Frankrijk.
Spanje.
Engeland.
Duitschland.
Zwitserland.
Italië.
Rusland.
Amerika.
UITVOERINGEN.
BINNENLAND.
De nasporingen van de justitie naar de
schuldigen in den juweelendiefstal ten paleize
van den graaf van Vlaanderen, schijnen succes
te hebben daar bij de arrestatie van den
anarchist Schouppe gebleken isdat deze
aan den diefstal niet vreemd is.
Van het gevaar der lange spelden waar
mee tegenwoordig de dameshoeden worden
vastgestoken, heeft men onlangs te St. Josse
ten Noode een treurig voorbeeld gezien. Een
meisje, dat daar met hare ouders wandelde
werd door een voorbijganger met confetti
geworpen; zij keek om en bij die plotselinge
beweging drong de punt van haar hoedespeld
in het oog van hare moeder. Het oog werd
daardoor zoo ernstig gewond, dat het voorgoed
verloren is.
Jules Ferry, die zoo plotseling overleed,
werd den 5en April 1832 geboren te Saint
Dié. Hij genoot zijn eerste opleiding aan het
lyceum te Straatsburg en studeerde in de
rechten te Parijs, waar hij in 1856 als ad
vocaat werd ingeschreven.
Na het overlijden vau zijn vader in het
bezit van een niet onaanzienlijk fortuin, gaf
hij de rechtsgeleerde praktijk op, om zich
geheel aan politiek te wijden.
Zoodra keizer Napoleon de pers wat meer
vrijheid verleende, was hii als journalist werk
zaam aan bladen der oppositie, eerst aan la
Presse, later aan le Courrier de Paris; maar
vooral opgang maakten zijn artikelen in le
Temps (comptes fantastiques d'Haussmann),
waarin hij den toenmaligen prefect der Seine
bestreed.
In 1863 gaf hij zijn Manuel electoral en
la Lutte électorale uit, waarin hij de verkie-
zingspolitiek der regeering bestreed.
Tot volksvertegenwoordiger gekozen in 1869
zette hij in de kamer den strijd tegen Hauss
mann en tegen de officieele candidaturen
voort, en weldra was hij een van de voor
naamste mannen der oppositie.
Toen het keizerrijk gevallen was, werd
Ferry lid van de regeering der „nationale
verdediging" en kort daarna maire van Pa
rijs. Bij het oproer van 18 Maart 1871 ont
snapte hij ternauwernood aan de volkswoede.
Van 1872 tot 1873 was Ferry Fransch ge
zant te Athene, maar na het aftreden van
Thiers nam hij zijn ontslag en keerde terug
naar het vaderland, waar hij spoedig weder
lid van de kamer werd.
In 1879 werd hij minister van onderwijs
in het kabinet Waddington en in de zes
daaropvolgende jaren was hij tweemaal aan
het hootd van een ministerie (1880 81 en
1883) en driemaal lid van een door anderen
gevormd kabinet.
Na zijn val als minister en afgevaardigde
voor de Vogeezen zijn scheldnaam was
toen „de Tonkinees" werd hij door dat
zelfde departement tot lid van den senaat
gekozen. Zonder succès trad hij nog op po
litiek terrein op als eandidaat voor het pre
sidentschap der republiek, na het aftreden
van Grevy in April 1889 en werd sedert
vrijwel vergeten, tot eerst onlangs de senaat
hem met glans rehabiliteerde door hem tot
voorzitter te kiezen, welk ambt hij op 27
Februari j 1. toen met eene waardige toe
spraak aanvaardde.
De tijdingen uit Dahomey maken van
geen verandering sedert het vorige telegram
melding. Generaal Dodds wacht het droge
jaargetijde in October af, om Behanzin te
onderwerpen, die bij zijne vlucht slechts door
„Mijnheer Berkow schijnt op alles voorbereid/'
merkte de directeur aan. „Hij heeft mevrouw in
allerijl in veiligheid gebracht; en daaruit kan men
opmaken wat hij van zijn eigen werkvolk ducht."
