BUITENLAND. Belgie. Frankrijk. Duitschland. BINNENLAND. BISMARCK. Donderdag 4 April jaarmarkt en Vrijdag 5 April botermijn te Waalwijk. Het Nerierl. Werkliedenpensioenfonds heeft nuttig gewerkt, doch is er niet in geslaagd allen tot zich te trekken. Dwang van staats wege dat is het waar we heen moeten en zooals uit het rapport der commissie van den Roorasch Kath. Volksbond Llijkt, was ook zij tot die conclussie gekomen; op blz. 6 lezen wij „Geheel anders wordt dit, zoodra men het beginsel van verplichte verzekering aanvaardt. Dan blijft er gten plaats voor onwil of zor geloosheid beide worden, als met hel alge meen belang strijdige tekortkomingen, gestraft en gedwongen. Maar wat méér zegt, ook de meest bedenkelijke oorzaak, zijnde het gemis van voldoend inkomen om zich te doen verzekeren, wordt er grootendeeis door weg genomen. Natuurlijk niet in elk bijzonder geval, maar wel in het algemeen, als regel. Door wettelijke invoering van verzekerings plicht wordt de verzekeringspremie gemaakt tot een noodzakelijk, integreerend deel van het loonbedrag En al mocht nu en dan de vrees voor 't socialisme, dat honderd-hoofdigmonster, door schemeren, spr. houdt zich ten volle overtuigd dat de werkman, zoo zijn ouden dag verze kerd is, niet zoo maar zich naar den eersten den besten volksleider, (zooals zij zich noemen) zal luisteren. De werkman iets, de werkgever ook iets, en zou het niet mogelijk zijn bijdragen van liefdadigheidsinstellingen voor gevallen van werkeloosheid, zoodat het pensioen niet lager komt dan zonder werkeloosheid. De werkman zou dan zonder zorg wezen voor den ouden dag, met dien toestand zeer tevredenopgewekt zijn werk volbrengen hetgeen zeker den patroon ten goede komt, want eene waarheid is het, dat 't beste werk geleverd wordt door hem, die zich geheel bij zijn werk kan bepalen. Langzamerhand zullen we dan tot ideaal toestanden geraken, want misstanden behooren weggenomen te worden en waar nooden wor den geleden, daarnaar streven die te lenigen, en als van zelt komen we dan tot een orde lijke rustige maatschappijen daardoor 't gevolg, dat die maatschappij tot het hoogst mogelijke standpunt zal worden opgevoerd. Ten slotte bedankt spr. voor de aandacht hem geschonken, en zegt nog tot de dames: gij kunt ons o, zooveel tot bereiking van dit schoone doel de behulpzame hand bieden. De huisvrouw en zij die droomen het te worden kunnen op hunne dienstboden een grooten invloed ten goede aanwenden, door hen te wijzen op onnutte uitgaven, en ze tot spaarzaamheid aan te sporen, en dit is zeker, bij de in diensttreding kunt gij deze bepaling makenéén deel van uw loon zal belegd worden. Daverende toejuichingen vielen den geachten spreker ten deeldaarna nam de voorzitter het woord en bracht den heer Smeenge namens allen hartelijk dank voor zijne keurige en leerrijke rede, en voegde er bij dat de heer Smeenge nog wel eens in Waalwijk zal optreden. Een donderend applaus bewees dat de vergaderden eene tweede kennismaking met den heer Smeenge op hoogen prijs zouden stellen. In het weversdistrict Renaix (Oost-Vlaan- deren) hebben ernstige botsingen plaats ge had tusschen werkstakers en gendarmes, waar bij laatstgenoemden hebben moeten vuur geven. Een wever is gedood en verscheidene anderen zijn zwaar gekwetst, veelal in de beenen. Men kan er nog niet recht uit wijs worden wie de voornaamste schuld dragen aan de droevige gebeurtenissen te Ronsse (Renaix), in Oost-Vlaanderen. Volgens de meeste bla den zijn de gendarmen te streng opgetreden en hebben niet of niet voldoende gesommeerd voor zij vuurden. Volgens anderen hebben de werklieden zich van den beginne af weer barstig betoond en zelt het eerst geschoten. Met de politiek heeft de zaak oorspronkelijk niets te maken, hoewel door socialistische menners gestookt schijnt te zijn. De bloedige botsing van