Nummer 79, Zondag 2 October 1892. 15e Jaargang. Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen. Gemeenteraad van Waalwijk, UITGEVER: ANTOON TIELEN De Eeho van het Zuiden, alwyksche en Langstraalsche Courant, Uit blad verschijnt Woensdag en Zaterdag avond. Abonnementsprijs per 3 maandenyi,00. Franco per post door het geheele rijk f 1,15 Brieven, ingezonden stukken, gelden enz., franco te zenden «.an den Uitgever. Waalwijk. Advertentiën 17 regel» J 0,60 daarboven 8 cent per regel groote letters naar plaatsruimte. Advertentien 3 maal ter plaatsing opgegeven, worden 2maal berekend. Advertentiën voor Duitscb land worden alleen aangnomen loor het advertentiebureau van Adolf Stkiker, Hamburg. Reclames 15 cent per regel. OPENBARE VERGADERING op Woensdag 28 September 1892, nam. 61/, uur. Tegenwoordig alle leden. Voorzitter de burgemeester. De voorzitter opent de vergadering. De notulen der vorige worden na voorlezing vastgesteld. Aan de orde I. Onafgedane zaken. a. Rekening tentoonstelling De voorzitter deelt mede, dat door B. en W. zijn gehoord de leden van het uitvoerend bestuur en dat gebleken is, dat de rekening volkomen in orde was. Door de persoon, belast met het nazien er van, waren grove fouten begaan, waardoor de cijfers heel onjuist waren voorgesteld. Door den penningmeester was hem verzekerddat het geld van de aandeelen nog in zijn geheel bij hem berust, zoodat het werkelijke tekort, ten bedrage van ongeveer f700, alleen geldt rekeningen van leveranciers. B. en W. achten het billijk voor te stellen de gevraagde f400 uit te betalen. De heer Van der Heijden heeft in der tijd vernomen, dat aan die garantie aandeelen op heel verschillende wijzen is deelgenomen; er waren er die voor een, ook die voor meer teekenden, zelfs tot 10 toe; verder dat de commissie voorloopig ieder slechts een aandeel heeft laten betalen; die er dus 10 had aan geboden, maakte daarmede bonjour, maar betaalde niets meer dan hij, die er maar een genomen had., Nu zijn er echter ook bij elkander inwonende personen feitelijk een huishouden uitmakende, die ieder een aandeel namen en betaalden, dus f20 uit een huishou den. Nu zou hij willen dat allen, die meer dan 1 aandeel hebben genomen en betaald, eerst dat meer betaalde terug krijgen. De heer Baijens zou juist het tegenoverge stelde verlangen, namelijk dat de niet betaalde aandeelen, waarvoor is ingeschreven, werden geind. De heer Van der Heijden en de voorzitter zijn van oordeel dat men ze eenvoudig niet krijgt. De heer Quirijns en andere leden meenen, dat het eerst geprobeerd moet worden. De heer Hoffmans wijst er op, dat de ge storte garantiegelden aanwezig zijn; maar er is nog een tekort van f700; daarom moet de gemeente de toegezegde f 400 uitbetalen; wat het uitvoerend bestuur met de garantie aandee len doet, dat is zijn zaak. De heer Van der Heijden verklaart van een der notabelste ingezetenen te hebben gehoord, die ook 10 aandeelen had genomen, dat hij niets zou betalen, voordat de gemeente hare f 400 had gestort; spreker voorziet dus, dat hel niets zou uithalen te probeeren om die aandeelen binnen te krijgen; 't best is dat de gemeente zich er af maakt door te betalen. Conform besloten. Tegen de heer Quirijns. b. Meubileeren raadszaal. De voorzitter acht het moeilijk, juist te zeg gen hoeveel dat kosten zal, zooals de heer Van Schijndel wenschte. Van het reeds toe gestane cijfer is pl. m. f 250 over; als de raad nu kon besluiten op de nieuwe begrooting nog f 250 tot dat einde toe te staan, dan komt alles goed in orde: tafel, stoelen, vloer kleed enz. De heer Hoffmans„we krijgen toch de begrooting, we kunnen