Duitschland. Italië. Rusland. Azie. Amerika. BINNENLAND. Ingezonden stukken. pen. Te Venet-les-Bains zijn voorzorgsmaat regelen genomen. Zondag is de oud-minister van buiten- landsche zaken Barthélemy Saint-Hilaire 89 jaar geworden. Nog steeds is hij zeer werkzaam maarzooals hij bekende niet meer zooals vroeger. Lange jaren stond hij 's morgens om 4 uur op en een half uur later zat hij te werken. Nu staat hij eerst om zes uur op omdat zijn bedienden recht hebben op een behoorlijke rust. Uit Nantes wordt gemelddat te la Pépinière, behoorende tot de gemeente Saint- Lumine de Coutais, eene vrouw van 67 jaar, Marie Mignonneau geheeten vermoord is. Na dit gruwelstuk is een ander gevolgd. De moordenaar heeft haar den buik opengesneden en het werk van Jacq the Ripper volvoerd. De gendarmerie heeft het spoor gevolgd van bloedvlekken die de moordenaar in zijne vlucht op den weg heett achtergelaten; maar zij is er niet verder door gekomen. De na sporingen om hem te ontdekken zijn tot nu toe alle vruchteloos gebleven. Al de onlangs te Berlijn in hechtenis ge nomen anarchisten zijn weder vrijgelaten behalve alleen Schewe en Dragereen paar brutale, gevaarlijke individuen, naar het schijnt. Het waren geen bommen die men bij eerst genoemde gevonden heeftmaar ongeladen granaten. Toen onlangs bij Verdi in het paleis Dor ia te Genua was ingebrokenwist men niet recht voor hoeveel er gestolen was. Nu Verdi zelf uit Busetowaar hij zijn zomerverblijf heeftis overgekomenblijkt het gestolene van weinig belang te zijntwee zilveren horloges en wat koper- en zilvergeld. Zijn kostbaarheden, de eeregeschenken door hem ontvangen enz. had hij wijselijk meegenomen naar buiten. De schout-bij-nacht Razwozof, bevelhebber der haven van Kronstadt is terwijl hij per rijtuig van zijn landgoed naar zijn dienst reed, door een ontslagen havenbeambte met een geweerkogel in de zij gewond. Binnen een uur overleed hij aan de wonde. De moordenaar richtte na het schot het geweer op zichzelven en schoot zich dood. Volgens bericht uit Shanghai worden tal rijke vreemdelingen in dienst bij het Chi- neesche arsenaal te Wei Hai Wei, genood zaakt hun ontslag te nemen. De Chineesche soldaten beleedigden hen en schoten op hen toen zij weggingen. Gelukkig misten de kogels. De Chineezen lijden aan spionnen-manie. Vreemdelingen worden aan de strengste en lastigste voorschriften onderworpen. De Times verneemt uit Shanghai dat het Chineesche detachement, bij Asan geslagen, slechts een klein detachement blijkt te zijn geweest. Het gros trok noordwaarts tot aan sluiting bij het Chineesche noorderleger. Eeni- ge schermutselingen hadden plaats bij Ping rang. Men verwacht een veldslag aldaa. Te San Diago (Ver. St.) is een man van 72 jaren, de heer W. E. Irving een neef van Washington Irving bijna levend be graven. De oude man was naar men meende, gestorven en een paar dagen daarna zou hij begraven worden. De lijkkoets stond voor de deur en men wilde juist den doode daarheen dragen, toen men in de kist beweging hoorde. Eenige dragers en nabijstaanden namen verschrikt de vlucht; maar de overigen maakten de kist open. De doodgewaande man richtte zich op en zag met een strakken blik rond. Hij werd eruit geholpen en naar bed gebracht waar hij in slaap viel. Toen hij een paar uur later ontwaaktegevoelde hij zich veel beter en er is kans, dat hij herstelt. De ontwaakte schijndoode kan zich blijk baar niets herinneren van den vreeselijken toestand, waarin hij verkeerde. WAALWIJK, 22 Augustus 1894. Bij koninklijk besluit is eervol ontslag ver leend aan J. J. van Tienhoven van den Bo gaard, als burgemeester van Werkendam, met dankbetuiging voor de langdurige diensten door hem in die betrekking bewezen. Eene tijdelijke voorziening in de rege ling van het kiesrecht