Zaterdagavond werd voorafgegaan door eenige botsingen van minder belang tusschen de werkstakende we vers en de gendarmen. Zondagavond is er, volgens den Patriote, weer geschoten. Naar er verteld wordt, hebben de gendarmen moeten terugtrekken. Twee personen zijn gekwetst, waarvan een ernstig; of het gendarmes of werklui zijn blijkt uit de berichten niet. Dit geheele bericht is op losse schroe ven gesteld door een telegram van Zondag avond 10 uur aan den Petit Bleu, waarin het einde der werkstaking wordt voorspeld. Maandagochtend zouden de werklui door de patroons worden ontvangen. Hetzelfde telegram geeft den burgemeester en de gendarmes, door een der bazen te hulp geroepen, de schuld. Vooral de houding van den burgemeester, De Malander, schijnt al gemeen te worden veroordeeld. In het bekken van Charleroi brak onder de glaswerkers een gedeeltelijke werkstaking uit. Van de 10.000 man staken 4000. Het is overal kalm. De steenkool-arbeiders werken overal, ook in het Luiksche. De Temps bevat een scherp hoofdartikel tegen Engeland, naar aanleiding van der ko loniaal politieke mededeeling van sir Edward Grey in het lagerhuis. Aan het eind wordt de oude grief tegen het hebzuchtige Brittenrijk aldus geformuleerd elk Engelsch belang vormt (volgens Engelsche opvatting) een recht, welks verdediging een plicht is, maar elke verplichting tegenover een recht van Frankrijk gaat slechts zoover als het Engelsche belang er mee overeenstemt. Maar het zal alles wel goed gaan, besluit het blad eenigszins in tegenstelling met de woorden, die in den laatsten tijd gevallen zijn en die het zelf gebruikt, als wij maar bij de verdediging van onze belangen alle scherpte en bitterheid blijven vermijden. Vrijdagavond is het Engelsche schip Brinkburn, geladen met oorlogsmunitie voor Madagascar, aangevaren door een ander vaartuig ter hoogte van Kaap Faro. De Brinkburn werd zeer beschadigd, doch kon te Messina binnenloopen ter reparatie. Uit Toulon wordt nu gemeld, dat dit on geval den loop der zaken te Madagascar zeer kan vertragen, daar men niets beginnen kan zonder het materieel, kleine kanonneer boot en enz., die de Brinkburn medevoert Het is waarschijnlijk dat nu een ander schip zal aangewezen worden om de lading van Brinkburn over te nemen. De keizer heeft net gebruikelijke verzoek van den voorzitter en de vice-voorzitters van den Rijksdag om eene audiëntie beantwoord met eene uitnoodiging om deel te nemen aan het galadiner, hetwelk hij Maandagavond om 6 uur in de Witte Zaal gaf ter eere van Bismarck. De nieuwe voorzitter en vice voor zitters kregen daarover menige scherts te hooren. Zij moesten nu wel bonne mine A mauvais jeu maken en ook een glas cham pagne drinken op Bismarck's welzijn. De eerste vicepresident van den Rijksdag SchmidtElberfeld deed echter den hof maarschalk weten, dat hij verhinderd was de uitnoodiging tot het feestdiner ten hove aan te nemen. In den Rijksdag is Zaterdag 't voorstel Kanitz lot opheffing der graanprijzen, naar een commissie van 23 leden verwezen.Tegen stemden in deze voornamelijk vrijzinnigen en sociaal-democraten De zitting is tot Dinsdag 23 April verdaagd Met bonten tooi van vlaggen, met feest maaltijden, met feestkommersen, met sluiting van scholen en bureaux, huldigden Maandag de Duitsche natie haren grooteu Bismarck op zijn 80en geboortedag. En de avond bracht de lange guirlanden van feestlichten in zoovele steden ontstoken, die de blijheid en dankbaren zin on derhielden van de teestvierende menigten, waarin Bismarcks naam eindeloos veel malen werd uitgesproken in alle nuancen der dank bare vereering. De meeste Duitsche bladen bevatten arti kelen over den ex-kanselier en daar zijn er bijna geen, die niet zijn ijzerkrachtigen wil, zijn scherpen blik, zijn doordringend verstand, zijn patriottischen zin en zijn rustige volhar ding