BUITENLAND.
Belgie.
Frankrijk
Spanje.
Duitschland.
Italië.
Rijkspostspaarbank.
BINNENLAND.
De voornaamste liberale provincie-bladen
houden vast aan het beginsel van het meer
voudige stemrecht, zonder zich daarover be
slist uit te laten. De gouvemementeele bladen
leggen insgelijks ingenomenheid er mee aan
den dag. Volgens de verklaringen van af
gevaardigden en senatoren van alle kleuren,
zal er een vergelijk kunnen worden getroffen
op den volgenden grondslag: Algemeen stem
recht op den leeftijd van 2B, met tweejarig
verblijfeen supplementair stemrecht voor
den eigendom en de capaciteiten. Men
verwerpt algemeen het dubbele stemrecht der
huisvaders, als strekkende om htt despotisme
van het aantal veeleer nog te verergeren dan
te temperen. Het debat in de kamer zal
worden voortgezet.
Het te Gent te houden weikliedencon-
gres heeft besloten dat de Belgische werk
liedenpartij vertegenwoordigd zal zijn op het
congres te Zürich; voorts heeft het congres
eene motie aangenomen, waarin voor de vrouw
het kiesrecht wordt verlangd. Het congres
is gesloten.
De president der republiek heeft den heer
Méline op het Elysée ontboden en hem de
samenstelling van een nieuw kabinet opge
dragen.
Tengevolge echter van Paincarre s weigering
om de poitefeuille van financien te aanvaar-
den, heeft Méline zich naar Carnot begeven
en de opdracht tot het vormen van een kabinet
van de hand gewezen. Daarna heeft de lieer
Dupuy de opdracht tot het vormen van een
nieuw kabinet aangenomen.
Het kabinet is thans difinitief samen
gesteld. Voorzitter van den ministerraad zal
zijn Dupuy, tevens minister vau binnenland-
sche zaken, Peytral van financien. Guérin van
justitiePoincaré van onderwijs, Loissillon
van oorlog, Rieunier van marine, Viette van
openbare werken, Terries van koophandel
en Viger van landbouw.
Er is een officieel onderzoek ingesteld
naar hetgeen aan de familie van Otto Brandes
bij het vertrek uit Frankrijk te Asnières we
dervaren is, en daaruit moet gebleken zijn
dat het verhaal, hetwelk er van is gegeven,
wel wat aan nauwkeurigheid te wenschen
overliet.
De Temps heeft aan zijnen Berlijnschen
correspondent verzocht Otto Brandes zelf te
dier zake te ondervragen, en in het telegram,
dat de Temps nu van zijn correspondent
ontvangt, wordt gezegd dat Brandes het ver
haal van het Tageblatt niet bevestigt. Hij
erkent dat de houding van den commissaris
van politie correct was; maar hij verwijt hem
dat hij geen voorzorgen heeft genomen, daar
hij voorzien kon dat er wat gebeuren zou
aangezien hij wist dat er te Asnières onrust
stokend volkje huisde.
Een troep, die in een wijnhuis bijeen was,
wierp met steenen naar de familie van Brandes,
waardoor eenige der kinderen gewond werden,
hoewel niet ernstig De commissaris van po
litie geraakte hierdoor van zijn stuk en riep
herhaalde malen: „Dat is eene laagheid!"
maar hij arresteerde niemand.
Otto Brandes keurde het in het Tageblatt
af, dat het omtrent den zoon van den heer
Carnot weergegeven heeft, wat het te zijnen
aanzien vermeld heeft gevonden; maar daar
hij, Brandes, het bewijs heeft geleverd, dat
hij er niet de schrijver van was, had de
maatregel omtrent zijne uitzetting ingetrokken
moeten worden. Van zijne goede gezindheid
broeder verbergenmaar Koenraad hield haar
vast. Hij had dezelfde fraaie en donkere oogen
als zijne zuster, hoewel de zijnen meer overmoed
en levenslust uitdrukten op dit oogenblik echter
stonden ze hoogst ernstig, terwijl hij zich tot haar
overboog, zeggende
„Gij moet nem eens bitter gegriefd hebben
Eugenie, en dit wel op een wij3, die hij nog
altijd niet verkroppen kwn. Ik had je zoo gaarne
een enkelen regel, een enkel afscheidswoord van
hem meegebracht, maar ik kon het niet gedaan
krijgen. Hij wilde mij nooit te woord staan, zoo
dikwijls ik je naam noemde, maar werd dan
altijd doodsbleek en keerde zich om en bracht
het gesprek met geweld op een ander onderwerp
om er toch niet meer van te hooren, juist zoo
als gij, wanneer ik met u over hem begin. Mijn
God, hebt ge dan zoo'n afkeer van elkaar?"