voor de kamers van koophandel en tabrieken is bij koninklijk besluit van den lOen Augustus vastgesteld. Zij geschiedt, nu de patentwet is ingetrokken, in afwachting van eene definitieve regeling van het kiesrecht voor de kamers van koop handel. Dientengevolge wordt art. 9, sub. 2. eerste lid van het reglement, bevattende algemeene bepalingen betreffende de kamer van koop handel enz., te rekenen van 1 November 1894, aldus gelezen, dat men om kiezer van leden der kamer van koophandel en fabrieken te zijn, ter zake van eenig bedrijf van handel of fabriekswezen, over het dienstjaar 1893/94 in het patentrecht moet zijn aangeslagen ge weest, voor eene door de koningin, het ge meentebestuur en de gedeputeerde staten ge hoord, voor elke kamer bepaalde som. Tevens is bepaald dat dit besluit voor 1 Juni 1896 herzien wordt. Met genoegen vermelden wij, dat Maan dagnamiddag door de algemeene vergadering der „Noorbrabantsche Maatschappij van Land bouw gehouden te Oisterwijk met groote meerderheid van stemmen49 van de 63 tot voorzitter dier Maatschappij is gekozen de heer Jhr. Jos. M. W. E. De Ia Court lid van gedeputeerde staten te 'sBosch. De afgetreden voorzitter de heer A. M. J. T. Van Rijckevorsel, te Vucht, werd als erkenning zijner groote verdienste jegens de Maatschappij, bij acclamatie tot eere-lid be noemd. Maandag en Dinsdag den lOen en 11 en van de volgende maand zalonder leiding van den heer Oldenzeel, in den Doele te Rotterdam de verkooping plaats hebben van een verzameling oude brieven en akten, in zonderheid betrekking hebbende op de ge meenten Sommelsdijk, Bezooien, Raarasdonk en Waalwijk. Gisteren hebben HH. MM. de koningin en de koningin-regentes de reis naar Zeeland gemaakt om aan die provincie het voorge nomen bezoek te brengen. Bij het station te 's Boschwaar de trein langzaam voorbij stoomde werd HH. MM. hulde gebracht door autoriteiten, de oudstrij ders van het metalen kruis en eene onaf zienbare volksmenigte. Te Tilburg, waar de machine voor den trein moest verwisseld worden, had hezelfde plaats Gedurende het gansche oponthoud onderhield de regentes zich allerminzaamst met Tilburg's burgemeester, die in ambtsgewaad met den kommandant der schutterij aanwezig was. Ten 12,10 stoomde de kouinklijke trein Middelburg binnen. Aan het station waren zeer vele autoriteiten in schitterende uniformen, benevens militairen. Terstond na aankomst boden de jonge dames Schorer en Tak aan Hare Majesteiten bouquetten aan. Dc torenklokken speelden, terwijl de schut- terijmuziek het volkslied liet hooren. Hare Majesteiten inspecteerden de schut terij op het perron. De heer Sprenger stelde de autoriteiten aan H.H. M.M. voor, waarop een korte begroeting volgde in de wachtkamer. De commissaris leidt HH. MM. en het ge volg naar den salon, daar toeven de vorstinnen een wijle om den welkomstgroet van den burgemeester den heer L. Schorer, aan te hooren. Daarna worden HH. MM. naar de rijtuigen geleid. H. M. de koningin worden hier door Zeeuwsche meisjes geschenken der bewoners van het platteland aangeboden, bestaande uit ringen, gespen, halsketting, beugeltasch, knipbeurs, hoofdplaat, „lodde- rijndoos" en snuifdoos, alle welke voorwerpen van goud zijn vervaardigd. Geroerd dankte de jeugdige vorstin voor dit treffend hulde- bewijs. Hierna ging 't in optocht te midden van het jubelende volk naar het gouvernements gebouw, waar gedejeuneerd werd. Later hulde der schoolkinderen en diner der staten. In den avond illuminatie der stad, welke door HH. MM. is in oogenschouw genomen. Zondag namiddag ongeveer 572 ure ontstond brand in het achtergedeelte van de bekende herberg »de Snoek", behoorende aan en bewoond door M. Klerkx, bij den Elshout onder Drunen gelegen. Aangewakkerd door een stevige koelte, tastten de vlammen