Engeland. Duitschland. Oostenrijk. Japan. BINNENLAND. Het Veer te Drongelen. een Pruisisch stoomschip te Barcelona aan gekomen Zondag 10 Maart des avonds in de Straat van Gibraltar tusschen Tarita en Kaap Spariel den kruiser met den storm kampende gezien te hebben. De schoorsteen en de brug waren gebroken en het schip liet zich slechts met moeite besturen. De kruiser seinde echter niet om assistentie. CADIX, 19 Maart. De kruiser Alphonse, die hier aangekomen is, heeft de Reina Regente gevonden; het schip lag gezonken in Aceitunas Bajos bij Conil, aan de kust van Sevilla. Het bericht wekt eene onbe schrijflijke droefheid. De jongste ontploffing te Londen, aan het station \an Fenchurchstreet, blijkt gelukkig er geen van dynamiet te zijn geweest en even min gepleegd door een anarchist. De ont ploffing is ontstaan door het springen van een buis met samengeperste zuurstof, welke het slachtoffer der ontploffing, de öojarige tuin man Holbrook, op last van den heer Kennedy te Ploistow, met andere benoodigdheden te Londen had gekocht, om te dienen voor vuurwerk met kalklicht b'j een kinderfeest. De man schijnt de buis te hebben laten vallen of ergens tegen aangestooten, in het kort hij werd het slachtoffer. Het geval is natuurlijk zeer treurig, maar het is niet de ernstige gebeurtenis geweest, waardoor eerst zooveel ontsteltenis werd gewekt. De werkstaking in de Engelsche schoe nen-industrie heeft zich uitgebreid Er staken nu 2000UO mannen, vrouwen en leerlingen dat is ongeveer 3/4 van het aantal werkers in dezen tak van nijverheid. Kanitz' voorstel voor den landbouw heeft de Saksische fabrikanten het plan doen op vatten, dezelfde eischen te stellen, zij wen- schen lo. dat de in- en verkoop der tot gebruik bestemde buitenlandsche stoffen, met inbegrip van de gemaakte kleeren, uitsluitend voor rekening van het rijk zal plaats hebben; 2o. dat de verkoopsprijzen der stoffen volgens de gemiddelde binnenlandsche prijzen van 18501890 zullen plaats hebben, de ver koopsprijzen der gemaakte kleeren zullen berekend worden naar den prijs der stoffen, terwijl bij hooger inkoopsprijzen ook de ver koopsprijzen naar evenredigheid verhoogd zullen wordenoo. om over de winsten te beschikken als in het voorstel-Kanitz bepaald is. Waarschijnlijk heeft men hier met een grap te doen om aan te toonen, hoe on rechtvaardig het zou zijn, alleen den land bouw te bevoordeelen en niet de verschillende takken van industrie. De feestelijkheden ter gelegenheid der opening van het Noord Oost Zeekanaal zullen, wat Hamburg betreft, beginnen den 18den Juni a.s. Er zal dan des avonds, terwijl de beide Elbe-oevers verlicht zullen wezen, een feest-vaart door het kanaal worden gehouden met het Keizerschip Hohenzollern vooraan. Den 19den daarop begroeting te Kiel der verschillende eskaders en plaaising van den sluitsteen der werken door den keizer. Gruwelijk is de mijnramp in Karwin. Zij is gebeurd in de Hoheneggen schacht, vroeger behoorende aan aartshertog Albrecht. 48 mijnwerkers zijn verongelukt, 9 zwaar en verscheiden licht gewond. De oorzaak Men weet nog, dat een van hen Jeanne aan hare betrekking had geholpen. „Wel, vindt gij 't goed?' vroeg deze aan zijn makker. „Uitstekend antwoordde de andere. „Ik doe mee; maar wij moeten de vrienden nog raad plegen.' „Wat is er gaande?' riepen eensklaps verschei dene stemmen. „LuistertMama Lison is een brave vrouw, niet waar, die wij allen liefhebben „Zeker Zeker „En niet slechts beminnen wij haar, doch wij schatten haar hoog tevens I' „Jal Ja 1' „En het zou ons veel leed gedaan hebben, zoo zij onder die stelling een ongelukkigen dood had gevonden „Dat verzeker ik u antwoordde een der jonge bakkers. „En om haar waardig te doen begraven zou ieder van ons wel een stuk van vijf francs over gehad hebben O, daaraan zouden wij ons niet hebben laten kennen.' „Welaa-, wilt gij nu toch vijf francs betalen, niet voor eene begrafenis thans, maar voor een vroolijk feestje Dan zullen wij mama Lison een vreugdemaal aanbieden „Uitstekend!" riepen allen. „Uitstekend!' „Een prachtig ideebevestigde de waardin, die alles gehoord had. „Ik ben er ook bij, en geef een flesch Champagne „En ik een voegde er de meid bij. „En ik een derdezeide de kellner. „Dan is het vastgesteld.' „Het diner zal gehouden worden om twaalf uur, dan is iedereen vrij. Wij zullen een lijst maken en de inteekeningssom in handen van madame storten, die zich wel met de noodige zorg daar voor zal willen belasten.' „Zeer gaarne 1" antwoordde madame. „Hoeveel moet er geteekend worden „Zes francs, en dan zal ik voor iets uitstekends zorgen, dat men er de vingeren bij zal aflikken.' „Aangenomen De dienstmeid had een vel papier, pen en inkt gehaald. Alle tegenwoordigen teekenden en stortten het geld in handen der waardin. schijnt te zijn het ontploffen van een dyna- mietpatroon in den zak van den patronenbaas. Dit is, als wij ons niet vergissen, al de derde ramp in een jaar tijds, die in de mijnen van Karwin en Mahrisch Ostrau gebeurt. Te New Chwang en Yin Kow zijn den Japanners een kononneerboot, twee stoom- booteneen honderdtal jonken en groote hoeveelheden diversen voorraad in handen gevallen. Al de levensmiddelen (voor drie maanden) voor het Chineesche leger in Mant- schourije zijn in het bezit der Japanners ge raakt, zoodat gezegd leger zich of zal moeten overgeven öf terugtrekken op Peking. WAALWIJK, 20 Maart 1895. Ingezetenen onzer gemeente, die er belang in stellen te weten ot zij kiesgerechtigd zijn, kunnen zich hiervan overtuigen in de vestibule van het gemeentehuis, waar de door burge meester en wethouders voorloopig vastgestelde lijsten voor 1895 zijn aangeplakt. Mocht iemand meenen reden te hebben voor reclames, hij kan die tot Zaterdag 23 dezer aan burgemeester en wethouders in dienen. Nu het ijs uit den Maasmond verdwe nen is, is de pont weder in dienst gesteld. Ze wordt overgebracht door een stoon;sloep, wat uit den aard der zaak langzaam gaat. Of de motor uit de pont is weggenomen of defect is, is onbekend; werken doet hij echter niet. De koninginnen in Noordbrabant. Het programma voor het bezoek der ko ninginnen te 's Hertogenbosch is vastgesteld. Op Woensdag 15 Mei zullen de koning innen circa half elf aankomen, waarna in het gouvernementsgebouw zal geluncht worden. Van 24 uur is er receptie voor heeren in de groote vergaderzaal der provinciale staten. Voor en na dien tijd zullen voorname ge - bouwen en inrichtingen bezocht worden terwijl te 6 uur een diner in de statenzaal wordt aangeboden door de provinciale staten. Des avonds zullen HH. MM. de iiluminatien bezichtigen, om vervolgens in streng incognito naar Nijmegen te vertrekken, waar zij, wegens de verbouwing aan het gouvernementsgebouw, zullen logeeren. Den volgenden dag komen zij weer circa half elf in Den Bosch en maken dan een rijtoer in den omtrek. Op een nader te bepalen plaats zal de lunch gebruikt worden. Teruggekeerd in de stad, is het van 24 uur receptie voor dames, waarna weder eenige inrichtingen in oogenschouw zullen genomen worden, om te 61 /3 ten raadhuize deel te nemen aan het diner, door den gemeenteraad aangeboden. Ook de iiluminatien van den tweeden avond zullen bezichtigd worden waarna HH. MM. wederom naar Nijmegen zullen vertrekken, waar hare majesteiten ap partementen in het hotel „Keizer Karei" hebben gehuurd. Maandag 20 Mei begeven de vorstinnen zich over Venloo, waar zij een kort opont houd zullen hebben, naar Maastricht, Vrijdag 24 Mei verlaten zij de provincie Limburg. Het bezoek der koninginnen aan Tilburg is bepaald op Zaterdag 18 Mei van ongeveer lD/a uur's morgens tot 41/2 uur 's avonds. Woensdag jl. bezocht jhr. De Ranitz, behalve eenige openbare gebouwen, ook het plein „De Veldhoven," waarschijnlijk in verhand met de manifestatie der N. Br. harmonieën. Reeds zijn 82 harmonie- en fanfare-gezel schappen uit alle oorden der provincie toe getreden tot de huldebetoog ng HH. MM. de koninginnen hebben het voornemen in de laatste helft van de maan.1 April, na het gewone