Nummer 76. Zondag 23 September 1894. 17e Jaargang. Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen. UITGEVER: ANTOON TI ELEX V Staatkundig overzicht. BUITENLAND. Frankrijk. Engeland. De Echo van het Zuiden, WaalwjjksÉe rn Langstraalscbe Courant, Dit blad verschijnt Woensdag en Zaterdag avond. Abonnementsprijs per 3 maanden ƒ1,00. Franco per post door het geheele rijk f 1,15 Brieven, ingezonden stukken, gelden enz., franco te zenden aan den Uitgever. Waalwijk. Advertentiën 17 regels 0,60 daarboven 8 cent per regel groote letters naar plaatsruimte. Advertentien 3 maal ter plaatsing opgegeven, worden 2maal berekend. Advertentiën voor Duitscb- land worden alleen aangnomen ioorhet advertentiebureau van A.dolp Steiner, Hamburg. Reclames 15 cent per regel. Het veer te Drongelen en het rapport aan den Gemeenteraad. De verwachting, door ons uitgesproken in een bijschrift onder het ingezonden stuk over het veer te Drongelen in ons nummer van 6 September i.L, is vervuld geworden in de Maandag gehoudene raadsvergadering heeft de voorzitter medegedeeld, dat hij, in overleg met het D. B., den veldwachter gelast heett op verschillende uren van den dag en van den nacht naar het veer te gaan, daar den toe stand waar te nemen en nauwkeurig rapport uit te brengen. In hoeverre door B. en VV. bij hun last geving tot het doen van die waarneming de meest doeltreffende weg is ingeslagen, zullen wij in 't midden laten; wij wenschen voor heden alleen het uitgebrachte rapport meer in bijzonderheden na te gaan, om daaruit, in *t belang onzer streek, conclusion te trekken voor de toekomst. Afgezien van de omstandigheid, dat de rapporteur bij het doen zijner waarnemingen zoo buitengewoon gelukkig is geweest steeds alles in ordé aan te treffen, trok vooral onze aandacht het blijkbaar streven, om vooral te doen uitkomen: 1°. dat het bedienend personeel (bekwaam volgens verzekering van het rapport) geen schuld heelt gehad iu de gevallen, waarin klachten zijn gerezen; 2°. dat die klachten overdreven zullen zijn géweest. Het eerste punt zullen wij stilzwijgend voorbijgaan; voor zoover ons bekend, is aan 't personeel nooit openlijk eenige schuld of ohbekwaamheid rechtstreeks ten Taste gelegd; 't kan ons overigens vrij onverschillig zijp, waaraan is toe te schrijven de ellendige toe stand, die aanleiding geeft tot zoo talrijke en gegronde klachten, waarvan nog geene enkele weerlegd is; zelfs nog geene poging heeft men daartoe durven aanwenden. Wel komen de geuite klachten den rap porteur overdreven voor, maar hij verzuimt eenigen grond aan te geven, waarop die meening zou kunnen steunen. Ook mi nheer „de hoofddirectie" vond indertijd de klachten van N. N. overdreven, maar, hoe ook daartoe aangèspoord, nooit heett hij 't minste aan gevoerd, om zijne bewering te staven en N. N. leugenachtig te maken. Veruit het grootste gedeelte van het publiek zal ongetwijfeld met ons veel meer gewicht hechten aan de in ons blad, met vermelding van dag en uur, openbaar gemaakte treurige ervaringen, opgedaan betreffende den ge- brekkigen toestand aan het veer te Drongelen, dan aan de door geen enkel bewijs gesteunde verklaring van den rapporteur, dat de geuite klachten hem wel overdreven voorkomen Die verklaring wordt trouwens door hem zeiven te niet gedaan door de erkenning, dat er meermalen gegronde redenen tot klagen voorkwamenen dan volgt er eene heele reeks klachten, veel grooter nog, dan we tot nu toe vernamen: op den bewusten avond, waarover in de Echo v/h Zuiden geschreven is, was de kabel gebroken; natuurlijk gevolg groot oponthoud; de petroleum-machine is een prul; als die •defect raakt, moet de locomobiel onder stoom gébracht