weldra het heele huis, en, daar de brandweer maar steeds op zich liet wachten, spoedig ook de schuur aan, welke evenals het huis geheel atbrandde, met haren inhoud, bestaande uit den ganschen oogst. De Elshoutsche brandspuit verscheen op het terrein toen er niets meer te behouden bleef. Van de twee Drunensche kwam er geene. Alleen het huis was verzekerd. Moord te Sckagen. Een bulletin van de Schager Courant van Maandag 20 Augustus maakt de volgende oproeping van den officier van justitie te Alkmaar bekend: In de woning van Jansje Stoel, weduwe van Gerrit Bute of Beute, die in den nacht van II op 12 Augustus te Schagen tegelijk met Anna Beijers werd vermoord, zijn niet aangetroffen de navolgende voorwerpen, die tijdens den moord vermoedelijk in die wo ning aanwezig waren twee gladgouden zijnaalden, 18 karaats; twee cantille kapspel- den, 18 karaats; 1 paar ouderwetsche oorbellen of oorknoppen met haar achter glas; een halsketting met zwarte koralen (één streng) en een gouden tonnetje; een halsketting (vier strengen) met zwarte koralen met gouden slotje; vier gouden vingerringen, waaronder een met wit steentje; ongeveer 12 zilveren thee- of likeur lepeltjes, aan het smalle ge deelte gedraaid en aan het breede gedeele van den steel met een gegraveerd takje of bloempje. De officier van justitie te Alkmaar verzoekt opsporing, inbeslagneming en opzending dier voorwerpen, alsmede draadbericht. Tevens wordt draadbericht verzocht van de adressen van twee mannen, de een onge veer 45 jaren, lange donkere bakkebaarden, bovenlip en kin gladgeschoren, gewone ge laatskleur, helder uit groote oogen ziende, zwarte zijden pet, de ander van jeugdiger uiterlijk, welke personen in den avond van 11 Augustus te Uitgeest waren gezeten in een waggon 3e klasse van trein 121, ver trekkende van Uitgeest 9.6 uur en te Schagen aankomst 10.10 's namiddags zijn uitgestapt. Moord te Biissuiu. Ten huize van den heer Meinders, Nassau- laan te Bussum, is Zondag een afschuwelijke moord gepleegd. De heer M., sedert 6 weken weduwnaar, had zich voor familie aangele genheden naar elders begeven en de zorg voor zijne drie kinderen aan de dienstmeid overgelaten. Deze moet in een aanval van razernij het oudste dochtertje, een aanvallig meisje van elf jaar, met een gordijnkoord gewurgd hebben. Na de volvoering van die gruwelijke daad ging zij zelve die mededeelen aan de naaste buren, in den comestiblewinkel, waar men aanvankelijk zeer ontstelde, doch na zich van het feit overtuigd te hebben, onmiddellijk de politie met het gebeurde in kennis stelde. De burgemeester was spoedig ter plaatse aanwezig en aan dezen bekende de misdadigster, uit haat jegens het kind tot de misdaad gedreven te zijn. Zij werd onmiddellijk in hechtenis genomen. Bij zijne tehuiskomst met den laatsten trein vond de heer Meinders zijn huis vol met buren, die zich over de beide andere kin deren van 5 en drie jaar ontfermd hadden, en nu bij het kinderlijk de wacht hielden. Ziehier eene aanvulling en verbetering van het bericht over den moord. Het is een be knopt verhaal van den buurman, wiens hulp het eerst is ingeroepen en die het kind heeft afgesneden. Omstreeks kwart over negenen Zondag avond kwam de bewuste dienstbode over de schutting van den tuin om hulp roepen, „men had het meisje vermoord." De buurman en diens knecht snelden toe, en vonden in de benedenkamer aan de gordijnknoop, waaraan gewoonlijk de embrasses bevestigd worden, het meisje in zittende houding op een stoel, het hoofd voorover hangende, met een strop om den hals. De buur sneed het kind onmid dellijk af, en zond zijn knecht uit om een dokter te halen. Na de bovenkleeren losge maakt te hebben, wendde de man alle po gingen aan, om de levensgeesten op te wekken. Te vergeefs. Bij het losmaken van den