Eugenie ontrukte zich hartstochtelijk aan zijn
arm. »Laat mij, Koenraad, om Gods wil, laat mijl
Ik kan 't niet langer uithouden."
Een zegevierende uitdrukking vertoonde zich
op het gelaat van den jongen officier en zijne
stem klonk bijna als een jubelkreet, toen hij
haastig zijde
-Nu, ik wil niet in je geheimen dringen. Ik
moet nu gaan. Papa wordt anders ongeduldig;
hij is van daag bovendien niet in een extra
goede luim. Ik zal je dus alleen laten, Eugenie.
Gij moet immers ook die scheidingsacte onder
teekenen. Als wij terugkomen, zal het wel klaar
zijn, denk ik. Adieu
Hij snelde heen; inderdaad stonden de paarden
al op het voorplein te trappelen, terwijl de baron
ongeduldig naaT de bovenvensters opzag. De rit
behoorde ditmaal niet tot de aangenaamste, want
zoowel de oudste zoon als de beide jongeren
moesten de kwade luim hans vaders ontgelden.
De baron von Windeg kon het nu eens niet
dulden, dat het een of ander, wat met den naam
van Berkow in verband stond, in zijn bijzijn
geprezen werd, en daar hij natuurlijk hetzelfde
van zijne dochter onderstelde, beschouwde hij de
uitweidingen van Koenraad als een beleediging,
hen beiden aangedaan, en verweet hem nog her
haalde malen zijn rgebrek aan tact" en zijne
jegens Frankrijk heeft hij bovendien genoeg
bewijs gegeven, zoodat hij deswege meer dan
eenmaal aanvallen van Duitsche officieuse
bladen te verduren had.
Wegens het schandaal, dat in de kerk
te Saint-Denis heelt plaats gehad, wordt er
eene vervolging tegen zeven personen inge
steld, onder welke vier leden van den raad.
Ook tegen den maire is een gerechtelijk on
derzoek ingesteld.
De Figaro zegt, dat graaf De Kératry
naar de Vereenigde Staten is gegaan om in
overeenstemming met de Fransche kapitalisten
de voortzetting van het graven van het Pa
nama-kanaal te bespreken.
Andrieux schijnt met den prefect van
politie, Clément, op reis te zullen gaan, om
Arton op te sporen. Andrieux verliet Parijs
om zich naar Mtlhlhausen in den Elzas te
begeven, waar hij het Paaschfeest zou door
brengen. Ongeveer hetzelfde voorwendsel
gaf Clément opom zijn afwezigheid te
verklaren.
Van andere zijde wordt het heele verhaal
tegengesproken.
De Standard verneemt uit Madrid, dat de
Spaansche pers hoogelijk ingenomen is met
het tot stand gekomen nieuwe handelsverdrag
met Portugal. Zij noemen het eene groote
zege van de Spaansche diplomatie. Door
diT verdrag is zeker een geheele nieuwe staat
van zaken gekomen, bijaldien het tolverbond
de landen nauw aaneensluit, en de grenzen
tusschen beide schier opgeheven worden. Het
ver 1 rag regelt met name vele grensvraag
stukken, b v. de scheepvaart op internationale
rivieren, de visscherij op die rivieren, alsook
op de kusten van Portugal. Ook zullen
Spaansche schepen in de Portugeesche havens
worden toegelaten, geheel alsof het Portu
geesche schepen zijn.
