Nummer 54. Zondag 8 Juli 1894. 17e Jaargang. DIS BROÖDDHUGSTEB. Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen. UITGEVER- ANTOON TIELEN Staatkundig overzicht. FEU1LLETOS. V BUITENLAND. Frankrijk. De Echo van het Zuiden, Waalwpsche en Laiigxlraalsflip Conrant, Dit blad verschijnt Woensdag en Zaterdag avond. Abonnementsprijs per 3 maanden ƒ1,00. Franco per posi door het geheele rijk f 1,15 Brieven, ingezonden stukken, gelden enz., franco te zenden aan den Uitgever. Waalwijk. Advertentiën 1 7 regelt 0,60 daarboven 8 cent per regel groote letters naar plaatsruimte. Advertentien 3 maal ter plaatsing opgegeven, morden 2znaal berekend. Advertentiën voor Duitscb- land worden alleen aangnomen ioor het advertentiebureau van Adolf Steiner, Hamburg. Reclames 15 cent per regel. Het politieke leven in hoofdzaak gevoed door de parlementaire beraadslagingen, kan, afgezien zelfs van de nabetrachtingen over de laatste gebeurtenissen in de groote re publiek, nog niet geacht worden de zomer- kalmte te zijn ingetreden: verschillende par lementen sleepen een kwijnend bestaan voort en belangrijke vraagstukken worden opgelost in enkele uren door eenige tientallen volks vertegenwoordigers. Toch zal de parlemen taire vacantie spoedig algemeen zijn in ons werelddeel. De Fransche kamer heeft den heer Burdeau gekozen tot haren president, met 259 van de uitgebrachte stemmen. Brisson kreeg er 157. Na eene krachtige en ardoende repliek van Dupuy, heeft de kamer verder met 470 tegen 65 stemmen de motie van orde, voor gesteld door Vaillantverworpen waarbij een afkeurend oordeel werd uitgesproken over de maatregelen door de politie in de afge- loopen week genomen tegen de betoogingen in verband met den moord van Carnot. De kamer heett eindelijk met 367 tegen 167 stemmen de urgentie verworpen van het voorstel van Viviani, waarbij de regeering verzocht werdeene algemeen en volledige annestie te verleenen. De regeering bestreed het voorstel op grond dat zij reeds in tal rijke gevallen gratie heelt gegeven. De beraadslagingen in Italie's kamer loopen ook gevaar te ontaarden in gezellige, onbe duidende samensprekingen bij gebrek aan afgevaardigden, bezield met den noodigen ijver en doordrongen van de door hen aan gegane verplichtingen vis-è,-vis de kiezers, wier belangen zij heeten te behartigen. Toch is er nog een kleine opleving der belangstel ling te verwachten en wel ten aanzien van de maatregelen, door den premier Crispi tegen Naar het Fransch door W. v. R. Overgenomen uit de Meierijsche Courant 96 Met langzamen tred stapten zij vooruit. Doch Lucia was nog niet sterk genoeg om zulken afstand te kunnen afleggen. Na een kwar tier gewandeld te hebben,'"knikten hare beenen. //Ik had het wel gedachtmompelde mama Lison. Zij deed een huurrijtuig stilstaandat ledig voorbijreed, liet Lucia instappen en volgde dan zelve ook na den koetsier net adres opgegeven te hebben in de Murillostraat. Harmant en zijne dochter eindigden hun dé jeuner. Een kamerdienaar trad de eetzaal binnen en sprak „Er is iemand voor u mejuffrouw.' „Iemand voor mij herhaalde Mary. „En wie mag dat zijn „De naaister van mejuffrouw. Zij is gekomen om verscheidene kostuums aan te passen." „Madame Augustine?" „Neen, mejuffrouw. Het is een jong meisje, dat reeds meer dan eens hier geweest is." Mary werd doodsbleek. „Lucia?" sprak zij met ontroerde stem. „Ja mejuffrouw. Zoo heet het meisje." „Lucia!" riep op zijn beurt Paul Harmant uit, terwijl hij van zijn stoel opsprong en een vree- selijke angst hem een doodskleur op het gelaat bracht. Mary begreep er niets van zij kon trouwens niets begrijpen van de ontsteltenis, welke op het gelaat haars vaders lag uitgedrukt. De tegenwoordigheid van dit meisje ontstelt hem en maakt hem boos dacht zij. En dan voegde zij er luide bij „Ik zal haar niet ontvangen vaderIk wil haar niet ontvangen.