoming (geen eigenlijke
troonrede dus Dinsdag of Woensdag 9
of 10 dezer Gladstone's votum van wantrou
wen zal zijn aangenomen. Dan zou de oude
van Harwarden zes maanden tijd hebben om
al laveerende een middelweg te zoeken tus
schen de eischen van de Ieren en de ver
langens der radicalen en zijn home rule
plan een weinig op den achtergrond te dringen.
De dagelijksche controle van het parlement
zou Gladstone in de gegeven omstandigheden
zeer hinderlijk zijn en dus is de verdaging
tot Februari 1893 hem allezins welkom.
Ter afwisseling van de kreten van ontzet
ting en verontwaardiging over de vermetelheid
der Bulgaarsche regeering, die 't heeft durven
wagen indirect door Rusland gesteunde
sluipmoordenaars hun welverdiende straf te
doen ondergaan, houden de Fransche bladen
zich weder eens bezig met de anarchisten
ongelukkig blijken telkenmale de individuen
die de politie heeft, lang niet zoo be
langwekkend te zijn, van een crimineel stand
punt, als die, welke zij gaarne zou pakken,
maar niet kon krijgen
De regeering van den onafhaukelijken
Congo-Staat loopt er nu eindelijk tegen aan
en krijgt het in de eerste plaats te kwaad
met Frankrijk. Soldaten van den staat heb
ben namelijk aan de Kotto rivier gevuurd op
Verschoon mij, uwe lord Hij stampte op
den grond, en zij hervatte: Verschoon mij, ik
kon niet weggaan, eer mijn man te bed was; hij
schijnt toch al achterdocht opgevat te hebben;
maar als Colley eenmaal slaapt
Wat gaat mij dat aan? viel hij haar barsch
in de rede; om daarnaar te vragen ben ik in dit
hondeweer niet hiei gekomen. Hebt gij haar
gesproken
Ja, heer
Alleen
Ja, uw heer, maar het heeft veel moeite
gekost, en
Geld, dat begrijp ik, lachte hij scherp en
wierp haar een beurs toe." Hebt gij haar mijne
boodschap gedaan
Heeft zij beloofd wat ik wensch
Ja, my
Vervloekte heks, pas op uwe tong! riep hij
dreigend. Zal zij zwijgen
Ja heer, dat zal zij maar zij rekent er op
dat gij ook uw woord zult houden.
Wordt gij ook betaald om mij dat te zeg
gen zeide hij met een hoonenden lach. Wat ik
te doen heb, is mijne zaak. Alzoo zal zij in ieder
geval zwijgen
Zij zal zwijgen.
Goed, zeide hij iets vriendelijker. Als de
zaak ten einde is, zal het voor u ook geen schade
zijn. Goeden nacht
Zonder haar nog met een enkel woord te ver
waardigen, stapte hij haar voorbij in de tegen
overgestelde richting. De vrouw snelde den
weg terug, vanwaar zij gekomen was. Bij het
licht van een straatlantaren beschouwde zij
de beurs en lonkte de goudstukken toe, die dooi
de mazen haar tegenblonken.
De storm van den vorigen avond had den
dampkring gezuiverd, helder, koud en frisch was
de Februaridag, waarop de terechtzitting in Old
Bailey geopend werd, die met de zaak Canning
begon. De lange reeks van getuigen, die reeds
bij de eerste behandeling gedagvaard waren ge
weest, bevonden zich weer op hunne plaatsen,
de rechters namen hunne zetels in, de jury werd
beëedigd, de beschuldigden werden voorgebracht
even als moeder Wells en de heidens, maar van
Robert YVintlebury en de getuigen uit Dorset
shire was nog niets te zien.
De vrouwen in het geheime kabinetje zagen
eene Fransche handels-karvaan en doodden
daarbij den man, die de Fransche vlag droeg.
Nog werden in diezelfde streekditmaal
echter door de inboorlingen, gedood één
Franschman en verscheidene Senegambische
manschappen.