hulde brengen. En in al die eerbetuigingen, in de groote blijheid op dezen dag, erkent men, hoezeer de Duitschers zicht verlicht en vroolijk gevoe len, nu weer de goede verstandhouding tus schen den rijksstichter en den rijkregeerder van thans is hersteld en in hunne harten niet meer de liefde voor den een aan den eer bied voor den ander vijandig tegenover staat. Ongetwijfeld is deze 80e geboortedag geen oorzaak tot grootere huldiging dan de 75e is geweest, maar toch kan de feestvreugde van toen niet bij de tegenwoordige vergeleken worden. Zoo algemeen, zoo ten volle, zoo hoog werd prins Bismarck nog nimmer geeerd en het moet den grijsaard wel aandoen, nu hij in den avond zijns levens nog deze groote uiting van de liefde zijns volks mag aan schouwen, hij, die voor weinige jaren meenen kon, dat Duitschland zich van hem had af gewend. In de diepe, gewijde woudeenzaamheid bij Friedrichsruhe vond Maandag onder het grillige schijnsel eener Aprilzon, de groote huldiging plaats van Duitschlands academische jeugd. Ondanks het ongestadige weder was de jubilaris in de laatste dagen herhaaldelijk uitgegaan en had daarbij wat aangezichtspijn opgeloopen, Sedert Schweninger weder hier is, en ook de gansche talrijke familie, is Bismarck nog niet weder uitgegaan. Nadat hij op behoorlijke wijze de noodige zorg had gedragen voor zijne gezondheid en ook met de rechten der naaste familie reke ning gehouden had, trad de grijze held na het tweede ontbijt op hei terras naar buiten, gevolgd door zijne familieleden, om het hul debetoon der Duitsche jeugd te aanvaarden. In langen stoet, rijk aan kleuren, met banieren en muziekkronkelde als eene geweldige slang het studentenheir uit het dichte woud te voorschijn om zich langzaam in het park en onder het terras voor de voeten van den gevierden grijsaard saam te rollen. Duizenden en duizenden jongelingsoogen schitterend van geestdrift, blikten opgetogen omhoog naar het diep gegroefde, eerbied waardige gelaat van den grondves'er des rijks, in wiens nabijheid op het terras het luisterrijke geschenk prijkte, dat de studenten reeds tevoren hadden gezonden. Het is eene prachtige schenktafel uit ebben hout, marmer, onyx, labrador enz.; een mo numentaal kunstwerk met bronzen beelden der vier faculteiten. Bij de tafel behoorde allerfijnst glaswerk. De voorzitter der studenten sprak den prins in weinig woorden toe. Bismarck antwoordde in eene lange rede. Daarna rolde zich de reuzenslang weder op en schoof den anderen kant van het park weder uit terwijl een onophoudelijke jubel en een storm van Hoch's! klonk. Het was een treffend schouwspel, een schil derachtig gezicht daar te midden dier ver heven omgeving der majestueuze woudnaïuur, die duizenden jongebeschaafde mannen te zienvan eerbied en vreugde doorgloeid jegens den grooten ouden man den gewel digen drager van de meest trotsche gedeelten der Duitsche historie. Het was een schoon beeld der liefdevolle huldiging van een op komend geslacht, de naaste toekomst van den zich langzamerhand tot de laatste reis naar de onsterfelijkheid voortebereiden den reus eener eeuw die ten einde spoedt. Bismarck antwoordde de studenten ongeveer als volgt De leiders der hoogescholen brachten mij den dank-van 'net verleden. Uwe begroeting is mij voor de toekomst een waarborg. Een Duitscher verliest op rijpen leeftijd nooit geheel en al datgene uit het hartwaarvoor hij zich in zijn jeugd warm gemaakt heeft. Het nationale gevoel blijft ook hen, die ons land verlaten hebben bezielen gelijk de honderdduizende Duitschers aan de Kaap in Amerika en in Australië bewijzen. De oorlog met Oostenrijk bracht noodzakelijker wijze een scheiding teweegna Sadowa voorzag ieder den oorlog met Frankrijk. Vervolgens ontstond het gerucht, dat binnen vijf jaren een volgende oorlog zou beginnen; ik zocht dien te verhinderen, vechten