Spanje. Duitschland. Oostenrijk. Bulgarije. Rusland. Amerika. BINNENLAND. meer schuldigen zijn. Het materieel ter ver vaardiging der valsche munt. goud- en zilver stukken, kan in volmaaktheid wedijveren met dat in de officiecle werkplaatsen der munt. De valsche munt werd naar Parijs en naar de voornaamste steden van Europa gezonden. De bende was in verstandhouding met Tauset, een beambte bij eene afdeeling van het Crédit Lyoimais te Marseille, en met een andereu beambte. Beide personen zijn almede gevangen genomen. In de magazijnen van chemicaliën van Vilmorin Adrieux Co, te Parijs heeft ei- Maandag eene ontploffing plaats gehad, waarop een hevige brand is gevolgd. Een persoon werd gedood en niet minder dan vijfentwintig personenonder welke er acht brandspuit gasten, werden min of meer deerlijk gewond. PARIJS, 12 Februari. Heden avond te 9 uur wierp een jonge man een bom in het café van het hotel Terminus. Een persoon werd gedoodtien werden er gewond. De schuldige trachtte te ontsnappen. Politieagen ten achtervolgden hem. Toen loste de vluch teling zes revolverschoten op de agenten, en trof twee voorbijgangers. Een der agenten gaf hem daarop een sabelhouw over het ge zicht. En hij werd gegrepen. De agenten moesten hem beschermen tegen de woede van het volk. Van den aanslag in het café Terminus zijn twaali menschen het slachtoffer geworden, van wie drie kellners. Allen zijn vrij ernstig aan de beenen gewond. Men vreest voor het leven van verscheidene hunner. Schade is er bijna niet aangericht. Alleen zijn in de zoldering sporen van kogels, eu zijn ruiten en tafels gebroken. In het oogenblik na de ontploffing heerschte eene onbeschrijflijke paniek. Van alle kanten klonken de kreten. De bezoekers stortten zich naar de uitgangen. Enkelen braken de ruiten aan den voorkant om er uit te komen. Het helsche werktuig had den vorm van een sardineblik, en was Samengesteld uit kogels spijkerskruit en chloorzuur. Het gaf een hevigen knal en het café werd van een dikken groenachtigen rook vervuldhetgeen de verbijstering nog ver meerderde. De gewonden zijn allen Parijze naars. Het vatten van den dader was dra matisch. Hij vloog een straat iu, gevolgd door eene menigte, die mort! schreeuwde. In de rue de Rome werd hij door een agent van politie ingehaald. De anarchist keerde zich om, en een vreeselijke worsteling volgde. Hij wist zich los te rukken zijn revolver te grijpen en te schieten op de agenten en op het volk dat hem omsingelde. De agent werd gewond en ook eene vrouw, doodelijk zegt men. De agent wist nog zijne sabel te trékken en den moordenaar in het gezicht te slaan. Toen werd hij gegrepen en weggebracht. De misdadiger gaf voor Breton te heeten30 jaren oud en anarchist te zijn. De ministers van binnenlandsche zaken Raynal, en van justitie, Dubosthebben de plaats van het onheil bezocht. Het café wordt door de politie bezet. Toen het gebeurde door Parijs bekend werd, uitte zich algemeen de veront waardiging. Een groot aantal nieuwsgierigen stroomt den geheelen avond naar het hotel Terminus. Eene ontzaglijke menigte gaat naar de spoorwegstations. Aan den dokter,die hem verbond, zeide Breton (of Lebreton), dat hij Vaillant had willen wrekenen dat nog anderen hem zouden navolgen om de bourgeois maatschappij te vernietigen. De procureur-generaal der republiek heelt geen nadere bekentenissen van hem kunnen verkrijgen. Eenenzestigste Hoofdstuk. Terwijl deze woorden gesproken werden, had de modiste haar werk geëindigd, waaraan schier niets behoefde veranderd te worden. Lucia borg de robe weer in haar koffertje, na eerst Mary geholpen te hebben bij 't aantrekken van een warmen peignoir van blauw flanel. //Wanneer verlangt gij uw kostuum te hebben?' „Aanstaanden Donderdag. Dan hebben wij een dansavond bij de vrouw van een vriend mijns vaders.' Het zal gereed zijn, mejuffrouw. Mag ik u zelf komen kleeden Mocht er dan nog iets haperen, dan zal ik in staat zijn dit onmiddellijk te her stellen.' „Ik dank u en neem uw voorstel met zeer veel