BUITENLAND. Frankrijk. Spanje. Engeland. Duitschland. Italië. Servie. Amerika. zien een garantie voor de handhaving van het home rule plan als een der hoofdpunten van het regeeringsprogram. William Harcourt heeft den nieuwen premier, boven wien hij door vele radicalen als leider werd gesteld doen weten dat hij gezind is als minister van financien aan te blijven en op te treden als leider der liberalen in het lagerhuis. Dit voor zoover de directe gevolgen van Gladstone's stap betreft, waartoe hij zich door omstandigheden buiten zijn wil en buiten zijp macht, gedwongen of gedrongen gevoelt, 't Geen uit dezen, in elk geval hoogst belang rijken ommekeer van zaken, voortvloeien zal, valt met zekerheid natuurlijk niet te zeggen, maar de gissingen moeten toch alle op een bazis berusten en die bazis nu, is juist niet van zoo heel veel goeds spellenden aard. Dat het nieuwe kabinet onmiddellijk door het lagerhuis zal worden ten val gebrachtis niet waarschijnlijk doch of Rosebery er in zal slagen de uit zoo uiteenloopende elementen saamgestelde meerderheid nauw aaneenge sloten te houden, is twijfelachtig: de liberalen verschillen onderling te zeer en dan wordt een ontbinding van 't lagerhuis onvermijdelijk. Aan dat verloop van zaken knoopt men nu ook weder de meest gewaagde veronderstel lingen en voorspellingen vast. Gladstone, die niet uitsluitend om gezondheidsredenen zou afgetreden zijn, maar zich machteloos zou hebben gevoeld tegenover de onderlinge geschillen der liberalen, wordt het plan toe gedicht dan weder op den voorgrond te treden, zooals hij dat ook heeft gedaan nadat hij voor een veertiental jaren plechtig afscheid had genomen van regeering en parlement. De omstandigheid, dat zulk een bericht in allen ernst wordt besproken en beoordeeld is wel een bewijs van den hachelijken staat van zaken als direct gevolg van Gladstone's af treding die dan weer een „fausse sortie" zou zijn De premier van Italië heeft een enorme zege bevochten op zijn heftigste tegenstanders in de kamer van afgevaardigden van Italië: met 342 tegen 45 stemmen en 22 onthou dingen van deelneming aan de stemming is een motie aangenomen, waarbij de houding der regeering ter handhaving des vredes ge billijkt wordt en het vertrouwen wordt uitge sproken dat de regeering er in slagen zal den openbaren vrede door wettige maatre gelen te verzekeren. Dat lijkt, na een kamp van vele dagen over de door het bewind gevoerde binnenlandsche politiek heel mooi, doch in den grond beteekent 't niet zoo heel veel, als men weet dat het votum van wan trouwen even tevoren was verworpen met alle stemmen tegen de vijf socialisten een bewijs dus, dat de handhaving der orde in 't algemeen belang nog immer wordt wenschelijk geacht, zonder meer. 't Zou dwaas en on verstandig tevens zijn als de premier in dit votum een gunstig voorteeken mocht zien voor de regeeringsplannen in zake de financien des rijks: de eigenlijke slag moet juist op dit terrein geleverd worden en de samenstelling der beide commissién spelt in deze heel weinig goeds, zoodat den premier reeds het plan is toegedicht Sonnino als een anderen Jonas te laten schieten. Door de discussien van Zaterdag over het handelsverdrag met Rusland in de commissie uit den Duitschen rijksdag, zijn de kansen op aanneming van dit -tractaat enorm ge stegen: alle artikelen zijn met 13 tegen 8 stemmen aangenomen,, alleen artikel 7 komt nog eens in behandeling. Lucien nam afscheid van vader en dochter met de belofte, dat hij des anderendaags om negen uur zou present zijn. De jongman gevoelde zich gelukkig vrij te zijn, en in staat rekenschap te gaan geven van het geen er gebeurd was aan zijn vriend Georges Darier en zijne lieve verloofde, die wel ongeduldig moest worden wegens zijn lang uitblijven. Eerst wilde hij onmiddellijk naar de Bour bonkade gaandoch hij vreesde Georges niet meer te zullen aantreffen, wanneer hij nog langer wachtte. Hij haastte zich dan naar de Bonapar- testraat. De advocaat keerde juist terug van het paleis van justitie. 