Over een en ander is aanstonds door den
Franschen minister van buitenlandsche zaken,
den heer Ribot, bij den vertegenwoordiger
van den Congo-Staat gereclameerd en schade
vergoeding geóischt.
Tevens nam de Fransche regeering maatre
gelen om haar vlag te doen eerbiedigen en
verlangde van den Congo-Staat terugtrekking
zijner troepen zot) dicht bij de grens.
De regeering van den Congo-Staat verklaart
voor het gebeurde, als buiten haar gebeid
geschied, niet verantwoordelijk te zijn en
vraagt scheidsrechterlijke uitspraak.
De Fransche pers is over het gebeurde
tamelijk ontstemd en dringt bij de regeering
aan op krachtig optreden.
Zondag hadden in Frankrijk de verkiezingen
voor de gewestelijke raden plaats, die de
republikeinsche partij weer aanmerkelijk heb
ben doen vooruitgaan.
Reeds geven de Parijsche bladen arti
kelen ten beste over de wereldtentoonstelling
van 1900! YVaar zij zal gehouden worden?
Ook bij het voorbereiden der tentoonstelling
van 1889 heeft het lang geduurd, eer deze
vraag beantwoord was. De een sprak van
Vincennes, de ander van eene groote hoog
vlakte te Courbevoie, een derde van de
terreinen bij de Muetue, even buiten Parijs,
tusschen Passy en Auteuil, terreinen welke
behooren tot het Bois de Boulogne. Nog een
ander gedeelte van dit bosch, Bagatelle,
wordt thans genoemd en komt o. a. wensche-
lijk voor aan den heer Berger, die naar men
weet, een der groote mannen is geweest van
de laatste tentoonstelling.
De Duitsche anarchist, die dezer dagen
te Parijs gevangen is genomen en herhaal-
elkander aan met eene uitdrukking van onbe
schrijfelijk en angst, toen de president de zitting
geopend verklaarde.
Elisabeth Canning verklaarde nogmaals hoe
zij overvallen, hoe zij bij moeder Wells opge
sloten en hoe zij ontkomen was, en nogmaals
nam het onschuldige voorkomen van het engel-
schoone gelaat rechters, gezworenen en toehoor
ders voor haar in. De beweringen der heidens
konden daartegen niet in aanmerking komen.
Mary Squires zag er, ten gevolge van de lange
gevangenschap en van den uitgestanen doodsangst,
nog terugstootender uit dan vroeger; de woeste
blik van haar zoon, en de doffe, bijna dierlijke
onverschilligheid, die moeder Wells en Natus
aan den dag legden, strekten ook niet om bijzon
der gunstig voor hen te stemmen.
Alle getuigen, die Elisabeth op hare vlucht
hadden ontmoet, of die haar bij hare aankomst
te Alderman bury hadden gezien, zeiden hetzelfde
als bij de eerste behandeling der zaak; reeds ging
er een gemompel door de zaal, hoe men het had
kunnen wagen, bij zulke handtastelijke bewijzen
voor de schuld der heidens, het proces te hervat
ten en Elisabeth Canning in staat van beschul-
diging te stellen. Het optreden van Virtue Hall
veranderde het tooneel. Het duurde eenigen tijd,
eer zij tot spreken kon gebracht worden, maar
toen legde zij onder zuchten en kermen de be
kentenis al, dat alles wat zij tegen moeder Wells
en de heidens had getuigd, gelogen was, en
slechts door haar verteld, omdat Mr. Fielding het
haar zoo in den mond had gelegd.
George Squires en zijne moeder waren in lang
niet in den Lintworm" geweest. Fortune Natus
en zijne vrouw hadden de geheele maand Sep
tember geslapen in die kamer, waarin Elisabeth
Canning zeide opgesloten geweest te zijn men
had nooit een meisje naar den «Lintworm"
gesleept; van dat alles wist zij geen woord.
Eene diepe stilte volgde op deze verklaring,
zij had een verbazenden indruk gemaakt. Zou
het dan mogeliik zijn, dat men op de valsche
getuigenis van die deerne nienschen had ter dood
veroordeeld
(Wordt vervolgd.)