AANBESTEDING.
BEKENpfflAKING
„HOTEL Dü NORD",
Schoenwerk
Notaris BINK,
Notaris" BINK,
FEU LANOBOUWEHSWONING
Notaris BINK,
VERPACHTEN om te hooien
TOEMAAT
MIDDELKOOP,
Capelle, Bezooien en Waalwijk,
Notaris Verb erne,
H.A.
Notaris BANT,
Burgemeester en Wethouders
BARBIER,
J1C. II01BKHH,
Klompenleder.
EEN HEER z, b, b, b, b, zoekt
Logies met vrije kamer 60 cent,
MHILLEHl ÊMffl,
Advertentiën,
MAASMMHStO.
GEVESTIGD als
WAALWIJK,
Vergeet het nooit die
Amsterdam bezoekt.
WAALWIJK
verpachten
VERKOOP EN:
Donderdag 30 Aug. 1894,
Notaris
publiek verpachten
publiek verpachten
Prijsopgave GEVRAAGD
inwoning, met kost
en bediening en gebruik
van vrije kamer.
9 Geldersche Kade 9,
op MAAT.
sporen om alle middelen aan te wenden
om eene gunstige verandering in dezen toe-
te brengen, dan zal de put gedempt zijn voor
het kalf verdronken is.
Ieder die bij machte is, zou ik er toe willen
aansporen om alles te doen, wat strekken
kan tot bevordering van het verkeer tusschen
het Land van Altena en de Langstraat.
N. N.
18 Augustus 1894.
Brieven uit de Maasstad.
Vil.
Rotterdam, 16 Aug. 1894.
Van mijn oorspronkelijk plan u een en
ander te vertellen van onze pas weder uit
gebroken besmettelijke ziekte de kermis
ben ik maar teruggekomen er was geen
stof tot vertellen, de pret bestond eenvoudig
uit drinken en hosschen en de kermis zelve
gaf ook al niets vermeldenswaardigs, over 't
algemeen was het al een saaie boel. We
gaan achteruit, in het vorig jaar hadden we
drie dikke dames en in dit jaar niet één.
't Schijnt niets bijzonders meer te zijn als
men dik is en dat getuigt wel van een klim
mende volkswelvaart maar voor de kermis
is het jammereen kermis zonder dikke
dames is geen kermis
Regen hebben we genoeg gehad, daar
kunnen wij trouwens elk jaar op rekenen, en
het treurig overschot van de krachtige, vroo-
lijke jaarmarkt van vroeger lag weenend in
den kouden nevel, verlaten en doodsch.
De kermis leverde dus tot heden niets
bijzonders opgelukkig is er toch een feit
van belang te vermelden Hein is weer naar
de Schans
Iedereen in Rotterdam kent Hein, hij is
een van onze leukste straattypen, een der
origineelste van de helaas nog weinigen, die
wat afwisseling in ons eentonig stadsleven
komen brengen. Ik ken Hein heel goed, af
en toe krijgt hij een dubbeltje van me en
daarom zoo zegt hij ben ik een goede
vriend, aau wien hij wel eens zijn nood
klagen wil.
Een heel klein dik Rotterdammertje met
een groot hoofd, waarop slap het dunne grijze
haar ligttwee donker blauwe glanslooze
oogen boven een platten neus, die omringd
ie van twee bolle wangen en een dito kin
begroeid met ruwe stoppels, een mond met
vieze bruine randjes ziedaar het portret
van Hein. Zijn hals is gewikkeld in een
wollen doek, zijn bovenlijf in een grauw boe
zeroen dat, op de borst geopend, een blik
gunt op 's mans grauw overhemd; zijn verder
lichaam steekt in een pilo broek, gelapt met
diverse stofje en in een paar klompen, die
beide door blikken banden voor uit één vallen
worden bewaard.
Zoo staat ie van des morgens vijf tot des
avonds als het donkert bij de brug over de
St. Jacobsstraat „dertig jaar achtereen meneer,
behalve vier keeren da'k al in de schans
ben geweest voor 't sjikkeren."
