Nummer 17. Donderdag 28 Februari 1895. 18e Jaargang. Dl BROODDRUGSTER. Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen. ANTOON TIELEN Staatkundig overzicht. FEUILLETON. BUITENLAND. Belgie. Frankrijk. UITGEVER: Waalwijk. V De Echo van het Zuiden, Waalwpscle en Langslraalstlie Courant, Dit blad verschijnt Woensdag en Zaterdag avond. Abonnementsprijs per 3 maanden ƒ1,00. Franco per post door het geheele rijk f 1,15 Brieven, ingezonden stukken, gelden enz., franco te zenden aan den Uitgever. Advcrtentiën 17 regels 0,60 daarboven 8 cent per regel* groote letters naar plaatsruimte. Ad verten tien 3 maal ter plaatsing opgegeven, worden 2maal berekend. Advertentiën voor Duitscb- land worden alleen aangnomen ioorhet advertentiebureau van Adol? Steiner, Hamburg. Reclames 15 cent per regel. Indien Duitschlands keizer na korter of langer tijd niet meer wordt aangemerkt als de hoop en de redder van alle kroniekschrij vers in dagen van malaise op het gebied der algemeene politiek, zal hij dit zichzelven te wijten hebben er is in zijn redevoeringen eer te constateeren een vermindering van het sensatiewekkende element, dan een ver meerdering. 't Is of de vorstdie in de weinige jaren van zijn regeering meer aan leiding heeft gegeven tot verbazing en ver wondering dan collega's van hem in even vele tientallen van jaren, meent, dat hij het hoogste punt van 't sensatiewekkende reeds heeft bereikt of wel zeil terugdeinst voor de consequente doorzetting van de autocratische taktiek. Zaterdagavond vond te Berlijn, der traditie getrouw, het diner plaats, dat de eerste pre sident den leden vau den Brandenburgschen provincialen landdag pleegt aan te bieden en waaraan de keizer-koning getrouw deel neemt. 't Was alles, zooals 't was vóór dezen, misschien werd er door de 126 mede-aan - zittenden iets meer of minder gegeten of was het menu iets meer naar den smaak van dezen en minder naar den smaak van genen. Dat zou door een statisticus gastronoom moeten uitgemaakt wordenDe beteekenis van dit maal schuilt niet in 't geen er wordt ge geten doch in 't geen er wordt gespro ken, door Wilhelm II in de eerste plaats. Men meende dat 't ditmaal, midden in de agitatie over de Umstursvorlage, midden in de reactionaire en protectionistische propanda der agrariërswel iets heel buitengewoons zou zijn, dat de keizer-koning ten beste gaf. Doch 't was zoo heel opzienbarend niet, alleen klonk er uit 's vorsten antwoord op den toost van den gastheereenige bezorgdheid en teleurstellingmeer dan zelfvertrouwen en zelfverheffing, 't Was niet de keizer van „sic volo, sic jubeo" die sprak. Toch zou daartoe wel reden ziju geweest in verband Naar het Fransch door W. v. R. Overgenomen uit de Meierijsche Courant 151 Dan maakte hij rechte en links de knoopen los, waarmede de koorden, die gezamelijk een St. Andrieskruis vormden, aan weerszijden waren vastgemaakt. Bij dit werk gebruikte hij de uiter ste voorzichtigheid, en dat was ook hoogst noodig want zoo de zwaarte der stelling de koorden had doen voortglijden door den knoop, waarmede hij ze had saamgebonden, dan was alles verloren De stelling zou dan eensklaps ziju overgeheld en naar beneden gekomen. Het eerste koord werd losgemaakt. De stelling gaf eenigszins toe aan de rechter zijde, doch slechts enkele centimeters. Ovidius sprong op den tweeden knoop toe maakte dien los en hield sterk het touw vast om zooveel mogelijk eiken schok te vermijden. De knoop hield goed stand. Soliveau liet het koord los, dat door 'tgewich dat het te dragen had onmiddellijk zich spande. Dan haalde hij een mes uit den zak. dat hij opende om daarna het lemmet eenige malen over de hand te halen. „'i Is nog pas geslepen,-* mompelde hij lachend „Dat snijdt als een scheermes." Met het mes in de hand wierp hij op steelsche wijze een blik de straat in, waarlangs de brood draagster verwacht