„Met ons werkvolk zou 't zoo'n vaart niet
loopen hernam zijn collega. „Met hen zouden
we de zaak wel klaarspelen, als die belhamel er
maar niet was. Zoolang hij echter het bevel voert,
is er aan rust noch vrede te denken. Konden we
Hartman maar eens een week van hier verwijde
ren ik stond u borg voor den uitslag!"
„Ik heb al eens gedacht de directeur zag
behoedzaam achterom en liet toen zijn stem dalen,
„ik heb al eens gedacht, of wij niet ons voordeel
zouden kunnen doen met de achterdocht, die ieder,
en zeker niet ten onrechte, hier tegen hem voedt?
Wat dunkt 'i daarvan?"
„Dat zou niet gaan. Achterdocht hebben we
genoeg, maar waar haalt gij de bewijzen vandaan?
Aan de machine en touwen heeft men niets
kunnen ontdekken, dan dat ze gebroken zijn; de
heeren van het gerecht hebben dit nauwkeurig
genoeg onderzocht. Hoe het kwam, en wat daar
beneden in de diepte is voorgevallen, kan alleen
Hartman weten, en deze staat zijnen man, ook
wat het ontkennen betreft. Men zou hem onver
richter zake weer in vrijheid moeten stellen."
„Maar een crimineel onderzoek zou hem voor-
loopig onschadelijk maken. Als hem eenige woken
gevangenisstraf werd opgelegd
De hoofdingenieur fronste het voorhoofd. „Zoudt
gij de woede van het werkvolk durven trot-
seeren, als men hun leider aantastte Ze trotseeren
het huis, zeg ik u, als zij die manoeuvre door
zien, en dat doen ze stellig.'
„Dat zou nog de vraag zijn. Hij ondervindt
niet meer de oude hartelijkheid."
„Maar hij heeft er nog wel de oude vrees onder.
Hiermede regeert hij hen despotischer dan ooit
en dan ge kent onze mijnwerkers niet, als ge
denkt, dat zij hun kameraad, hun aanvoerder,
alleen op een losse verdenking in den steek
zouden laten. Ze mogen hem wellicht vreezen,
langzamerhand zelfs wat van hem vervreemden
op het oogenblik, dat wij de hand aan hem
slaan, scharen allen zich om hem heen en nemen
hem in bescherming. Neen, neen, dat gaat niet.
Juist datgene, wat wij ten koste van eiken prijs
vermijden moeten, een bloedige botsing, zou dan
onvermijdelijk zijn, en bovendien ben ik over
tuigd. dat mijnheer Berkow de hand niet tot zoo
1500 man en eene batterij geschut gevolgd
werd.
De zwartgallige berichten der dagbladen
over den gezondheidstoestand in Dahomey
berusten op dwaling. Het is onjuist, dat er
tusschen de regeering en generaal Dodds
verschil van meening zou zijn gerezen over
de maatregelen te nemen tegen de gewa
pende handelslieden.
In het noorden van Frankrijk hebben
Zaterdag ongeregeldheden plaats gehad, daar
een paar studenten van de katholieke hooge-
school van Rijsel een valsch geldstuk in be
taling gegeven hadden. De Progrès du Nord
deed het voorkomen, of ze dat opzettelijk
gedaan hadden. Twee honderd vijftig stu
denten hebben toen het bureau van het be
doelde blad bestormd, den boel stuk gesla
gen en een der redacteurs verwond. Een
veertigtal arrestatien hebben plaats gehad.
Te Roubaix zijn de socialisten in een
niet openbare vergadering binnengedrongen
van de katholieke Unie, waar de afgevaar
digde Tellier de Pontheville zou spreken
over den socialen vrede. Een vreeselijk tu
mult is ontstaan en eerst, nadat de politie
hulp verleende en verscheiden indringers ge
vangen nam, was de strijd geëindigd.
PARIJS, 21 Maart. Er is uitspraak gedaan
in het Panama-proces. Ten aanzien van De
Lesseps, Blondin en Baïhaut is het „schul
dig" uitgesproken; voor de andere beschul
digden: Fontane, Sans-Leroy, Béral, Dugué
de la Fauconnerie, Gobron en Antonin Proust
is vrijspraak gevolgd.
