Waalwfjtscke ra Laaislriatsrar Courant
Nummer 99. Donderdag 13 December 1894. 17e Jaargang.
ill; BltOtlIMÜSSm
Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen.
UITGEVER:
ANTOON TIELEN,
Staatkundig overzicht.
FEUILLETON.
BUITENLAND.
Belgie.
Frankrijk.
De Echo van het
Dit biad verschijnt Woensdag en Zaterdag avond.
Abonnementsprijs per 3 maanden J 1,00.
frauco per post doo* i<et geheeie rijk f 1,15
Brieven, ingezonden stukken, gelden enz., franco te zenden
aan den Uitgever.
Waalwijk.
Advertentiën 17 regels J 0,60 daarboven 8 cent per regel*
groote letters naar plaatsruimte. Advertentien 3 maal ter plaatsing
opgegeven, worden 2maal berekend. Advertentiën voor Duitscb-
land worden alleen aangnomen ioorhet advertentiebureau van
Adolf Steiner, Hamburg. Reclames 15 cent per regel.
Eindelijk is de beslissing gevallen, waar
naar met zooveel belangstelling is uitgezien;
de president van den Hongaarschen minister
raad heeft in de kamer medegedeeld, dat de
geestelijke wetten met de sanctie des keizers
zijn teruggekomen. Deze mededeeling is
door de liberalen met enthousiaste toejuiching
ontvangen.
In de Spaans :he Cortes hebben ook weer
zeer rumoerige tooneelen plaats gehad, ver
oorzaakt door eene redevoering van den re
publikein Marengo over de ondeugdelijkheid
van het monarchale stelsel.
Zeker, in een land met een koning en voor
eene vergadering, welker meerderheid uit
trouwe aanhangers der monarchie bestaat, nog
al een stekelig onderwerp.
De presidentniet bij machte orde en
stilte te verkrijgen, verliet zijn zetel onder
verklaring, dat hij zal aftreden zoodra weer
tot dergelijke tooneelen aanleiding wordt
gegeven.
Keizer Wilhelm heeft het nieuw gekozen
bestuur van den rijksdag waarin ten slotte
toch geen lid der sociaal democratische partij
is opgenomen bij zich ten gehoore gehad
en zich toen met de heeren een half uur
lang onderhouden.
Z. M. gat er zijne tevredenheid over te
kennen, dat het oude bestuur zoo goed als
in zijn geheel werd herbenoemd, en kwam
vervolgens te spreken over de rumoerige in
cidenten, die de eerste zitting in het nieuwe
gebouw hebben ontsierd. Hij had zich die
dingen, dat verklaarde Z. M., niet persoonlijk
aangetrokken maar beschouwt ze meer als
een aanval op de grondwet, waarvan het
keizerschap een der belangrijkste onderdeden
is. Nu, voor het verhoeden van dergelijke
aanvallen moest juist ook de Umsturz-Vorlage
dienen.
Dit wetsplan interesseert de verschillende
Naar het Fransch door W. v. R.
Overgenomen uit de Meierijsche Courant
Vijftiende Hoofdstuk.
Een somber licht glinsterde onder de wenk
brauwen der brooddraagster, wier bleek gelaat
thant purperrood was geworden.
In eene verschrikkelijke ontsteltenis riep zij uit:
„Wat een woede in 't \ervolgen van dit ar
me kind? Wat heeft zij hun toch gedaan om op
dergelijke wijze gemarteld te worden De vader
is wreed en onbarmhartig tegenover u en de
dochter brengt u den doodslag toe. O, 't zijn
eerlooze lieden, en de rechtvaardige God zal hen
straffen Kom, lieve, kom Lucia, vertel mij eens
alles. Hoe is dat gebeurd
Met zwakke, nauwelijks verstaanbare stem deed
Lucia het verhaal van hetgeen er in de zaal van
Madame Augustine was voorgevallen.
Jeanne luisterde aandachtig. Hare vuisten wa
ren gebald en hare neusvleugels trilden.
„En zouden die lieden niet gestraft worden
sprak zij, toen het meisje geëindigd had. //Zouden
die ellendelingen het recht hebben een dierbaar
leven te breken, een onschuldig kind te belaste
ren, een braaf meisje tot wanhoop en ellende te
brengen? Neen, neen, dat is niet mogelijk! Dat
zal niet gebeurenGij hadt niemand bij u om
uwen moed te schragen en met u te strijden,
doch thans ben ik hier om u te beschermen I Las
tertaal en eerroof zijn misdaden, waartegen de
wet straffen bedreigt. Tot de rechtbank zullen
wij ons wenden
„Tot de rechtbank herhaalde Lucia.
