v
BUITENLAND.
Belgie.
Frankrijk.
Duitschland.
Italië.
BINNENLAND,
van de gezanten, deels gunstig, deels ongunstig
en ook wel onbeslist waren, 'niet zoo heel
veel wijzer.
Casimir Périer viert ondertusschen triomt
op triomf in zijn qualiteit van premier, het
eene votum ten gunste der regeering is niet
gevallen, of er valt gewag te maken van een
nieuw, zoo mogelijk nog schitterender en de
ministers hebhen zichvoor zoover zij tot
spreken werden genoopt, in de afgeloopen
week persoonlijk ook zoo kranig gehouden
dat met kalmte en gerustheid de vacantie kan
worden ingetreden. Dat heeft Vaillant met
zijn bom uitgewerkt.
Terwijl Italie's nieuwe kabinet onder Crispi
nog moet debuteeren, wat echter niemand
verhindert den heeren reeds allerlei plannen
toe te dichten, welke scherp gegispt of aller
vriendelijkst geprezen worden, dreigt Belgie
getroffen te worden door een gedeeltelijke
ministerieele crisis. De minister-president
Beernaert, die ook de portefeuille van finan
cien voert, heeft zijn collega's in kennis ge
steld van zijn voornemen om zijn ontslag te
nemen als de kamer zijn proportioneele ver
tegenwoordiging niet goedkeurt.
't Schijnt Beernaert nu werkelijk ernst te
zijn.
De nieuwe bewindvoerders van Italië heb
ben reeds zoo 't een en ander van zich doen
hooren. De minister van buitenlandsche zaken
Blanc heeft een rondschrijven gericht tot
Italie's vertegenwoordigers in 't buitenland
waarin hij belooft al 't mogelijke te zullen
doen ter handhaving en cultiveering der be
staande vriendschappelijke relatien met de
mogendheden. De regeering heeft inlichtingen
doen toekomen aan 't adres van de houders
van Italiaansche waarden in 't buitenland
aangaande de rentebetalingGiolitti vertelt
in den breede zijn kiezers, waarom hij zijn
ontslag heeft genomen als premier en generaal,
vertelt aan elk die 't weten wil, dat hij de
portefeuille van oorlog niet heelt gekregen
omdat hij 80 millioen wilde bezuinigen
waarvan 20 op marine en oorlog. De ver
klaring komt Donderdagdoch eerst het
financieel programma na Kerstmis, zal een
oordeel mogelijk maken.
De vereeniging van katholieke studenten
te Luik heeft haar twintigjarig bestaan ge
vierd; de studenten van Leuven waren van
de partij. Het ging nu aan het betoogen.
De liberale studenten er tegen in Lantaarns
uitgedraaid, ruiten ingegooid, builen geslagen
en koppen aan het bloeden.
Te Parijs beginnen de anarchisten het
hoofd weer een weinig op ie steken. Ano
nieme dreigbrieven zijn ontvangen o. a. bij
het bestuur derfroorder-spoorwegmaatschappij
waarin de aanstaande verwoesting van het
station wordt aangekondigd, en zoo voorts.
De politie neemt in alle stilte hare maat
regelen en houdt wal ze heeft. Alexander
Cohen bv. wordt nog steeds door haar vast
gehouden. Grooten spijt heeft men er over
dat men Paul Réclus liet ontsnappen, inge
nieur en heer anarchist (neef van den be
kenden geograaf en gewezen commune-man
Elisé)die met Vaillant bekend, aan dezen
beefdenzijn gelaat kreeg een roodachtigen tint
en in zijn oog begon thans een zonderling vuur
te schitteren.
„Gij zijt ziek neefhernam üvidius, een onge
rust uiterlijk vertoonend.Wat schort u toch?"
Jacques stond eensklaps stil en antwoordde
met een langen schellen lach.
//Ik, ziek? Kom, kom 1 Waarom zou ik ziek
zijn
„Gij hebt te veel gewerkt, en. moet u thans
rust gunnen."
