Nummer 6. Zondag 20 Januari 1895. 18e Jaargang. Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen* ill. MtOODDRWGSTElT ANTOON TIELEN Staatkundig overzicht. FEUILLETON. BUITENLAND. Belgie. Frankrijk. UITGEVER: Waalwijk. De Echo van het Zuiden, Waalwfjkscie ra Langstraatsche (oiiranl. Dit blad verschijnt Woensdag en Zaterdag avond. Abonnementsprijs per 3 maanden ƒ1,00. Franco per post door het geheele rijk f 1,15 Brieven, ingezonden stukken, gelden enz., franco te zenden aan den Uitgever. Advertentiën 17 regels 0,60 daarboven 8 cent per regel' groote letters naar plaatsruimte. Advertentien 3 maal ter plaatsing opgegeven, worden 2maal berekend. Advertentiën voor Duitscb- land worden alleen aangnomen door het advertentiebureau ven Adolf Steinek, Hamburg. Reclames 15 cent per regel. De terugtreding van Casimir Périer als president der Fransche republiek is overal gekomen als een verrassing men stond ver baasd te Berlijn en te Rome zoowel als te Weenen en te Petersburg; doch, hoewel men den toestand van de republiek allerwegen ernstig, zeer ernstig heet, was er nergens te constateeren ontzetting of schrik: 't was de gewone agitatie, die voortvloeit uit de ken nisneming van iets heel onverwachts, dat spot met alle berekeningen en voorspellingen, zelfs de meest gewaagde. Over het ontslag nemen van Casimir Périer luidt het oordeel nagenoeg eenstemmig af keurend. De pers velt algemeen een veroordeelend vonnis. In plaats van ontslag (démission) bezigt ze de woorden desertion (wegloopen) en défaillance (den moed laten zinken), en aan afkeer om een door den parlementairen toestand geboden ministerie Bourgeois (radi - caal) te aanvaarden, wordt, veel meer dan aan wat in het door Ravas openbaar gemaakte boodschap-extract wordt gezegd de ware oorzaak van heengaan toegeschreven. Op straat was het kalmmaar de drukke gesprekken, die men er hoorde, waren géné- ralement désapprobatrices. Men verwijt den president onmannelijke overgevoeligheidmen acht het nog niet zoover gekomen met den toestand of er was nog wel blijven aan geweest, en ware het inderdaad zoo erg, dan ware blijven met de anderen en volharden tot het einde juist plicht geweest; revolutie binnen, vermindering van Frankrijk's aanzien buiten, die beide gevareu hadden den heer Périer moeten weerhoudeneen half jaar te voren wist hij immers even goed als nu wat hem wachtte op den presidentszetei. Le Figaro spreekt van „gemis aan burger moed", en de royalistische Gaulois vraagt of het Elysée voortaan een passanten-huis moet worden, enz. enz. Naar het Fransch door W. v. R. Overgenomen uit de MeierijscJie Courant 140 «Op haren weg ontmoet zij een braaf jong- mensch, even arm als zij.' «Zij beminnen elkander en het geluk lacht hun iu hunnen soberen toestand toe. De toekomst is voor hen. Weldra zouden zij door den band des huwelijks vereenigd worden.' «Helaas, zij hadden niet op de werken der boozen gerekend.' «Luister, mijnheer! Luister en oordeel.' «Een industrieel, een millionair is vader eener eenige dochter.' «Deze dochter koestert eene brandende liefde voor den verloofde van het arme kind, dat in het gesticht werd opgevoed. De millionair sprak tot den jongman ik bied u de fortuin, eene groote fortuin. Huw mijne dochter «De jongman is eene eerlijke, loyale jongen. Hij bemint het arme meisje uit den grond zijns harten en weigert.' «De dochter van den millionair geeft zich nog niet gewonnen. Zij is overtuigd van de macht des gouds. Zij gaat hare nederige mededingster opzoeken, en biedt haar geld, zeer veel geld, zoo zij haren verloofden wil afstaan en Frankrijk verlaten. Dit aanbod werd natuurlijk met de verontwaardiging, die het verdiende, van de hand gewezen." «Wat doen nu vader en dochter? Welke kwade geest leidt hen Zij doorsnuffelen het verleden, niet der weeze, maar der moeder. Zij ontdekken eene onteerende misdaad, en sterk door deze