best wachten tot de behandeling daarvan en de commissie kan er dan over beraadslagen.» De voorzitter„juistmaar de commissie diende toch te weten hoe de raad er over denkt. Afgaande op het ander meubilair kan het hier geen f500 kosten; maar ik vraag liever f50 a 100 meer, dan mij verplicht te zien later weer bij den raad te moeten aankloppen. Daarbijvan een nieuw gemeentehuis zal zoo spoedig wel niets komen en dit is ook niet meer noodig, zooals het tegenwoordige thans in orde gemaakt wordt. Ik voor mij heb niets meer te reclameeren, dit zou on dankbaar zijn maar ik wensch toch ook te zorgen, dat Waalwijks notabelen behoorlijk zitten; later zal ik ook nog wel moeten komen voor de secretarie, want het lokaal, waar de secretaris huist, laat ook zeer veel te wenschen over De heer Van Schijndel„ik begrijp niet dat al dat meubileeren zoo weinig kost; want, zooals ik gehoord heb (gezien heb ik 't niet) is de burgemeesters kamer prachtig in orde.» De voorzitter: de entrée staat u vrij." De heer Timmermans VVz.„Mij komt het best voor deze zaak te bespreken bij de be grooting.» De voorzitter „de secretaris, die in alle opzichten de rechterhand is vau den burge meester en op .vien ik dus gerust afga, geeft mij de verzekering, dat de staat der gemeente financien de uitgave gedoogt.» De heer Timmermans Bz. „over de be grooting wensch ik niet te spreken, die is niet aan de orde; maar als deze zaak aan gehouden wordt, kunnen de leden eens denken wat zij willende commissieleden kunnen hen eens consulteeren." De heer Van der Heijden„als wij de zaak nu afhandelen, heeft de commissie er geen moeite meer mede." De heer Timmermans Wz „B. en W. heb ben opgemaakt en geteekend de begrooting voor 1893; als men nu reeds daarop een an deren post gaat uittrekken, dan zouden B. en W. ze eerst weer moeten omwerken en een post aanwijzen, waaruit de som zou moe ten gevonden worden; ze kan dan niet wor den ingediend zooals ze nu is." De voorzitter«ik geloof dat hetgeen u daar zegt, wel iets is beneden de waarheid; als dat opging dan kwamen de begrootingen nooit bij ged. staten. B. en W. maken de begrooting en dienen ze geteekend in aan den raad; de raad wenscht er eene wijziging in te brengen; dit wordt in de nottden op geteekend De heer Timmermans Wz.: «ik ben 't vol strekt niet met u eens maar eal daarover niet verder spreken. We zouden de uit te trekken som nu moe ten nemen uit den post voor onvoorziene uitgaven, groot f 500, welke som gelijk is aan het saldo der vorige rekening, 't Komt mij niet regelmatig voor nu te besluiten, te meer daar er geen dringende noodzakelijkheid be staat.» De voorzitter„ik heb er niets tegen dat de beslissing worde aangehouden tot bij de begrootingmaar mij komt voordat tot spoedige afdoening der zaak, de commissie dient te weten in welke richting de raad wil; wil hij geen crediet toestaan, dan behoeft de commissie zich er niet moede over te makeu." De heer Timmermans Wz.„als er eene wijziging in de begrooting gemaakt wordt, moet dit bij amendement geschieden maar dan moet ze gewijzigd zijn alvorens gesteld te worden in handen der commissie." De voorzitter«mijne heeren, de vraag is eenvoudig deze is de raad geneigd om deze kamer verder te meubileeren zoo ja, dan kan de commissie dienaangaande voorstellen doen." Hier ontstond gedurende eenige oogen- blikken een algemeen gepraat. Nadat de stilte hersteld was, zeide de heer Baijens „naar aanleiding van hetgeen ik van den secretaris verneem, zou ik er wel voor zijn den post te nemeti op de begrooting van 1892." De voorzitter: „'t gaat uit denzelfden zak; 't eenige verschil is dat, als de post wordt