Nummer 55. Donderdag 11 Juli 1895. 18e Jaargang. aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen, ANTOON TIELEN FEUILLETON. UITGEVER- Waalwijk. cd Langst! Courant, Dit Blad verschijnt Woensdag en Zaterdagavond. Abonnementsp rijs per 3 maanden f 1, Franco per post door het geheele rijk fl,]5. Brieven, ingezonden stukken, gelden enz., franco te zenden aan den Uitgever Advertentiën '1 7 regels f0,60; daarboven 8 cent per regel, groote letters naar plaatsruimte. Advertentiën 3maal ter plaatsing opgegeven worden 2maal berekend. Advertentiën voor Duitsch- land worden alleen aangenomen door het advertentiebureau van Adole Steiner, Hamburg. Reclames 15 cent per regel Het zeldzame feit der uitreiking van onder scheidingen wegens militaire krijgsbedrijven aan verdedigers van Neerland's eer in onze overzeesche bezittingen, en dat nog wel eigen handig door onze jeugdige vorstin, had natuur lijk buitengewoon veel belangstelling gewekt. Ofschoon de koninginnen eerst om 2 uur in het Malieveld zouden verschijnen, was een ontzaglijke menschenmassa reeds vroegtijdig in den omtrek van dat exercitieveld verzameld om af te wachten de dingen die komen zouden. En de menigte nam steeds toe toen de troepen zich naar het paradeveld bewogen om daar zich op te stellen. In hel Malieveld waren voorts aanwezig de officieren der ma rine van het Indisch legergepensioneerde Indische officieren, schutter" officieren, een groot aantal ridders van de militaire Willems orde, dragers van het o.nderscheidingsteeken voor eervolle vermelding leden van de 3e sectie van het metalen kruis, deputaties van de koninklijke vereeniging het eereteeken, en Het Vaderland getrouw." Toen de koninginnen en hair gevolg het Malieveld op het aangekondigde uur binnen- reden te midden van een juichende menigte en begeleid door de leden van het militaire hnis te paard, werden zij door den gouverneur der residentie en diens staf tegemoet gereden. De vorstinnen inspecteerden de troepen en gingen toen te voet dwars over het Ma lieveld naar de fraai versierde tribune, aan den kant van het Haagsche Bosch. Het middenvak voimde de koninklijke loge, die prachtig gedrapeerd was en waartoe eenige treden en een platform toegang gaven. Een „Hulde aan de Indische dapperen" stond als opschrift! voor het hoofdfront en was gekroond mei her'Nederlandsche wapen, omgeven door een tropee van Indische schilden en vaandels met Indische namen. De koninklijke standaard werd daarboven geheschen bij de komst der vorstinnen. Links en rechts van die loge was de tribune amphitheatersgewijze gebouwd en bedekt met Oostersche stoffen. Een aantal Zij zij had hem van haar deur weggezonden ais i' en lastige bedelaar, zij die nog kort geleden hier, waar nu alles koud en leeg, akelig leeg was, hem bij i et laatste feest de hand gedrukt en hem: mijn vriend genoemd had. Wel een uur lang stond Ugo geleund tegen de marmeren zuilstarend naar de hooge wanden. De feestmuziek ruischte hem nog als een spook achtige nagalm in de ooren en het beeld van de vrouw i.i haar schitterende feestkleedij zweefde hem steeds voor den geest. Met een diepen zucht keerde hij zich eindelijk naay de deur, en willoos besteeg hij in het voor portaal de breede trap. Daar stond zij eeusklaps voor hem, Pia de To- lomei, gehuld in een somber zwart gewaad, terug- koerende uit de huiskapel. Toen zij Ugo zag, bleef ze een oogenblik staan, .besluiteloos of ze blijven zou of niet. Dat even aarzelen beroofde deu overspannen edelman van den laatsten zweem van bedaardheid. Was het dan zoover gekomen, ontvluchtte de eenig geliefde hem als ware hij een melaatsche. - Pia riep hij hartstochtelijk. Weer stond zij even stil en week toen werk tuigelijk achteruit naar de vensternis. Het vol gende oogenblik had llgo haar in zijne armen ■.esloteri, zijn lippen zochten de hare en toen zij net geiaat afwendde, drukte hij een kus op hare goud bleu de lokken. Laat me los, laat me losl steunde Pia of ik roep om hulp Pia hemelsche Pia, mijn godheid! Met eer. krachtigen ruk maakte zij zich vrij; gloeiend van toorn stond zij voor hem. -- Gij verlaat oogenblikkelijk dit huis I sprak zij bevelend, oogenblikkelijk hoort ge, of ik ga! -- Pia. mijn engel! Uit den weg, Signore! O, Pia, ik smeeK u wees niet zoo toornig. 