't Was het uur, waarop hij gewoonlijk te cor.- sulteeren was. Lucien was wel genoodzaakt te wachten, tot dat drie of vier klanten, die voor hem waren gekomen, hunne beurt gehad hadden. Eindelijk kon hij echter het kabinet zijns vriends binnentreden. Georges Darier stak hem de hand toe en ont ving hem met de volgende woorden „ProficiatGij zijt geslaagd „Wie heeft u dat gezegd?' ,l)w gelaat.' „Welnu dan, dit gelaat bedriegt u niet. Ik ben, dank uwe goede bemoeiingen, overgelukkig en kom u mijne erkentelijkheid betuigen voor mijn groot succes, dat uw werk is." „O," riep Georges uit, „ik ben even gelukkig als gij! Uwe tevredenheid vergeldt mij honderd voudig wat ik voor u heb kunnen doen Kom, breng mij eens op de hoogte. Wat is er gebeurd Lucien deelde zijn onderhoud mede met Paul Harmant en alles wat Mary gedaan had om zijne aanvraag te ondersteunen. „Ik had haar niet slecht beoordeeld,' zeide Georges Darier. „Een gulden hart I' „Een engelbevestigde Lucien. „Nu komt alles in orde,' hernam de advokaat; gij hebt den voet in den stijgbeugel. Wie weet of gij eenmaal niet de vennoot des heeren Paul Harmant zult worden „Uwe verbeeldingskracht gaat te ver!" ant woordde Jules Labroue's zoon lachend. „Zoo ver strekken mijne wenschen zich niet uit. Indien ik in staat ben in eenige jaren genoeg over te leggen om een gedeelte der afgebrande ateliers Zaterdag werden weer twaalf huiszoekingen bij de anarchisten en zeven arrestaties te Parijs gedaan. De ministerraad besloot, het verkoopen van het Zwitsersche blad L'Avenir in Frankrijk te verbieden, daar het zich niet ontziet misdaden te verheerlijken. Het gerucht loopt, dat het Oostenrijksche keizerlijk echtpaar voornemens is te Cap Martin een stuk grond te koopen, ten einde daar een villa te bouwen. De Temps verzekert, dat uit documenten bij de anarchisten in beslag genomen, blijkt, dat zij geld van rijke personen ontvingen die veronderstelden door hun giften zich de vriendschap en de bescherming der anarchis ten te verwerven. Te Madrid is nu uit Marokko bericht ont vangen, dat de onderhandelingen van Martinez Campos met den sultan zijn afgeloopen en dat laatstgenoemde zich bereid heeft verklaard aan Spanje eene schadeloosstelling te betalen van 20 millioen pesetas of franken. William E. Gladstone. De 84-jarige Gladstone, die thans afgetreden is, was reeds op 23-jarigen leeftijd lid van het parlement: op 24-jarigen werd hij minister. Slechts William Pitt was nog een jaar jonger, toen hij minister van financien werd. Glad stone is zesmaal minister geweest en viermaal minister-president. Gedurende een tijdperk van 62 jaar heeft hij invloed gehad op alle wetten, die in Engeland tot stand kwamen eu op alle meer gewichtige zaken, uit het politieke leven. Geen staatsman in dat land heeft op zulk een gevorderden leeftijd de teugels van het bewind in handen gehad. Lord Palmerston stierf als minister op 81- jarigen leeftijd. Lord Rosebery, die thans als opvolger van Gladstone aangewezen is, telt 47 jaar. Hij is van Schotsen stam, hoewel hij te Londen geboren werdzijn rondvleezig en glad gezichtwaarin een paar zeer vrijmoedige blauwe oogen schitteren, is het type van den stoeren, kerngezonden en jovialen Engelsch- man. Sedert 1868, toen zijn vader stierf, is hij van rechtswege lid van het hoogerhuis desniettemin is hij een echte liberaal, die zich niet ontzien heeft te protesteeren tegen het anti-democratisch karakter van die in stelling. In 1881 werd hij in het ministerie-Glad- stone achtereenvolgens onder-secretaris van binnenlandsche zaken en eerste commissaris van publieke werken. Toen er een scheuring ontstond in de liberale partij, tengevolge van home rule, was lord Rosebery een der weinige liberale aristocraten die Gladstone trouw bleven. Deze vertrouwde hem in zijn kabinet van 1886, dat slechts zes maanden bestond, de portefeuille van buitenlandsche zaken toe. In deze kwaliteit betoonde hij zich een man van karakter in