bezoek aan Amsterdam, een bezoek van tien veertien dagen te brengen aan Londen, ter bezichtiging van deze wereldstad. Hare majesteiten zullen van deze reis weder naar de residentie terugkeeren en van daar in den namiddag van 14 Mei naar Nijmegen vertrekken tot het brengen van het bezoek aan de provincie Noordbrabant. Bij de koninginnen bestaat het voor nemen, aan de officieren, onder-officieren en minderen, die zich, hetzij op Lombok of in Atjeh zoodanig hebben onderscheiden dat zij de Militaire Willemsorde hebben verdiend, en aan wie het ridderkruis daarvoor nog niet is uitgereikt, die onderscheidingsteekenen zeiven te overhandigen. Het tijdstip van de uitreiking zal nader worden bepaald, waar mede vermoedelijk nog eenigen tijd zal ver- loopen met het oog op de afwezigheid van generaal Vetter cn den terugkeer uit Oost Indie van verschillende officieren van het Ned. Indische leger en andere omstandig heden zoodat de plechtigheid eerst in hel laatst van Juni of begin van Juli zal kunnen plaats hebben. Men schrijft uit Rozendaal „Niettegenstaande de invoer van varkens in Belgie streng verboden is, ziet men hier dagelijks geheele vrachten, vaak twintig te gelijk, de grenzen overbrengen. Vooral dra gende varkens worden in Belgie gevraagd, en komen zoo gerust binnen, alsof de beesten bij hun boer op het erf liepen. Wat de een niet vermag, schijnt de ander op de gemakkelijkste wijze gedaan te kunnen krijgensommigen maken dan ook grove win-ten en lachen om het Belgische verbod heimelijk in hun vuistje." Maandag ochtend had te Utrecht een ongeval plaats. Mej. Bisdom bereed, verge zeld van haar pikeur, den heer Groeneveld een paard, dat voor het eerst buiten kwam, na een maand in de manége geoefend te zijn. Van de Lange Nieuvvstraat komende, schrikte haar paard voor eene in de Lange Nieuwstraat staande kar, sloeg door en liep tegen een lantaarnpaal. Mej. B. viel door den schok van het paard, met het hoofd op de hardsteenen banden van het hek van paleis van justitie. Hevig bloedend werd zij opgenomen en ingebracht bij den heer Brom, die onmiddel lijk dr. Brom in kennis stelde met het ongeval. Deze bevond echter, dat de ongelukkige reeds overleden was. Het paard, dat ook was neergeslagen, was insgelijks bijna dadelijk dood. De heer Groeneveld, de pikeur, die mej. B. vergezelde reed haar zoodra het paard op hol sloeg achterop, doch kon het hollende dier niet inhalenhij was dus onmachtig bijstand te verleenen. (U. D.) Te Lobit is Dinsdag namiddag te 5 uur 30 een dynamietschip in de lucht ge vlogen. Een ander schip geraakte in brand. Er is veel schade aangericht aan omliggende huizen. Het is nog onbekend, of er menschen- levens bij dit onheil verloren zijn gegaan. -- Een mineur wierp te Werkendam een dynamietpatroontje weg, hetwelk door een «areüaOTOTIHiWUMmmlBilUMp—WMHBWMWB— wmih i> hond van J. d. II werd nageloopen. Toen het dier er vlak bij was, ontplofte de patroon, tengevolge waarvan de hond in verscheidene stukken werd geslagen. Dat varkens hunne eigene natuurge- nooten wel eens aanvallen en verslinden, bleek dezer dagen bij een landbouwer te Waarde, (Zuid-Beve'and) toen een zijner die ren met den poot tusschen het hek van het hok vast geraakte. Onmiddellijk werd het door de andere varkens aangevallen, gedood en verslonden. Zondag is uit de Zuid Willemsvaart te 's Hertogenbosch het lijk opgevischt van ze keren D., die sedert het carnaval vermist was. De instructie tegen Jaantje Reints, vrouw van Heemeijer te Oudendijk, beschuldigd van valschheid in geschrifte, duurt nog steeds voort. Men zal zich herinneren, dat ge noemde vrouw na den moord op den heer Brouwer te Doetinchem, met een brief voor den dag kwam, waaruit blijken moest, dat de overledene aan hare familie een zeker bedrag vermaakt had. Die brief wordt voor valsch gehouden. Geruimen tijd bracht de verdachte in voorloopige hechtenis door, maar werd later weer in vrijheid gesteld. Thans is zij opnieuw door den rechter van instructie ge hoord, zoodat de zaak