01 a!c gp wist wat ik lijd, zoudt gij me vergeven! ömeeke :d stak hij de armen naar haar uit. Zij, cartouches op een breed fries bevatten alle gorische voorstellingen, terwijl daar tusschen de namen waren te lezen Samalangan, Aijeh, Tamiang, Bali, Boni, MataramLombok, Tjakra-Negara. Droeg de tribune een geheel Oostersch karakterde eerewachten van schepelingen der marine en van eene atdeeling der koloniale reserve gaven nog meer aan het geheel een Indischen stempel. De koninginnen werden bij de tribune ont vangen door de ministers van koloniën, van marine en van oorlog. Officieren-commissa rissen van deze drie departementen met jhr J. D. Six, chef van de militaire atdeeling bij het departement van koloniën aan het hoofd, zorgden voor de regeling. De aanblik van het Malieveld was verras send. De wapens der in gesloten orde opge stelde troepen glinsterden in het zonlicht. De eerewachten vormden een tweede haag ter weerszijden van den voet der hofloge en op eenigen afsta id van het hoofd van dit eere-detachement had de generaal Van Hel den standplaats genomen zijn oog gericht houdend naar de richting, van waar de ma jesteiten moesten komen. Daar rijden de hofrijtuigen binnen, commando's en signalen weerklinken. De menigte juicht en wuift met hoeden en zakdoeken. Het Wilhelmus begeleidt de komst va.i hare majesteiten, die in een rijtuig bespannen rt la Daumont statig haar intocht doen. De koningin draagt een wit kostuum met den Wilhelmina-hoed met witte veer. Pia re moeder is in 't zwart met witte kant afgezet. Terwijl beiden langs de gelederen gaan, stijgen de hoera's uit de menigte op die in kracht verdubbelen, als de vorstinnen achter de gelederen de inspectie vervolgen en meer in het oog komen van het publiek. De eerewachten maken telken male front naar de richting van het rijtuig der vorstinnen. De tamboers roeren de trom en de pijpers bespelen de fluit, wanneer hare majesteiten met langzamen tred zich naar de tribune begeven. Naarmate PIH. MM. de tribune naderen treden haar de hoera's een nieuwe laagheid vermoedend, gaf hem in haar angst een stoot tegen de borst, waardoor hij wankelde. Als een pijl uit den boog snelde zij hem voorbij, de trap op. Ik beklaag u diep, sprak zij, omziende, gij hebt het smetteloos schild der Faiconari's besmet. Weet, dat ik u diep, diep veracht! Dat klonk zoo krachtig, zoo wa r, dat Ugo alle hoop verdwijnen zag. Het was alles dan voorbijZelfs geen achting bleef er in Pia's hart voor hem over. Die gedachte maakte hem zinneloos, razend. Hij vloog de trappen op en stormde haar na, of hij haar in stukken wilde scheuren; doodelijk ontsteld vluchtte zij de gang in naar de Gothi- sche feestzaal, waar Ugo even te voren nog teger. den zuil had geleund. Hier haalde hij haar in. Ilaar rechterhand om klemmend met ijzeren vuist, riep hij woest, tandenknarsend Vrouw, ge hebt gewild, goed, dan verpletter ik u en uw geluk Dood mij kreet Pia, dood mij, maar geloof niet, dat ik Leone ooit ontrouw worden zal. Leone verdoemd, altijd Leone 1 Welnu, ook hij zal ondervinden wat het zegt als liefde ver andert in haat. Pia de Tolomei, het ware u beter als het gewelf boven uw hoofd instortte en u onder zijn puin begroef! Weg, valscheslang! Dat dan alles, alles ten gronde gal Haar hard van zich stootend, liet hij de half bewustelooze vrouw alleen. Met een luiden gil viel zij voorover op den grond. Signore, een bode van den capitano! Ugo de Falconari, die na het voorgevallene met Pia hevig ontroerd zijn kamer op en neer liep, bleef bij deze tijding eensklaps stilstaan. Een bode van wien vroeg hij, als iemand die uit een benauwden droom ontwaakt. De page herhaalde zijn bericht. Een lansknecht? Neen, een edelman. Ik geloof een vriend van zijne hoogheid, Gian Taddeo de Ricci. Is hij alleen gekomen? Vier soldaten van ons leger zijn bij hem. Een van hen wacht in de voorzaal uw antwoord. Geleid den ridder naar de wapenzaal en