„RustNeen, nooit 1 Ik ken geen vermoeid
heidIk heb dorst, ik wil drinken Geef op
't Beste dat er is 1 Ik ben rijk, zeer rijk
Ovidius schonk de tas half vol brandewijn, en
zijn slachtoffer ledigde, thans alweer in een teng
deze sterke dosis alcohol.
„Eindelijk ga ik op de hoogte komen," dacht
Ovidius en voegde er dan luide bij„Gij zijt rijk,
jadank zij de uitvindingdie gij gedaan en
verkocht hebt."
„Die ik verkocht heb aan Jacob Mortimer, mijn
schoonvader," antwoordde Jacques Garaud.
„Neen, die uitvinding is 't niet, waarvan ik
spreek," hernam Ovidius. „Ik spreek van de ma
chine, die gij hebt uitgevonden in den loop der
vijf jaien, dat wij elkander niet gezien hebben."
De gewezen meesterknecht brak in een schater
lach uit.
„Hal ha! ha!" riep hij dan. „Heb ik u vroe
ger ooit gezien Kenae ik u, Ovidius Soliveau?"
En hij trad op zijn gewaanden neef toe met
dreigend uiterlijk, terwijl zijne oogen vlammen
schoten.
Ovidius stond min of meer ongerust op en was
gereed voor Paul Harmant te wijken.
„Ben ik van Dijon?" ging deze dan voort.
„Heet ik Paul Harmant?Waarachtig nietl
Paul Harmant is dood; in het hospitaal te Genève
is hij overleden. Ik was een zijner makkers. Hij
had mij zijn zakboekje toevertrouwd om het aan
zijne iamilie te zendendoch daar mijn hoofd
op het spel stond heb ik den naam van Paul
Harmant aangenomenDat hadt gij niet ver
moed, domkop! Gij dacht dat ik uw neef was!"
Jacques saamgetrokken gelaat nam een schrik
barende uitdrukking aan.
Zijne wangen 'stonden hol en waren van rood
thans vaal en lijkkleurig geworden. Schuim stond
pp zijne lippen.
de middelen schijnt verschaft te hebben um
zijn daad te volbrengen. Bij eene huiszoeking
in de woning van Vaillant moet men, onder
een hoop halfverbrande papieren in den haard,
verscheidene recepten voor ontplofbare stoffen
gevonden hebben, geschreven door niemand
minder dan door Paul Réclus, die het land
heeft verlaten. Hij is dus waarschijnlijk ook
de „anarchist van de daad», die aan Vaillant
de honderd francs heeft verschaft om zijn
bom te vervaardigen. „Van de daad" is
zeker anders voor een dergelijk laag bedrijf
achter de schermen eene wel al te vleiende
qualificatie. Le Figaro had al aanstonds
gewezen op een krachtig woord van veroor
deeling gesproken over de halfslachtige, half
af- en half goedkeurende wijze, waarop een
ontwikkeld man als Réclus tegenover een
verslaggever van het blad zich over den aan
slag en den bedrijver had uitgelaten. Der
gelijke heeren met witte handschoenen achter
de schermen, die 't leelijke werk laten ver
richten door den daartoe aangehitsten en in
staat gestelden minderen man zijn op dit
gebied zeker wel de gevaarlijkste vijanden
der maatschappij.
In de Fransche Alpen zijn een onder
officier en drie soldaten van een detachement
der genie ep den Col du Partaillon door een
sneeuwval bedolven en om het leven ge
komen.
AMIENS19 Dec. Gistermiddag, om
kwart voor zes, heeft men aan de deur van
een politiebureau een blikken doos gevonden,
waar de rook uit opsteeg. Het voorwerp
werd onderzocht en men bevond, dat het
deksel door een ijzerdraad neergehouden
werd. Midden in het deksel was een gat
waarin een lont stak, die wel in brand ge
stoken doch spoedig uitgegaan was. De
ketel was gevuld met een zelfstandigheid, die
veel op pleister geleekmidden in zat de
lontdie in een zekere hoeveelheid kruit
eindigde, onder in den ketel. De witte stof
was gemengd met stukken ijzer, spijkers en
schroefmoeren. De witte stof zal door een
scheikundige ontleed worden. Men heeft
reeds den koopman gevonden, die den ketel
verkocht en men hoopt ook spoedig den
bewerker van den aanslag in handen te
hebben.