„Ja."
„En hoe zullen wij dat aanleggen
„Eerstens moeten wij een advokaat raadplegen,
hem met de zaak belasten, opstaan en met moed
den strijd aanbinden.... Een advokaat," herhaalde
Jeanne dan weer, eensklaps aan de enveloppe
partijen veel meer dan al de voorstellen en
interpellatien van sociaaldemocraten, natio
naal liberalen en conservatieven te zamen
uit welke omstandigheid natuurlijk volgt een
overvloedige rijkdom van beschouwingen en
voorspellingen, 't Wekt reeds een zekere
verbazing dat de „Umsturz Vorlage» niet voor
alles (dus ook voor de begrooting) gaat, men
schrijft deze beslissing van het presidium toe
aan de duidelijk gebleken noodzakelijkheid,
dat een zoo lang mogelijke periode van
onderzoek aan de beraadslagingen voorafga.
Volgens de nieuwe regeling zal met geld
boete van ten hoogste 600 mark of gevan
genisstraf tot ten hoogste 2 jaar worden ge
stratt al wie in een openbare samenkomst
verschillende klassen der bevolking tegen
elkaar tot geweldadigheden aanzet, zoo, dat
de vrede gevaar loopt verstoord te worden;
de officieren en onderofficieren met verlof
kunnen disciplinair worden gestraft en een
voorloopige inbeslagneming van gedrukte
stukken kan volgen zonder gerechtelijk bevel.
De bestraffing van genoemde militairen
met verlof, zal wel geen groote bestrijding
uitlokken, ten minste niet zoo, dat het geheeie
wetsvoorstel er door in gevaar komt. Geheel
anders is 't met de verscherping van para
graat 130 van het strafwetboek. Deze para
graaf stelt het regeeringsplan voor aldus te
wijzigen „Wie den godsdienst, de monarchie,
de familie, de eer en den eigendom, zoodanig
beschimpt, dat daardoor gevaar kan ontstaan
voor den vrede enz." Deze lezing is vatbaar
voor vele en velerlei uitleggingen en daarmee
overeenstemmende toepassingenmen kan
onverdacht zijn van alle anarchistische en
zelfs van sociaal-democratische aanvechtingen
en toch vallen onder den arm der wet, be
schikkend over zulk een rekbaar wapen. Met
de uitbreiding van de bevoegdheid der politie
betrekkelijk de inbeslagneming van geschrif
ten, is 't al evenzoo gesteld, 't Kost langs
dezen weg heel weinig moeite een blad finan
cieel ten gronde te richten. Dat is eigenlijk
een soort vernietiging langs administratieven
weg en de rehabilitatie later, door de recht-
denkend, die zij op de kade bij het Instituut
gevonden had„heet de vriend van Lucien La-
brone niet Georges Darier
„Ja, goede mama Lison."
„Kent gij zijn adres?*
„Ja, hij woont in de Bonapartestraat, 27.*
„Welnu, tot hem zal ik gaan."
„Doe dat niet, mama Lison, ga niet tot hem!*
„En waarom niet?"
„Juist omdat liij Lucien Labrouè's vriend is,
zal hij u met een kluitje in 't riet zenden."
„Wie weet integendeel of hij zijn ouden school
makker niet tot betere gevoelens zal brengen
„Hij is advokaat en raadsman van den heer
Paul Harraant."
„Wat kan mij dat schelen? Wat gij mij daar
zegt zou mij bepaald tot hem doen gaan, indien
ik eerst geaarzeld had. De heer Darier kan den
heer Harraant aanmanen zijne schandelijke prak
tijken te staken, hem doen verstaan dat eerroof
eene strafbare daad is, en zoo noodige schade
loosstelling van hem eischen voor het kwaad dat
hij tegenover u bedreven heeft. Ik zal hem op
zoeken, zeg ik. Ik heb een goed voorwendsel
om tot hem te gaan. Hij zal mij raadgeven, mij
den weg aanwijzen dien ik te volgen heb. Neen,
neen, ik aarzel niet langer. Onmiddellijk ga ik
tot den lieer Darier."
Zonder zelfs Lucia's antwoord af te wachten,
verliet Jeanne de kamer van het meisje, ging in
hare kamer de enveloppe halen, waarvan we
reeds meermalen spraken en haastte zich r.aar
de Bonapartestraat.
In zeer korten tijd was zij in die straat.
„Advokaat Darier vroeg zij den portier, die
haar dan den weg wees.
Jeanne spoedde zich de trappen op en schelde.
De oude dienstmeid opende.
„Advokaat Darier?" herhaalde Jeanne.