ontdekking, gaan zij den jongman opzoeken en roepen hem tóe: Arme dwaas, ongelukkige ver blinde! Zij, die gij huwen wilt, is de dochter van een eerloos schepsel, wegens eene schandelijke misdaad tot levenslange gevangenisstraf veroor deeld 1 Zij heeft uw vader vermoord!" Dat alles zijn de vrienden van den heer Périer hem zoo dikwijls en op zoo verschil lende wijzen komen voorzingen, dat hij ten laatste zijn deur dicht wierp en niemand meer ontving. Aandoenlijk, dat ook nog zijn tachtigjarige moederdie inderdaad met het trotsche woord „wanneer het vaderland roept, wei gert een Périer nooit!" hem tot de aanneming van het presidentschap overhaalde, naar het Elysée kwam, om haar Casimir op zijn be sluit te doen terugkomen. Ditmaal vermocht zij evenwel niets op hem. De radicale en socialistische bladen, hoewel natuurlijk verheugd over des president's af treden, blijven niet in gebreke, hem, als tot afscheid, nog eens duchtig onder handen te nemen en op de gebreken van zijn bestuur en zijn persoon te wijzen. Donderdag heeft de verkiezing van den nieuwen president te Versailles plaats gehad. De eerste stemming bracht 344 stemmen aan Brisson, 216 aan Faure en 195 aan Waldeck- Rousseau. Hoewel de kamerpresident er dus de meeste gekregen had, stonden zijne kansen bij een tweede stemming uiterst zwak, daar het zich liet aanzien dat de stemmencijfers der beide andere candidaten zich op een hunner zouden vereenigen. Immers van Waldeck-Rousseau op Faure over te gaan sprak van zelf; Brisson had de radicale en socialistische krachten zich reeds bij den eersten keer tot op het uiterste doen spannen; de tweede bracht hem slechts 19 stemmen tneer. In het geheel werden toen ongeveer 800 stemmen uitgebracht, dat is een goede 40 meer dan de eerste maal en Félix Faure verwierf er daarvan 435, ruim 30 dus boven het vereischte getal. Félix Frangois Faure, in de looierswereld wèl bekend, is in zekeren zin een homo novus. Een overwegende politieke rol heeft hij nooit gespeeld. F.erst in 1881 trad hij als repu- blikeinsch candidaat voor Havre op het staatkundige tooneel en werd toen met een geringe meerderheid tegenover den aftreden den monarchist verkozen. In het ministerie Vijfentwintigste Hoofdstuk. Zij zweeg een oogenblik, geheel uitgeput en haalde diep adem. Dan hernam zij weder «Gij begrijpt mij, niet waar mijnheer? Niet slechts is nu het huwelijk onmogelijk geworden, maar bovendien nog heeft men vijanden ge maakt van de beide jongelieden, die elkander zoo vurig beminden. En dat is nog niet alles. Na het jonge meisje getroffen te hebben in het hart, in de ziel, moest zij ook nog getroffen worden in h' re kostwinningEen voornaam huis gaf haar werk.' «Men ging tot de vrouw des huizes en, in te genwoordigheid van het arme kind, zeide men haar Dat jonge meisje, de dochter eener vrouw, wegens drievoudige misdaad, brandstichting, dief stal en moord veroordeeld, onteert uwe ateliers. Zoo gij haar in dienst houdt zullen uwe klanten u verlaten, en dat zal de ondergang zijn van uw huis. Jaag haar weg «En men heeft haar weggejaagd.' «Ter prooi aan de hevigste wanhoop, onder de kwelling van dien laatsten slag, is zij zwaar ziek geworden en dagen lang heeft zij in een toestand verkeerd, tusschen leven en doodDe bloeden de wonde haars harten zal iet genezen, zoolang hij, dien zij beminde, dien zij nog bemint en al tijd beminnen zal, niet tot haar terugkeert. «Zij lijdt alles wat een menschelijk schepsel lijden kan, en gij zegt, dat de wet onmachtig is, tegenover de ellendelingen, die op dergelijke wijze een onschuldig kind martelen, die haar nog dooden zullen «Welnu, zoo dat de wet is, dan zeg ik u, mijnheer, dat de wet eerloos is Jeanne zweeg. «Maar van wie spreekt gij dan toch?" vroeg Georges ontroerd, ontsteld en hoogst verbaasd over al hetgene hij gehoord had. «Van wie ik spreek?" hernam de brooddraag ster. «Ik