strop zag hij duidelijk indrukken aan den hals, alsof het kind niet door den strop, maar met de handen gewurgd was; trouwens de zittende houding van het slachtoffer, met 't hoofd naar den grond gebogen kwam hem al dadelijk verdacht voor. De vrouw van den buurman had, ongeveer een kwartier vóór dat de dienstbode dm hulp riep, boven zijnde om hare kindereu ter ruste te leggen, een angstig gillen gehoord ran een kind, dat naar hare meening, erg mishandeld werd; even daarna hoorde zij echter niets meer. Ook hare kinderen hadden 't gehoord, en zoo ook hare moeder, die zich in de benedenkamer bevond. De meid ontkeut en doet het voorkomen, alsof zij komende van het station, waarheen zij met het vermoorde meisje gewandeld was, in huis onraad hoorde. Er waren inbrekers in huis geweest en die hadden het kind ver moord, beweerde zij. De verdachte had kennis aan een militair in Naarden in garnizoen, die Zondagavond bij haar vertoefde en door de buren is gezien, en die omstreeks 8 uur met haar en het slachtoffer heeft gesproken. De gruweldaad is omstreeks 9 uur gepleegd. Aan eene kast op eene bovenkamer, waarin geld geborgen was, moeten sporen van braak ont dekt zijn. Er zijn personen tegenover wie de verdachte zich zeer vijandig over 't vermoorde kind heeft uitgelaten. Later wordt nog bericht Maandagavond werd de beschuldigde bij het lijk gebracht, zij bleef echter bij haar ontkennen. Eensklaps kwam er verandering in haar gelaat en met een diepen zucht ver klaarde zij dat haar vrijer de misdaad gepleegd had. Op de vraag van de justitie, waarom zij zoo lang gezwegen had, bekende zij dat haar vrijer haar bedreigd had, haar te vermoorden wanneer zij hem verried. Angst voor hem had haar doen zwijgen, maar nu zij van alle kanten bezwaard werd,, kon zij niet langer zwijgen. De soldaat werd nu geboeid voor het lijk gebracht, waarop de rechter commissaris hem mededeelde, waarvan hij beschuldigd werd. Hij bleef echter met een stalen gezicht ont kennen, steeds het lijk aanziende zonder dat een trek van zijn gelaat eenige aandoening verried. Toen hij later in den avond nog weer in verhoor werd genomen, heeft hij verklaard, dat de meid het kind had geworgd. Toen de verdachten naar het station vervoerd wer den, kon de politiemacht de woede der volksmenigte niet bedwingen, en moest van de sabel gebruik maken om de orde te hand haven, Maandag ochtend werd door twee per sonen, die in de Petroleumhaven te Vlissingen aan het visschen wareneen lijk opgehaald, dat later bleek te zijn dat van M. de B., oud vijfendertig jaren, ongehuwd. Vermoedelijk is hij 's nachts in de haven gevallen. Een schrijnwerker le Grave werd Maan dag gearresteerd als verdacht van onzedelijke handelingen met een 14jarig meisje. De remmer bij de SS. Joh. S. is te Blerick aangehouden, verdacht van verschil lende diefstallen in dienst en ten nadeele der spoorwegmaatschappij gepleegd. Hij is naar Roermond overgebracht. Te Luik had Zaterdagavond een ongeluk plaats. Terwijl men de brug, leidende over het kanaal LuikMaastricht, neerliet, stortte deze met donderend geraas naar beneden. Al het ijzerwerk geraakte hierdoor los en viel tusschen het volk, dal ter weerszijden der brug stond te wachten. Het zoontje des brugwachters werd onmiddellijk gedood, ter wijl drie personen, onder welke de sluisknecht, zoo deerlijk gewond werden, dat men voor het behoud van hun leven vreest. De scheepvaart is voorloopig gestremd, tot groot ongerief der talrijke schepen die thans het kanaal bevaren, aangezien het Kempensche kanaal eerst sedert acht dagen heropend is. (Buiten verantwoordelijkheid der redactie.) Mijnheer de Redacteur Beleefd verzoek voor het onderstaande een plaatsje in uw blad HET OVERZETVEER TE DRONGELEN. Bij de vele ongunstige berichten die van tijd tot