„Mijnheer is niet thuis," antwoordde de meid.
„Komt madame voor zaken
„Ja."
„Dan zal het mijnheer spijten."
„Zal hij lang wegblijven
„Eenige dagen.*
„O," hernam Jeanne teleurgesteld,
„Mijnheer is naar Tours, waar hij in eene
belangrijke zaak te pleiten heeft. Aanstaanden
Woensdag komt hij terug."
„Nog zes dagenriep de brooddraagster uit.
bank, kan 't aangerichte kwaad onmogelijk
weer goedmaken. Daardoor wordt de vrijheid
der drukpers, waarmee men 't in Duitschland
toch reeds zoo heel ernstig niet moet nemen,
een holle klank.
Zoo staan we dus aan den aanvang van
levendige debatten en gepassioneerde beraad
slagingen in Duitschlands rijksdag en het
einde daarvan kan. zooals de zaken nu staan,
moeielijk zijn een ongewijzigde goedkeuring
van den tekst der regeering.
Het schandaal, door de sociaal democraten
bij de opening van den rijksdag gemaakt
schijnt nog een opzienbarend naspel te moeten
hebben. De rijkskanselier heeft aan den pre
sident van den rijksdag eene voordracht ter
hand gesteld van den eersten ambtenaar van
het O. M. bij het Berlijnsche Landgericht
waarin wordt verzocht dat de rijksdag moge
toestaan, dat eene strafrechtelijke vervolging
worde ingesteld tegen de sociaal democrati
sche leden van den rijksdag, die bij het Hoch
op den keizer zijn blijven zitten. Van po
litiek belang zou het al dadelijk zijn, te weten
of het idee van deze vervolging is opgekomen
in het brein van den genoemden ambtenair,
dan wel aan eene hoogcre aanstichting het
aanzijn dankt. Volgens artikel 30 van de
grondwet »mag geen lid van den rijksdag op
eenig oogenblik wegens bet uitbrengen van
zijn stem of wegens bij de uitoefening van
zijn beroep gedane uitiugen gerechtelijk of
disciplinair vervolgd of op andere wijze buiten
de vergadering ter verantwoording geroepen
worden.» In een zeer gewrongen en juridisch-
spitsvondig hoofdartikel tracht nu de Nord-
deutsche Allgemeine Zeitung dadelijk aan te
toonen. dat het demonstratieve zitten-blijven
bij het Hoch op den keizer niet tot de „in
de uitoelening van zijn beroep" niet-stratbaar
gestelde „uittingen" van een afgevaardigde
kan worden gerekend; en dat het prestige
van den rijksdag slechts eene „onbeperkte
vrijheid van spreken" toestaat niets meer
of minder. Volgens de wet kan majesteit
schennis gestraft worden met een tuchthuis-
„Nog zes dagen te wachten
„Ja, dat zal wel noodig blijken, madame."
„Welaan dan, ik zal na zes dagen terugko
men," mompelde Jeanne zeer ontmoedigd, en dan
keerde zij weer naar de Bourbonkade terug.
Lucia, ter prooi aan een hevige koortswas
genoodzaakt geweest zich naar bed te begeven.
De brooddraagster rilde van angst en schrik.
De gedachte, dat de ongelukkige het slacht
offer van eene licht te begrijpen ziekte zou kun
nen worden, deed haar beven van het hoofd tot
de voeten.
„Welnu, mama Lison?" vroeg de werkster op
zwakken toon.
„Gaorges Darier is op reis, lieve. Ik zal hem
gaan opzoeken, zoodra hij terug is. Op het oogen
blik echter moeten wij niet aan hem denken,
maar aan u aan u, mijn lief kindGij schijnt
zwaar te lijden."
„Ik ben koortsachtig."
„Ik ga onmiddellijk een dokter halen."
„Waartoe zou dat goed zijn
„Waartoe? Wel, omdat ik niet wil dat gij ziek
wordt. De geringste ongesteldheid kan gevaarlijk
worden, wanneer men die verwaarloost.... O gij
kunt zeggen wat gij wilt, nu luister ik toch niet
naar uwe woorden."
En de brooddraagster haastte zich naar buiten.
Weldra was er een dokter aan 't ziekbed.
Na het jonge meisje aandachtig te hebben on
derzocht schudde de doktor het hoofd, beet zich
op de lippen en rimpelde de wenkbrauwen.
Het geval was ernstig, of kon althans ernstig
worden.
Elk oogenblik was er hersenkoorts te duchten.
De dokter schreef een drankje voor en vertrok
met de verzekering dat hij des anderendaags zou
terugkeeren.