nog niet lot klaarheid gekomen schijnt. Zaterdag middag werd op den jacht opziener van den heer Van den B. in diens jachtveld onder Oudenrijn een geweerschot gelost, waarbij de kogels door zijn hoed gingen. Men heeft op iemand als den dader ver moeden. Koreaansche zeden. Een reiziger ver haalt, dat in Korea de insolvente debiteuren en zelfs hunne naaste bloedverwanten aan eene zeer onaangename wet zijn onderworpen. Zoodra een schuldenaar op den bepaalden tijd niet aan zijn verplichtingen voldoet, krijgt hij vanwege de overheid een dracht stoksla gen, hetgeen iedere veertien dagen herhaald wordt, totdat de schuld vereffend is. Indien hij sterft vóór de afdoening, „erven" de naaste bloedverwanten de straf tenzij zij het schuld bedrag aanzuiveren. Een flesschentrekkerspa- radijs is het daar dan ook lang niet De moord tc Sluis Sedert dezen winter de vrouw van den landbouwer-herbergier Eduard Blankaert was overleden, bewoonde hij alleen het zooge naamde Bargehuis langs het kanaal. Zijne huishoudelijke bezigheden werden sinds waar genomen door een werkvrouw uit de buurt; deze kwam daartoe eiken morgen bij hem aan huis. Toen zij Woensdagmorgen als naar ge woonte zich op weg naar de woning van Blankaert begaf, trok het hare aandacht, dat de luiken en het geheele huis nog gesloten waren. In de veronderstelling echter, dat de be woner zich verslapen had, klopte en rinkelde zij aan de deur, doch kreeg, ook na zulks herhaalde malen gedaan te hebben, geen ant woord en kon ook niet bemerken dat B. haar had gehoord, want alles bleef stil. Het vee in den stal, dat om dien tijd reeds gevoederd en geholpen was, scheen ook ongeduldig te worden, want de runderen en varkens maakten een groot misbaar. Het een zoowel als het ander verwekte de achterdocht der vrouw en deed haar besluiten een in de nabijheid wo nenden landbouwer van hare bevinding kennis te geven. Deze ried haar aan hiervan onver wijld aan de politie kennis te geven. Hij begon te schrijven. In de groote zaal werd het drukker en druk ker. Dienstmeid en kellner hadden een overvloed van werk. Terwijl Ovidius zijn briet eindigde stond de meid aan een tafeltje bij het kabinet, waaraan twee mannen en een vrouw gezeten waren. „Madame vraagt,' sprak zij, „of gij ook zin hebt te teekenenen P« „Waarop zouden wij teekenen?" vroeg eender personen. „Op de lijst voor het feestelijk diner.' „Yvat is er dan te doen?' „Weet gij dat niet?' „Wel neenj Wat zouden wij weten?' „Wel, wij allen te zamen bieden mama Lison aanstaanden Donderdag een diner aan om het gelukkig toeval te vieren, dat haar in de Git— le-Coeurstraat bij het 't nedervalien der stelling gespaard heeft.' Indien de bliksem eensklaps het tafeltje ver brijzeld had, waaraan Ovidius was gezeten, dan zou hij daar wellicht niet zoo van verschrokken zijn als thans het geval was. Zoo wit als een linnen doek en bevend als een riet sprong hij opter prooi aan de grootste ontsteltenis. „Ja,' antwoordde de vrouw, die in gezelschap der twee mannen aan 't tafeltje was gezeten, „wij wisten ook reeds, dat de goede vrouw bijna het slachtoffer wus geworden van een groot ongeluk. Arme mama Lison Maar zij heeft het er toch goed afgebracht." „Zoo gij dan op de hoogte der zaak zijt, kunt gij mij ook wel zeggen of gij teekenen wilt,' hernam de dienstmeid. „Iedereen doet mee. Wat zullen wij genoegen hebben Na tafel is er bal. En het is maar zes francs per hoofd.' „Zeker doen wij mede. Leve mama Lison 1' „Dan ga ik de inteekeningslijst halen. Daarop kunt gij uwen naam teekenen; ik zal de bijdrage van u in ontvangst nemen.' Het klamme zweet brak Ovidius uit, Watdacht hij. „Leeft madame Fortier nog! En ik heb haar dood op het trottoir zien liggen, onmo gelijk! En toch droom ik niet, en heb alles goed ge hoord. Er wordt haar ter eer een feestmaal bereid. Zij leeft dan nog, even als hare dochter 1 Beiden heb ik gemist! O wat ben ik toch onhandig.' Wordt vervolgd. „Denk er wel aan, dat mama Lison er niets van weten mag,' zegde een der bakkkers. „Zij