ingenomenheid aan. Dit toch zal mij 't genoegen verschaffen u spoedig weer te zien. Overigens zal ik bij madame Augustine verscheidene kostuums bestellen, en haar verzoeken, dat zij u daarmede belaste. Ik wil nog slechts door u bediend worden.' „En ik acht mij gelukkig voor mejuffrouw te kunnen werken,' antwoordde Lucia. „Waar woont gij, liefste kind vroeg dan weer de dochter van den millionnair. „Bourbonkaai, no. 9,' antwoordde het meisje. „Waar is dat?' „Op het eiland St. Louis.' „Goed, ik teeken het nummer op. Hebt gij reeds opgemerkt, dat dit ook uw nummer is uit het gesticht „Ja, mejuffrouwEen toeval.' „Gaat gij nog ooit naar dat huis om een be zoek te brengen aan personendie gij daar gekend hebt „Vroeger, jaIk moest toen wel, daar ik nog minderjarig was. Heden kom ik er echter niet meer.' „Tot weerzien, Lucia." „Tot weerzien, mejuffrouw. Ontvang nog mijn meest hartelijken dank." De verloofde van Lucien Labroue verliet het hotel der Murillostraat en liet zich naar madame Augustine brengen, waar zij de hartelijkste kom- plimenten over haar werk ontving. Na het vertrek der modiste was Mary weder in dezelfde droefgeestigheid vervallen. Zij naderde den haard en dacht aan Lucia. Zaterdagavond heeft te Valladolid een be langrijke vergadering der gecoaliseerde repu blikeinen plaats gehad. De afgevaardigden Muro en Ezquerdo hebben een redevoering gehouden, waarin zij de binnen- 'en de bui- tenlandsche politiek van het kabinet aanvielen. De afgevaardigden der drie groepen van de republikeinsche coalitie zullen aan de zitting der Cortez, die eerst in het midden van Maart zal geopend worden, wegens de langzaamheid der Maroccaansche onderhandelingendeel nemen. Keizer Wilhelm heeft Vrijdag te Potsdam, van zijn geheele gezin vergezeld, feestelijk het feit herdacht dat hij 25 jaren dienst heeft gehad bij het aldaar in garnizoen liggende eerste regiment garde-infanterie. Het geheele regiment waarin op het oogenblik ook de beide oudste zoons des keizers dienen, was bij die gelegenheid voor het paleis opgesteld. De keizer droeg al zijne Pruisische ordes ook het kruis voor 25 jarigen dienst, dat hij nu verdiend heeft. Hij stapte het front van alle compagnieën af, liet vervolgens carré formeeren en hield toen eene toespraak over zijne betrekking tot het regiment. Op een wit paard stijgend, stelde de keizer zich alsnu aan het hoofd van het regiment en liet het defileeren voor het paleis op welks balkon de keizerin en een aantal gasten hadden plaats genomen. Ter eere van den dag ont vingen de vleugel-compagnieën hooge grena diers-mutsen van aluminium, juist naar het model uit den tijd van Frederik den Groote, en na afloop werden in de versierde kazerne al de manschappen, 2175 sterk, onthaald op gebraden vleeschingemaakte vruchten en bier. De officieren dejeuneerden in de mar meren zaal van het paleis. Des middags was de keizer de gast zijner officieren. Den 20n gaat de keizer naar Wilhelmshaven en omstreeks dien tijd zal dan ook wel vallen het bezoek aan Friedrichsruhe. In een door een regeerings commissaris bezochte vergadering van studenten der techn:sche hooge school te Graz, werd den studenten door den commissaris gevraagd, of ze bekenden te Heidelberg een vlugschrift te hebben laten drukken tegen den rector van het vorige jaar. De studenten antwoordden eenstemming met „ja». Men verwacht thans, dat de hoogeschool gesloten zal worden de colleges zijn reeds geschorst, tot groote be zorgdheid van de bewoners, die op de hand der studenten zijn. Ter herinnering aan het 50jarig jubi leum van keizer Frans Jozef, die in 1848 den troon besteeg, zal men waarschijnlijk te Weenen een groot museum bouwen, waarin de verzamelingen voorwerpen, de geschiedeis en de kunst van Weenen betreffende, zullen bijeengebracht worden. Den 2en Dec. 1898 is de feestdag des keizers. De kroonprins van Bulgarije is door den Roomsrhen bisschop van Sofia en Philippopel in de gemeenschap der kerk opgenomen. De doopplechtigheid had ten paleize plaats in tegenwoordigheid