Nummer 65. Zondag 14 Augustus 1892. 15e Jaargang.
Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen.
Bekendmaking.
UITGEVER:
ANTOON TIELEN
Staatkundig overzicht.
FEV1LLETOJS.
Eene geschiedenis uil de Eugehche rechtspleging.
BUITENLAND.
Belgie.
van het Zuiden,
Waalwpsciiï en LangstraatseEM Coiinint,
Dit blad verschijnt Woensdag en Zaterdag avond.
Abonnementsprijs per 3 maanden/1,00.
Franco per post door het geheele rijk f 1,15
Brieven, ingezonden stukken, gelden enz., franco te zenden
nan den Uitgever.
Waalwijk.
Advertentien i—7 regels J 0,60 daarboven 8 cent per regel
groote letters naar plaatsruimte. Advertentien 3 maal ter plaatsing
opgegeven, worden Smaal berekend. Advertentien voor Duitscl/-
land worden alleen aangnoinen ioor het advertentiebureau van
Adolf Steiner, Hamburg. Reclame.9 15 cent per regel.
De Burgemeester van Waalwijk
Gelet op een schrijven van den Generaal-Majoor,
Bevelhebber in de Ille Militaire Afdeeling;
Noodigt de jongelieden van 17 en 18-jarigen
leeftijd uit, die van 1 October a. s. tot 1 Maart
1893 kosteloos geoefend willen worden in den
wapenhandel, zich Dinsdag a. s., om 4 uur des
namiddags, ten gemeentehuize alhier aan te
melden.
Deze oefening is vooral van belang voor hen,
die in de toekomst als loteling der Nationale
Militie zullen moeten opkomen.
Waalwijk, 11 Augustus 1892.
De burgemeester van Waalwijk maakt bekend,
dat de PATENTBLADEN voor den loopenden
dienst, Woensdag 17 dezer, des voormiddags van
9—12 uur, in het lokaal der botermijn kunnen
worden afgehaald.
Waalwijk, 12 Augustus 1892.
Eene ongeluksmare kwam er van den
Kongo. Hodester, de hoofdagent, en de 20
agenten die hem vergezelden, zijn door de
Arabieren gedood of gevangen genomen.
Men weet dat er 7 agenten op de stoom
boot Augusta vermoord zijnBeernaert is
gevat, de factorijen der compagnie werden
vernield, en de koopwaren zijn in de handen
der Arabieren. De Société Anonyme Beige
pour le commerce du Haut-Congo was voor
een bedrag van 300,000 fr. bij deze nood
lottige onderneming betrokken.
Te Parijs is thans uit Kotonou bericht
ontvangen, dat de operatien tegen Dahomey
een aanvang hebben genomen. Kolonel Dodds
maakte dien dag een begin met het beschie
ten der gansche, tot Dahomey behoorende
kust.
De Talisman nam Whydah voor zijne re
kening, terwijl uit het blokhuis en het fort
aan de kust de vlakte van Kotonou werd
beschoten. De Heron en de Ardent namen
55
XXIII.
Omdat gij uw wezenlijk verblijf niet wildet
noemen, zeide de president en deed toen de door
allen in ademlooze spanning verwachte vraag:
Waar zijt gij dan geweest
Elisabeth zweeg en zag voor zich neder; daarop
hief zij langzaam het hoofd op en deed alsof zij
wilde spreken. Maar de half geopende mond
sloot zich weder, haar blik richtte zich zooals
reèds vroeger naar een hoek der zaal en bleef
daar rusten; het oog kreeg een starende, glazige
uitdrukking. Daarop zeide zij vast en beslist
Dat kan en zal ik nooit zeggen
Bezin u, meisjeGij zijt van een zware
misdaad overtuigd, eene openhartige bekentenis
zou die in een zachter licht doen verschijnen.
Word ik vrijgelaten, als ik het zeg? vroeg
zij.
Neen, antwoordde de president naar waar
heid, de straf van valsche beschuldigster en
raèineedige moet gij dragen.
Dan ze{* ik ook niet, waar ik geweest ben,
mijn verblijt heeft daarmede niets temaken,her
nam zij en verzonk weder in een somber stil
zwijgen.
Alle pogingen, om haar weder tot spreken te
krijgen, waren vergeefscli, en daar de vraag, waar
zij geweest was, eigenlijk ook geen punt van
beschuldiging uitmaakte, kon niet verder bij haar
aangedrongen worden, om bekentenis te doen.
De zaak, waarom beschuldiging en verdediging
zich bewogen, was zonneklaarde pleidooien
namen dus slechts weinig tijd in beslag en ook
de jury zonderde zich slechts weinige minuten
af; met algemeene stemmen werden Elisabeth
Canning en Virtue Hall schuldig verklaard aan
valsche aanklacht en meineed.