De groote manoeuvres, die dit jaar in het
rijksland gehouden worden, zullen met den
meesten luister plaats hebben. Tal vanbui-
tenlandsche vorsten zijn uitgenoodigd de
meesten zullen zich echter slechts door hun
gezanten laten vertegenwoordigen. De bonds-
vorsten zullen echter grootendeels persoonlijk
verschijnen. Bij Euree, niet ver van Trier,
wordt de groote keizerparade gehouden. Ver
schillende steden zullen door allerlei feeste
lijkheden meewerken om de pogingeu van
het legerbestuur te steunen.
Welke sommen dit alles weer kosten zal
daarnaar doet men beter niet te vragen. Over
1891 had men voor de manoeuvres toegestaan
1100000 gulden; in werkelijkheid hebben ze
gekost 1750000 gulden, en wel ten gevolge
van de schadeloosstellingen, welke aan be
zitters van akkers of wijngaarden moesten
betaald worden. Alleen de korpsen, onder
het bestuur van den keizer, hebben voor een
millioen mark schade aangericht.
-- Ter gelegenheid van Bismarck's geboor
tedag waren eenige duizenden menschen
gekomen om hem geluk te wenschen. In
antwoord op eene toespraak van Wallis, rector
van het gymnasium te Rendsburg, sprak
Bismarck over de geschiedenis van Sleeswijk-
Holstein, in welk land hij steeds ten levendig
ste belang had gesteld. De prins besloot zijne
rede met een Hoog op den keizer als den
beschermer van alle stammen des Duitschen
rijks. De aanwezigen stemden jubelend daar
mede in. Onder de telegrammen van ge-
lukwensching is er een van den prins regent
van Beieren.
Verder wordt gemeld, dat Bismarck zich in
ondoordachte redeneeringen." Koenraad liet zich
dit alles aanleunen en scheen als een verstokt
zondaar niet het minste berouw te gevoelen, ter
wijl de rit hem heden bijzonder veel belang
inboezemde en hij dezen zoover mogelijk zocht
uit te strekken. Hij was in zoolang niet in de
residentie geweest en verzekerde telkens, dat hij
het weer zoo fraai en de menigte wandelaarp
zoo aangenaam vond, waardoor de vier heeren
vrij wat langer uitbleven, dan eerst hun plan
was geweest, en zij niet voor het vallen van den
avond de stad weer binnenreden.
Eugenie was onderwijl alleen gebleven. De
deur was gesloten z'ij kon en wilde thans
niemand in hare nabijheid hebben. De muren
dier zelfde kamer en de oude familieportretten,
die deze versierden, waren reeds getuigen geweest
van menigen traan, van menig bitter uur, toen
het huwelijk der jonge vrouw ter sprake was
gekomen; maar nooit van zulk een zwaren strijd
als thans, want thans gold het den kamp met
zichzelf, en die tegenstand was niet gemakkelijk
te overwinnen.
Daar, op de schrijftafel lag het papier, waarin
een vrouw de gerechtelijke scheiding van haar
man eischte; alleen de onderteeking ontbrak er
maar aan. Was deze geschied, dan was ook de
scheiding voltrokken; want de toestemming van
haar echtgenoot, zoowel als de invloed en de
betrekkingen van den baron zouden de zaak
ongetwijfeld tot een schielijk en gewenscht eind
brengen. In tegenwoordigheid van haar vader
had zij den pennetrek, die zulke gewichtige ge
volgen zou hebben, niet willen doen en toch
moest deze thans gedaan worden. Wat hielp het
of zij dit al een enkel uur uitstelde? Het kwam
immers op hetzelfde neer; vroeger of later moest
het toch geschieden. Maar juist in dit ééne uur
was Koenraad gekomen en had door zijne mede-
deeling de wond opnieuw opengereten, diceigen-
lijk nog nooit had opgehouden te bloeden.