genomen op '92, de meubileering van 'tjaar nog geschiedt en anders in '93 maakt u er een voorstel van De heer Baijens„ik niet" De voorzitter«welnu, dan doe ik het en stel dus voor op de begrooting van 1892 een post uit te trekken voor het meubileeren van de raadzaal van f250, boven en behalve de f 250, over van den vorigen post.» Dit voorstel wordt aangenomen met 6 te gen 5 stemmen. Voor de heeren Baijens, Van Schijndel, Verbunt, Van Tilburg, Quirijns Van der Heijden. c. Aanstellen van een tweeden politie beambte. De voorzitter: „wat is de raad dienaan gaande van plan De heer Hoffmans«als er een tweede politiebeambte moet worden aangesteld, dan dient de raad ee»st over te gaan tot verhoo ging der belasting, want de 500 600, die daarvoor jaarlijks noodig zijn, kunnen uit de tegenwoordige inkomsten niet bestreden wor den." De voorzitter„ik wensch den raad op de eerste plaats te vragen of hij beter politie toezicht in de gemeente noodig acht?" De heer Van der Heijden: «u hebt tegen woordig een bode op 't stadhuis; de veld wachter heeft dus meer tijd om te surveil- leeren. Op sommige tijden des jaars is er wel meer toezicht noodig. maar het grootste gedeelte des jaars niet. Op 't oogenblik b.v. is er in den Buitenpolder niets meer te be derven en in den Binnenpolder niet veel. U hebt nog twee beledigde nachtwachts laat een er van of beiden dienst doen als politiebeambte als 't noodig is, dat zal toch lang zooveel niet kosten als een vaste be ambte.» De voorzitter«u is dus van oordeel, dat soms wel meer toezicht noodig is. Overigens kan ik mij wel vereenigen met het door den heer Van der Heijden gezegde, maar dan moet de raad mij meer geld toeslaan dan tot dusverreals ik die lui dienst laat doen moet ik ze behoorlijk betalenik stel dus voor dat de raad eene hoogere som uittrekke voor de politie, want met den tegenwoordige kan ik geen beter toezicht laten uitoefenen.» De heer Gragtmans „wij kunnen dit ook wel bij de begrooting afhandelen, dunkt mij." De voorzitter „ik breng de zaak ter tafel, omdat ik moet; overigens is 't mij goed dat ze wordt aangehouden." Conform besloten. II. Ingekomen stukken 1. Goedkeuring van ged. staten op de rekening over 1890. 2. Idem op eene wijziging der begrooting voor 1892. 3. Schrijven van de heeren Ant. Witlox alhier en majoor Prins, van de kon. maré- chausée, te 's Bosch, waarin gewezen wordt op den slechten toestand der heggen tusschen den tuin van eerstgenoemde en die van de kazerne der maréchaussée en tusschen dezen laatste en den dijk. Zij stellen voor beiden te vervangen door eene planken schutting; de heer Witlox biedt aan de helft te betalen van de kosten der schutting langs zijnen tuin. De heer Hoffmans „Ik heb de zaak eens opgenomen en bevonden, dat de heg langs den tuin van den heer Witlox er tamelijk goed uitziet, beter dan de heg aan de west zijde van zijn tuin. Men kan ze heel goed bijplanten. Daarbij zal hij van de maré chaussée weinig last hebben ten opzichte der veiligheid. De heg aan de dijkzijde kan men met weinig kosten goed maken. Men late ze staan en brenge aan de binnezijde rasterwerk aan en plante de heg bij, dan wordt ze weder goed. Het is wel wat veel gevergd van de heeren om de gemeente een bonder 1 gulden of vier op te leggen voor een houten schutting." De heer Mombers deelt het gevoelen van den heer Hoffmans. De voorzitter „dus de heeren zouden het verzoek van adressanten niet inwilligen Is niemand vóór inwilliging?" Daar geen enkel lid zich er vóór verklaarde is het verzoek gewezen van de hand. 4. Benoeming van een lid der teekenschool commissie in plaats van den heer F. M. Ingen Houz. De