worden, waarmede drie kwartier gemoeid is; intusschen moet de pont over- gedraaid worden door middel van de heikar, maar met de hand, wat zeer langzaam gaat; als er een zeilschip in aantocht is: wachten; beesten overzetten gaat langzaamgeduldig wachten dus; als 't eenigszins hard waait uit het westen of zuiden, krijgt de pont water over en maakt zoo'n gekke bokkesprongen, dat men schrik zou hebben om over te varen. Verbeeld je bij zoo'n wind de pont gela den met 7 8 rijtuigen en de bijbehoorende paarden (die onder zulke omstandigheden uitgespannen moeten worden, omdat ze anders niet op de been kunnen blijven) en daar tusschen een aantal passagierseen prettige positie, hé? Voeg bij dit alles nog het uitrafelen van de kabelhet vastraken van de pont, het zonder stoom raken van den motor, het ver slapen (natuurlijk buiten hunne schuld) van de bedienende manschappen en ge hebt eene serie van redenen tot klagen, die duidelijk bewijstdat de toestand van het veer te Drongelen op 't oogenblik alles behalve vol doende is. Onbegrijpelijk komt het ons dan ookvoor.dat de voorzitter van Waalwijk's gemeenteraad de aanmerkingen niet van overwegend bezwaar acht. Dit kan, naar onze opvatting, alleen 't geval zijn, als ZEd. Achtb. niet doordrongen is van 't groote belang, dat Waalwijk heett bij eene goede verbinding met het Overland. Hij erkent, dat de motor niet sterk genoeg is, maar, zegt hij, dit is verholpen als er een reserve-motor is-aangeschaft. Maar, is die reserve-motor ook direct ge reed om dienst te doen, als de andere defect raakt? of moet er gewacht worden tot de tweede stoom heett Men zal dan met de hand overdraaien. Ja, maar dat zal evenals met de heikar lang duren. Zijn wij verder door dien reserve-motor gevrijwaard tegen verschillende andere gebeur lijkheden Zal de pont dan niet meer kun nen vastvaren; zal het overzetten van vee dan vlugger gaan; maar vooral, zal de pont dan bij sterken wind geen bokkesprongen meer maken eu geen water meer inkrijgen Alle vragen, die voor de toekomst groote bezorgdheid moeten wekken en ten volle de aandacht waardig zijn, in de eerste plaats van de autoriteiten, maar vooral ook van de ingezetenen van Waalwijk en van andere belanghebbende gemeenten. Met ingenomenheid nemen wij daarom acte van 's burgemeesters verklaring, dat het da- gelijksch bestuur onvermoeid bij gedeputeerde staten zal blijven aandringen op handhaving van Waalwijk's recht op een brug. We hopen, dat we spoedig eenig gunstig resultaat van dat aandringen zullen zien. In afwachting van hetgeen de verdere be moeiingen van burgemeester en wethouders in deze zullen uitwerken, geven wij gevolg aan het tot ons van verschillende zijden ge richt verzoek, om Waalwijks kamer van koop handel de corporatie, speciaal in 't leven geroepen om de belangen van handel en nij verheid voor te staan uit te noodigen, deze zaak met kracht ter hand te nemen op de wijze, welke haar onder de gegeven omstan digheden het meest geschikt voorkomt. 't Is waar, reeds meermalen heeft zij Waal wijk's recht op eene brug voorgestaan, maar toen kon men nog niet wijzen op feiten, duidelijk aantoonende hoezeer onze markten, onze handel en nering bij den nieuweu toestand benadeeld worden. Ook hier geldt het spreekwoord, dat men het ijzer moet smeden terwijl het heet is thans, nu iedereen zich bezighoudt met grieven tegen het veermoet men die doen kennen ter plaatse, waar zulks behoort, teneinde de gewenschte en hoog noodige verbetering te krijgen, waarop wij, zooals gezegd, alle recht hebben. Heeft de kamer van koophandel nogmaals met klem hare stem verheven, dan zouden wij wenschen haar pogen gesteund te zien door een adres van