Jeanne ging naar den apotheker, liet het recept
des dokters gereedmaken nam dan hare plaats
in aan het ziekbed harer dochter en bleef daar
zoolang als hare bezigheden dit veroorloofden.
Wij hebben onzen lezers nog mede te deelen
waarom Raoul Duchemin de stadhuisklerk van
Joigny, in den trein was, die te Bois-le-Roi ten
gevolge eener verkeerde manoeuvre werd aan
gereden.
Niettegenstaande de groote wijnkoopman, wien
straf van vijf jaar maximum en met verlies
van openbare ambten en burgerschapsrechten;
dus ook met het verlies van het mandaat
voor den rijksdag.
In eene uiteenzetting van den financieelen
toestand heeft Sonnino in de Italiaansche
kamer verklaard, dat er o. a door bezuiniging
maar toch niet uitsluitend daardoor gestreefd
zal worden om de begrooting te d >en sluiten.
Er zal daarvoor 72.740 000 lire noodig zijn.
De gewone uitgaven zullen met 24.60u.000
worden verminderd; die voor spoorwegen met
16.500.000, op de administratien zal 11600000
worden bezuinigd, op oorlog en marine 20
millioen; maar het zou onmogelijk zijn nog
verder te gaan.
Hevig was in en om Aalst de strijd met
vergaderingen en strooibiljetten geweest in
de dagen, die de herstemming tusschen Woeste
en Van Wambeke en abbé Daens en De
Backer voorafgingen. Zondag is de beslissing
gevallen. Gekozen zijn de twee aanvoerders:
Woeste, clericaal. met 27,1)49 stemmen, en
abbé Daeus, christelijk-democraat, met 26832.
Van Wambeke had een 300 stemmen min
der dan Daens.
Eerlijker kon het al niet, ieder een.
Fcrdiuand de Lesseps.
Ferdinand de Lesseps is overleden. Een
rijk leven, een armzalige dood. Welk een
verval van grootheid, dat hij echter niet
gevoeld heeft, daar het noodlot hem reeds
sinds lang met kindsheid had geslagen.
Ferdinand de Lesseps was den 19 Novem
ber 1805 te Versailles geboren uit eene familie,
die verscheidene diplomaten en reizigers in
de jonge man valsche wissels eeteekend had
geheel betaald was, ontzag bij zich niet aan ieder,
aie 't hooren wilde, te vertellen, hoe hij eensklaps
op zeer onverwachte wijze door een onbekenden
beschermer van den klerk werd schadeloos ge
steld.
Spoedig wist men te Joigny dat Raoul Duche
min, die gewoonlijk geen cent op zak had, thans
kwistig met zijn geld speelde en natuurlijk vroeg
men zich af door welken samenloop van zonder
linge omstandigheden hij nu in staat was gesteld
zijne schalden te betalen.
Men had Duchemin zien spreken met een vreem
deling, ontbijten en direeren in gezelschap van
dienzelfden vreemdeling. Dat scheen verdacht,
evenals al hetgeen niet duidelijk te begrijpen is,
en leverde stof voor zoovele gesprekkendie
dikwijls van niet veel welwillendheid getuigden.
Al die praatjes, die met den dag, met het uur
aangroeidenkwamen aan de ooren van den
burgemeester van Joigny.
Deze ambtenaar vroeg uitleggingen aan zijn
klerk, die niet in staat was eenige verklaring te
geven, daar hij zeil niets begreep van al hetgeen
er gebeurd was.
Het besluit van dit onderhoud was het volgende:
„'tls onmogelijk dat gij nog langer aan de
gemeente-administratie blijftNeem dan uw
ontslag, of ik zal verplicht zijn het u te geven."
Duchemin, door dit vonnis zonder appel zeer
terneergeslagen vroeg zijn ontslag, en zag zich
zoo zonder betrekking en door iedereen met min
achting bejegend.
Toch was er nog niets bekend van zijn ge
heimzinnig bezoek aan het archief en van den
koop, dien hij met baron de Reiss gesloten had
doch de jongman beefde bij de gedachte, dat men
ook dit mocht ontdekken.
Het ontvreemden van een authenthiek stuk,
eene ontvreemdingwaaraan hij eerst slechts
weinig belang hechttebegon hem thans zeer
ernstig in de oogen te schijnen, en in stede van
den man te zegenen, die hem voor een oogenblik
uit een zeer moeilijken toestand verlost had
betreurde hij het thans dien persoon op zijn weg
ontmoet te hebben.
Eerst dacht Raoul er aan zich naar Parijs te
begeven, waar hij wel eene betrekking zou kunnen
vindeD en in de raeuigte verdwijnen.
Hij had nog tal van goudstukken in zijn bezit,