moet 's morgens pas worden uitgenoodigd.' „Wees gerust! Er zal geen haan naar kraaien.' „Wanneer zal 't feest plaats hebben?" „Dat zullen wij bepalen, zoodra eenieder getee kend heeft.' Drieënveertigste Hoofdstuk. Ovidius Soliveau bereidde zich ijverig tot zijn vertrek voor. Hij bracht zijn tijd door met het doen van al lerlei inkoopen, \ulde op die wijze groote kisten om die mede naar Buenos-Ayres te nemen, waar hij van plan was zich te vestigen, Waarom liever te Buenos-Ayres dan elders? Daar hij gehoord had, dat te Buenos-Ayres druk gespeeld werd, en het spel naar wij weten, zijn grootste hartstocht was. Hij liep op en neder door Parijs, steeds vol wantrouwen voor juffronw Amanda; hij vermeed dan ook met zorg de straten, waar hij gevaar liep het meisje te ontmoeten. En nooit was hij op straat dan wanneer hij juffrouw Régamy in het magazijn waande van madame Augustine. „Onlangs is het toeval haar gunstig geweest dacht hij, „en toen werd zij in staat gesteld mij te volgen. Wellicht was zij voor madame uit. Dat kan wel eens gebeuren, doch dit geschiedt niet eiken dag. Thaas zal zij mij niet meer vinden.' Sinds hij te Parijs was teruggekeerd, had Ovi dius in een speelhol kennis gemaakt met iemand, die vroeger te Buenos-Ayres gewoond had, waar hij thans nog een handelshuis bezat, hetgeen hem noodzaakte in geregelde briefwisseling met zijn vertegenwoordiger te zijn. Deze nieuwe kennis had hem ingelicht over de zeden en gewoonten des lands en introductie brieven beloofd bij tal zijner vrienden. Ovidius zou dus daar ginds niet alleen zijn. Deze vriend heette Tiercelet en woonde in de Jacobstraat. Op zekeren namiddag besloot Ovidius Tiercelet in kennis te gaan stellen met zijn aanstaand vertrek en tevens om de beloofde aanbevelingsbrieven te verzoeken. Hij had reeds tal van inkoopen gedaan en be vond zich in de nabijheid van't St. Sulpitiusplein bij de Jacobstraat. De vroegere industrieel van Buenos-Ayres was afwezig en zon laat in den avond thuiskomen. Teleurgesteld vertrok Ovidius met de belofte daags daarna terug te komen Terwijl hij daarover nadacht daalde hij de Seinestraat af. „Ik ben zeer onbehendig geweest, dacht hij. Ik had een boodschap moeten achterlaten en het doel van mijn bezoek moeten zeggen. Misschien moet Tiercelet morgen ook uitgaan, en dan zou ik mij nogmaals vruchteloos bij hem aanmelden. Het is nog tijd; ik zal onmiddelijk een briefje schrijven. Hij keek rond en zocht naar een café. Zijne oogen vielen op het uithangbord: „Rendez vous der Bakkers." Hij herkende de restauratie onmiddellijk. Eene huivering liep hem door de leden. Het is een feit, een zonderling en toch onbe twistbaar feit, dat boosdoeners steeds graag de plaats hunner misdaad herzien. Een onbegrijpelijke aantrekkingskracht voert hen daarheen niettegen staande het gevaar dat hen daar bedreigen kan. Ovidius trad binnen. De eigenaar stond achter de toonbank even als den eersten keer, toen hij als voddenraper hier was binnengekomen om Jeanne te volgen. „Ik wenschte een brief te schrijven," zeide hij, „hebt gij niet een bijzonder kabinet?' „Jawel, mijnheer. Hier, hij wees op een klein vertrek, dat door een raam van de groote zaal gescheiden was. „Gelief mij een tas koffie te brengen, papier, pen en inkt.' „Onmiddellijk, mijnheer.' Ovidius ging binnen. Het raam was half bedekt met gordijntjes, die vroeger wel hagelwit konden geweest zijn. In alwachting dat men hem bediende, zag de boosdoener eens rond. Enkele tafels waren door bakkersknechts in genomen. De kellner bracht den booswicht wat hij ge vraagd had. Ovidius nam plaats, dronk zijn tas koffie uit en maakte zich gereed een brief te schrijven. De stemmen der bezoekers van de naburige zaal kwamen zoo duidelijk tot hem dat hij verwonderd opzag, niet begrijpend hoe dit mogelijk was. Dan ontdekte hij aan het raam een openstaand gedeelte, dat doortocht verleende aan de woorden, die aan de overzijde gesproken werden.

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1895 | | pagina 2