Na eene korte beraadslaging van het hof werd
Elisabeth Canning veroordeeld tot vijftien jaar
deportatie; Virtue Hall trof dezelfde straf.
Tevens werden Susanna Wells en de heidens,
van de reede aan het bombardement deel. De
Opale bombardeerde Abomy en Kolavi en
zal daarna tot Godomey overgaan.
Tegelijkertijd gingen twee colonnes land
waarts in een van 300 man, naar Zobo en
eene tweede van Porto Novo naar Dekawe.
De eerste keerde terug na het dorp Koton-
nour, bij Zobo, en nog verscheidene andere
gehuchten in brand te hebben gestoken. Te
gen den middag had zij den vijand ontmoet
en een geweervuur op hem geopend, hem
groote verliezen toebrengend en hem ver
volgend in het kreupelhout. Maar daarin ver
scholen, vuurden de Dahomeyers toen op de
Franschen, twaalf man doodend of kwet
send.
't Belooft hier een tweede Tonkin voor
Frankrijk te worden, en straks zucht het dus
onder een dubbel Atjeh.
Gladstone's redevoering over 't geen hij
noodig en niet noodig, mogelijk en niet mo
gelijk acht ten aanzien van de eischen der
leren, moge men heeten een meesterstuk van
klaarheid en schoonheid, of wel vaag en ont
wijkend noemen 't geen hij heeft ten beste
gegeven juist met betrekking tot punten
waarbij 't er volgens de Ieren in 't algemeen
en de parnellisten in 't bijzonder, op aan
kwam al dat geschrijf, gunstig, minder
gunstig en beslist afkeurend oordeelend over
zijn uitlating in den namiddag van Dinsdag,
heeft niet weerhouden den val van Salisbury
en .de zege van den grand old man.
De door Asquith gestelde motie van wan
trouwen in het kabinet-Salisbury werd Don
derdag nacht in het Lagerhuis met 350 te
gen 310 stemmen aangenomen.
De zitting is tot a. s. Donderdag verdaagd
om Gladstone tijd te geven zijn kabinet in
elkaar te zetten en Vrijdag volgt dan de
verdaging van het parlement tot Februari
van 't volgende jaar weinigen ten sp:jt
en velen tot verademingnadat men twee
weken achtereen heeft zoek gemaakt met ce
remoniën en formaliteiten en telkenmale al
leen is bijeengekomen om weer zoo spoedig
mogelijk naar huis weer te keeren.
als valsch beschuldigd, van het tegen hen uitge
sproken vonnis vrij verklaard en hunne onmid
dellijke invrijheidstelling bevolen.
De terechtzitting was afgeloopen, de veroor
deelden werden naar de gevangenis teruggebracht,
waarbij Elisabeth Canning slechts met moeite
tegen de volkswoede kon beschermd worden.
De stemming was geheel omgekeerd. Zij, die het
hevigste tegen de heidens hadden gewoed, be
klaagden ben nu het diepst en scholden op de
onrechtvaardige rechters; zij, die het luidste
Elisabeth Canning als een reine onschuldige
engel hadden geprezen, konden haai thans niet
zwart en afschuwelijk genoeg afschilderen.
Ook de kalmer, gematigder beoordelaars zagen
in haar een listige fortuinzoekster, een dub
belzinnig voorval in haar leven met den sluier
van het raadselachtige en geheimzinnige had
weten te omgeven, en daarbij zelfs voor een mis
daad niet was teruggedeinsd.
/"""Een was er, die nog aan haar geloofde, in
j\veerwil van haar eigene bekentenis: Charles
Lyon. Hij koesterde slechts één wensch, dien van
tot haar kerker door te dringen, om haar te
zeggen, dat hij niet zou ophouden haar te bemin
nen, dat hij besloten was haar in hare balling
schap te volgen.
De heidens en moeder Wells werden, toen zij
de gevangenis v-erlieten, jubelend omringd en
bijna op de armen weggedragen. Giften in geld
vloeiden hun van alle zijden, toe, en toch zouden
de ongelukkigen niet geweten hebben waarheen
zij nu hunne schreden moesten richten en waar
zij hun hoofd zouden neerleggen, indien de lord-
mayor daarvoor niet reeds had gezorgd.
Hij naderde met Mary Wintlebury aan den
arm, om den geredden zijne bescherming toe te
zeggen; hem volgden, stralende van geluk, Robert
Wintlebury en Hetty Davistown. Ook Milly
Natus was daar en wierp zich aan den hals van
haar man.
Ziet daar uwe bevrijders! snikte zij, terwijl
zij op de beide paren wees; zonder den lord mayor
en mr. Wintlebury, zonder miss Hetty Davistown
hadden uwe lichamen reeds de raven tot voedsel
verstrekt.
