Nummer 85 Zondag 23 October 1892. 15e Jaargang. Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen. UITGEVER: ANTOON TIELEN, Staatkundig overzicht. FEUILLETON. BUITENLAND, llelgie. Frankrijk. Spanje. De Eeho van het Zuiden, Wiaiwpsée en Laifslrulsrfce Cotirasil, Dit blad verschijnt Woensdag en Zaterdag avond. Abonnementsprijs per 3 maanden.ƒ1,00. Franco per post door het geheele rijk f 1,15 Brieven, ingezonden stukken, gelden enz., franco te /enden aan den Uitgever. Waalwijk. Advertentiën 17 regels J 0,60 daarboven 8 cent per regel groote letters naar plaatsruimte. Advertentien 3 maal ter plaatsing opgegeven, worden 2maal berekend. Advertentiën voor Duitscb- land worden alleen aangnomen door het advertentiebureau van Adolf Steiner, Hamburg. Reclames 15 cent per regel. Aan het ministerie van oorlog te Parijs zijn goede berichten ontvangen. Dodds seinde den 17 dezer uit Akpa, dat zijn leger den 13, 14 en 15 October steeds verder was voorwaarts gedrongen. De 13en bezette Dodds een belangrijk kamp, na den vijand in het noorden te hebben omsingeld den 14en nam hij een dorpdaarop werd hij door den vijand aangevallen en nog eens aangevallen, welke beide aanvallen hij te rugsloeg bij den tweeden leed de vijand, tusschen twee vuren geplaatst, aanzienlijke verliezen. De Franschen hadden 10 dooden, onder wie één officier, en 85 gewonden, on der wie zes officieren. Zoo spoedig mogelijk zou Dodds den vijand langs de rivier Kate aanvallen deze rivier beschermt de krachten van den vijand, onder welke de bijzondere lijfwacht des konings is. De linie langs de rivier Kate is volgens Dodds mededeelingen de laatste verschansing van den vijand. De beweging welke daar tegen zal worden ondernomen, zal dus een beslissend karakter hebben. Dodds gelooft niet, dat hij er voor over acht of tien da gen mede zal kunnen beginnen. Hij bereidt haar stelselmatig voor en richt alles zou ze ker en voorzichtig als mogelijk is, in. Naar het schijnt zal het doorgaan, dat de geschillen tusschen de mijnwerkers te Car maux en het mijnbestuur beslecht zullen wor den door een scheidsgericht. Ter beantwoording van eene deputatie uit het anti-slavernijgenootschapwelke kwam spreken over het protectoraat over Uganda en de rijksgarantie voor den Momba-spoor weg, verklaarde de heer Rosebery, dat de regeering geenszins onverschillig was voor deze quaesties. Nadat zij de hand aan den ploeg heeft geslagen, kan zij zich niet terug trekken. Met deze verklaring verbindt de re geering zich nochthans niet tot eene bepaalde Eene geschiedenis uit de Engelsche rechtspleging. 71 xxx. Weinige dagen later was ook juffrouw Lyon een lijk. Of zij de hand aan zichzelve had ge slagen, of van hartzeer was bezwekan, wist nie mand. Men vond haar op zekeren morgen in haar bed, met wijdgeopende oogen, pijnlijk ver trokken mond en krampachtig saarageknepen handen; maar geen uitwendig teeken verried de oorzaak van haar dood. Zij was sedert het ver nemen van het plotseling verscheiden van haar zoon zeer kalm geweest, had met niemand méér gesproken, zelfs met haar man niet, en nam haar treurig, vreeselijk geheim mede in het graf. Alleen Hetty en sir Crispe vermoedden tot welk een ongehoorde daad de ongelukkige vrouw zichzelve had opgewonden. Meester Lyon overleefde zijn gade en zoon slechts kort. Ik ben bereid en kan mijn hoofd ter ruste leggen, had hij tot Scarrat gezegd, toen hij dezen zijne zaak had overgegeven; de vroeger zoo ijverige man legde nu de handen in den schoot en staarde meestal onverschillig, ja bijna versuft, voor zich; en zoo was hij op zekeren avond zacht en kalm ingesluimerd; zijn leven was ook overi gens in den laatsten tijd slechts een plantenleven BESLUIT. Het geluk is stil, de zaligste dagen gaan zoo zonder gedruisch en licht bewogen ons voorbij als vogels, die op den aether zweven. Dat onder vonden Robert en Iletty; zij waren gelukkig, en trachtten geluk rondom zich te verspreiden de uren gleden onder hunne handen weg, als blin kende kransen van goud en paarlen. Spoedig na het einde van den rouwtijd werd het huwelijk van Robert Wintlebury met Hetty Davistown in alle stilte