* Deze woorden brachten in het gemoed van den millionair eene betrekkelijke kalmte te weeg. Hij begreep dat hij op het punt gestaan had de anarchisten voorgesteld en nu in voorbe reiding bij de commissie. Het wetsontwerp, waarbij strat wordt bedreigd tegen de aan hitsingen, direct of indirect, tot misdrijven tegen de maatschappij, heett veel overeen komst met de regeling in Frankrijk kort na Vaillaut's aanslag, getroffen. In de toelichting wordt de meening uitgesproken, dat ook zij, die onafgebroken door de pers de misdaad verheerlijken, moeten vallen binnen het bereik van den strafrechter. Scherper nog dan de Fransche wetgeving is de Italiaansche, waar zij recht geelt tot tijdelijke hechtenis van verdachten. De wetgever hoopt langs dezen weg allen te treffen, die verdacht worden van een vergrijp tegen de openbare orde en veiligheid of van misbruik van ontploffings- stoffen, doch wegens gebrek aan bewijs niet veroordeeld zijn kunnen worden. De toestand is in Italië, met name in Livorno, van dien aard, dat er van persoonlijke veiligheid en vrijheid van gedachtenuitingen eigenlijk geen sprake meer kan zr'n, ja, er wordt zelfs ernstig over gedacht het lidmaatschap van een anar chistische vereeniging en de anarchistische propaganda als misdrijf strafbaar te stellen. In den Duitschen Bondsraad komt het voor stel tot afschaffing der Meiwetten tegen de Jezuiten, zooals dit door den Rijksdag is aangenomen, in behandeling, volgens den een met kans van aanneming, volgens den ander geheel zonder eenige kans voor de Centrum-mannen. Zoo ongeveer vijf maanden nadat het Huis van Afgevaardigden de nieuwe tariefwet met 203 tegen 140 stemmen had aangenomen, heeft de Senaat der Vereenigde Staten bij derde lezing het voorstel goedgekeurd met 39 tegen 34 stemmen. De hoofdvoordeelen van de nieuwe regeling voor Europa zal zijn: een vermindering van de invoerrechten (80 pet. der waarde voor „Leeft Lucia dan nog Zou het mogelijk zijn? Heeft Ovidius mij aan schandelijk bedrogen, toen hij mij verzekerde, dat hij haar voor goed had uit ded weg geruimd P" Wat er ook van was, Harmant wilde Lucia zien om zich te overtuigen van den toestand. Harmant neeg zich tot het oor zijner dochter en sprak fluisterend om slechts door haar ge hoord te worden vHet was mij niet mogelijk eene eerste bewe ging van opgewondenheid te onderdrukken en dat betreur ik, want deze overprikkeling was zeer onrechtvaardig." /Onrechtvaardig?' herhaalde Mary. „Ja, zeker. Dit jonge meisje weet niet dat het de oorzaak is van uw lijden. Het zou niet zeer waardig van ons zijn haar niet te willen ont vangen. Het is eene naaister, die zich hier aan biedt, door hare meesteres gezonden. Waarom, onder welk voorwendsel zoudt gij haar de deur sluiten Ontvang haar dan volgens gewoonte en het zij u voldoende madame Augustine te verzoeken u in het vervolg eene andere naaister te zenden." „Dat kan ik niet!" antwoordde Mary. „Zij is mij al te hatelijk!" „Doe een beroep op uwe waardigheid, en gij zult gemakkelijk over dit weerzien zegevieren." „Gij hebt gelijk, vader. Welnu dan, ik zal mijn best doen." Paul Harmant wendde zich naar den kamerdie naar, die onbeweeglijk den uitslag afwachtte van het onderhoud, dat tusschen vader en dochter op zachten toon gevoerd werd. „Laat de naaister binnenkomen," zeide hij. „Hier!" riep Mary uit. „Waarom niet?Waarom zoudt gij udéran- geeren Zoo gij de kleederen niet wilt passen, die zij medebrengt, zult gij wel eenig voorwendsel weten te vinden om u daaraan te onttrekken, En de millionair herhaalde: „Laat haar binnenkomen." De kamerdienaar verliet de eetzaal en keerde na enkele oogenblikken, door Lucia gevolgd,terug. Lucia zag er zeer bleek uit; zij was blijkbaar bijzonder ontroerd en scheen moeite te hebben op de beenen recht te staan. Mary ontging het niet dat er eene groote ver andering had plaats gegrepen sinds zij Luica voor het laatst gezien had; doen zij gevoelde zich daar door in