Hein, d&'s ongelukkig, lijdt aan een kwaal,
misschien wel een familiekwaal: een droge
lever. Hij heeft daartegen, zegt ie, al heel
wat verapothekerd maar tot heden zonder
resultaat; ja toch wel met een resultaat: hij
heeft in de stad een groote vermaardheid als
een der fameuste drinkers van zijn tijd.
Hoe Hein eigenlijk schoenpoetser geworden
is want van schoenenreinigen leeft Hein
weet niemand en hij zelf kan het ook
niet verklaren.
-y- Van me geloof ben ik eigenlijk gezeid
smid, ja dat kon 'k verdijt goed; 'k heb het
nou natuurlijk verleerdlater ben ik nog
banketbakker geweest, daar was ik ook een
kraan indat kan u nog informeeren bij
meneer Dinges, die om den hoek van die
straat woont, u weet wel, de man is nou dood,
avijn die ken u 't vragen en eindelijk ben
ik, 't is den tienden Augustus dertig jaar
geleden, an de brug gaan ziten om schoene
te poetse.
]e daarvoor verlof van de politie
noodig, Hein
Dat za 'k je zegge, meneer. Naast ons
staat een mosselenvrouw, u kent ze wel* die
mot elke week voor het staan een riks be
talen. Toen heb ik gezeid tegen me kame
raad, die ook met zijn bak bij de brug zit,
kerel zeg ik, dat kan niet, 't zit er niet an.
Weet je wat, jij trekt morgen je paaschbest
dn, ik ook, en dan ga-me samen naar den
commissaris. Goed, wij nemen een taaie en
wij d'r op af. Ik kom an 't buroo en ik
vraag regelrecht om den commissaris te spre
ken, een goeie vent, u kent hem wel, hij is
nou ook al dood.
'K zegmogge meneer de commissaris
hoe maakt u het, gaat het goed thuis, de
kleintjes geen last van de kinkhoest of de
pokke, zoo, gelukkig bij mijn ook niet. Want
beleefd mot je bij die hooge menschen wezen,
anders staan ze je gewoonweg niet te woord!
Mogge Hein, zeit hij, gaat zitte, wat was er
van je verlangens. Meneer zeg ik, ik kom
hier vanwege het staangeld om u te zegge
aemwe daar niet dn kenne denke
Zoo Hein, zei die toen en ie trok zoo'n
leuk gezicht dat ik dacht oppasse Hein, anders
besabelt ie je; vertel me reis kan je d'r nog
al goed van bestaan?
Dat was ook gaar, watMeneer zeg
ik, ik kan d'r nog niet van zitte, veel minder
van staan en m'n kameraad hier ook niet.
We doen et omdat we niks anders om hande
hebbe, maar as u soms een possie voor ons
hebt met een klein salarissie van een duizend
gulden of watdan kent u de schoenenbak
van ons kedoo krijge. Voor je pleizier hoef
ie et waarachtig niet te doen, je verr.... er,
o, perdon, je krappeert er, wil ik zegge, van
wege de tocht.
Toen zeit hij„wat verdien je zoo wel
per dag
Ik denknee vogel je vangt me niet en
'k zeg: dat kan 'k niet zegge meneer de com
missaris. Je zèl wel rijk zijn de dagen d&'k
zonder handgeld naar huis ga, koesjee zeit
de Franschman.
Maar je helpt toch de wagens den hol van
de brug op geeft je dat dan geen mooie
bijverdienste
'k Zal dood me kist in gaan as't waar
is, meneer de commissaris, je krijgt een cent
per wagen en dZL's bij mekaar een beroerd
schijntje.
Je onderhoudt je ouwe moeder immers
ook zeit ie.
Ja, zeg ik, meneer dat zal 'k doen zoo
lang as God d'r leven laat, ze is nou al vier
en tachtig, een blikslagers kras wijfie. U
mot es een visite bij me kommen maken
ik woon in de Kikkersteeg nummertje veer
tien, uwes is altijd welkom al wilt uwes midden
in den nacht kommen. Dan zal 'k uwes an
me oudje voorstellen.