Uit St. Etienne wordt gemeld, dat de zaak
dergenen, die het paleis van justitie en de
prefectuur in de lucht wilden doen springen,
diep geheim gehouden wordt. Huiszoekingen
hebben plaats gehad door de veiligheidspo
litie bij drie personen, die gisteren gearresteerd
zijn en men heeft bij een mijnwerker, Jourgon,
patronen ontdekt van grisontine; bij de ande
ren heeft men niets gevonden, zoodat ze in
vrijheid gesteld zijn. Jourgon is door den
procureur generaal verhoord.
In Februari zullen groote wintermanoeuvres
plaats hebben tot bijwoning waarvan ver
schillende Duitsche souvereinen en prinsen
zullen uitgenoodigd worden.
Men zal wachtentot er sneeuw ligt, om
proeven te kunnen nemen met de Noorweeg-
sche sneeuwschoenenevenals met gewone
sleden en die, welke door zeilen voortbewo
gen worden. De paarden mogen niet meer
geschoren worden, om ze, evenals die van de
Russische cavalerie, beter in staat te stellen,
het gure weer te verdragen.
De correctioneele rechtbank te Metz
heeft een mijnwerker, die verscheideue dyna-
mietpatronen meegenomen had, tot vier maan
den gevangenisstraf veroordeeld.
Ovidius huiverde en zijne ongerustheid veran
derde weldra in grooten angst.
„Had hij niet eene al te groote dosis van liet
vocht gegeven Stond hij niet tegenover iemand,
die aan zinsbegoocheling leedtegenover een
gevaarlijken waanzinnige
Ten derde male begon Jacques te lachen, doch
zijn lach klonk somber en angstig, zooals een
dier kreten, welke men in een krankzinnigenge
sticht opvangt.
„Heb ik niet goed gedaan hernam hij, weder
op Ovidius toetredend, die voor hem achteruit
week. „Heb ik niet gehandeld zooals het een
sluwen vos betaamt? Begrepen?Ik had de
fabriek van Alfortville, waar ik meesterknecht
was, in brand gestoken; ik had mijn patroon,
den ingenieur Labroue vermoord; ik had zijne
plannen gestolen en uit zijne kas honderd tachtig
duizend Iranken mede genomenDat was een
klein fortuintjeSteeds op alles bedacht, ben
ik dan teruggegaan naar de plaats des onheils.
Daar onderscneidde ik mij door mijn kloek op
treden, door mijnen heldenmoed. Ik wierp mij
in het raidden der vlammen om de kas te redden,
die ik bestolen had, en dan, op het oogenblik
dat het paviljoen instortte, sprong ik door het
venster en bevond mij in het openveld. Ik was
vrijEn men waande mij onder de puinhoopen
begraven, als het slachtoffer van mijn moed en
mijne toewijding. Jeanne Fortier, tegenover wie
ik gevoelens van wraak had ie koelen, werd in
mijne plaats veroordeeld. Van al dien tijd bestaat
Jacques Garaud niet meer. Ik stak naar Engeland
over onder den naam van Paul Harmant, die
thans de mijne is, en scheepte mij naar New-York
in. Op het stoomschip, de Lord-Maire, ontmoette
ik een dwaaskop, een zekeren Ovidivs Soliveau,
wien ik wijsmaakte, dat ik zijn neef was. Mijne
roode haren had ik keurig zwart gemaakt. Hij
twijfelde geen oogenblik aan de waarheid mijner
woorden. Van hem vernam ik eene menigte
zaken over Jacob Mortimer en zijne dochter
NoëmiO, ik ben een sluwe vosl Ik huwde
de dochter en werd de ven oot des vaders 1 Dat
is al kras 1 Heden ben ik niet slechts een mil-
iionnair, maar tevens een eerlijk manJa,
een eerlijk man, op mijn woord een zeer eer
lijk man I"
Hier zweeg Jacques een oogonblik.
„Waarom staat gij mij daar zoo aan te kijken?'