'En toch had haar broeder haar geen woord,
niet eens een afzonderlijken groet van hem kun
nen meebrengen. //Groet den baron cn uwe zuster
van mij 1" dat was alles. Waarom had hij niet
liever gezegd//Groet mevrouw Berkow Dit
goede gezondheid herhaaldelijk aan de dui
zenden bezoekers vertoond en zich met hen
onderhouden heeft. In het artikel, dat de
Hamburger Nachrichten aan zijnen verjaardag
wijdt, wordt op drogen toon beweerd, dat
de verzoening tusschen Bismarck en den
keizer, door zoovele vaderlanders gewenscht,
nauwelijks wenschenswaard en nuttig is Want
van dat oogenblik wierd Bismarck voor al
wat gebeurt mede verantwoordelijk gesteld,
zonder dat hij, als vroeger, de macht zoude
hebben, den loop der zaken naar zijne eigene
inzichten te bepalen. Zulk een toestand ware
toch op den duur onhoudbaar. In de we
reldgeschiedenis is Bismarck's plaats toch
verzekerd. Waartoe zou hij haar aan het
einde zijns levens op het spel zetten?
De reis van den koning en de koningin
naar Florence zal zes dagen duren. Minister
Brin en andere hooggeplaatste hofbeambten
zullen het vorstelijk echtpaar vergezellen. De
kosten van de feesten welke ter eere van
keizer Wilhelm gegeven zullen worden, wor
den begroot op 500000 lire.
Alleen aan de vertrekken, welke den keizer
en de keizerin tot woning zullen dienen
wordt 250000 francs ten koste gelegd. Koning
Humbert zal bij zijn zilveren huwelijksfeest
een aanzienlijke som doen uitkeeren aan de
armen.
Den 20en April, tegen den middag, worden
keizer Wilhelm en zijn gemalin, die den 18en
uit Berlijn vertrekken, alhier verwacht.
Aan het postkantoor te Waalwijk en de
daaronder ressorteerende hulpkantoren werd
gedurende de maand Maart.
ingelegd f3411,126;
terugbetaald f 2101,35.
Het laatste, door het kantoor uitgegeven
boekje, draagt het nummer 1601,
Aan het postkantoor te Kaatsheuvel en de
daaronder ressorteerende hulpkantoren werd
gedurende de maand Maart:
ingelegd f 1162.98
terugbetaald f 3019.40.
Het laatste door dat kantoor uitgegeven
boekje draagt het nummer 983.
WAALWIJK, 5 April 1893.
Bij flinken aanvoer van hoornvee was de
handel in de Langstraat in weikoeien zeer
levendig, ook was er veel vraag naar biggen.
Prijzen als volgt: kalfkoeien f 170 a 210, dito
vaarzen f 110 a 150, weikoeien f100 a 140;
slachtvee le qual. 60 A 65 ets.. 2e qual. 55
a 60 ets., vette varkens 56 a 57 ets. (schoon)
per Kg.; biggen f 12 A 15, berekend naar
f2.50 per week.
Hooi. In dit artikel blijft de handel op
't oogenblik stil; de prijs daalt en bedraagt
f 19 a 20 per 500 Kg.
De aardappelen gaan in de Boven-Lang
straat zeer in prijs omlaag; de beste qualiteit
wordt tegen f 1.— per Hl verkocht. De jonge
groenten worden tegen tamelijk hoogen prijs
van week tot week meer ter markt gevoerd.
Bij de tweede kamer is ingekomen een
ontwerp van wet tot regeling van den dienst
bij de militie.
De persoonlijke dienstplicht is in dit ont
werp opgenomen. Vrijgesteld zijn de geeste
lijken, zendelingen, studenten in de godge
leerdheid, leerling-zendelingen en ordebroe
ders.
Het contingent bedraagt 11500 man.
had nog koeler, nog afgepaster geklonken. Eugenie
was t an de schrijftafel gaan zitte en zag den
inhoud van het beschreven blad vluchtig door.
Ook hier was alles zoo koel en zoo koud en zoo
lormeel uitgedrukt en toch besliste dit stuk over
de toekomst van twee menschen. Maar Arthur
had het immers zoo en niet anders gewenscht.