van een groot aantal aan zienlijken. Velen hadden gedacht en gehoopt, dat de vorst zijn zoon volgens den orthodoxen ritus zou laten doopen. De invloed van prinses Clementine en de ouders der vor9tin schijnt de oorzaak te zijn, dat dit niet gebeurd is. De correspondent van het Berliner Ta- geblatt schrijft uit Sofia, met betrekking tot de benoeming van den kleinen Boris tot ridder van de orde der dapperheid, het volgende „De gansche pers houdt zich in meerdere of mindere mate bezig met het verleenen van de orde der dapperheid aan den erfprins Boris. Het verleenen vloeide echter voort uit de door vorst Alexander in 1879 goed gekeurde statuten, volgens welke de vorst en de kroonprins op grond van hun vorstelijke waardigheid ridder zijn dezer orde De orde is dus den zuigeling niet verleenddoch volgens dé statuten behoort hij er toe, on middellijk na zijn geboorte." Hierdoor ver toont zich de zaak natuurlijk in een heel ander licht. Een ontzettende misdaad wordt uit Antopol in het Russische gouvernement Minsk bericht. Aldaar werden in hun woning stervende gevonden al de leden van een rijk Joodsch gezin Malanowitch genaamd, met de dienst boden mede, dertien in getal. Binnen een kwartier tijds waren allen overleden Het bleek, dat hun eten vergiftigd was geworden en dat de ongelukkigen tengevolge daarvan zijn overleden. Groote ontsteltenis heerschte in de stad toen men het nieuws vernam. Verscheidene personen zijn aangehouden. Op het terrein van de wereldtentoonstelling te Chicago hebben weder twee branden waarschijnlijk moedwillig aangestoken groote schade aangericht in het gebouw der landbouw aideeling. Men klaagt zeer over de onvoldoende bewaking van de gebouwen. Een hevige cycloon heeft Gate City in Alabama geteisterd. Ontzaglijk veel schade werd aangericht en tal van personen kwamen om 't leven. In de Methodistenkerk had juist een godsdienstoefening plaats, toen de kerk gelijk een kaartenhuis in de lucht werd geslingerd. Op het oogenblik is het nog onmogelijk nauwkeurig op te geven hoeveel personen zijn omgekomen. Vier lijken zijn reeds gevonden, terwijl dertig zwaar gewonde personen van onder de puinhoopen zijn ge haald. RIO GRANDE, 12 Febr. De regeerings- troepen hebben eene nederlaag geleden en daarbij 300 man aan dooden verloren. Wa penen ammunitie en levensmiddelen lieten zij vluchtende in den steek. WAALWIJK, 14 Febr. 1894. Door de geneeskundige staatscommissie aan de hoogeschool te Amsterdam is bevor derd tot arts de heer R. H. A. van Dortmond van Kaatsheuvel. De burgemeester van Tilburg, de heer J. F. Jansen herdacht Maandag onder groote blijken van belangstelling den dag, waarop hij voor 25 jaar tot burgemeester dier gemeente benoemd werd. De teestelijke herdenking zal eerst na den vastetijd plaats hebben. Tengevolge van het werken van den Baardwijkschen Overlaat, is de communicatie langs den grindweg afgesneden. Naar het Centrum verneemt zal, te be ginnen met 1 Juli, op Zondag geen enkele goederentrein meer rijden op het Noorder en Zuidernet van de lijnen der staa^sspoor- wegmij.nu het daarop betrekking hebbend kon. besluit de verplichting van de maat schappij om die treinen te doen loopen heeft opgeheven. Ook zullen geene bestellingen op Zondag meer worden gedaan of aangenomen. De H. IJ. Spmij. zal in denzeifden geest handelen. Te Breda stortte' door den hevigen stormwind een wiek van den molen in de Nieuwe Ginnekenstraat, met groote kracht in een gymnastiek lokaal, gelukkig op een oogen blik dat aldaar niemand aanwezig was. Intusschen veroorzaakte deze ongenoode gast geene geringe materieele schade. Drie personen, welke in hechtenis wa ren genomen als verdacht van moord op den gegageerden O.