het geheel niet aangetrokken. „Wat wenscht gij?' vroeg de dochter des mil- lionairs. metaalwerken en 91 voor wollen goederen) tot hoogstens 45 pet en vrijstelling voor ver schillende grondstoffen; voorts worden om hel verkeer te vergemakkelijken, verschillende rechten naar het gewicht in plaats van naar de waarde berekend. Uit Pretoria komt bericht, dat generaal Joubert besloten heeft de holen, waarin een aantal aanhangers van Malabokh zich hebben teruggetrokken en die ontoegankelijke vtrde- digingsplaatsen vormen, door middel van dynamiet in de lucht te doen springen. Hij zal de lieden echter te voren waarschuwen, opdat hunne vrouwen en kinderen (en waar schijnlijk ook zijzelven, wanneer zij zich willen overgeven) de holen kunnen verlaten. In de Kaffer-oorlogen zijn dergelijke uit- rookerijen of vernielingen door middel van buskruit van rotskloven, waarin inboorlingen zich hadden verschanst, niets vreemds, hoewel het veelal werd veroordeeld als eene wreed heid. pat men de lieden nu althans waar schuwt is tenminste een vooruitgang. De ministers hadden reeds dadelijk na den dood van Carnot besloten bij de kamers een voorstel in te dienen om aan zijne weduwe een jaargeld toe te kennenals blijk van nationale erkentelijkheid wegens de diensten door haren man den lande bewezen. De minister-president heeft mevr. Carnot kennis gegeven van dit voornemen. Deze was zeer getroffen en erkentelijk voor dit aanbodmaar zij wees het van de handen dit geschiedde zoo nadrukkelijk dat ile heer Dupuy het raadzaam vond er niet verder op aan te dringen. Het is thans zeker, dat er wegens den Op zwakken toon antwoordde Lucia: „Ik ben gekomen, mejuffrouw, om u uwe kostuums aan te passen. Ik weet wel dat het wat al te laog geduurd heeft, doch dat is geheel buiten mijne schuld. Ik ben het voorwerp ge weest van een ongeluk of liever, van eene mis daad, die mij verscheidene dagen belet heeft iets te verrichten." Harmant beefde bij het hooren dezer woorden. „Eene misdaad riep Mary uit, wier nieuws gierigheid geprikkeld werd. „Ja, mejuffrouw." „En welke misdaad „Men heeft getracht mij te vermoorden en het scheelde heel weinig of men was er in geslaagd." „Dan zijt gij gekwetst geweest, mejuffrouw?* vroeg Harmant met de grootste koelbloedigheid. „Ja, mijnheer, en de bekomen wonde doet mij nog veel lijden. Een messteek ontving ik in de borst en een tweede zou mij den genadeslag toe gebracht hebben, zoo deze niet op de stalen balein van mijn corset was afgeschampt. Aan dat toeval ben ik het leven verschuldigd." „Een gelukkig toeval, mejuffrouw! De moor denaar is zeker in arrest genomen „Neen mijnheer, maar alle redenen zijn er om te veronderstellen, dat het spoedig zal zijn.' Dit antwoord riep het kille zweet op de slapen van den millionair te voorschijn. Nochtans had hij de kracht om zijne ontsteltenis te overmeesteren, en hernam „Gij hebt zeker zijn signalement aan de justitie kunnen verstrekken „Neen mijnheer. Nauwelijks heb ik hem gezien, en dan in 't midden van den nacht. Het schijnt dat hij tot eene nachtelijke dievenbende behoort, die tegenwoordig de omstreken van Parijs on veilig maken. Het was blijkbaar zijn doel niet een moord te plegen, maar slechts het middel om daartoe te geraken. Hij moordde om te stelen." „Zoo, men heeft u bestolen „Ja mijnheer, men heeft mij van mijn horloge, mijne ketting en mijn portemonnaie beroofd." Sinds Lucia was binnengetreden staarde Harmant haar met groote nieuwsgierigheid aan. Hij kon de oogen van haar gelaat niet afwen den; de man bestudeerde de uitdrukking harer oogen, den klank harer stem, alles. „Zonderling," dacht hij, „mij dunkt, dat ik dit gelaat reeds vroeger gezien heb, die stem reeds vroeger heb gehoord. En toch is 't de eersteraaal dat ik mij thans in tegenwoordigheid van dit jonge meisje bevind. Daar ben ik zeker van.