Hare woorden waren verstaan en vonden weer
klank bij de volksmenigte, die heden Hosanna 1
riep, waar zij nog kort geleden hetKruist hem
Kruist hem 1 had doen liooren. Leve sir Criepe
Eerst na samenkomst van 't parlement in
'c voorjaar van 1893, zal blijken in hoeverre
Gladstone zijn wil in overeenstemming ver
mag te brengen met de omstandigheden, in
hoeverre hij weet te schipperen en te lavee-
ren en in hoever de verschillende groepen,
die de liberale regeeringsmeerderheid nor
men, de wijsheid willen betrachten, liever een
half ei dan een leegen dop te nemen en
niet willen trachten naar 't onderste uit de
kan, ter vermijding van een min aangename
aanraking met het bekende deksel, het schrik-
beëld van alle gulzigen en veeleischenden.
Nauw is Wilhelm II in zijn residentie te
ruggekeerd of de Reichsanzeiger bevat de
kennisgeving van het minister Herrfurth op
diens verzoek verleende ontslag en zijn ver
vanging door den portefeuille- loozen premier
graaf Zu Eulenburg een oplossingdie
niets opvallends heeftdoch juist zoo was
voorzien en eigenlijk geen groote politieke
beteekenis heeft.
Volgens het Tageblatt heeft de civiel gou
verneur van Duitsch Oost-Afrikavrijheer
Soden, dringend zijn ontslag verzocht.
Soden werd wegens het in het oog vallend
ongunstig gevolg van zijn bestuur reeds lang
door de drukpers aangevallen.
Het voornemen zou bestaan om weer een
militair gouverneur in den persoon van den
kapitein-luitenant ter zee Rtldiger derwaarts
te zenden.
Karateristiek zou het zijn, indien er bij de
regeering in het geheel geen sprake meer
zou wezen van Wiszmann als opvolger van
Soden. Wiszmann schijnt bij voortduring in
ongenade te zijn.
Hoezeer in het feit, dat alle landen der
wereld minstens één srhip naar Genua zullen
zenden ter gelegenheid van 's konings bezoek
gedurende de Columbusfeestenhet bewijs
mag worden gezien, dat de politiek in deze
geen enkel woordje heeft mee te praten en
men te doen heeft met een betooging voor
de nagedachtenis van den ontdekker der
Nieuwe Wereld, uitgelokt door koning Hum-
GascoyneHoezee! Hoezeel galmde het overal;
HeilHeil 1 den edelen, braven, moedigen man
HoezeeHoezee
Miss Hetty Davistown 1 riep men van een
anderen kant.
Miss iletty Davistown for ever I Miss Hetty
Davistown for ever
Daar wenkte Robert Wintlebury met de liarid,
en riep met eene stem, die boven het rumoer
uitklonkMet uw verlof, goede lieden, daarin
heb ik ook nog een woordje mee te spreken.
Niet miss Davistown for ever, maar voor een
korten tijd
Een donderend gejuich, gestamp en handgeklap
volgden op deze woorden, waarvan men de be
teekenis zeer goed had begrepen. De menigte
bood nu mr. Wintlebury en zijn aanstaade hare
luidruchtige gelukwenschen aan. Slechts met
moeite bereikte de -lordmayor met zijne gasten
de koets, die hen naar Mansionhouse moest
brengen.
XXIV.
Tusschen de uitspraak van het vonnis, over
Elisabeth Canning en Virtue Hall geveld, en
deszelfs uitvoering, lag slechts een kort tijdsver
loop vnn twee dagen, fn.de haven van Portsmouth
lag een schip zeilree, dat naar Jamaica was be
stemd en een aantal gedeporteerden zou meenemen.
Aan boord van dit schip zouden ook de beide
veroordeelden haar overtocht doen naar de West-
Indische strafkolonie, die haar gedurende vijftien
jaar tot een onvrijwillig verblijf was aangewezen.
Het was de dag na de veroordeeling; aan de
gevangenen was aangezegd, dat zij zich gereed
moesten houden om den volgenden morgen zeer
vroeg naar Portsmouth te worden overgebracht.
Elisabeth Canning hoorde die woorden, maar zij
vonden geen weerklank in haar hart; zij wist
wel beter; zij had immers een plechtige belofte,
een machtige hand beschermde haar en zou het
vreeselijk lot van haar afwenden, dat- zij onder
smart en ontberingen, in het gezelschap van
misdadigers, onder zwaren arbeid in een onge
zond klimaat zou moeten leven. Zij behoefde
Engeland niet te verlaten, of indien dit onver
mijdelijk was, dan zou zij vrij en zonder boeien
naar eene plaats gaan, waar men zeer goed zou
kunnen leven; dit was hare overtuiging.