spreek van Lucia Fortier.» «Ik twijfelde er aan ik had het reeds gera denMaar is er werkelijk geschied, wat gij mij hebt medegedeeld «Heeft uw vriend, de heer Labroue, u dan niets verteld «Ik weet dat er eene droevige seheiding heeft plaatsgehadMaar heeft men de wreedheid zoo- Gambetta van 14 November vond hij een plaats als onder-secretaris van staat voor koloniën; en diezelfde betrekking bekleedde hij in de kabinetten Ferry in 1883 en Tirard in 1888. In 1885 en 1889 werd hij te Havre voor de kamer herkozen. In 1894 was hij een der onder-voorzitters van de kamer, toen hij, den 30sten Mei, als minister van marine optrad in het kabinet Dupuy. Voor de her kiezing van Brisson, den 9den dezer, is er ernstig over gedacht zijn candidatuur tegen over die van den radicaal te stellen, van wiens benoeming een wapen tegen Dupuy en tegen Périer gemaakt was. De ministerraad ver gaderde naar aanleiding van dit voornemen, maar men zag ervan af omdat men begreep, dat het wrakke ministerieele gebouw geen enkelen hoeksteen missen kon. Zijn verkie zing, hoewel niet bepaald verwacht, kan toch geen verrassing heeten; herhaaldelijk was zijn naam sinds de aftreding van Périer genoemd. De nieuwgekozen president" zoo seint de correspondent der N. R. Ct. te Parijs „is de zoon, naar men zegt, van een werk man in een Parijsche voorstad. Als leerling op een looierij is hij zijn loopbaan begonnen. Met het geld, dat hij opgespaard had, is hij naar Havre gegaan waar hij thans tot de voornaamste reeders behoort." Faure wordt den 30sten dezer maand 54 jaar. In den Fransch—Duitschen oorlog was hij bataljonschef der mobiele garde en kwam, toen de commune Parijs in brand zette van Havre uit hulp verleenen. In 1871 werd hij tot ridder m het Legioen van Eer be noemd. Een der ministers van het kabinet, welks aftreden de presidentieele crisis in het leven riep, volgt dus Casimir Périer op. Het zou voorbarig zijn zich aan voorspellingen te wagen betreffende het bestuur van iemand wiens politieke carrière voor het grootste deel in de toekomst ligt. Dit eene mag men echter, zijn verleden in aanmerking nemende, zeggen van een nieuwen koers" spreekt deze benoeming niet. verre doorgedreven, dat men Lucia haar werk heeft duen verliezen «Ja, zooverre heeft men de zaak doorgedreven.' «O dat is verschrikkelijk «Niet waar, dat is verschrikkelijkEn derge lijke daden kunnen niet gestraft worden «Men kan ze schandvlekken, maar niet straffen.' Zoo ontrukt men dan aan dat kind niet slechts alle vooruitzichten op eea gelukkig leven, maar men berooft haar ook van de middelen om het dagelijksch brood te verdienen. Men vermoordt de ongelukkige door haar de middelee te ontne men om in haar bestaan te voorzien,en de moordenaars kunnen niet gestralt worden?" «Neen," antwoordde Georges zeer ontsteld, «Maar zij sterft, de arme Lucia!.... Denk eens na, mijnheer 1 Gij zijt jong en gij moet ook goed zijn Dat lees ik in uwe oogen; tracht iets te vinden, dat aan dit kind het geluk terugschenkt. Gij zijt Lucien's vriend, zijn beste vriendDat heeft hij mij zelf gezegd.... En gij zijt de raads man tevens van den heer Harmant, dat weet ik. Gij kunt hen heden bezoeken en hen vragen Lucia te sparenDat juffrouw Har in an t aan Lucia de betrekking doe teruggeven, die zij haar heeft doen verliezendat Lucien tot haar terug- keere, en haar eene fout vergeve, die zij niet bedreven heeft. Ziedaar een middel om haar te reddenHet arme kind is niet verantwoordelijk voor hei verleden harer moederen hare moe der kan bovendien zeer goed geheel onschuldig zijnRed haar, mijnheer, red haar. Mij dunkt dat ik wel een middel zou weten te vinden om dat te doen, zoo ik in uwe plaats ware.' Georges staarde Jeanne met de grootste aan dacht aan. Hij scheen de trekken van haar gelaat te bestudeeren. «Kent gij Lucia reeds lang?' vroeg hij. «Neen, mijnheer.' «Gij heet Lise Perrin, niet