de internationale quaesties van den Hulgaarsch Servischen oorlog. Na den val van het ministerie, maakte hij ijverig propaganda voor home rule, en als president van den Londenschen graafschapsraad werd hij de kampvechter voor een groot aantal gemeentelijke hervormingen. In 1892 kwam hij met Gladstone weer aan het bestuur en mijns vaders te Alfortville weder te doen op bouwen, dan ben ik hoogst tevreden." De twee vrienden namen afscheid. Vijfde Hoofdstuk. Lucien nam een rijtuig om zoo spoedig moge lijk de Bourbonkade te bereiken, waar hij wist dat eene teedere ziel zijne komst met ongeduld verwachtte. Het jonge meisje was niet alleenen toch verleende zij al 'hare aandacht, wanneer zich eenig gerucht op de trappen liet vernemen. Jeanne Fortier, de brooddraagster, die, zooals wij reeds weten, door allen in de bakkerij mama Lison genoemd werd, was bij haar. Een uur geleden was de vluchtelinge van Clermont, die door een geheimzinnig en onweer staanbaar instinct tot Lucia werd aangetrokken, bij haar komen aankloppen. Zij droeg een pakje onder den arm. „Rijk! Zijt gij daar, mama Lison?" sprak Lucien's verloofde, toen zij de brave vrouw ont waarde. „Ik hoop niet dat gij mijn thans reeds mijn brood voor morgen vroeg brengt.' „Neen, neen, beste juffrouw," antwoordde Jeanne binnentredend en de deur achter zich toe trekkend. „Ik kom u een dienst vragen.' „Volgaarne, zoo ik iets voor u doen kan." „Niets is gemakkelijker." „Ga dan daar zitten, tegeno^r mij, terwijl ik mijn werk voortzet aan dit pak, dat morgen avond moet gereed zijn. Vertel mij eens wat gij verlangt Jeanne nam een stoel en ging bij het jonge meisje zitten, waarop zij dan een teederen blik vol welbehagen liet rusten. „Luister, juffrouw Lucia." zeide zij. „Gij zijt modenaaister en hebt mij eens gezegd, dat gij voor mij zoudt kunnen werken, zoo ik dit ver langde." „Zeker kan ik dat en ik zal het ook doen. Ik ben geheel tot uwe beschikking.' „Zooeven," zeide Jeanne, „ging ik een groot magazijn van modeartikelen voorbij. Er lagen eene menigte stoffen uitgestald, die mij zeer goedkoop schenen. Ik ben binnen gegaan en heb een coupon gekocht." „Dan wenscht gij, dat ik een kostuum voor u m;»ke „Ja, juffrouw Lucia; zoudt gij zoo goed willen zijn thans zal aan zijn handen het roer van het schip van staat toevertrouwd worden. Zijn rol als scheidsrechter in de werkstakingen van het vorige jaar ligt ieder nog versch in het geheugen. In de buitenlandsche politiek helt hij over tot de triple alliantie. Rosebery huwde in 1878 een dochter van Rothschild zij stierf in 1890. Waar er sprake is van een wedren, is de lorddie zelf een stal met harddravers bezit, altijd te vinden. De Reichsanzeiger maakt een besluit van den senaat te Bremen bekend, waarbij bepaald wordt dat overzeesche ruwe wol, die enkel in doorvoer over Nederland is verzonden, uit Nederland in het gebied van Bremen toege laten wordt. De financieele toestand van Pruisen is niet zeer gunstigalle takken van dienst behalve natuurlijk het leger, gevoelen het doch geen erger dan het openbaar onderwijs. Daar er geen geld genoeg is, bezuinigt men daarop. De volgende officieele cijfers zijn welsprekend: In 1878 waren er 615 vacante onderwijzersplaatsen; in 1882 6051; in 1886 10347; in 1891 12652. Wilhelm II schijnt voornemens te zijn den 19en Maart, Berlijn te verlaten. Hij zou vier weken te Abbazia blijven. Zijn omgeving moet Wilhelm verzekerd hebben, dat hij ge lukkig was eens vacantie te kunnen nemen na al de vermoeienissen en de zorgen van de politiek dezer laatste maanden. Twee maanden geleden werd een „Einjahriger* met vier weken strenge gevan genisstraf, waarbij de vei oordeelden slechts water en droog brood krijgen, gestraft, omdat hij, buiten dienst, glimlachend tot een onder officier gezegd had„Ik zou wel dienst nemen, als wij Franschen waren". De minister van oorlog heeft thans den bedoelden vrij williger nog twee jaar vestingstrat opgelegd. Naar aanleiding van de zaak van ge neraal Kirchhoff, die