werd. Jeanne was nog niet in 't gezicht. Rechts en links werden enkele deuren geopend en hier en daar waren knechts en meiden bezig de vensters te ontsluiten. Eensklaps bemerkte Ovidius de portierster van het huis, waarin hij zich bevond. Op hare pantoffels en met eene melkkan in de hand ging zij de straat op, bereikte over een plank het trottoir aan de andere zijde en haastte zich snel naar de kade. ffLoop, oude/ mompelde de ellendeling, en met het optreden der „Landwirthe". In de betuigingen van trouw en aanhan kelijkheid zeide de keizer te vinden een verkwikking en steun in deze zoo moeielijke dagen en in de nakoming van zijn zoo door nig ambt. Lang sprak hij over de vraag- tukken, welke den landbouw raken, hij hoopte op beter, zeide zijn hulp toe, doch waar schuwde tegen overdreven verwachtingen en utopieën de eene stand kan geen aanspra ken doen gelden op bevoorrechting ten koste van den andere; 't is de taak van den sou- verein om de belangen van den een te doen opwegen tegen die van den ander, het alge meen belang moet gediend worden: voor 25 jaar is het eenige en onverdeelde Duitschland tot stand gekomen door de samenwerking van alle Duitsche stammen en alle Duitsche vorsten. Dat is eigenlijk een heel gemoedelijk praatje vol gemeen plaatsen: in verband met de landsvaderlijke behandeling der agrariërs voor eenige dagen ten paleize (ze kregen toen als brave schooljongens een bon marqne en werden nog even herinnerd aan hun stoutheid van voor dezen) had men wel iets anders verwacht. Toch zullen de op het feestmaal aanwezige agrariërs, hoewel ze er tamelijk wel zijn afgekomen, zelts een vaderlijken raad hebben gekregen, wel niet verrukt zijn; de waarschuwing tegen overspannen verwachtin gen en tegen een streven naar verwezenlijking van utopieën, kunnen de heeren moeielijk in hun voordeel uitleggen. Zoo zou 't heusch heel moeielijk worden goed monarchistisch te blijvenhet algemeen belang dienen ten koste van hun particuliere en individueele voordeeltjes, dat is een te groot offer bijna, 't Is een ge.veldige proef voor den konings- trouw en de aanhankelijkheid der reactionai ren, doch 's keizers woorden zijn zoo duide lijk en klaar er is haast geen ontkomen aan! De toestand in Noorwegen wordt steeds ernstigerrkoning Oscar toont zich geenszins ge neigd den radicalen hun zin te geven en dezen geven van hun kant ook nieis toe. Nu bekend I ■ll—MWWMWiipill III lllllll denk er wel aan, blijf zoo lang mogelijk weg.... Het zal hier in eenige oogenblikken niet recht aangenaam zijn I' Weder staarde hij naar den kant der St. Andries straat en onwillekeurig overmeesterde hem een zenuwachtig beven. Jeanne was op den hoek te voorschijn gekomen met hare groote broodmand, die zij voor zich uitduwde en kwam het trottoir op, waar de on gelukkige de dood wachte. „Daar is zij I" riep Ovidius, die nog steeds zenuwachtig beefde, „ik moet oppassen, dat ik thans mijn slag niet mis.' En de oogen op Jeanne gevestigd volgde hij haar met den blik. De goede vrouw naderde langzaam, zich aan vele huizen ophoudende, waar zij brood moest afgeven. Enkele personen begonnen zich op straat te vertoonen. Het waren arbeiders, die haastig naar hun werk gingen. „Saperlipopette," dacht Ovidius, ten prooi aan een zekeren angst, „het zou zeer goed kunnen gebeuren, dat er ook nog anderen onder de stel ling komen.' Doch na een oogenblik hernam hij met een woest gelaat *Des te erger voor hen 1 Tegen het onvermij delijke kan men zich niet verzetten Het is eenvoudig een ongeluk! De ondernemer van het schilderwerk zal verantwoordelijk zijn. Hij zal schadevergoeding betalen aan hen, die er recht op hebben.