Nou avijn Hein, zeit ie toen, gaat dan
maar naar huis, dan zullen we zien wat mè
doen." En 'k èb er na dien tijd niks meer
van gehoord, we inagne d'r staan en 't kost
ons net zooveel as hier op m'n handleit.
Daar ligt iets gemoedelijks in Heins manier
van vertellen, iets dat aantrekt, iets dat zijn
wel wat banale aardigheden een prettig waas
van nieuwheid geeftonverstoorbaar leuk
kletst ie door, de grofste onmogelijkhede:
zeggend met een zekerheid en een overtui
ging, dat ge, de oppositie van uw gekwetste
waarheidsliefde tot zwijgen brengendmet
een kleinen twijfel u zeiven opdringt't zou
toch wel mogelijk kunnen zijn.
Ge hadt hem moeten hooren lezer, toen
hij Dinsdag voor de rechtbank stond, druk
redeneerend tegen den president.
Hoor es eerwaarde zei hij, toen hem
den eisch van negen maanden schans" voor
gelezen was, dat vind ik niet mooi van jullie.
Ik ben altijd vol respect voor de eerwaarde
heeren as ik ze tegen kom neem ik altijd
beleefd m'n pet af en 'k zeghoe maakt
uwé het! Dan salueere ze altijd heel beleefd
terugdat mot 'k zegge. En nou doen de
heere net of ze me niet kenne, want waarvoor
dient anders dat vragen naar m'n naam? Dat
weten jullie heel goed.
't ls waar, eerwaarde heeren, ik ben de
vorige maand hardstikke-dronke geweest
maar buite m'n schuld. Want kijk es an
elk oogenblik vragen ze je Hein lus ie
d'r eentje Nou wat zal je dan doen, 't is
koud as ie staat en je bent nog nuchter, dan
zeg ik dus vooruit maar, eentje, maar geen
sterke drankdie lus ik niet en geef mijn
maar een rummetje.... Wat zouwen de heeren
doen En dat komt zoo dikwijls dat ie op
het laatst de hoogte krijgt(Dat „de hoogte
krijgen" dunkt mij, 't zij hier terloops opge
merkt, een vrij onjuiste uitdrukking, de laagte
krijgen was wel zoo waar) es 'k avonds niet
lekker ben is 't niksdan ga ik naar huis
en 'k zegmoeder, hier is Hein, hij is weer
vreeselijk lollig. Dan maakt de goeie ziel
mijn nachttoilet en ik kruip in mijn bed.
Maar midden op den dag as ie in je werk
zit is 't veel lastigerde dienders hebben
een pik op meas te wip ben ik d'rbij en
mee mot ik. En dat gedurig percesverbaal
is me toch al zoo'n schade in me zaken
de koningin-regentes wil niet hebben dat we
vragenmet een stuiver of een dubbeltje
moeten we tevreden zijn...
Maar negen maanden is me te veel, eer
waarde ga bij je eigen eens nanegen
maanden, dat is bijna een jaar. En je mot
me niet kwalijk nemen maar dat neem ik
niet Ztn, 'k ben lam as'k dat an-neem, daar
ben ik niet tevreeje mee, dan spondeer ik
er wat dn en dan gooi ik 'et hoogeropIk
ken de Rotterdamsche wetten, ik weet wat
me toekomt en wat jullie me geven magge
maar geen negen maanden....*
De heeren vonden bij nader inzien de
eisch ook wel wat hoog, ze „vroegen" drie
maanden en Hein zei dadelijk«dat neem
'k an
En zoo is Hein weer voor een kwartjaar
uit „logeeren" heel jammer eigenlijk voor
de originaliteit in ons stadsleven, waarvan wij
Rotterdammers toch al niet te veel hebben.
Nu, tot ziens. D.
"Voorspoedig bevallen van een welge
schapen ZOON
V. C. C. Gragtmans-Van Baal.
Waalwijk, 14 Augustus 1894.
I
Tot onze diepe droefheid overleed
'heden onze jongste lieveling
Aleida, Josephina, Maria,
in den ouderdom van ruim 3 maanden.
LOUIS VERWIEL.