-I. militair, koetsier te Maastricht, wiens lijk opgevischt werd in het Voedingskanaal, zijn weder in vrijheid gesteld. Uit Helmond is gevankelijk naar Roer mond gebracht de 44jarige werkvrouw A. v. d. W., verdacht van diefstallen ten nadeele van den logementhouder S. te Helmond en van bij hem logeerende personen. Door het plaatsen van potten met vuur bij eene partij natte tabak, ontstond Maandag avond omstreeks 10 uur te Amsterdam brand op den tweeden zolder van het pakhuis De Nijverheid, Oude Schans 71, welke zolder in gebruik was bij de sigarenfabrikanten A. Verwer Zoon. Door het snel optreden der brandweer was men het vuur spoedig meester. Brand- en waterschade waren van geen groote beteekenis. Een manwiens hoed aan de P. H. Kade te Amsterdam te water was gewaaid, sprong dit hoofddeksel na en zonk dadelijk weg in de diepte. De persoon van L.die zich in Jan. jl. te Zevenaar en te Duiven schuldig maakte aan oplichterij door als geestelijke verkleed gelden in te zamelen voor een R. K. gesticht, maar die gelden ten eigen bate te gebruiken, is naar het rijkskrankzinnigengesticht te Medemblik overgebracht, om daar een jaar bij wijze van proef door te brengen. Te Ellekom is Vrijdag morgen een hevige brand uitgebroken in een huis door 6 gezinnen bewoond't brandde tot den grond af. Van de inboedels werd weinig of niets gered. Het huis was verzekerd, van de inboedels alleen die van een der bewoners. De levende have werd gered. Een partijtje tabak ter waarde van f400 en 10 HL. rogge gingen mede in de vlammen verloren. De Munchesser touristen, waarvan on langs werd gemeld dat zij een tocht op sneeuwschoenen over het Hochjoch door de Midden Alpen zouden doen, hebben het plan ten uitvoer gebracht. Zaterdag 3 dezer zijn zij reeds vrij laat te Vent aangekomen, waar zij twee gidsen engageerden, die echter we gens dreigend gevaar van lawinen slechts zeer ongaarne medegingen. In den nacht van Zaterdag op Zondag heerschte er een zware sneeuwstorm, die tot Zondag tegen den middag duurde, waarom de bergbeklimming werd uitgesteld. Doch in den namiddag werd er een orienteeringsmarsch over den Rosener Alm gedaan, om de Platei in oogenschouw te nemen, die voor den volgenden dag tot weg werd gekozen. Maandag des ochtends ten 7 ure ging het gezelschap bij mooi weder door „Dan gaat het bij mij patroon nog erger. In twaalf dagen hebben wij er vijf gehad. De klan ten klagen en dreigen elders te gaan, en daarom verkeeren mijn baas en zijn vrouw in zulke slechte luim. Zoo thans zich eene geschikte draag ster aanbood, zou zij licht eene goede betrekking vinden. Indien gij iemand kent, Touiangeau, denk dan eens aan ons.' „Ik ken geen enkel geschikt persoon." Jeanne had met eene gemakkelijk te begrijpen aandachl toegeluisterd. Na langzaam haar maal verorberd te hebben, bleef zij nog een poos aan tafel zitten. Langzamerhand verdween de menigte. De bakkersknechtdie aan hare zijde gezeten was, had een dagblad in de hand genomen, terwijl hij tevens een mazagran gebruikte. Eindelijk, na een geruimen tijd lezend te hebben doorgebracht, dronk hij zijn koffie uit, plooide zijn dagblad saamdat hij dan in den zak stak en wilde vertrekken. Jeanne legde den jongman de hand op den schouder om hem tegen te houden. „Pardon, mijnheer,' zegde zij, „zoo ik mij ver oorloof...." „Kan ik u met iets van dienst zijn, mamaatje?" vroeg de jongman, weder plaats nemend. „Zooeven heb ik u hooren zeggen, dat uw pa troon eene draagster zoekt." „Ja, dat is zooDenkt gij er aan u te presen- teeren?' „Ja.' „Zijt gij van den stiel?" „Neen, doch mij dunkt, dat dit niet zoo moei lijk zijn zal. En daar ik iets moet aanvangen om den kost te verdienen en niet dommer ben dan anderen, zal ik spoedig genoeg op de hoogte zijn van de adressen der klanten. Ik ben over tuigd, dat men tevreden over mij zal zijn." „Parbleu; ja, ik hoor wel, dat gij zoo dom niet zijt.... Doch gij moet begrijpen, beste vrouw, dat, zoo de stiel niet moeilijk, hij toch zeer lastig en vermoeiend is.' „Ik ben sterk en heb veel moed.' „Gij zult vijf uur per dag te loopen hebben, met een raars op den rug of achter een gesloten wagen, dien gij moet voorduwen in regen, wind en sneeuw! Verdiepingen zult gij te beklimmen hebben, heel wat erger dan een keer of tien de Bastillekolom te bestijgen." (Wordt vervolgd.) „Gevonden kind!" sprak