Het te Leipzig zetelende Duitsche
Reichsgericht veroordeelde Zaterdag wegens
spionneering den Franschman Delgony tot
zes en diens makker Duguet tot vier jaar
vestingstraf.
Tuchthuisstrat was geëischt en de Duitsche
bladen blijven niet in gebreke het betrekke
lijk humane van dit vonnis in het licht te
stellen, waar in Frankrijk eene uitzonderings
wet op hetzelfde misdrijf de doodstraf stelt.
Overigens hebben de beide Franschen,
toen ontkennen niet meer hielp, ten slotte
openlijk erkend tot de Fransche marine te
behooren en hunne verspiedingsreis naar
Duitschland te hebben ondernomen op last
hunner chefs. Omkooperij van Duitsche onder
danen was hun daarbij verboden en de uiterste
voorzichtigheid aangeraden. Deswege ont
kenden ze het eerlooze van hun bedrijf en
verzochten van de onteerende tuchthuisstraf
verschoond te blijven.
Dienovereenkomstig is dan ook geschied,
ondanks de krachtige pleidooien der advo-
ten van het openbaar ministerie, die er aan
herinnerden hoe in de laatste tien jaren het
Reichsgericht bijna jaarlijks een dergelijk ver
spieders-proces heeft te behandelen gehad,
waar de Fransche regeeriug in gemengd was.
Dit wijst op het stelselmatig besnuftelings-"
plan, op een weefsel als van een netwerk
van verspieders, en waartoe in dit geval van
valsche passen en namen voorziene officieren
in werkelijken dienst gebruikt waren en de
Engelsche vlag misbruikt was. Het stellen
van een voorbeeld was dus noodig.
De rechtbank echter liet het bij vestingstraf
blijven
Voor de internationale verhouding is zulk
een geding niet onleerzaam.
Ten opzichte van Sicilië is de minister
president Crispi reeds aanstonds krachtig
handelend opgetreden. Na een onderhoud
met zijn voorganger Di Rudini die zich
destijds door zijn flink beheer op Sicilië
grooten naam verwierf, heeft de heer Crispi
besloten, ter voorkoming van verdere onlusten,
eene groote troepenmacht op het eiland te
verzamelen. Niet minder dan te zamen vijf
regimenten zijn derhalve naar de brandpunten
der ontevredene beweging gezonden en het
aantal oorlogsschepen in de wateren van Pa
lermo is tot zes gebracht.
Z. H. de Paus heeft Zondag de mis
gecelebreerd en genoot blijkbaar dus wordt
gemeld eene uitstekende gezondheid. Z. H.
hield daarna eene toespraak, waarin hij wees
op de goddelijke roeping, door de Voorzie
nigheid aan Rome ter vervulling gegeven.
PALERMO18 December. Bij eene be
tooging, gisterenavond te Montréal tegen de
octrooien gehouienzijn 5 soldaten en 12
betoogers gewond; 32 betoogers werden ge
vangen genomen. Heden ochtend werd de
betooging herhaald; zij had echter geen be-
teekenis.
WAALWIJK, 20 Dec. 1893.
De gisterenavond gehouden openbare ver
gadering van den gemeenteraad werd bijge
woond door 9 leden, onder voorzitterschap
van den burgemeester, jhr. Van Grotenhuis.
De heer Van der Heijden was door ziekte
belet tegenwoordig te zijn en de heer Mom
bers gaf schriftelijk kennis van verhindering.
De volgende benoemingen hadden plaats:
snauwde hij Ovidius dan weer toe, die meer en
meer angstig werd. „Gij hebt mij nooit gezien
Gij kent mij niet!....,. Jeanne Fortier alleen heeft
de misdaad gepleegd".Jacques Garaud is onder
de puinhoopen van de fabriek te Alfortville be
dolven. lieden ben ik Paul Harmant, de vennoot
van Jacob Mortimer."
Op dit oogenblik bracht de ellendeling de hand
aan de borst. Een scherpe smart knaagde hem
aan het hart. 't Was alsof verterende vlammen
in zijn binnenste woedden.