Hij was het, die het eerst over de scheiding had
gesproken, hij was het, die er zich het eerst in
had geschikt om de zaak te bespoedigen, en toen
zij bij hem was gekomen en zich bereid had
verklaard, nog bij hem te blijven, toen had hij
zich van haar afgewend en haar gezegd, dat zij
vrij kon gaan. Opnieuw steeg het bloed de jonge
vrouw naar het voorhoofd; hare hand greep de
pen. Haar vrouwelijk instinct zeide haar, hoezeer
die onderteekening hem zou treffen, al was hij
er ook op voorbereid; als vrouw had zij toch
ook nog eenig verstand van blikken, hem in
onbewaakte oogenblikken ontsnapt; maar dat hij
die zwakheid tot op het laatste oogenblik had
weten te beheerschen, dat hij den wenk niet had
willen begrijpen, waardoor zij hem een verzoe
ning mogelijk had trachten te maken, dat hij
trots met trots, hardheid met hardheid beant
woordde, daarvoor zou hij thans boeten, al moest
ook zijzelve tienvoudig hieronder lieden.
Liever twee menschen ongelukkig maken, dan
bekennen, dat men eens ongelijk heeft gehad.
Het duiveltje van den trots kwam weer in al
zijne kracht bij haar boven. Hoe dikwijls reeds
had dit, alle betere opwellingen ten spijt, het
veld behouden, zoo ook al ten koste van haar
eigen geluk en dat van anderen. Maar heden
vermengde zijne stem zich toch nog met. eene
andere. //Arthur gedraagt zich voorbeeldig onder
al het ongeluk, dat hem van alle kanten be
dreigt, maar ik vrees toch, dat hij er eindelijk
onder zal bezwijken." En als hij bezweek, dan
bezweek hij alleen, //alleen," zooals hij ook den
ganschen strijd had gestreden; geen vriend, geen
vertrouwde, niemand stond hem ter zijde,. Hoe
zeer de beambten hem ook lief hadden en ver
eerden, hoezeer zelfs alle vreemdeu hem thans
bewonderden, niemand steunde hem nu met een
liefderijk woord, niemarrls hart klopte voor hem
Te Venloo is de hand gelegd op eene
ildaar logeerende vreemde vrouw, die her
kend is als de verkoopster van verschillende
gouden en zilweren voorwerpen, afkomstig
van kerkdiefstallen, in den laatsten tijd in
de omgeving gepleegd. Het verkochte is in
beslag genomen en reeds gedeeltelijk herkend
als afkomstig uit de kerk te Steyl.
Zaterdagavond te 11 uur brak teWeesp
een zware brand uit in het manufactuur-
magazijn van mej. de wed. W. Al spoedig
werden de beide naastgelegen panden, waar
onder een kruidenierswinkel, gevuld met
brandbare artikelen, mede een prooi der
vlammen.
De vijf stadsspuiten en die der cacao
fabriek bewezen uitstekende diensten, zoodat
men te 1 uur het vuur geheel meester was.
De schade wordt op ruim 60.000 begroot.
Alles was verzekerd.
In de Griendsveen, behoorende tot de
Peel, is door 150 Friesche veenarbeiders eene
werkstaking op het touw gezet. Om op alle
gebeurlijkheden voorbereid te zijn, heeft de
burgemeester van Deurne, tot wiens gemeente
ook Griendsveen behoort, de hulp ontboden
van de brigade maréchaussée, gevestigd te
Asten, terwijl ook andere brigade gewaar
schuwd zijn, alsmede de bezetting te Venloo.
Zondag middag is onder Lippenhuizen
een felle heidebrand uitgebroken. Het vuur
begon bij het Koningsdiep (de Boorne) en
breidde zich snel over eene groote opper
vlakte uit. Verscheidene bunders zijn vernield,
waaronder heide, in eigendom toebehoorende
aan de kerkvoogdij van Lippenhuizen. Ge
lukkig was er een zwakke, niet-oostelijke
wind, daar anders de in dezen tijd zeer
droge dennenbosschen groot gevaar zouden
geloopen hebben. Tegen half zeven was men
het vuur meester. Men vermoedt, dat door
onvoorzichtigheid van spelende knapen de
brand is veroorzaakt.