* nationalen rouw den 14 Juli geen openbare feesten zullen plaats hebben. Maar voor het overige zal die dag ten opzichte van de civiele gevolgen het gewone karakter behou den, dat de wet er aan gegeven heeft. Geen beurs dus ook dien dag. Het is sinds vijfhonderd dertig jaren niet meer gebeurd dat een hoofd van den Franschen staat in persoon deelnam aan de begrafenis, zooals Zondag 1.1. president Périer heeft gedaan. De laatste maal was in 1364, toen Karei V het lijk volgde van zijn vader, Jan de Goede. De eenige, die eenigszius afweek van den regel, was Lodewijk XVIII, die bij de be grafenis van den vermoorden hertog de Berry wel niet medeging met den stoet, maar toch de lijkplechtigheid te St Dénis bijwoonde. De beide zeeofficieren, die in Duitsch- land veroordeeld wegens spionage van den keizer gratie hebben gekregen, zijn Woens dag te Parijs aangekomen. Een medewerker van het Journal des Débats heeft een onder houd met een hunner gehad. Onder anderen vroeg de redacteur van de Débats hemof het waar is dat de Duitsche officieren zich allerhoffelijkst tegen hem en zijn medege vangene gedragen hebben. Het is waar, was het antwoordhet is een traditie bij de Duitsche officieren alle officieren als kame raden te behandelen. Hij verklaarde tevens dat de beide gevan genen aan geen bijzonder streng régime on derworpen waren. Naar gemeld wordt heeft Casimir Pé rier onder verscheidene dreigbrieven, die hij dezer dagen ontvangen heett, er een gevonden van dezen inhoud„Vóórdat veertien dagen zijn verloopen zult gij vermoord zijn." De president der republiek heeft niet veel aan dacht aan deze en de andere bedreigingen geschouken. Maar de brieven zijn nietemin aan den prefect van politie gezonden. Eensklaps ging er een licht voor hem op. „O, nu ben ik er," dacht hij dan weer. „Zie daar een sprekend portret van Jeanne Fortier, toen deze Jeanne nog van hare jaren was. Paul Harmant vergiste zich niet. Wie Jeanne twintig jaar geleden gekend had en thans Lucia zag, moest wel een groote gelijkenis tusschen de twee vrouwen vinden, een gelijkenis, natuurlijk genoeg en licht genoeg te begrijpen voor hen, aie, zooals onze lezers, op de noogte van den toestand zijn. Eenenveertigste Hoofdstuk. Terwijl Paul Harmant dit nieuws ontdekte, herinnerde hij zich, dat op het oogenblik van den brand te Alfortville Jeanne's dochtertje bij eene voedster te Joigny was uitbesteed. Hij wist ook dat Lucia hare eerste jaren in het gesticht der vondelingen had doorgebracht; dit had Mary hem vroeger reeds gezegd. Een plotselinge gedachte schoot hem door het hoofd. „Zoo zij het eens was?" vroeg hij zich af. Lucia, van vermoeienis uitgeput, scheen een steun rondom zich te zoeken. Paul Harmant merkte het en haastte zich het meisje een stoel aan te bieden. „Gij zijt vermueid, juffrouw," zeide hij; „zet u." Mary gevoelde zich gekwetst door de toegevend heid haars vaders. „Ik zal mijne kostuums niet passen," zeide zij op drogen toon. „Juffrouw Lucia kan dan ver trekken. Zij kleedt mij overigens lang genoeg om mijne kleeren te kunnen afleveren, zonder dat er eerst gepast wordt. Ik zal deze na een tien cal dagen in ontvangst gaan nemen bij ma dame Augustine. Er is geen haast bij." Zoo was duidelijk genoeg gezegd, dat Lucia geen voet meer in hotel had te zetten. Het meisje begreep dit, Het hart vol vernedering, groetle zij en verliet de eetzaal, hare doozen medenemend en vruchte loos er over nadekend wat zij toch gedaan kon hebben om juffrouw Mary, die vroeger zoo lief en welwillende tegenover haar was, thans zoo hardvochtig en minachtend te stemmen. Zij trof mama Lison weer aan, wie zij haar leed mededeelde. „Maak u daarover niet ongerust, lieve," zeide de arme vrouw, die alle lijden van het meisje mede leed, „mejuffrouw Harmant is, naar 't schijnt zeer ziekelijk en ziekten maken zelfs de beste karakters moeilijken onverdraagzaam. Wordt vervolgd.

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1894 | | pagina 1