adhaesie, geteekend door alle belanghebbenden in Waalwijk en de aan - grenzende gemeenten. Maar met een en ander mag niet getalmd worden. Er moet, zooals de heer Timmer mans van Turenhout in den raad terecht opmerkte, voortdurend op dat aambeeld krach tig gehamerd worden. Geschiedt dit niet dan zal men ons heel stilletjes met ons ge brekkig veer laten zitten, lot groote schade van tal van ingezeten van onze en andere gemeenten. En hiertegen moeten wij ons verzetten met al de kracht, die in ons is. Vindt onze meening bijval, dan zullen wij gaarne, nadat de K. v. K. is voorgegaan, onze medewerking verleenen tot de door ons voorgestelde adres- beweging, die, naar onze meening, zeker met een gunstigen uitslag moet bekroond worden, omdat het recht aan onze zijde is. Merkwaardig is het, nu juist eene deputatie van Duitschers uit Pruisisch Polen (Posen) bij Von Bismarck is geweest en daar de zaak van den Duitschen kant is bekeken, te lezen van de ontvangst, welke men te Lem- berg heeft bereid aan een groot gezelschap Polen uit Pruisen, die daar de tentoonstelling kwamen bezoeken. Men heeft van gemeente wege een groot feestmaal voor hen aangericht, en prins Sapieta heeft bij die gelegenheid in een toast verklaard, dat de Polen, hoe ook verspreideene enkele natie bleven vormen en tot leus moesten nemen „Arbeid en vooruitgangwant daarin was Polen's toekomst gelegen. Verscheidene sprekers hingen een treurig tafereel op van de behandeling, welke de Polen zich onder Pruisisch bestuur moesten laten welgevallen en waarvan het verplicht onderwijs der kinderen in de Duitsche taal vooral ondragelijk was. Maar men moest niet wanhopen. Polen dus sprak de heerKos- cielski hoe ook verdeeld, is feitelijk on deelbaar gebleven, en er bestaat nog altoos eene Poolsche natie. Want in de aderen van alle Polen stroomt hetzelfde bloed en hun hart slaat met denzelfden klop. Nauwelijks hebben we kennis genomen van het feit, dat het eerste ernstige treffen tusschen de Chineesche en de Japansche strijdmacht beslecht is ten gunste van de ons Europeanen uiteraard meer sympathieke Ja panners (Japan schikt zich steeds meer naar de Europeesche zeden, gebruiken en instel lingen en China verkeert nog altijd in een stadium van onbeschaafdheid en achterlijk heid) of uit het verre Oosten bereiken ons nieuwe tijdingen, heel interessant ook, doch vager en onduidelijker dan alles wat tijdens de oorlogsperiode is opgediend. Ten noorden van de golf van Korea zou hebben plaats gevonden eeu zeeslag tusschen Chineezen en Japanners en nu meldt men wel, dat beide partijen aanmerkelijke verliezen hebben gele den aan levende zoowel als aan doode strijdkrachten, die verliezen worden zelfs na der genoemd, doch over den einduitslag ligt de sluier der geheimzinnigheid. De ontmoeting heeft plaats gehad aan den mond der Yahu- rivier des namiddags, waarschijnlijk in over eenstemming met een weloverlegd plan. De bewering in een telegram uit Shangai van Woensdag dat het zeegevecht in de baai vau Korea ten voordeele der Chineezen ein digde, blijkt tamelijk wel met de feiten in strijd. „De Japansche vloot" dit schijnt tot staving der bewering te moeten dienen „moest zich terugtrekkenna vier schepen en ettelijke manschappen te hebben verloren", maar van de Chineesche vloot wordt erkend, dat ze mede vier schepen verloor en, wat erger isnaar Wei-hai-Wei terugkeerde terwijl het toch de taak dier vloot was de landing te beschermen van de Chineesche troepen, aan de monding der Yalu-rivier door de transportschepen aangebracht. Die opmerkingen drongen zich reeds op aan den onpartijdigen beoordeelaar, toen dat zoogenaamd Chineesch overwinnings telegram werd ontvangenen de sedert