door de commissie inge diende voordracht luidt J. Baijens en Jos. Bink. De heer v. d. Heijden „ik begrijp niet, dat Verbunt die voordracht mede geteekend heeft, daar ik meen te weten dat hij er te gen was." De heer Verbunt„zoodra de heer Ingen- Housz van hier vertrokken is, hebben de leeraren mij verzocht zooveel in mijn vermo gen was te zorgen, dat de heer Baijens niet diens plaats innam, omdat zij zich daarmede niet goed zouden kunnen vereenigen. Ik heb dit ook gezegd in de vergadering van de teekenschool-commissie, waarin de voordracht is opgemaakt. Toen heeft de fungeerende voorzitter mij gaantwoord, dat dit geen be zwaar was, daar de leeraars verklaard hadden met den heer Baijens te sympathiseeren. En daar ik den heer Baijens ook geschikt acht voor de betrekking, heb ik de voordracht geteekend. Later heb ik de leeraren aange sproken over hunne houding in deze zaak, en dezen hebben getuigd in 't geheel de verklaring niet te hebben afgelegd, zooals door den heer Timmermans beweerd was." De heer v. d. Heijden „is het dan onwaar, dat de heeren Timmermans verklaard heb ben, dat de leeraren zich goed konden ver eenigen met de benoeming van den heer Baijens De heer Verbunt„zooals ik gezegd heb, hebben de leeraren mij verzocht de benoe ming van den heer Baijens zoo mogelijk te verhinderen; daarna heeft de heer Timmer mans op de commissie vergadering verklaard, dat de leeraren hem gezegd hadden zich goed met de benoeming van den heer Baijens te kunnen vereenigen; en daarna hebben de leeraren mij weder verklaard, dat daar niets van aan was." De heer Timmermans Wz.„ik heb inder- tijd van Delft gevraagd, hoe hij dacht over eene benoeming van den heer Baijens tot lid der teekenschool-commissie; hij heeft mij gezegd zich er goed mede te kunnen ver eenigen." De heer Verbunt„bestaan er misschien redenen, waarom hij tegenover u niet rond voor zijn gevoelen durft uit te komen De heer Timmermans „gebiologeerd heb ik hem niet." De heer van Schijndel „van Delft heeft in 't geheel niets gezegd toen te heer Tim mermans hem zijn gevoelen vroeg over de benoeming van den heer Baijens; alleen heeft hij zijn schouders opgetrokken; en Meulkens heeft Timmermans in 't geheel niet gesproken; dit hebben zij mij zeJf gezegd." De heer Van der Heijden: „en mij hebben zij eveneens gezegd in 't geheel niet aan den heer Timmermans te hebben te kennen ge geven, dat zij zich kunnen vereenigen met de benoeming van den heer Baijens." De voorzitter: „ik geloof mijne heeren, dat wij ons op zeer glad ijs begeven; want de wijze, waarop hier over den heer Baijens gesproken wordt, vind ik zeer compromittant. Ik geloof dat er eene veeté bestaat tusschen Van Delft en genoemden heer. Nu wensch ik u te vragen Heett die veete iets ie maken met het belang der teekenschool? heeft Van Delft die veete gehad of nog als onderwijzer der teekenschool of slechts als schilder te genover een oud-schilder? Wij spreken hier over den onderwijzer Van Delft en die mag geen veete hebben dan als zoodanig. En ik meen gerust te mogen aannemen, dat het in werkelijkheid slechts een veete is als schil der en dat komt hier niet te pas. Ik kom op tegen de wijze, waarop hier gesproken wordt over den heer Baijens, omdat het ge schiedt tegenover het groote publiek. Ik vraag nu: welk nadeel kan de benoe ming hebben voor de teekenschool?» De heer Verbunt„ik constateer dat ik geprovoceerd word tot spreken. In de eerste plaats verklaar ik niets te hebben tegen den heer J. Baijens, integendeel, ik geloot dat hij, afgezien van alles, de geschikte persoon is.

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1892 | | pagina 1