zorg voor wijn, dat de soldaten goed onthaald worden der aldaar vertoevende personen tegemoet. Tijdens de formatie van het carré liet H. M. de regentes zich verschillende dames en generaals, die in de nabijheid werden opge merkt, voorsteilen door haar adjudant van dienst. De generaal Van Helden presenteerde voor hare majesteiten de sabel ten teeken dat het carré gevormd was. De jonge ko ningin beantwoordde die kennisgeving met een lief hoofdknikje. De vaandels traden voor op den vleugel van elke eerewacht en de ban werd geopend. Plechtig en indrukwekkend werd het oude Wilhelmus door de muziek met diepe tonen uitgevoerd. Alle officieren stonden met de hand aan het hoofddeksel, de geweren en de sabels werden gepresenteerd, met luide en zeer duidelijke stem geschiedde de voor lezingder benoemingsbesluiten onder aandach tig gehoor der koninginnen. Deze formaliteit vorderde geruimen tijd. Bij het afleggen van den eed presenteerden de eerewachten het geweer en ontblootten de aanwezigen het hoofd. Generaal Vetter werd het eerst voor geroepen. Zeer vlug hechtte de koningin het kruis op zijn borst en toen hij naar zijn plaats terugkeerde, hieven de omstanders, allen op het groote veld, en allen op de tribune luide hoerah's aan. Met dezelfde vlugheid kweet H.M. zich van het ops, elden der overige kruisen en maakte voor ieder militair een buiging. De regentes stond aan haar zijde en zag blikbaar met veel genoegen hoe haar dochter den dapperen het eereteeken op de borst spelde. Ook de mindere militairen werden van de tribune hartelijk toegejuicht. Nadat de koningin het laatste eereteeken heeft uitgereikt, speleu de muziekkorpsen het Wilhelmus, moderne melodie, en stellen de nieuwe ridders zich front naar hare majes teiten. De koningin regentes houdt tot de nieuw gedecoreerden een toespraak, waarbij zij hare tevredenheid en haren dank betuigt voor hun moedig gedrag, en tevens eenige woorden van weemoed wijdt aan de nage dachtenis van hen, die in Indie op het veld Men zal er voor zorgen zei de page. Toen Ugo vijf minuten later de wapenzaal binnentrad, waar de keldermeester reeds twee bekers en een goed gevulde kruik Asti had neer gezet, trad de jeugdige Ricci hem aarzelend te gemoet, op het gelaat een sombere, onheilspellende uitdrukking. Brengt ge kwade tijding? vroeg bgo, den edelman de lmnd toestekend. Helaas jal sprak Gian Taddeo. Ziehier, lees eerst dezen brief, dan weet gij de hoofdzaak, betreffende de bijzaken kunt gij me dan onder vragen. Op uw welzijn Falconari. Dat was een lange rit en de zon brandt als in Juli. Hij nam een langen teug uit de kunstig be werkten beker, terwijl Ugo den brief openmaakte. Hij las „Beste vriend! Naar mijn belofte zend ik u heden bericht. De strijd begon met een kort gevecht: morgen volgt waarschijnlijk de beslissende slag. Die eerste ontmoeting is voor de onzen niet gunstig geweest. Mij persoonlijk treft een dubbele ramp, eerstens de noodlottige uitslag van het gevecht en tweedens een ongeluk, dat velen der onzen als een triomf beschouwen: Piere de Tolomei is gesneuveld. Hij had zich, vurig als altijd raidden in het dichtste strijdgewoel gewaagd en kreeg een degen stoot vlak in de borst. In mijn tent gal hij een nur later den geest. Als overbrenger van dit droevig bericht zend ik u ons beider vriend Ricci, omdat ik er op ge steld ben, dat deze brief alleen in uwe handen komen zou. Ik verzoek u dringend, Pia voor alsnog niets te zeggen van het gebeurde. De aandoeningen van de laatste dagen zijn te hevig, zij zou zulk treurig bericht niet kunnen dragen. 