Maar de tijd verliep en niets liet zich verne-
bert zeiven, zijn er op't Appenijnsche schier
eiland toch nog altijd lieden die in de te
verwachten aanwezigheid van een Fransch
eskader in de haven van Genua iets heel
bijzonders zien, den aanvang van een nieuwe
en volgens hen veelbelovende aera in
de politieke verhoudingen met la belle France.
Hoe jammer, dat Spanje, Zweden, Turkije
Nederland, de Vereenigde Staten, de Ameri-
kaansche republieken, Engeland en bovenal,
dat Oostenrijk en Duitschland deelnemen aan
deze beleefdheidsmanifestatie, daartoe officieel
uitgenoodigd, nog wel door niemand minder
dan den koning
Uit Tanger wordt gemeld, dat de troepen
van den sultan Woensdagmorgen een uitval
deden op de Anghera's, die sterke stellingen
innamen op de heuvels om de stad. Wel
gelukte het aan de troepen ettelijke dorpen
in brand te steken maar hunne aanvallen
werden telkens door de leden van den op-
roerigen stam afgeslagen en onverrichter zake
keerden ze 's middags naar hun kamp terug,
na 100 man en 25 paarden te hebben verloren,
terwijl het verlies der opstandelingen nauwe
lijks de helft bedroeg.
Volgens Le Peuple is er te Charleroi in
eene groote fabriek van spoorwegmaterieel
een bedrog door middel van stempelver-
valsching ontdekt, dat groote overeenkomst
heeft met de zaak der valsche stempels te
Bochum, die tot zulk een geruchtmakeud
proces in Pruisen aanleiding gegeven heeft.
Men zegt echter dat, wel is waar, het bestaan
der valsche staats-stem pels niet ontkend kan
worden, doch dat de firma in staat is hare
onschuld te bewijzen.
Het Antwerpsche blad De Koophandel
geeft eene, niet overbodige,waarschuwing om,
vóór het Landjuweel feest, balkons der hui
zen, de ijzeren leuningen dier balkons en dö
men, dat cenige verandering in haar toestand
scheen aan te duiden; integendeel, haar oom was
bij haar geweest, had aangedrongen, dat zij hem
bekennen zou, waar zij geweest was, en had
onder bedreigingen en daarna onder heete tranen
afscheid van haar genomen.
Hij wist dus nog niets. Maar zijne vrouw,
die zij verwachtte, die haar eene vrijheidsbode
moest zijn, kwam ook niet, en de uren ver
vlogen. Reeds begon het te schemeren, slechts
de sneeuw op de plaats der gevangenis blonk
nog helder en frisch; Elisabeth telde de uren, de
minuten, maar niets bewoog zich, zij koorde niets
dan het kloppen van haar hart.
Het kan niet zijn 1 Het mag niet zijnHij
kan mij niet zoo vreeselijk, zoo gruwzaam mis
leiden kermde zij. Hij moet iemand zenden 1 Hij
moet mij verlossen 1 Heer mijn God, ben ik dan
geheel verlaten
Zij wierp zich voor hare legerstede neder,
woelde met het hoofd in het kussen, en barstte
in een luid geween uit. Plotseling richtte zij zich
op, daar buiten in den gang hoorde zij schreden
en stemmen, sleutels knarsten, de grendels van
hare gevangenis werden weggeschoven. Men kwam
eindelijk, eindelijk naderde hare bevrijding
Zij sprong op en ijlde den binnentredende te
gemoet, achter wien ae deur terstond weder ge
sloten werd.
Als verlamd bleef zij staan, slap vielen hare
armen langs het lichaam neder, eene uitdrukking
van onuitsprekelijke teleurstelling spiegelde zien
op haar gelaat.
Gij, Gharles? zeide zij somber.
Zijt gij boos op mij, Elisabeth, dat ik niet
vroeger gekomen ben vroeg hij, daar hij aan
hare beweging een verkeerde uitlegging gaf.
O, indien gij wist hoeveel moeite het mij gekost
heeft om tot u door te dringen Eerst nu is het
mij gelukt vergunning te verkrijgen een uur bij
u te zijn; zij hebben het mij toegestaan, omdat
gij mijne verloofde zijt; ik mocnt afscheid van
u nemen. Een uur, één enkel armzalig uur voor
eene scheiding van vijftien jaren
Zij kon zien niet voorstellen, dat het Charles
Lyon was en geen ander, die haar in hare ge
vangenis bezocht.
Moet ik werkelijk morgen weg, Charles
vroeg zij; heeft men u niet gezegd, dat het anders
bepaald was? (Wordt»vervolgd.)