* Jeanne kwam steeds nader. Zij was nog slechts tien passen van het huis toen zij eensklaps stilstond, en bleef dan enkele oogenblikken uit het oog. Op eens verscheen zij opnieuw en duwde haar rollende mand voort. Een jongen van vijftien jaar ongeveer, een echte Parijsche straatjongen, ging haar eenige passen fluitend vooruit. Ovidius merkte dit en maakte eene beweging van ontevredenheid en woede. De jongen en Jeanne waren nog slechts een pas van de stelling. Ovidius strekte den arm uit en met een enkele snede kerfde hij het touw door, dat de beide touwen vasthield. Op dit oogenblik liet zich een vreeselijk ge- is geworden de inhoud van het document, den leider der Storthing-meerderheid over handigd en bevattend de door den koning aan een radicaal kabinet gestelde voorwaarden, kan men de juistheid betwij telen van de den koning toegedichte aftredingsplannen, doch geheel verwerpen kan men dat gerucht niet. Koning Oscar wil de suprematie van Zweden over Noorwegen gehandhaafd, ja zelfs nog uit gebreid zien Zweden moet krijgen het recht van Veto over alle maatregelen, door de regeering van Noorwegen genomen ter ver - betering van relatiën met het buitenland en daartoe zou de Noorsche Storthing eenvoudtg moeten vernietigen het besluit van 1860, waarbij Noorwegen het volstrekte recht wordt toegekend zelf die vraagstukken op te lossen, welke de acte van vereeniging niet nadruk kelijk heet gemeenschappelijke vraagstukken. Natuurlijk kon en wilde Steen, de radicale leider, op dergelijke voorwaarden niet trachten een kabinet saamtestellen, geen enkele fractie der meerderheid zou hem hebben gesteund, 't Woord is dus nu weer aan den koning moet deze inbinden, gaan schacheren en een toontje lager gaan zingen; moet hij de Stor thing zelf een bewind doen kiezen en Zweden den oorlog doen verklaren aan Noorwegen of moet 't komen tot een scheiding tusschen beide landen 's Konings abdicatie ten gunste van zijn tweeden zoon Oscar, die de opvolging in Zweden heeft verspeeld door zijn huwelijk met een meisje van burgerlijke afkomst wordt evenzeer besproken als de mogelijkheid op de verkiezing van prins Waldemar van Denemarken tot koning van Noorwegen. De sultan van Marokko kan nog niet ge zegd worden geheel heer in eigen land te wezen. Oproerige stammen drongen de vroegere hoofdstad Marakesch binnen en maakten zich daar aan plundering schuldig. Een Engelsch fregat is voor Tanger aan gekomen. Aan den Ita'iiaanschen ministerpresident Crispi wordt het voornemen toegeschreven voor den koning den titel van keizer van Ethiopië voor te stellen, eene drukte-makerij, waarmede we ons moeilijk kunnen voorstellen, dat de eenvoudige koning'Umberto gediend wezen kan. druisck hooren. De touwen floten op de katrols onder het ge wicht der stelling, die zwaar de muren bescha digend, met een verschrikkelijk gekraak naar beneden stortte. Het was afschuwelijk 1 Ovidius sprong als een wild dier op en liep in vliegende haast het vertrek uit, de trappen af, alsof de duivel hem op de hielen zat. Vijfendertigste Hoofdstuk. De stelling was geweldig op het trottoir neder- geploft, den jongen, die voor Jeanne heenliep, in haren val verpletterend. Daarachter was Jeanne neergevallen, in een toestand van bezwijming en met bebloed gelaat doch levend. De met brood gevulde teenen mand, die zij voor zich uitduwde, had haar gered. Toen de stelling deze mand in haren val ont moette, was er een open ruimte gebleven tusschen het trottoir en de eene zijde der manddie slechts gedeeltelijk verbrijzeld werd. Op het oogenblik dat Jeanne hetgefluitder touwen hoorde, die geweldig over hunne katrols liepen had zij het hoofd opgeheven, en,'t gevaar onmid delijk begrijpend, zich ten gronde geworpen. De wonde, die zij aan het voorhoofd droeg, was door een houtspiinter veroorzaakt. Deze won de en vooral de angst hadden de vrouw in be zwijming doen vallen. Het slechte nieuws verspreidde zich met de snelheid der electrische vonk. Niettegenstaande het vroege morgenuur was er spoedig eene groote menigte op het tooneel des onheils. Uit alle huizen, alle