Een niet gearticuleerde klacht, een soort van
droevige zucht ontsnapte aan zijne lippen. Eens
klaps door hevige zenuwkrampen overvallen,
draaide hij als een tol rond en viel met uitge
strekte armen bewusteloos op den vloer neder.
Haastig sprong Ovidius toe.
„Dood 1 Zou hij dood zijn vroeg hij zich vol
angst af. „En ik rekende op hem om mijn fortuin
te verzekeren!"
Haastig onderzocht hij zijn slachtoffer en toen
hij Jacques Garaud de hand op de borst legde
voelde hij zich onmiddellijk gerustgesteld. Het hart
klopte onstuimig.
„Neen, neen! Hij is niet dood!" zegde dan
Garaud's gewaande neef met een zegevierend lachje,
„doch het Kanadeesche vocht is nog aan 't wer
kenZoodra hij bij kennis komt zal hij zich
niets meer herinneren. O Gii valsche Paul Har-
ment, al zijt gij ook zoo sluw als een vos, dat
zal u tegenover mij niet baten. Ik heb u ontmas
kerd Gij zijt rijk, neef! Dat is juist wat er
noodig is. Ik zal er mijn deel van hebben
Gij hadt mij een oogenblik in uwe handen, doch
thans beschik ik over u. Alles wat gij mij ver
teld hebt, is diep in mijn geheugen gegrift. Ik
zal er geen woord van vergeten. Ik zal ook
voorzichtig genoeg zijn dit alles onmiddellijk op
te schrijvenO, wat een heerlijke staat van
dienst!.... Moordenaar! DiefBrandstichterEn
hij wilde mij nog wel zijne zedepreeken voor
houden Odat is te sterk, al te sterk Gij zult
mij uwe zedelessen duur betalen, neef; zij zullen
u hoog komen te staan
Jacob Mortimer's vennoot lag nog steeds buiten
kennis.
„Naar de mededeelingen van Cuchillino," dacht
Ovidius, „kan deze toestand nog wel enkele uren
voortgaandoch er is geen gevaarIk zal
neef op zijn bed leggen, en zoodra hij ontwaakt,
Tot onderwijzer a3n de openbare school
de eenige sollicitant Adr. G. Pulles, met al-
gemeene stemmen;
Tot gemeente-ontvangerCorn, van der
Heijden met 5 stemmen; Wiesman 2, J. van
Dooren 1, F. A. Baijens 1;
Tot havenmeester: Chr. van der Werft"met
algemeene stemmen;
Tot lid van het algemeen armbestuur: L.
Mombers met algemeene stemmen;
Tot lid vau het R. C. Gasthuisbestuur P.
C. Baijens met 7 stemmen; J. van Calker 1,
blanco 1;
Tot leden der gascommissie: Timmermans
van Turenhout 8, Quirijns 6, Van Tilburg 9,
Baijens 7 stemmen; Verbunt kreeg 2 stemmen.
Tot ambtenaar van den burgerlijken stand:
J. Timmermans Wz. met 8 stemmen; I blanco.
Aan B. en W. is machtiging verleend het
marktgeld voor 1894 op de bestaande voor
waarden te verpachten.
Eenige noodige wijzigingen in de begroo
ting voor 1893 werden goedgekeurd.
Een voorstel van den heer Van Schijndel,
om eene nieuwe oproeping te doen voor de
nog onvervulde betrekking van onderwijzer
aan de openbare schoolwaartoe onlangs
besloten was, tegen een salaris van f550, is
gesteld in handen van B. en W.
Een voorstel van den heer Verbunt, om op
kosten der gemeente premiën uit te loven
voor bekeuringen bij verkoop van sterken
drank zonder vergunning, werd verworpen.
Een adres van den onderwijzer Briels, om
verhooging van salaris met f50 'sjaars, werd
overeenkomstig het voorstel van B. en W.
verworpen met algemeene stemmen.
Aan W. Brok, huurder van den grond der
veldtent, werd voor 1894 vermindering van
huur toegestaan tot f 75.
De bepaling van den huurprijs van het
lokaal voor de commissie van aanslag voor de
bedrijfsbelasting is overgelaten aan B. en W.