MADRID, 20 Maart In den afgeloopen
nacht heeft een hevige brand gewoed te St.
Sebastiaan, waardoor drie huizen in een der
nieuwe wijken van de stad in de asch ge
legd werden 8 personen kwamen in de
vlammen om. Het aantal slachtoffers moet
grooter zijn. De brand ontstond in een li
keurstokerij
De Times verneemt uit Konstantinopel, dat
de Porte eene circulaire heeft gericht tot de
buitenlandsche agenten tegensprekend het
gemelde omtrent anti Armenische onlusten te
Cesarea. Desondanks besloot de secretaris
der Amerikaansche legatie tot eene enquete-
reis daarheen. Men gelooft dat de tijdingen
overdreven zijn.
De Times verneemt uit Kairo dat Riaz
Pasha aan de grootste Arabische courant
eene waarschuwing zond op v erzoek van den
Britschen agent, wiens regeering zij voortdu
rend bestookt. Een Londensch syndicaat
tracht in Egypte katoenweverijen op te rich
ten, alsook China-gras aan te planten, waar
voor klimaat en bodem der Delta geschikt
zijn. Het syndicaat beweert de hoofdhinder
paal bij de vezelbereiding, namelijk het weg
nemen der gom, overwonnen te hebben.
De Times verneemt uit Calcutta dat het
dienstjaar '91-92 sloot met468/4lakhs overschot.
Zonder de groote spoorwegontvangsten en de
opiumrevenuen zou het dienstjaar een be
langrijk tekort hebben aangewezen.
De Times verneemt uit Kaapstad dat er
wrijving bestaat over het onderzoek naar de
verkiezing van den Transvaalschen staats
president. Joubert's partijmannen verklaren
hunne rechten en belangen te zullen hand
haven.
Te Sandgate worden nog steeds tee
kenen van geringe grondverschuiving waar
iets zou willen leenen."
„Heeft hij nog geen verdenking op Hartman?"
„Neen. Niemand waagt het natuurlijk, in zijn
bijzijn hierop te doelen, en ik geloof, 't is beter
dat we hem ook verder in dit opzicht sparen.
Hij heeft al genoeg te dragen."
„Ja, meer dan genoeg, en de jobsboden der
laatste weken, zoowel als Scheffer's brieven uit
de residentie, schijnen ook niet zonder gevolg te
zullen blijven. Ik geloof, dat hij er ernstig aan
denkt om toe te geven.'
„'t Mocht wat!' riep de hoofdingenieur uit
„daarvoor is het nu te laat. Eer hij de lieden
geantwoord had, bleef hem ten minte nog de keus
over, of hij zijn geld wilde wagen, dan wel onder
de plak van Hartman wilde zittenmaar na de
manier, waarop hij hem toen te woord stond
kan hiervan geen sprake meer zijn. 't Is voor goed
met alle autoriteit gedaan, als hij niet op zijn
stuk blijft staan. Hij moet voorwaarts, en voor
waarts te moeten is altijd een voordeel in eiken
strijd."
„Maar als het vermogen er bij op het spel staat!"
„Maar als de eer er bij op het spel staat
De beide heeren geraakten weer in een dier
heftige en vruchtelooze debatten, waarvan ge
woonlijk het resultaat was, dat ieder bij zijn
eigen gevoelen bleef; en dit was ook thans het
geval, toen zij kort daarop scheidden.
„'t Is wat liefs, die vreesachtigheid!" mokte de
hoofdingenieur zijn collega achterna, terwijl hij
zijn huis binnentrad. „Altijd maar voorzichtig,
altijd maar zorgen om met alle partijen op een
goeden voet te blijven, daar men niet weten kan
wie het roer eens in handen krijgt! Ik wenschte,
dat al die lafaards hoe, Wilberg, wat voert
gij daar met mijn doGhter uit?"
De beide jonge lieden, tot wie deze woorden
gericht waren, stoven verschrikt uiteen, alsoi zij
op een misdaad betrapt waren, hoewel het in
werkelijkheid slechts een zeer onschuldige hand
kus was, dien Wilberg zich veroorloold had;
maar hij deed dit op zulk een zielroerende wijs
en Melanie zag er zoo aangedaan uit, dat haar
vader, door zijn gesprek met den directeur boven
dien geërgerd en in een knorrige stemming, hier
als een donderslag tusschenbeicle kwam.