uit zucht naar veroveringen scheen mij Bonapar- tistische karakterloosheid, geen Germaansche handelwijze. Ik was na de uitbouwing van ons huis steeds een vriend des vredes. Wij willen behouden, wat wij verkregen; de zwaar ste offers voor het herstel des rijks brachten de Duitsche vorstendie van Pruisen niet uitgesloten mijn oude meester aarzelde lang. Laat ons den vorsten dankbaar zijn. Ik zou deze jonge heereti willen verzoeken, hun vroolijkheid niet al te zeer plaats te doen ruimen voor hun zucht naar critiek. Wij hebben een verzamelpunt noodig; dat is het rijk. En daarom hoch, keizer en rijk Stormachtige bijval volgde op deze woorden. Wie Bismark (zoo zegt de part. corr. van de N. R. Ctzoo vaak en gedurende zoo lange jaren in het parlement bij groote po litieke gelegenheden heeft hooren spreken als uw correspondentdie moest heden bij zijn toespraak tot de studenten volmaakt den indruk ontvangen alsof tien jaren van het verleden waren uitgewischt. Voor ons stond daar weder geheel de historische Bismarck ook wat het uiterlijk betreft gansch en al gelijk aan dat alom bekende schilderij van de uitroeping des keizers te Versailles in 1871. In het witte kurassiers-uniform, den blanken stalen helm op den blooten schedel naar achteren geschoven, zoo sprak hij de menigte toe, juist met diezelfdeietwat droge stem juist zoo nu en dan toevend en naar een uitdrukking zoekend of een woord door een beter woord vervangend, juist met denzelfden toonval, eer nog iets krachtiger dan vaak in het parlement maar zonder dien vroegeren nerveusen bijklank. Daarbij maakte hij geheel en al gelijk voorheen de oude handbewegingen bij het spreken, trok en streek zich werktui gelijk het uniform recht, wanneer hij soms een woord niet kon vinden en sprak de meest gemarkeerde en meest beteekenende zinsneden zoo zonder eenig pathos uit, alsof zijn woord de meest alledaagsche waar was. Het was een onbeschrijfelijk genot hem te hooren spreken, die volle beteekenis van zijn ge- dachtengang te volgen die zuivere routine in zijne wijze van beschouwing, nu en dan met lichten humor verbonden, als hij zekere erfzonden van het Duitsche karakter hekelde en dat alles met de eenvoudigste natuurlijk heid voorgedragen Op de geverfde kredenz-tafel lag het vat bier, waaruit de eeredronk voor Bismarck en het studentenbestuur, dat hem persoonlijk gelukwenschte, getapt werd. Daarna daalde Bismarck van het terras de trap naar het park af en begaf zich, een vol glas in de hand, onder de menigte der overige studen ten. Uit de nabijzijnde keuken waren snel groote aarden bierpottcn onder de studenten- groepen rondgedeeld, waarna Bismarck al pratende de ronde deed en de studenten toedronk. Van zijn ommegang op het balkon terug- keerende dronk hij nogmaals op de academie burgers met een Vivat Academia Daarna wierp hij, toen hij bemerkte dat de studenten daaruit takjes trokken, van de snel op het terras uiteengeplukte lauwerkransen en bou- quetten handen vol bladeren en bloemen naar beneden. Men kon het hem aanzien, hoe hartelijk goed die gansche ovatie hem deed en hoe vroolijk zij hem stemde. Voortdurend opmerkzaam toeziende stond Schweninger naast hem. wien eveneens jui chend werd toegeroepen „Houd ons onzen oud« n Bismarck gezond !w Daartusschen door werden vsderlandsche liederen gezongen en bij zekere refreinen hieven zich de blinkende degens der gewapende studenten omhoog en werden kletterend boven de hoofden tegen elkander geslagen. WAALWIJK, 3 April 1895. Na den laatsten brand te Bezooien hebben wij ons onze lezers zullen 't zich nog wel herinneren eenige opmerkingen veroorlpofd omtrent het alarmeeren der gemeente bij brand in 't algemeen, meer bijzonder bij brand in eene naburige plaats. De burgemeester van Waalwijk heeft thans bepaald, dat in het vervolg het alarmsignaal, bij brand