waar, madame?' «Ja, mijnheer, en ik bemin Lucia als mijn eigen dochter, üm haar te redden, om haar gelukkig te maken zou ik zonder aarzelen den laatsten druppel van mijn bloed willen geven.' Op dit oogenblik werd er aan de deur geklopt. „Binnen riep de advokaat. De huishoudster kwam binnen. «Mijnheer,' zeide zij, „er is iemand, die naar u vraagt." «Wie De Matin zegt uit goede bron te hebben vernomen, dat de diplomatieke onderhande lingen waarin de minister van buiten- landsche zaken in de kamer gewag maakte de onzijdigheid van den Congo-staat golden. Het gouvernement wilde, voordat het de an nexatie van den Congo voorstelde, zich ver zekeren van den waarborg der mogendheden van zijne onzijdigheid. In het vier-en-twintigjarig bestaan der republiek komt het thans voor de vierde maal voordat de president zijn ontslag neemt. Thiers bedankte 24 Mei 1873 na een in terpellatie van den hertog de Broglie, be treffende de noodzakelijkheid van het volgen eener beslist conservatieve politiek. De na tionale vergaderiug koos toen den conserva tieven maarschalk de Mac Mahon. Den 30sten januari 1879 bedankte deze en werd vervangen door Jules Grévy. Den 2den December 1887 verklaarde Jules Grévy, wiens positie door het Wilson-schan daal was aangetast„dat het zijn recht en ziju plicht zou zijn om (aan de pressie, die op hem geoefend werd) weerstand te bieden, maar dat hij dit uit zuivere vaderlandsliefde niet zou doen." Den volgenden dag nam Sadi Carnot zijn plaats in. Den 24sten Juni 1894 werd Carnot ver moord. Den 27sten dier maand koos het congres Casimir Périer met 451 van de 851 stemmen. Den 15 dezer heeft Périer bedankt. Ziedaar de geschiedenis van het president schap der derde republiek welke de Soleil doet zeggen zullen wij een zesde kiezen Er is maar één middel om Fraukrijk te red den. Ziet men dat niet, dan is het omdat men niet zien wil. „De heer Paul Harmant." «Hij riep de brooddraagster ontsteld uit. „Tot hem moest gij uwe bede richten!» her nam Georges, Jeanne bij de hand nemend. „Hem moet gij vragen het kin! te laten leven, dat gij zoozeer bemint." En hij trok de ontvluchte van Clermont mede naar de zaal, waar de valschePaul Harmant zich reeds bevond. Toen deze Georges zag binnentreden met eene vrouw uit het volk, was hij zeer verwonderd, en deze verwondering nam natuurlijk nog veel grooter afmetingen aan, toen die vrouw eensklaps voor hem op de knieën neder viel, met uitgestrekte armen, biddend en smeekend om zijne hulp. „Wie zijt gij? Wat verlangt gij?" vroeg hij. De advokaat antwoordde: «Dip arme vrouw heet Lise Perrin, mijnheer. Zij heeft eene diepe genegenheid, eene haast moe derlijke liefde opgevat voor een jong meisje, dat op 't punt is van wanhoop te stervan, en heden morgen is zij hier gakomen om mij te verzoeken bij u haar voorspreker te zijn.» «Ja, jal' sprak Jeanne, hevig snikkend. «Red haar Toen hij den naam van Lise Perrin vernam en de stem dier vrouw hoorde, voelde de millionair het klamme zweet op de slapen komen. Na eenentwintig jaren stonden Jacques Garaud en de weduwe van Pierre Fortier weder tegenover elkander, doch beiden zoo veranderd dat zij ge heel onherkenbaar waren. Bovendien veranderde het Amerikaansch accent dat de gewezen meesterknecht gedurende een langdurig verblijf in de nieuwe wereld had aan genomen aanmerkelijk zijne stem. Jeanne richtte het hoofd op en ontwaarde door een tranenvloed den man, wien zij Lucia's heil afsmeekta. Het bleeke gelaat van den industrieel in een krans van schier witte haren, en bakkebaarden gevat van dezelfde kleur, verwekte bij haar niet de geringste herinnering. Doch Jacques vond bij den eersteD oogopslag de verwoeste trekken weder der schoone jonge weduwe, die hij eens zoo vurig bemind had. Eene ijskoude rilling liep hem over de leden. Wordt vervolgd.

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1895 | | pagina 1