'Geef Ricci de tijding mee van uw aller toe stand en breng aan Pia en mijne lieve kleine E'rmenegilde mijn hartelijke groete over. Onveranderlijk Uw LEONE." In het eerste oogenblik, gedachtig aan zijn vriendschappelijk verkeer met Piero, het helder ste lichtpunt in zijn leven, voelde Ugo zich droevig aange'daan. Dan, al heel spoedig kreeg een ander gevoel de overhand. Zijn bijgeloof meende in deze treurige om standigheid een straf van het noodlot te zien van eer het leven lieten; aan de onder de wapens zijnde troepen wees zij op de nieuwe ridders, als voorbeelden van vaderlandsliefde en krijgsmansdeugden. De mini;t r van ko loniën bedankt de koninginnen dat zij deze plechtigheid met hare tegenwoordigheid heb ben willen vereeren, en eindigt mei een „leve de koningin, leve de koningin regentes dat door de aanwezige troepen driemalen met geestdrift wordt herhaald en als een echo weerklinkt uit de monden dc r duizenden, die om het Malieveld staan geschaard. De-mu ziekkorpsen spelen het volkslied, de ban wordt gesloten, ten teeken dat de plechtigheid is geëindigd, de hereden officieren stijgen te paard en de troepen hernemen hunne vorige opstelling in linie. Gedurende den tijd dat de troepen deze beweging uitvoeren, onderhouden de konin ginnen zich met eenige der nieuwe ridders, waarvan enkelen hun wedervaren in Indie mededeelen, hetgeen blijkbaar met belang stelling wordt aangehoord. Nadat de troepen vervolgens de kol mine-formatie hebben aan genomen, wordt voor de koninginnen gede fileerd; de nieuw gedecoreerden staan daarbij op de tweede trede der tribune, rechts en links van hare majesteiten en front makende naar de troepen. Aan het hoofd marcheert het regiment grenadiers en jagers, flink als altijd, terwijl de kon. kapel den bekenden grenadiersmarsch van Dunkier uitvoert; op hen volgt de cavalerie en daarna de veldarti lerie, ook van deze wapens is de houding onberispelijk. Na het defileeren worden de troepen opgesteld in „orde van bataille," de koningin regentes betuigt den bevelhebber der parade hare tevredenheid over de goede houding der troepen, groet minzaam de aanwezige auto riteiten, officieren en verdere aanwezigen, en rijdt daarna, met de koningin, gevolgd door de leden van het militaire huis en onder het luid gejuich der menigte, naar het paleis terug. Zoodra HH. MM. het Malieveld hebben verlaten, ontvangen de nieuw gedecoreerden voor Pia's minachting en koelheid jegens hem. Die straf, was zij niet zoo zwaar als hij slechts wenschen kon, en als hij straks Pia onverschillig de treurige tijding zou berichten kon hij er hoonend bijvoegen: Ziedaar reeds het begin der vergelding, het zij u slechts een kort voorspel van mijn wraak. Piero is dus dood I sprak hij droevig het hoofd schuddend, ach, welk een ramp, mijn waarde Ricci. Is onze makker Leone er niet vreeselijk door getroffen. Het ware goed, dunkt mij, deze tijding voor Pia voorloopig verborgen te houden. Zeg den capitano dat ik daarvoor zorg zal dragen, d:t ik op straffe des doods ver bieden zal Piëro's naam in hare tegenwoordigheid te noemen; immers het zal voor de anderen niet lang een geheim blijven Goed en juist overdacht! sprak de jonge ridder. Ieder weet hoe innig Pia aan haren broeder ge hecht was Hebt gij het gevecht meegemaaktvroeg Ugo na een korte pauze. Jahet had niet ve 1 te beduiden, ant woordde Ricci. Alleen daarom hechtte de capitano er veel waarde aan, omdat dit het eerst treffen was. Driehonderd man tegen zeshonderd. De Florentijnen begonnen eensklaps onze voor posten met een hagelbui van pijlen te overstelpen en eer ik er op verdacht kon zijn, was de troep waarover ik bevel voerde, handgemeen met Piero s atdeeling. En al heel gauw, gelukkig voor het hoofdleger ons te hulp kon komen, wat met het oog op onze weinig gunstige positie een ramp geweest zou zijn, had Piero ons teruggeslagen. Ik achtte het dwaasheid den ongelijken kamp te wagen en stelde mij verdekt op achter een boschje, waarop de Florentijnen terstond aftrokken, ter wijl eenige mijner lansknechten den stervenden Piero naar de tent van den capitano droegen. Ugo staarde peinzend voor zich. Eensklaps hief hij den zilveren drinkbeker met fonkelenden blik omhoog en ledigde hem in een teug. Hebt gij mij nog een tijding naar het leger- mede te gever. vroeg Ricci. Neen, hier gaat alle* goed. Pia er. hare doch ter zijn gezond in de stad en op de wallen is alles in volmaakte orde. Dan heb ik mijn zending volbracht. De wei nige uren, die mij nog resten voor mijn vertrek ga ik bij mijn moeder doorbrengen. Wie weet o

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1895 | | pagina 1