Maandag namiddag had er met de tram
die van Hillegom te 2.35 uren te Leiden
moest aankomen, een vreeselijk ongeluk
plaats. De 20jarige dochter van den Haar-
lemschen schipper, te Leiden woonachtig,
sprong nabij Sassenheim uit de in volle vaart
zijude tram, met het noodlottig gevolg dat
zij er onder geraakte en drie wagens over
haar gingen. Toen de tram stilstond bleek
het dat beide beenen even onder de knie
zoo goed als afgereden waren. Aangezien
geen geneeskundige hulp bij de hand was
en de dokter van Sassenheim niet te huis
was, werd het publiek uit een der wagens
verwijderd en de ongelukkige daarin gelegd
en naar Leiden vervoerd, alwaar zij met de
brancard van het station der Hollandsche.
spoor naar het academische ziekenhuis werd
gebracht Het bleek aldaar dat zij door bloed
verlies had opgehouden te leven. De onge
lukkige zag, op het balkon van den tram
staande, hare zuster met dier vrijer, een
sergeant, aankomen, en deed toen den nood-
lottigen sprong, niettegenstaande zij aan
vankelijk nog door eenen reiziger werd
tegengehouden.
Men meldt uit Amsterdam:
Op den Amstel, ter hoogte der kalkovens,
is Maandagmiddag te ongeveer 5 uur een
droevig ongeluk gebeurd.
Het zeiljacht Annie der roei- en zeilver-
eeniging De Amstel met 12 passagiers, heeren
en dames, aan boord, werd door de stoom
boot Volharding Elf aangevaren en sloeg
onmiddellijk om zoodat de passagiers allen
te water geraakten. Zoowel van den wal
als door de bemanning der stoomboot, die
onmiddellijk stoptewerd alles in 't werk
gesteld om de drenkelingen te redden. Acht
hunner waren weldra behouden; vier personen
met waar gevoel, en zij, zijne echtgenoote, wier
plaats thans aan zijne zijde was, zij ondertee-
kende op dit oogenblik het blad, waarin zij zoo
schielijk mogelijk nu ook de gerechtelijke schei
ding verlangde van den man, dien zij reeds vtr-
laten had en die thans dag op dag met den
onderg ng worstelde.
Eugenie liet de pen uit de hand vallen en wend
de de schrijftafel den rug toe. Waarin had eigenlijk
Arthur's schuld bestaan Hij was koel en on
verschillig geweest tegenover een vrouw, die hij
dacht, dat alleen het vooruitzicht op zijn rijkdom
tot dit huwelijk had doen besluiten, en toen die
vrouw hem aan deze dwaling ontrukte, trad ze
hem tevens met zulk een minachting te gemoet,
als geen man zich kon laten welgevallen, wanneer
nog eenig eeregevoel in hem woonde. Hij boette
ook hier voor de zonden zijns vaders en had in
dat kortstondig huwelijk rijkelijk daarvoor geboet.
Sedert dat gesprek had zij niets anders ondervonden,
dan dat haar echtgeno3t zich hoe langer hoe meer
terugtrokmaar hij Eugenie wist beter dan
iemand, wat deze drie maanden voor hem hadden
opgeleverd een tijd, voor het oog van vreemden
zoo kalm en onverschillig voorbijgegaan, en die
toch genoeg stekels en doornen in zich verborg
om een man tot het uiterste te drijven. Men kan
met iederen blik, met iederen ademtocht beleedi-
gen, en dat was hier het geval geweest. Met al
den haar aangeboren hoogmoed en trots, had zij
telkens opnieuw beproefd, hem terug te drijven
in de nietige en lage sfeer, waartoe hij volgens
haar begrip behoorde. Dag op deg had zij hare
wapens tegen hem gebruikt en dit slechts te
onmeedoogender, naamate zij merkte, dat hij er
vatbaar voor was, had hem zijn huis tot een hel,
zijn huwelijk tot een vloek gemaakt, om zich op
hém te wreken, dat zijn vader zoo gewetenloos
ten opzichte van hare familie had gehandeld. Zij
had hem met opzet zoover gebracht, dat hij ein
delijk zelf de scheiding wenschte, omdat hij een
leven met haar niet langer kon verdragen zoo
hij nu tegen haar in opstand kwam en de hand
terugstiet, die hem zoo dikwijls gekweld en ge
pijnigd had, wie kon hem ongelijk geven?
Wordt vervolgd.