„Ik vraag u wel excuus," stamelde de jonge
beambte, terwijl Melanie, in het bewustzijn dat
een h ndkus onder alle omstandigheden veroor
loofd was, tamelijk vrijmoedig tot huar vader
genomen; maar men hoopt door het vullen
van de ontstane spleten en kloven, waaraan
nu druk gewerkt wordt, verdere ernstige aard
stortingen te voorkomen.
Inmiddels beijvert men zich op verschil
lende manieren de noodlijdenden door de
ramp te hulp te komen.
In den rijksdag bij de derde lezing der
oorlogsbegrootingbestreed Liebknecht het
militarisme. Ahlwardt verklaarde zich voor
het legerontwerpdoch tegen de belasting
op het gedistilleerd. Hij handhaafde zijne
bewering omtrent de geweerloopen, en werd
tot de orde geroepen omdat hij den heer
Löwe van mein »ed betichtte. Caprivi ver
klaarde dat slechts ontzag voor den rijksdag
hem weerhield van te zeggen wat hij anders
lot Ahlwardt zou gezegd hebben. De geweren
van Löwe zijn volkomen goed. Ahlwardt kan
praten zoo veel hij wil hij zal nimmer het
aanzien van het legerbestuur en van de justitie
kunnen aan het wankelen brengen.
De commissie voor de nijverheidsten
toonstelling, welke in 1896 te Berlijn zal ge
houden worden, is thans geconstitueerd. Het
waarborgfonds ten bedrage van 1 raillioen
mark is reeds volteekend. Er zijn ongeveer
3ü00 inzenders ingeschreven.
Bismarck's verjaardag zal den 4 April
te Darmstadt feestelijk worden gevierd. De
directeur der bank te Mannheim, Ekkhardt
de leider der nationaal-liberalen uit Baden
zal de feestrede houden.
Het bondsgerecht te Bern heeft aan Duitsch
land de uitlevering geweigerd van den te
Zürich verblijf houdenden Duitschen sociaal
democraat Kosteromdat deze alleen een
staatkundig misdadiger is. Zooals men weet
wordt hij vervolgd wegens meineed en ma
jesteitsschennis.
In hofkringen is men van meening. dat
alle regeerende Europeesche huizen bij de
huwelijksfeesten van den koning van Italië
zullen vertegenwoordigd zijn.
De minister van onderwijs heeft last gege
ven de uitgraving en de blootlegging ran het
paleis der caezars op den Palatijnschen heuvel
te bespoedigen, opdat het Duitsche keizerpaar
in staat zou zijn het eerst de zalen van keizer
Augustus te betreden.
Te Rome is een bom gesprongen in
het paleis, bewoond door den ambassadeur
der Vereenigde Staten. De schade is aan
zienlijk.
Men vond op de trap van de sociëteit van
de adellijke lijfwacht des Pausen een bom,
waarvan de ontploffing nog in tijds verhin
derd is.
Men schrijft uit Rome aan de Daily
Chronicle, dat de Fransche anarchist, Barnard,
die onlangs gearresteerd isde man is die
al de aanslagen te Rome van deze laatste
weken gesmeed heeft.
In de kamer heeft Giolitti, na de stukken
betreffende de emissie-banken te hebben over
gelegd, de kamer verzocht 5 harer leden aan
te wijzen voor eene commissie welke de lijst
der noodlijdende waarden zou hebben na le
gaan. Hij voegde er bij dat de regeering
geen enkel document bezit, waarop de namen
opzag.
„Mag ik weten, wat dit te beteekenen heeft
riep de hoofdingenieur verstoord. „Wat hebt ge
hier in de gang te doen? Waarom gaat ge niet
binnen, zooals het behoort
't Was echter moeilijk, de verlangde verklaring
in weinige woorden te geven, hoewel de jonge
lieden onschuldig genoeg aan deze samen
komst waren. Wilberg had zich naar de woning
van zijn chef begeven met een boodschap van
den heer Berkow in het hoofd en diepen wee
moed in het hart. Deze laatste had natuurlijk
zijn oorsprong in het vertrek der jonge mevrouw,
welk plan hij reeds den vorigen avond vernomen
had. Dien morgen had hij zich echter verslapen.