tijd in verschillende bladen geschre ven zijn, gevoel ik mij gedrongen, het mijne te voegen. Velen wetenhoe dikwijls het overzetten te wenschen overlaatdoch niet allen die het weten uiten hunne klachten tegen de autoriteiten. Het hoofddoel van mijn schrijven is daarom, ieder aan te sporen, van elk on gemak, dat hij ondervindt, terstond zijn beklag in te dienenwellicht komt er dan aan den ellendigen toestand een einde. Eene verge lijking met het vroegere veer en he'c nieuwe, geeft voor het laatste bedroevende resultaten. Ik wil die vergelijking niet uitwerkendoch zeg er alleen dit van, dat het vroeger nooit gebeurd isdat iemand te laat voor den trein kwam omdat hij te veel oponthoud gehad had aan 't veeren dit is bij het nieuwe veerdat nog zoo kort bestaatal meer dan eens voorgekomen. Ik geloof, dat het niet overbodig zou zijn, als de autoriteiten eens nauwgezet, zeer nauwgezet onderzochten, waar de kink in den kabel zit. Is de ma chine, die de pont in beweging moet brengen, niet bij machte hare functién te verrichten dan weg met de prullen; zijn de bestuurders van het vaartuig niet nauwkeurig met de inrichting en de werking der machine bekend, dan hen zoo spoedig mogelijk vervangen door personen, die flink voor hunne zaak berekend zijn. Waar de leemte ook zitzij dient zoo spoedig mogelijk weggenomen te worden. Is het niet ergerlijk bij klaar lichten dag en stil weer langer dan een uur te moeten wachten voor men aan den overkant is, zoo als o. a. Maandagnamiddag 13 Aug. gebeurde. De machine (N. B. zonder machinist) had haar werk gestaakten werd nu vervangen door eenwagenraddat langzaam en zeker op den oever door een vijftal personen werd rondgedraaid. De locomobile, die er bij staat, heeft natuurlijk geen stoomen daarop te wachten zou ook minstens een uur tijd kosten. Verbeeld u, dat iemand bij ruw en regenachtig weer zoo lang moet wachten; 't is goed om in dien tijd zich een ziekte op den hals te halen. Een keetje om in te schuilen bestaat niet; wel vond men het noodig een keet te zetten voor de locomobile, maar voor de passagiers is dit minder noodig. Aan den Bezooienschen kant is men zoo ver gekomendat men een keetje heeft doch een keetjemet dichtgespijkerde deur en zonder dak. Ieder kan nu wel be grijpen, hoe 't bij avond toe gaat. Dan wordt er alleen voor rijtuigen met de pont gevaren. Waarom des daags voor passagiers wèl per pont en des nachts niet Ook niet bij ruw weer. Eén staaltje van hetgeen ik nu en dan vernomen hebOp een avond bij sterken wind kwamen 2 dames en 3 heeren voor de Maas. De boot lag juist gereed, doch bevatte behalve de twee roeiers nog een heer met vélocipède. Op verzoek van een der heeren, die het niet raadzaam vond om met zoo'n volgepropte boot, met dames over te gaanom met de pont te komen, werd be slist geweigerd. De veerman wilde hen nood zaken in de boot te komendie niet te bereiken was dan door een laag slib, waarin men tot de enkels wegzakte. Natuurlijk bleven de passagiers staan, totdat er tenminste wat meer ruimte in de boot was gekomen die den heer met vélocipède eerst had overge bracht. Ook toen nog was er geen plaats genoeg voor de passagiers, zoodat er nog een genoodzaakt was in de sterk schorame- de boot te staan. Is dit zooals 't hoort en hoe zal 't zijn als de najaarsstormen het water van dijk tot dijk zullen opgejaagd hebben Waren dit de eenige gevallen, dan zou 't er nog mee door kunnen, doch zij zijn herhaaldelijk. Wanneer zullen de autoriteiten de tijd ge komen achten om aan dezen ellendigen toe stand een einde te maken? Wanneer zij alle» eens nauwkeurig onderzochten, misschien kwa men er dan nog wel ergerlijker feiten aan het licht. Moge dit, mijn schrijven, er ieder toe aan-

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1894 | | pagina 2