gesloten. Behalve de squirezijne gemalin en Mary, was alleen sir Crispe Gascoyne daarbij tegenwoordig; deze had zijn ambt nedergelegd en was geen lordmayor meer, maar nog altijd de edele, hulpvaardige staatkunde; maar wel kon Rosebery verklaren, dat de zaak, waarover de deputatie kwam spreken, ook volgens de regeering zelve eene gewichtige plaats onder hare werkzaamheden moest innemen. De bondsraad van Duitschland heeft Woens dag het militaire voorstel ontvangen en dus is de kans, dat alle onzekerheid omtrent vorm inhoud en strekking van het voorstel weldra zal worden opgeheven weder een weinig grooter geworden, hoewel in den bondsraad alles nog in 't diepste geheim geschiedt. Toch vangen de publicatien weder aan: elkeen is er op belust door te gaan voor ingewijde en daarom onthult men er maar op los, als ware men niet reeds maanden en weken lang met dat onvruchtbare werkje bezig. 't Nieuwste is op 't oogenblik 57V2 mü- lioen voor 't eerste jaar en dan een gradu eele opklimming tot een millioentje ol vijf enzestig. Belangwekkender nog dan al dat raden en gissen naar den duur van het voor stel, naar de motieven enz. achten we de beschouwingen over de mogelijkheid om het voo; stel er in den tegenwoordigen vorm in den Rijksdag glad door te krijgen. Dat die mogelijkheid niet door allen voor onbetwist bare zekerheid wordt gehouden, blijkt uit het vele en velerlei geschrijf ten klaarste. Van den Balkan luiden de berichten vrij gunstighet Grieksch-Rumeensche incident in verband met de erfenis-aangelegenheden- Zappa zal wel geen vaart loopen, ondanks de drukte van de Grieksche regeering, die er zelfs de groote mogendheden wil bijhalen en dezen de zaak in al haar uitgebreidheid wil voorleggen en de agitatie van Rusland vis-tl vis den zieken man van den Bosphorus zal ook wel zakken tegenover de kalme stem ming van dezen laatste, zich manifesteerende in zijn nota van beantwoording aan den grootmac'ntigen c-aar, welker afzending we reeds kond deden. Stambouloffs visite of liever de ontvangst van den Bulgaarschen premier heet de Porte onvermijdelijk; zij burger en vaderlander, en de trouwe, vaderlijke vriend van het jonge paar. Hij kon nu zelf glim lachen over zijn droom, dat deze schoone roos de dochter van de geliefde zijner jeugd, voor hem zo* zijn ontloken, dat zulk een friscn bekoorlijk meisje als Hetty haar leven zou verkniesd hebben aan de zijde van een grijsaard zooals hij. Veel beter paste hem de rol van oom, en later die van oudoom, die hem thans aangenaam geworden was, en die hem een stiller en bestendiger geluk ver zekerde, omdat het belangeloos was. Hij liet zich daarom, toen de tijd gekomen was, ook de eer niet ontnemen, als peet te staan bij den eerstgeborene van het jonge echtpaar, en het verheugde hem zeer, dat de kleine Ralph Crispe hem altijd met een blijden glimlach ontving, als hij op Chesney- Wood verscheen. De slimme jongen weet het al, wat wij goede vrienden moeten worden, zeide sir Crispe dan met groote zelfvoldoening. Drie jaren waren sedert de vroeger vermelde treurige gebeurtenissen reeds voorbijgegaan; Hetty zat met haar kleinen, voorspoedig opgroeienden Ralph Crispe in het park, en had met een glim lachje van moederlijk geluk het knaapje op ^den schoot, terwijl een zindelijk gekleede vrouw met een donkere huidkleur aan haar voeten neerge hurkt zat, met den kleine speelde en daarbij le vendig snapte. Het was Milly Natus, die met haar man op Chesney-Wood gebleven en een trouwe, geschikte dienstbode voor Hetty geworden was, terwijl Fortune in de stallen bezigheid vond. Moeder Wells, Mary en George Squires waren, door sir Crispe en diens vrienden ruimschoots ondersteund, naar Amerika uitgeweken, William Davistown had hen bezocht op de hofstede, die zij bewoonden, en had in zijn brieven niet? dan goeds van hen te meldeu. Terwijl Hetty met het kind speelde, verhaalde Milly, dat zij op het kerkhof te Aldermanbury was geweest, om aldaar de graven te versieren. Zij had dien vroomen plicht vervuld jegens haar voormalige bondgenoote, juffrouw Lyon; zij sprak daarop ook van deri meesterknecht Scarrat, die zoo gelukkig