De jonge beambte was geen vriend van vroeg
opstaan en had nooit de lichtzinnigheid begaan,
zich aan de koude, mistige ochtendlucht bloot
te stellen, waarin men zich een rheumatische
ziekte op den hals kon halen. Hij was het niet
geweest, die bij het aanbreken van den dag
onder de dennen had gestaan, daar, waar het
bosch den straatweg begrensde, geduldig wach
tend, mist en koude trotseerend, terwille van die
ééne minuut, waarop het rijtuig voorbijkwam,
ter wille van dien éénen blik, die daar binnen
een gelaat zocht, dat hij niet vond, omdat het
met gesloten oogen diep in de kussens lag ge
doken. Toen die ander, huiswaarts keerend, zijn
venster voorbijging en het huis van den opziener
binnentrad, lag Wilberg nog in diepe rust, wat
hem echter niet verhinderde, zich bij zijn ontwaken
grenzeloos ongelukkig te voelen en er zoo be
drukt uit te zien, dat iuffrouw Melanie, die hem
toevallig bij de voordeur ontmoette, niet kon
nalaten vol belangstelling te vragen wat hem
eigenlijk scheelde.
De jonge dichter verkeerde juist in eene stem
ming, om het leed, dat hem drukte, in een mee
warige ziel over te stortenhij zuchtte dus ver
scheidene malen, liet zich eenige aandoenlijke
gezegden ontvallen en eindigde natuurlijk met
zijn geheele hart te ontlasten, om even natuurlijk
een onbegrensd roedelijden hiervoor in ruiling le
ontvangen. Was de jonge dame vroeger nieuwsgie-
rig geweest, nu was zij werkelijk met geval begaan.
Zij vond het vreeselijk romantischdie arme
Wilberg was te beklagen, meende zij, en zoo
liet zij het dan ook zonder eenige beschroomdheid
toe, dat hij bij het eind van al deze mededee-
lingen en vertroostingen hare hand greep, om er
ran 73 leden der kamer zouden voorkomen,
gelijk men beweerd heeft. Giolitti kan niet
medegaan met het voorstel om eene parlemen
taire enquête in te stellen. De beraadslaging
is uitgesteld tot morgen.
In de stad Orechow (de Krim) is groote
schade aangericht door eene overstrooraing.
Door plotseling smelten van de sneeuw op
de bergen kwamen geweldige waterstroomen
neer op de stadin de diepte. De laagst-
gelegen straten waren in een oogwenk onder-
geloopen. Vele huizen stortten in of werden
met grondslagen en al weggerukt door den
geweldigen stroom. Er kwamen gelukkig geen
menschen om het leven.
NEW-YORK, 19 Maart. Volgens een te
legram, dat de Herald uit Valparaiso (Chili)
ontving, zijn in Brazilië de regeeringstroeoen,
onder bevel van generaal Tellos, bij Ypacaray
verslagen door het leger der federalisten
onder generaal Tavarez. Tavarez zond da
delijk eene afdeeling zijner troepen de vluch
tenden achterna, en eene andere in de richting
van Santa Anna (op de grens van Uruguay),
dat bezet wordt door eene sterke macht onder
generaal Hipolito.
20 Maart. Naar luid van een tweede
telegram,dat de Herald uit Valparaiso ontvangt,
zond de nationale regeering van Brazilië
versterkingen onder generaal Portugal naar
het oord van den strijd. Zaterdag tastte
generaal Portugal bij Santa Anna do Livra-
mento de opstandelingen aan en sloeg hen.
Dezen namen op Uruguayaansch grondgebied
de wijk. Hier werden velen door troepen
van Uruguaya ontwapend.