winkels en magazijnen kwamen tal van personen nieuwsgierig en ont steld toegeloopen, Men dacht er geen oogenblik over na, hoe dit ongeluk wel zou kunnen gebeurd zijnmen trachtte slechts de zware stelling op te heffen en ze op het talud te hijschen, dat in 't midden der straat door den uitgegraven grond gevormd was. om zoo het lichaam van den jongen vrij te maken. Anderen brachten hulp aan mama Lison, die onmiddellijk door verschillende huisvrouwen her kend werd. Eene dichte menigte versperde den ingang van het huis, waaraan de herstellingswerken verricht werden. Ovidius wist zich ongemerkt onder die menigte Aan de stemming van de glasblazers van Charleroi over het al of niet weuschelijke van eene werkstaking heeft slechts een zesde deelgenomen. Met 1879 tegen 37 stemmen is tot staken besloten. Den 1 Maart zullen de werkgevers in kennis worden gesteld van het besluit, en een maand later zal de werk staking beginnen. Er is groote pressie geoefend al was het alleen door de verplichte onder- teekening van de stembriefjes. Mevrouw Joniaux zal eene brochure uitgeven, getiteld „de zaak Joniaux—Ablay: een stem uit het graf." Ze weerlegt daarin alle beschuldigingen, verklaart dat ze niet veel verwacht van de behandeling van hare zaak in cassatie en eindigt met hare kinderen en kleinkinderen te smeeken zich tot den koning te wenden, hem te herinneren aan de diensten, die haar vader den lande bewezen heeft en in naam van de groote militaire familie, waartoe zij zegt te behooren, gratie te vragen. De leiders der anti-parlementaire campagne zouden het oog geslagen hebben op prins Victor. Zeker is het, dat de Figaro onlangs een artikel bevatte, dat nogal sensatie maakte, getiteld Le réveil du bonapartisme. Een ander blad gaf eenige dagen geleden een levensbeschrijving met teekeningen van dien nieuwen Boulanger. te mengen en verdween daarna zonder dat iemand op hem lette. Hij had het verbrijzelde lichaam van den jon gen gezien, en Jeanne's bleek gelaat, dat geheel met bloed besmeurd was. Dat laatste was hem voldoende, al 't overige kon hem weinig belang inboezemen. „Thans heb ik mijn slag niet gemist, zooals te Bois-Colorabes/ dacht hij. „Die is althans voor goed dood.' En haastig keerde hij naar zijne woning terug uit de volle longen ade nhalend. Thans veronderstelde hij, dat hem zij dank, Paul Harraant niets meer te vreezen had. Eindelijk was men cr in geslaagd het trottoir vrij te maken. Politieagenten waren komen aanloopen en een van hen haastte zich den kommissaris te gaan roepen. Jeanne, wier wonde men bij den eersten oog opslag voor zeer ernstig aanzag, was slechts licht gewond, en had spoedig het gebruik harer zinnen herkregen. Door den kommissaris ondervraagd antwoordde de vrouw, dat zij nergens iets van wist en dat hare redding aan een wonder moest worden toegeschreven; daarop keerde zij, ondersteund door eenige lieden uit de buurt, naar de bakkerij terug in de Dauphinestraat. Het was niet mogelijk den jongeling te her kennen, die op slag gedood was. De kom missaris liet het lichaam naar de Morgue brengen. De schilders waren intusschen aangekomen om aan hun werk te gaan. Zij moesten zich verantwoorden nan den kom missaris, die begonnen was een onderzoek te doen. Het nederstorten der stelling kwam aan de werklieden volkomen onbegrijpelijk voor. Toch werd het aan hunne onachtzaamheid toegeschreven en den patroon werd eene boete opgelegd. ledereen hield zich overtuigd, de kommissaris in de eerste plaats, dat men nier niet tegenover eene misdaad stond, maar met een ongeluk te doen had. Wie zou ook in staat geweest zijn hier aan eene misdaad te denken. Jeanne, die zoo nabij den dood was geweest, kon niet veronderstellen, dat er een aanslag op haar leven was gepleegd. De arme vrouw was zoo goed mogelijk her-

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1895 | | pagina 1