zij. „Zonder vader zonder moeder IVerlaten door hen, die haar konden, die haar moesten beminnen Droevig bestaan En toch is Lucia gelukkig. Zij lijdt niet, zooals ik te lijden heb. Zij verveelt zich nooit.Zij werkt, hoopt op de toekomst, en bemint." Na eenige oogenblikken stilte, hernam zij „Zij bemint!Het moet dan wel zoet voor het hart zijn te beminnen! Men zegt dat de liefde alle leed vergeten doet, alle lijden Zij be mint, en wordt wederkeerig ook bemind! Zal ik, ik, die eindeloos rijk ben, ooit weten wat liefde is Een hoestaanval kwam nogmaals hare wangen met purper kleuren. Zij bracht den zakdoek aan de lippen. Dra bespeurde zij dat deze met bloed be smeurd was. Mary verbleekte. „Bloed!".... stamelde zij. „Er brandt een vuur in mijne borst!.... 't Is alsof er een gloeiende kool tusschen mijne schouders ligt." Twee dikke tranen liepen het meisje over de wangen. Zij stond op, nam een lepel in van een drank je, dat er voor haar gereed stond, en ging dan weer hare plaats bij den haard innemen. „Wat zou ik ook graag willen beminnen lis pelde zij in een zucht. En dan verdiepte zij zich weer in eene melan cholische droomerij. De nering, die tot uithangbord droeg: IN HET RENDEZ-VOUS DER BAKKERS, waarin wij Jeanne hebben achtergelaten, droeg terecht dezen naam. Daar toch vereenigden zich geregeld de bak kersknechts, de leerjongens, de draagsters uit de gansche buurt. De meesten kwamen daar zelfs hun diner ge- gebruiken. De inrichting bestond uit vier vertrekkenDe zaalwaar zich het bufet bevondeen kabinet waar een tiental personen rondom een ronde tafeldoor twee bekken gas verlichtkonden aanzittende groote zaal aan beide zijden van eene laüge rei kleine vierkante tafeltjes voorzien, waar de bezoekers hun maal gebruikten, en ein delijk de keuken, waar de meesteres des huizes tegenover potten en pannen van blinkend koper en te midden van drie ijverige dienstmeisjes den schepter voerde. Elk kwartier van Parijs heeft een of twee der gelijke huizen, die tot vereenigingsplaats strekken voor het dienstdoend personeel de bakkerijen. Er worden allerlei gesprekken gevoerd. Men kent daar elkander, en ieder vertelt er aan zijn buurman wat er bij den patroon omgaat. In de nog half gevulde groote zaal was Jeanne binnengetreden. Een oogenblik stond de vluchte linge onbeslist, niet wetend of zij verder zou gaan,' toen zij het gelach en het druk gesprek aan de tafeltjes hoorde. Op den drempel stond zij stil. Eene dienstmeid, die haar voorbijging, zag, dat de vrouw besluiteloos was en zonder de oorzaak van haar aarzelen te kennen, zeide zij: "O, gij kunt binnengaanmadame; er is nog plaats genoeg." „O ja," voegde er een bakkersknecht van vier a vijfentwintig jaar bij, die nabij den ingang ge zeten was, en even als de dienstmaagd Jeanne's besluiteloosheid had opgemerkt. „Kom hier is plaats aan mijne zijde. Wij behooren hier allen tot het bakltersgild, en al hebt gij daarmede ook niets te maken, dan zijt gij toch even welkom.' Jeanne glimlachte en ging aan de zijde van den vriendelijken gast zitten die wat opschoof om haar meer plaats te geren. „Wat zult gij gebruiken?" vroeg hij, de ver schillende gerechten van den dag opnoemend. Pierre Fortiers's weduwe bestelde haar diner. Eensklaps sprak haar makker aan tafel een persoon aan, die aan een naburig tafeltje zat. „Zeg, Tourangeau," riep hij hem toe, „kent gij niet een middeltje om mijne bazin van hare ze nuwaanvallen te genezen en mijn patroon van die zonderlinge buienwelke den man in een toestand brengen, dat men hem met geen tang zou aanraken P* „Maar wat mankeert hun dan vroeg de aan gesprokene. „Doodeenvoudig, eene goede draagster." „Anders niets?" vroeg Tourangeau lachend. „Dat is nogal de moeite waard. Goede draagsters zijn in den tegenwoordigen tijd van sneeuw en vorst, waarlijk witte raven. De eene na de andere gaat ziek naar bed en de meesten verlaten den stiel. In veertien dagen tijds hebben wij er vier gehad 1"

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1894 | | pagina 2