ingekomen berichten rechtvaardigen dien twijfel. Op zijn hoogst genomen onbeslist mag men dunkt ons, van Chineesche zijde den zeeslag heeten. Onze lezers kunnen zeiven oordeelen uit wat volgt. De geheele Chineesche Pujang-vloot, nog versterkt door een deel van het Foo-Chow- eskader, heeft aan den strijd deelgenomen „maar kon zich bij gebrek aan ruimte schier niet roeren." Veel minder talrijk waren de Japansche schepen. Zes uren duurde het gevecht, en aan beide zijden was groot verlies van menschenlevens. Naar Port Arthur, de tegenover Wei hai Wei gelegen andere bestrijk-sterkte vaD de Petchili- golf, zijnnaar nader uit Shangai gemeld wordt, na het gevecht, een zestal Chineesche oorlogsschepen teruggekeerd,zwaar beschadigd en vol gekwetsten. Zeshonderd manschappen en officieren zijn omgekomen bij het in den grond boren der Chineesche kruisers Chih- Yuen en King-Yuen. Ook verscheidene transportschepen schijnen gezonken te zijn. De troepen, aan boord van een dezer trans portschepen schijnen niet aan wal te zijn gezet Het verlies der Chineezen wordt geschat op 1500 man, dat der Japanners op 1000. Admiraal Ting eu Majoor Von Han- neken hebben hun commando weder kunnen overnemen. De Japanners schrijven zich, naar uit eene dépêche uit Yokohoma blijktdan ook wel degelijk de overwinning toe. Drie Chineesche schepen, beweren ze, werden door hen in den grond geboord en een verbrand. Schepen verliezen deden de Japanners, volgens hun zeggen, niet, maar hunne kruisers Matsuriraa en Yoshinobenevens een transportschip werden sterk gehavend. Groot verlies van menschenlevens, ook volgens dit bericht, aan beide zijden. Het best zal men waarschijnlijk doen de waarheid voorloopig in het midden te laten en het gevecht, dat in elk geval zeer bloedig is geweest, voorloopig voor onbeslist te houden, ons houdende aan de mededeeling van ambtswege door den Britschen zaakgelastigde te Tientsin aan het Foreign Officie te Lon den gedaan, dat een belangrijke zeeslag heeft plaats gevonden tusschen de Japansche en Chineesche vlootenj, zonder dat evenwel iets wordt vermeld omtrent fden uitslag. Het aantal, in den slag bij Ping-Yang ge- doode Chineezen wordt nu in Japansche berichten opgegeven als hebbende bedragen 2000. Het aantal gewonden en krijgsgevan genen was 14500. Ongeveer een vierde der manschappen van het Chineesche leger is er in geslaagd te ontkomen. De Japanners hadden 30 dooden en 269 gekwetsten dus nog één minder dan eerst werd opgegeven. Het Japansche leger marcheerde in Noor delijke richtiug naar Wij-U, een grensstad op den grooten weg naar Mukden, de hoofd stad van Mantschourije en de heilige stad van het vorstenhuis. Men verwacht, dat het Japansche leger Wij-U voor het «inde der maand zal bereiken. Uit officieele opgaven blijkt, dat in 1893 de werkstakingen veel talrijker geweest zijn dan in 1894 en dat de meeste plaats hadden voor de verkiezingen voor de kamer van afgevaardigden. De werkstaking der Schotsche mijnarbeiders kan nu gelukkig als geheel geëindigd be schouwd worden. Maandag hervatten de 15 ft 17000 mannen het werk en in eenige mijnwerken op voorwaarde, dat de vroegere loonen tot einde Januari zullen gehandhaafd worden en dat pogingen gedaan zuilen worden om een verzoeningsraad tot stand te brengen. De mijnwerkers in Fifeshire houden den strijd nog volmaar er is reeds overvloed van steenkolen, en als de mannen zoo sterk blijven aankomen als nu, zal de steenkolenmarkt te Glasgow spoedig overvoerd zijn. De prijs is reeds van 15 shillings (op Zaterdag) tot 11 shillings gedaald. De ijzerfabrieken hebben den arbeid nog niet hervat

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1894 | | pagina 1