A. J. M. VERWIEL-Van Loo„.
Bezooien, 13 Augustus 1894.
te WAALWIJK, zal
Dinsdag 28 Augustus 1894,
voormiddags 10 ure precies, te Heusden in
het //Wapen van Amsterdam, voor de heeren
Wiegerink en Terwindt
160 perceelen nagras of hooitoemaat,
op de gronden van den Maasmond onder
Heusden, Heesbeen en Genderen.
te WAALWIJK, zal
op 27 Augustus bij INZET
en
10 September 1894 bij TOESLAG,
telkens des nam. 8 ureter herberge van
M. VAN VUUREN te Sprang,
Onder Sprang,
met schuur en tuin, groot 12.70 aren en
Een perceel bouw- en weiland, groot
93,50 aren, in eigendom toebehoorende aan
JANUS VAN VUREN.
Bij de finale toewijzing kunnen de goederen
gecombineerd worden afgeslagen.
Twee derde der koopsom kan als eerste hy
potheek op het gekochte gevestigd
blijven.
te Waalwijkzal
Maandag 3 September 1894,
des voorm. 10 ure, bij F. van Wagen
berg, te HAARSTEEG,
Onder Ammerzoden en Well:
De Hooge Omloop, De Elderwaard,
De Hooge en Lage Musschen-
waard en de Lage Omloop.
's morgens 9 uur ter herberge van A. van
der Zaken, te BEZOOIEN, zal
gevestigd te CAPELLE, voor de heeren
Wiegerink en Terwindt,
De toemaat om te hooien ofte
weiden van de gronden, onteigend
voor de verlegging van den Maas
mond, onder de gemeenten
Boekjes a
den NOTARIS
vengenoemd.
10 cent verkrijgbaar bij
en iu de HERBERG bo-
te Dussenzal
teDRONGELEN, bij P. NIEUWKOOP,
VRIJDAG 31 Aug. 1894,
nam 2 uur
te WAALWIJK bericht dat de vaste goe
deren behoorende aan Mej. A. N. Kuijsten,
zijn ingezet en verhoogd
Koop I. Huisin huur bij de .Singer
Maatschappij" op f 3800.
II. Huis in de Wagen
straat 2900.
III. Huis te Bezooien 1600.
Dagelijks kan ten kantore van genoem
den notaris worden verhoogd tot aan den
dag van een TOESLAG, zijnde
Dinsdag 28 Augustus 1894,
s avond ten 8 urein het Hotel Ver wiel
te Waalwijk.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS
van Waalwijk zullen, op Dinsdag 28
Augustus aanstaandedes voormiddags 11
uur, ten Raadhuize aldaar,
AANBESTEDEN
Het bouwen van een Directeurs
woning met Kantoorbij de
Gasfabriek alhier.
Bestek en teekeningen liggen van Vrijdag
17 Augustus e. k. af ter inzage ten kantore
van den Directeur der Gasfabriek.
Bestek met teekening verkrijgbaar tegen
betaling van f 1.5 0.
Aanwijzing op Zaterdag den 25en dezer,
voormiddag 9'/3 uur.
Waalwijk, 14. Aug. '94.
Burgemeester en Wethouders voorn.
van TILBURG,
maken bekend
Dat bij gelegenheid der Kermis
alhier, invallende den 26 Augustus
aanstaande, ORGELDRAAIERS,
STRAATMUZIKANTEN, KUN
STENAARS, HARDLOOPERS en
dergelijke NIET zullen wor-
der toegelaten. Alsmede dat
alle bedelarij, onder welken vorm
ookten strengste zal worden
geweerd.
Tilburg 16 Augustus 1894.
Burgemeester en Wethouders
JANSEN.
De Secretaris
F. VAN DER MARCK.
Stationsstraat C 27,
die zich beleefdelijk aanbeveelt.
van
Brieven francolett. K., bij den boekh.
H. NIJPELS, Twello.
Franco brieven onder letter W aan het
bureau van dit blad.
zelfs 1ste Etage,
per week minder.
EENIGST
bij het Nieuwe Centraalstation.
Stationsstraat
Beveelt zich beleefd aan voor het
LEVEREN van