De heer Timmermans van Turenhout bracht
ter sprake de slechte toestand van den kerk-
pad en gaf B. en W. eenige wenken, die
zouden kunnen leiden tot verbetering.
De voorzitter beloofde behartiging door
B. en W.
Na eene bespreking met gesloten deuren
besloot de raad aan te nemen een voorstel
van notaris Loeff te Drunen, tot aankoop van
grond naast en achter de gasfabriek alhier,
voor de som van f2200.
De in deze vergadering gevoerde discussies
in 't volgend uummer.
Bij grooten aanvoer was de handel in
de Langstraat in Hoornvee slap, wel waren
er verscheidene kooplui aanwezig, doch weinig
werd gekocht. Prijzen als volgt: kalfkoeien
f 175 a 270, dito vaarzen f 160 a 230, hok-
kelingen f40 a 80, biggen f8 a 12, berekend
naar f 2 per week; vette varkens 58 a 59 cis.
per kg. (schoon).
Hooi. In dit artikel is op 't oogenblik
veel handel. Voor de persen wordt druk
gekocht tegen f25 per 500 kg. Stroo geldt
f 15 per 500 kg.
De aanvoer van groenten in de Boven-
Langstraat, zooals roode, witte, savooie, spruit
en boerenkool was groot, tegen zeer lagen
prijs gingen zij van de hand.
Ter bevordering van eene geregelde
bezorging der bij de jaarwisseling ter post
komende stukken, wordt wederom de gele
genheid opengesteld, om brieven, kaartjes en
gedrukte nieuwjaarswenschen, welke men op
1 Januari a.s. aan de geadresseerden uitge
reikt weuscht le zien, reeds van 22 dezer af
ter post te bezorgen.
De bedoelde stukken zullen ter onderschei-
zullen wij te zamen praten."
Soliveau richtte Jacqes' lichaam op met eene
kracht, die men bij hem niet zou gezocht hebben,
legde hem te bea en plaatste twee oorkussens
onder zijn hoofd. Dan begaf hij zich naar zijne
kamer, waar hij op zijne beurt spoedig insliep.
Bij 't krieken van den dag ontwaakte Ovidius
kleedde zich haastig en begaf zich dan naar de
kamer van zijn gewaanden neef. Deze scheen nog
geen enkele beweeging gemaakt te hebben, doch
zijne zware ademhaling getuigde duidelijk ge
noeg, dat hij vol leven was.
Ovidius naderde het bed en voelde Garaud den
polsdie zeer regelmatig klopte.
„Ik zal hem niet wekken," dacht hij en zette
zich aan tafel neder, waarop nog al de papieren
lagen van den avond te voren. Haastig maakte
hij het werk af.
Ongeveer een uur ging voorbij.
Eensklaps wendde Ovidius het hoofd om. Hij
meende gehoord te hebben, dat Gai'aud eenige
beweging maakte, en had zich daarin niet be
drogen.
Ovidius stond van zijn zetel op en wachtte
voor het bed van den valschen Paul Harmant
diens ontwaken af.
Eindelijk opende Jacques de oogen, sprong
haastig in zijn bed op en wierp een verwilderden
blik om zich heen.
Deze blik drukte verwondering en ongerustheid
uit. Jacob Mortimers vennoot was blijkbaar niet
op de hoogte van den toestand en kon zich geen
rekenschap geven van zijne tegenwoordigheid in
deze vreemde kamer. Tweemaal haalde hij de
hand over het voorhoofd, alsof hij een sluier van
daar verwijderen wilde.
„Waar ben ik dan toch riep hij eensklaps
uit.
„Te Kingston, in het hotel de Ster," antwoord
de Ovidius.
„Maar waarom lig ik hier geheel gekleed te
bed
„Herinnert gij u dan niets meer, geachte neef
Jacques liet zich zachtjes uit het bed glijder, en
bleef op den kant zitten, terwij hij antwoordde
„Slechts eene enkele zaak herinner ik mij,
alleen dat wij daar ginds aan die tafel zaten te
Werken."
Wordt vervolgd.