op een nieuwtjesjager welke zich met zijn familie-aangelegenheden bemoeid had eenige schoten heeft gelost verklaarde de minister van oorlog, dat het niet meer dan billijk isdat men tot de revolver de toevlucht neemtwanneer de rechtbank geen voldoening schenkt. Deze verklaring maakte op vele leden van den rijksdag een pijnlijken indruk. Vrijdag heeft de Paus het dubbele feest van zijn 84n verjaardag en zijner kroning gevierd. Bij die gelegenheid het Heilig Col- legie ontvangend, zeide Z. H. te zullen vol- liaiden in zijn streven om den weldadigen invloed der kerk overal te doen gevoelen wat wel noodig is in deze dagen, nu de be ginselen van eerlijkheid, rechtvaardigheid gezag en vrijheid, ja alle maatschappelijke rechten en plichten, met voeten worden ge treden. De beginselen van geloof en zede lijkheid weer aan de volkeren in te prenten, is de taak der kerk, alsmede het christelijk leven te doen ontwaken in het gezin. Ook wil de kerk rechtvaardigheid en liefde brengen onder de verschillende maatschappelijke stan den, den regeerders der volkeren rechtscha penheid leeren, bij de volkeren het onder danigheids-gevoel in het leven houden, en bij allen het verlangen naar den vrede, die van God is. Leo XIII toonde door de wijze van voor dracht dezer toespraak duidelijk, dat hij weer geheel flink en gezond was. „Ik heb het u reeds gezegd. Brengt gij den coupon mede „Ja, hier is hij." En de draagster wees met deze woorden op een pakje, dat zij had medegebracht. „Ik zal u dadelijk de maat nemen. Kunt gij nog een oogenblik wachten „Zeker, zeker 1 Ik heb mijn werk geëindigd en ben nu vrij tot morgen vroeg. Haast u dus niet.' „Ik houd van snel werken." Lucia hanteerde de naald met koortsach tige gejaagdheid, terwijl zij nu en dan een blik op de deur wierp en bij 't geringste gerucht op de trap aandachtig toeluisterde. Jeanne zag weldat de juffrouw gejaagd en ongerust was, doch de reden daarvan kon zij niet gissen. Zij zou 't wel gevraagd hebben, doch vreesde onbescheiden te zijn. „Zijt gij reeds lang modiste, mejuffrouw?" vroeg zijvol verlangen iets van het verleden des meisjes te leeren ken. „Zes jaar ongeveer, mama Lison.' antwoordde Lucia. „Hebt gij te Parijs dit vak geleerd „Ja, het vak wel. Doch het naaiwerk leerde ik reeds in het gesticht, waar ik mijne opvoeding genoten heb." Jeanne beefde over geheel haar lichaamtoen zij deze woorden hoorde. „Zijt gij in een gesticht grootgebracht?" vroeg zij levendig. „Ja, mama Lison,* antwoordde de modenaaister op droevigen toon. „Ik heb nooit mijn vader of mijne moeder gekend. Toen ik nog zeer klein was heeft men mij in het gesticht der gevonden kinderen opgenomen.' „Te Parijs P" stamelde Jeanne, wier stem beefde. Luciageheel aan haren arbeidkon niet de diepe ontroering zien, die Jeanne's trekken ver raadden. „Jate Parijs," antwoordde zij. „Is dat reeds lang geleden „Eenentwintig jaar." „Eenentwintig jaar!" herhaalde Jeanne, die door deze wooraen weer aan haren tijd van smarten herinnerd werdEn hoe oud zijt gij?" „Naar men mij verzekerd heelt moet ik onge veer tweeëntwintig jaar oud zijn.' „Weet gijwaar ge 't eerste jaar uws levens hebt doorgebracht tot op het oogenblik, dat gij De Riforma, het welbekende orgaan van den minister president Crispi, behelst een artikel, waarin het verlangen te kennen wordt gegeven, dat er eene toenadering komt in de handelsbetrekkingen tusschen Italië en Frank rijk. Dit zou voor beide staten voordeelig zijn, en de invloed van Casiinir Perier op de kamers en op de openbare meening is groot genoeg om daartoe den weg te banen. Italie's bereidwilligheid kan niet in t wij tel worden getrokken; maar het zou wenschelijk zijn, dat het initiatief van de Fransche regeering kwam. In de omstreken van Reggio d'Emilia hebben de werkloozen allerlei geweldadig- heden bedrevenwaaraan met behulp van een groot aantal karabiniers een einde ge maakt werdde gisting duurt voort. De burgemeester van Reggio verklaarde den ge meenteraad, dat de