was geweest, de zaak var. .den ouden Lyon te krijgen, en die nu met Kate zou gaan trouwen. De jonge vrouw liet de heidin babbelen, maar zij drukte haar Ralph nog teederder en inniger aan hare borst, toen zij dacht aan de ongelukkige moeder, die haar eigen zoon het middel toereikte, om vrijwillig uit het leven te scheiden, teneinde houdt vast aan het verdrag van Berlijn en wil met Rusland in vriendschap leven. Dat is kort, bondig en afdoend De laatste berichten betreffende den op stand in de provincie Santiago del Estero luiden, dat de opstandelingen de hoofdstad bezet hebben en dat zoowel de minister der provincie als de gouverneur gevangen zijn genomen. De gouverneur verzocht de tus- schenkomst van de nationale regeering te Buenos-Ayres en de provinciale garde wa pent zich tegen de opstandelingen. Ook in Belgie is een rijwielbelasting in aantocht, evenals in Frankrijk. Bij den pro vincialen raad van Brabant is een ontwerp van zulk een belasting in overweging. De begrotingscommissie verklaarde zich met 8 tegen 2 stemmen voor de invoering. De op brengst der belasting zal besteed worden tot verbetering der provinciale wegen, die dan tevens beter geschikt worden voor het wiel- rijden. In de jongste, te Brussel gehouden verga dering der Opper-Congo-Maatschappij moet de vrijhandel-quaestie in den breede zijn behandeld. Het beheer van den raad van administratie werd goedgekeurd en verzet aangeteekend tegen zekere beschuldigingen, tegen de Maatschappij ingebracht. Volgens het Journal de Bruxelles is het kapitaal er voor gevonden en is het nu zeker, dat er eene tentoonstelling zal worden ge houden, tegelijk te Brussel en te Antwerpen, verbonden door een electrisch spoor. Méline, de leider der protectionistische partij, zal zich, naar het gerucht wil, bij de aanstaande presidentsverkiezing, als candidaat voor dien zetel beschikbaar stellen. Quesnay de Beaurcpaire, procureur- generaal van het hof van appel te Parijs, zal weldra een beslissing nemen in de Panama kanaal quaestie. Hij is van oordeel, dat er onderscheid bestaat tusschen zekere onlangs plaats gehad hebbende gebeurtenissen en enkele andere, die van ouderen datum zijn en als verjaard beschouwd worden. Wat de jongste gebeurtenissen betreft, zal de conclusie van den procureur-generaal het volle licht werpen op de moeielijkheid van een nadere aanduiding der feiten uit een juridisch oog punt. De gemeenteraad van Parijs heeft tien duizend fr. voor de werkstakers te Carmaux toegestaan en de wenschelijkheid uitgesproken, dat alle mijn concessies voortaan aan den staat gedaan zullen worden. Basly, de afgevaardigde uit het depar tement Pas-de-Calais, is in audiëntie door den minister van justitie ontvangen. Nog een derde gedeelte van de mijnwerkers, die onlangs veroordeeld werden in verband met de te Lens plaats gehad hebbende onlusten, is niet begenadigd ter gelegenheid van de reis van den president der republiek naar Rijssel. Ricard, aan wien Basly gratie voor de mijn werkers verzocht, beloofde de zaak der ver oordeelden nogmaals aan een nauwgezet onderzoek te zullen onderwerpen. -- De afgevaardigde Proust deelde in de couloirs mede, dat hij een wetsvoorstel in gereedheid heeft gebracht, waarbij aan de gemeenteraden machtiging wordt verleend om den leden van den raad presentiegeld toe te staan. Dit voorstel staat in verband met hetgeen te Carmaux geschied is. De mijnwerkers te Carmaux volharden bij de werkstaking; zonder het recht van arbitrage te erkennen noch den scheidsrechter aan te nemen, wachten zij af welke voorstellen van de maatschappij daaruit voortvloeien. De regeerings afgevaardigden op het ka tholieken congres te SevilU, hebben zich niet onder de handen van beul en aan de galg zijn laatsten adem uit te blazen, Wel moest zij de zielskracht van deze vrouw bewonderen, maar tevens huiverde zij er toch voor terug en met ten hemel geslagen oogen 'bad zij in stilte: Goc beware iedere moeder voor zulk een lot! Daarop dwaalden de gedachten van de jongt mevrouw Wintlebury verder, naar al de personen, die in dat verschrikkelijk drama eene rol hadden gespeeld, in het bijzonder naar