Volgens een gerucht zou er tusschen Tana-
rez en andere federelistische aanvoerders een
gevecht zijn ontstaan. Ook spreekt men van
een treffen tusschen de troepen van Brazilië
en Uruguay. Eene afdeeling van het regee-
ringsleger overschreedde opstandelingen
vervolgendede grens van Uruguay. Hier
beval men hun terug te keeren. Toen gaven
de Brazilianen vuurde Uruguayanen vuur
terugde Brazilianen werden ten slotte over
de grens gedreven. Uruguay zal aan Brazilië
genoegdoening vragen.
NEW-YORK, 21 Maart. Heden nacht heeft
er eene vreeselijke ontploffing plaats gehad
in eene meelfabriek te Lichfield in Illinois,
Door ontvlamming van het meelstof werden
40 naburige huizen vernield; twee elevators,
bevattende 200,000 bushels graan en twaalf
spoorwegwagens zijn verbrand. Overal in den
omtrek zijn de glasruiten gebroken. Tal van
personen zijn door het instorten der huizen
ernstig gekwetst, doch alleen de fabrikant
zelf is dood. De schade wordt op 1.150.000
d. geraamd.
^SSSmmmmmfa—■MBBBB—9
PAARDENMARKT te Waalwijk op
Donderdag 23 Maart.
CAPELLE.
Woensdag 22 Maart, 's avonds 71/, uur,
door de rederijkerskamer „Vriendentrouw"
in de zaal van den heer Van Dongen.
WAALWIJK, 22 Maart 1893.
In ons verslag van het verhandelde in de
laatste raadsvergadering, maakten wij o. a»
een kus van dankbaarheid op te drukken; hierbij
was immers niet het minste gevaar, daar een andere
al zijne ziel en zinnen innam.
Te midden van dit roerend tooneel trad de
hoofdingenieur nu op met al ziin prozaïsche,
vaderlijke autoriteit en verlangde te weten,
waarom die uitstortingen des harten hier bene
den in den gang en niet boven in de gezelschaps
kamer geschiedden waar mama's bijzijn, zoo
als van zelf sprak, een stokje daarvoor zou ge
stoken hebben- In het gevoel dat hij grootelyks
verongelijkt werd, raapte Wilberg al zijn moed
bijeen.
„Ik kom hier met een boodschap van mijnheer
Berkow," verklaarde hij.
„ZooDat is iets anders. Ga naar boven, Me
lanie Ge hoort immers, dat wij zaken te ver
handelen hebben."
Melanie gehoorzaamde, terwijl haar vader onder
aan de trap bleef staan, zonder den jongen beambte
zooals anders, uit te noodigen hem naar boven
te volgen, zoodat deze verplicht wa9, zich hier
van zijn last te kwijten,
„'t Is goed," zeide de hoofdingenieur bedaard.
„De gevraagde teekeningen staan mijnheer Ber
kow ten dienste; ik zal ze hem zelf brengen.
En nu een enkel woord tot u, Wilberg! Ik heb
u, ondanks een zekere antipathie, die, naar ik
meen, weerkeerig tusschen ons bestaat, altijd
recht doen weervaren." Wilberg boog. „Ik be
schouw u zelf9 als een uiterst geschikt beambte."
Wilberg boog opnieuw. „Maar ook als iemand,
die op één punt krankzinnig is."
De jonge man, die op het punt stond, een
derde buiging te maken, richtte zich op en zag
met starende oogen zijn superieur aan, die met
onverstoorbare gemoedskalmte voortging:
„Ik bedoel uwe manie, om verzen te maken.
Dat gaat mij niet aan, meent ge wellicht. Ik
hoop het. Achtereenvolgens hebt gij Hartman,
mevrouw Berkow en mijnheer Berkow bezongen.
Dat staat u vrij, als gij er plezier in hebt, maar
neem het niet in de gedachte, mijne Melanie te
bezingen daarvan verzoek ik verschoond te
blijven. Ik verkies niet, dat het kind dergelijke
onzin in het hoofd gebracht wordt. Als gij vol
strekt een nieuw voorwerp voor uw dichterlijke
ontboezemingen noodig hebt, neem dan mij of
den directeur; wij zijn tot uw dienst."
(Wordt vervolgd.)