financieele plannen van Sonnino de inkomsten der stad zóó zouden doen verminderen dat zij niet langer in staat zou zijn aan haar verplichtingen te vol doen. Driehonderd adelborsten zijn op de marineacademie te Venetie tegen de officieren in opstand gekomen. Er ontstond een ge vecht, waarin verscheidene personen gewond werden. De schout-bij nacht Dedoltie, die in allerijl toesneldekon slechts met moeite de rust herstellen en de schuldigen in arrest laten brengen. Ongelukkig hoort men in de laatste dagen weer op Sicilië den kreet„Wij ster ven van honger Brood Op verscheidene plaatsen ligt alles onder de sneeuw en heeft men gebrek aan het allernoodigste. Hier en daar doet de overheid uitdeelingen van meel en brood, maar dat is verre van voldoende. Geheele huisgezinnen zijn zonder dak en hebben, bij nijpende koude, aan voedsel zoo wel als aan voldoende kleeding gebrek. Len- tini en Muscalucia worden genoemd als de plaatsen, die vooral te lijden hadden. De geruchten van het vertrek van Milan uit Belgrado bevestigen zich. Men beweert zelfs, dat de jonge koning Alexander het niet meer met zijn vader eens is. Den 22en Februari woei over Chicago een sneeuwstormzooals uit de laatste 20 jaar daar niet een wordt herinnerd. De orkaan duurde slechts 7 urenmaar belemmerde reeds terstond alle verkeer. De trams deden geen dienst, en de spoortreinen waren niet in staat de stations te verlaten. De uitgezonden sneeuwploegen raakten bedolven en moesten door talrijke manschappen weder uitgespit worden. De hevige wind maakte 't den voetgangers uiterst gevaarlijk zich op straat te begeven. In het down-town gedeelte, waar zich de 16 of 18 verdiepingen hooge hemelkrabbers* verheffenblies de wind met ongekende kracht. Op den hoek van de „Masonic Tem ple*, een gebouw van 302 voet hoog, was eene afdeeling politie gestationneerd, om vrou wen en meisjes over de straat te helpen. In weerwil van deze krachtige hulp werden ver scheidene personen opgenomen en tegen het gebouw gesmaktzoodat ze inwendig ge kneusd door de ambulance moesten opge nomen worden. Vele rijtuigen werden onderstboven gewor pen, en de vrees sloeg eiken expressman om plaats vondt in het gesticht?" „Neen." „Weet gij of ge door uwe ouders verlaten werd of wel door vreemdelingenwien gij door uwe ouders werd toevertrouwd „Neen, daar weet ik niets van." „Men moet dit toch weten in 't gesticht" „En misschien weet men het ook wel. Doch men zegde het niet." „Waarom niet?" „Men mag de kinderen dergelijke geheimen niet mededeelen. De persoon, die een kind als vondeling heeft gelegd, of doen leggen, kan de verlatenen komen opeischen, wanneer men den datum kent en het uur der nederleggingde initialen waarmede het goed geteekend was en de bijzondere merkbare teekenen, die er mochten bestaan." „Gij weet dan niet," hernam Jeanne, „of er eenige teekenen zijn, waardoor gij zoudt kunnen herkend worden „Ja, die bestaan er; ik weet het." „En waarom vraagt gij dan niet, dat men u deze bekend malie?' „Men zou zelfs niet antwoorden, zoo ik het deed." „Maar hoe komt gij aan den naam van Lucia?' vroeg Jeanne dan weer op levendigen toon. „Het was op het feest der H. Lucia, dat ik in het gesticht werd opgenomen; daarom wellicht heeft men mij dien naam gegeven." /Dan is het heel toevallig, dat zij Lucia heet!dacht Jeanne, terwijl haar hart een pijnlijken schok gevoelde„en ik durfde hopen,... ziedaar dan het uiteinde mijner droomerijen „Maak u gereed, mama Lison,' sprak dan Lucia, haar naaiwerk nederleggend, „thans zal ik u de maat nemen." Op dit oogenblik hoorde men stappen op de trap. Lucia haastte zich naar de deur, opende deze en luisterde aandachtig toe. Men kwam niet verder dan de derde verdieping. „Hij is het nog nietl' sprak het meisje met een somber gelaat. Dit ontging Jeanne niet. „Wacht gij iemand, juffrouw Lucia?' vroeg de draagster. „Ja, mama Lison, iemand, dien gij kent," „Wie dan?' Wordt vervolgd.

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1894 | | pagina 2