Elisabeth Canning, dat schoonewonderlijke wezen, dat zich thans levend dood in het krankzinnigengesticht bevond, ongeneeslijk, en zooals men zeide, door de meest verschillende voorstellingen van haar verwarden geest gefolterd en rondgedreven. Nu eens meende zij eene aanzienlijke dame te zijn, en de geringste lompen, waarmee zij zich opschikte, waren voor haar diadeem en hermelijn; dan weder was zij reeds in de hel, en moeder Wells kwam vol woede i met gloeiende ijzers op haar al", om haar het vleesch van het aangezicht te branden. Alsdan kroop zij angstig in een hoek, en bedekte het verwrongen gelaat met de handen, terwijl zij zulke wanhopige jammerkreten uitstiet, dat de oppas- sters kwamen toeschieten. Wel was de ongelukkige te beklagen, maar toch moest Hetty bekennen dat Elisabeth tot die zelfzuchtige karakters be-4 hoorde, die zichzelven gaarne als het middelpund der wereld beschouwen, en juist in deze zelfzucht te gronde te gaan, omdat geest en hart niet ge noeg gevormd zijn om zich voor het wel en wee van anderen te openen. Uit haar gepeins werd Iletty plotseling gewekt door de vroolijke stem van haar echtgenoot. Op, op, Hetty! Het is thans geen tijd om te droo- men, wij zijn zonder dak en moeten een ander onderkomen zoeken. Verwonderd zag zij op. Wat is er Robert? De eigenaar van Chesney Wood, sir William is daar, en heeft al terstond de nieuwe meesteres meegebrachtga ons bundeltje pakkenl riep hij in overmaat van vreugde. Hetty sprong op en gaf het kind aan de op passter over, tegelijk voelde zij zich reeds door twee krachtige armen omvat. Voor haar stond William, maar niet de droo-, merige, verwarde jongeling, die zijne zuster zoo veel zorg en leed had gebaard, maar een door de zon gebruind man, wien gezondheid en levenslust1 uit de oogen blonken, wien men bet kon aanzien dat hij zijne leerjaren goed had besteed, en thans de kunst verstond met vaste hand het huisbestier te voeren; naast hem stond Mary, met een blos van geluk op het uelaat. Niet de oude bakermat zijner vaderen, thans zijn erfdeel en eigendom, niet zijne beminde zuster had Williams eerste bezoek bij zijne terugkomst in het vaderland gegolden, tot Mary had zijn hart hem getrokken naar had hij het eerst bericht moeten geven van zijne reis; uit haar geliefden mond had hij het eerst willen hooren, dat hij teruggekomen was als een verandard mensch. Dat had zij hem gezegd, met da belofte, nu voortaan zijn trouwe gezellin te zullen zijn door het geheele leven; zij wist immers reeds uit zijne wele brieven, die haar over den langen tijd der jseheiding hadden heengeholpen, dat William een geheel ander mensch was geworden. Uitiederen Iregel sprak thans een karakter, dat wist wat het wilde, en dat rustig op zijn doel afging; maar al 'zijn brieven ademden tevens een geest van op- Irechte. onveranderlijke liefde, die haar een waar borg was, dat zijne gevoelens voor haar nooit meer aan het wankelen konden gebracht worden Eenige weken later deed sir William met lady Mary Davistown zijne intrede op Chesney-Wood, dat onder de bekwame, degelijke leiding van Robert weer eene zeer bloeiende bezitting was geworden. Hettyde bijzondere lieveling van squire Wintlebury, bracht nu met haar kind licht en zonneschijn in de oude abdy; in 't schoone froote huis was ruimte genoeg voor de ontwik- eling van een nieuw geslacht, gelijk Robert op de bezittingen, die eens de zijne zouden worden, een uitgestrekt veld vond voor zijn werkzamen geest. Op Chesney-Wood, evenals in de abdy, viel een straal van bestendig geluk, waarin zich de squire en mevrouw Wintlebury zoowel als sir ,Crispe Gascoyne tot in den lioogen ouderdom mochten verheugen. Dikwijls, wanneer de beide gezinnen in een vertrouwelijken kring bij elkan der zaten, viel het gesprek nog eens op vervlogen tijden; niet zelden koos men tot gemeenschappe lijke lectuur de werken van Fielding, den hoog begaafden schrijver, wien het proces Canning het hart had gebroken hij was weinige maanden na den voor hem zoo teleurstellendee afloop daar van, gestorven. Slot volgt.

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1892 | | pagina 1