in de gemeente Bezooien, zal bestaan in het slaan met de klep. Alleen zij, die bij brandspuit No 1 behooren moeten dan uit rukken. Het alarmsignaal bij brand in onze gemeente blijft hetzelfde en wordt gegeven door middel van signaalhoorns. Tengevolge van den aanhoudenden was van het water werkt de Baardwijksche over laat en zijn de buitenpolders van Baardwijk en Waalwijk overstroomd. De communicatie over de grintwegen is daar dus gestremd. Het rederijkersgezelschap „Olympia" te 's Boschstelt zich voor eene openbare uitvoering te geven in de schouwburgzaal van de sociëteit Casino aldaar, op Dinsdag 16 April a.s. Deze vereeniging, bestaande uit jongelui van de voornaamste familien stiat onder leiding van den gunstig bekenden declamator G. G. C. Ruijsch. Ze zal optre den met Janus Tulp van Justus van Maurik. Tram in het land van Hcusdcn en Altena. Te Almkerk heeft de gemeenteraad afwij zend beschikt op het verzoek van de tratn- commissie tot het nemen van aandeelen in de voorloopige kosten van de aanvrage om concessie voor den aanleg van een tramweg in het land van Altena. Vooraf was officieus medegedeeld, dat ged. staten, wegens de geringe breedte der pro vinciale wegen waarover de tramweg zou worden aangelegd, geene concessie daartoe zouden verleenen. Veeziekten. Te Esschen is een geval van mond- en klauwzeer geconstateerd bij eene koe, af komstig uit Nederland (Zutfen.) In denzelfden trein waren nog 154 stuks vee, welke, alhoewel gezond, wegens dit en kele geval niet mochten doorgezonden worden en tot groot nadeel van de daarbij betrokken veehandelaars allen naar Holland zijn terug gezonden. Op 's rijks kosten wordt dit vee door de rijksveeartsen de heeren Montens en Van Dricl, te Rozendaal, opnieuw onderzocht. Nabij „den Bult" onder 's Hertogen- boseh, geraakte de tramconducteur J. S., die de eerste tram van Vechel naar daar bege leidde, onder een der wagens, met het treurig gevolg, dat hem een been verbrijzeld werd. Op last van den officier van justitie te Breda is de te Rozendaal gearresteerde V. de V., gewezen hoofdinspecteur eener levens- verzekering- en brandwaarborgmaatschappij, aan de Belgische justitie uitgeleverd. V. was in Belgie bij verstek t>t een jaar gevangenisstraf veroordeeld en had zich te Rozendaal gevestigd onder een valschen naam. De uitlevering van J. Kudlu, te Venloo aangehouden op verzoek der Pruisische .re geering, ter zake van oplichting te Potsdam gepleegd, heeft Zaterdag plaats gehad. Onze marechaussee gaf hem te Station-Dalheim aan de Pruisische gendarmen over. De knecht uit een berucht huis te Venloo is gevankelijk naar Roermond overgebracht, als verdacht een rijksambtenaar levensgevaar lijk met een bierglas gewond te hebben. Te Venloo is aangehouden de dienst knecht M. F., verdacht van zware mishandeling te hebben gepleegd op den kommies B. aldaar. Deze verkeert in levensgevaar. M. F. is naar Roermond overgebracht. Naar men aan de Zuid Hollander uit 's Gravenhage mededeelt, bestaat de verre gaand ongepaste uitdrukking" ten opzichte van zijnen meerdere in rang, waarvoor aan een onderofficier van het regiment grenadiers en jagers 4 dagen provoost is opgelegd, in het gebruiken van het persoonlijk voornaam woordje „hij" in de klacht tegen den kapitein Van 't H., en zulks in plaats van de voor geschreven titulatuur Z.YV.Ed.Gestr. Door een spoorwachter is Vrijdagavond op de spoorbaan bij de Spaarndammerstraat gevonden het lijk van een man met afgereden hoofd en linkerbeen. Op het lijk is gevonden een geboorte-acte, waaruit bleek, dat de doode was een bankwerker, die gewoond heeft in de Van Beuningenstraat. De man was ver leden jaar in het gasthuis te Amsterdam verpleegd, en tijdens die verpleging werd zijne vrouw met hare vier kinderen gerechtelijk

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1895 | | pagina 2