Spanje. Engeland. Italië. Rusland. Rijkspostspaarbank. BINNENLAND. Jaarmarkt te Waalwijk Donderdag 5 December; Botermijn Vrijdag 6 December. UITVOERINGEN. Moord op A. F. Hoogsteden. aanleiding van het overlijden van Dumas en de vraag of men zich bij de begrafenis zou doen vertegenwoordigen, weder een van die onhebbelijke tooneelen plaats gevonden, waar voor inen daar bekend is. Het denkbeeld, dat Parijs bij die uitvaart vertegenwoordigd zou wezen, werd op hoogen toon, op grond van zekere geschriften des overledenen tegen de Commune, bestreden door den socialist Landrin, en te midden van een hevig rumoer werd besloten ten aanzien van het voorstel over te gaan tot de orde van den dag. Wat de Franschen op Madagascar mis dreven moeten thans de Engelschen ontgelden. Te Arwonomamo heeft eene uit 2000 perso nen bestaande volksmenigte een aanval gedaan op de daar gevestigde posten van het Britsche Zendelinggenootschap en den zendeling John son, diens vrouw en diens kind vermoord, de doode lichamen wreedelijk verminkend. Men verwacht meer aanvallen op de vreemde zendingsposten daar er eene sterke anti- Europeesche stemming heerscht. Aangezien Frankrijk door de jongste expe ditie daaraan schuld is en daarenboven nu feitelijk het land regeert, is het natuurlijk aan de regeering der republiek tegen verdere ongeregeldheden te waken en voor de reeds gepleegde voldoening te geven. Met naam en toenaam is thans ook de heer Bosch, oud burgemeester van Madrid en tegenwoordig minister van openbare werken door den onthuller der Madridsche gemeente raadsschandalen markies de Cabrinana van geldverduistering beschuldigd. De heer Bosch zal waarschijnlijk ontslag nemen, om met den markies te kunnen duelleeren. Op Cuba hebben de opstandelingen weer een spoortrein vernield. Tusschen Nuevitas en Puerto Principe plaatsten zij eene helsche machine op den weg en deden die springen toen de trein er over heen reed. De locomotief en acht wagens werden vernield, de machinist en twee stokers gedood en acht reizigers ernstig gekwetst. Daarenboven werden 50 ossen gedood en vele koopwaren bescha digd. Dit barbaarsch optreden tegen niet-mili tairen behoort geheel thuis in het stelsel van schrik verspreiden en onrust wekken, door de leiders der opstandelingen nu eenmaal aan genomen. In het moederland gaat men intusschen steels voort met troepen zendingen en het voorbereiden van wederom nieuwe. Er zijn zeventig dooden gehaald uit de puinhoopen der in de lucht gesprongen patronentabriek te Palma. Men vreest, dat ook van de 24 gewonden slechts weinigen in het leven zullen blijven. De koningin regentes zond 100C0 pesetas voor de nagelaten betrekkingen der slacht offers. In Engeland neemt men een proef met soldaten, om huu het verkrijgen van betrek kingen gemakkelijker te maken, wanneer zij den dienst verlaten. Daartoe wordt hun de gelegenheid gegeven, verschillende technische cursussen over verschillende takken van handel en industrie te volgen. Het plan is van lord William Seymour. Zij zweeg. Hebt ge na liet heengaan van den huisknecht het glas ongespoeld en de flesschen verruild ▼roeg de president onmiddellijk. Doch ondanks haar neerslachtigheid, liet ze zich niet vangen en verklaarde: Ik heb de flesschen niet verruild. En ook geen flesch heimelijk verborgen? Neen De flesch zette ik in de keukenkast en het glas spoelde ik omvoor dot Hendrik kwam. Zoo onmiddellijk na het sterven van uw vader? Toch vreemd, dat ge dat deedt op zulk een oogenblik 1 Ik had geen rust, ik kon liet in de kamer niet uithouden, ik moest iets te doen hebben. De president knikte, alsof hij dit zeer natuurlijk vond. Wat deedt ge in den tijd, die verliep tusschen het heengaan van den huisknecht en de komst van den commissaris? Ik denkdat ge toen de flesschen verruild hebt. Ik heb ze niet verruild ik zou er geen tijd voor gehad hebben Zoo spoedig is de commissaris niet gekomen! Valentine zweeg. Antwoord dan toch riep Lageman haar toe. Ik bezweer u, verzwijg niets Ik... ik... had een onderhoud met den heer Bauerlich. In het bijzijn van uw tante? Neen. alleen; hij deed de deur op slot. .En wat wilde hij van u? f weer zweeg zij, doch aangespoord door Lage- •feïnnV blikken zei ze11 ij bood aan mij te redden, hij wilde met mij Tluchten. Geloofde hij dan aan uw schuld. Ja, hij nam er tenminste den schijn van aan. Waarom wilde hij dat doen, als hij u toch ■voor schuldig hield Omdatomdat hij een waanzinnigen harts tocht voor mij koesterde. Zij sprak zoo zacht, dat alleen de naaste per sonen dit konden verstaan doch Iiechling, die op de bank der getuigen zat, had het toch ge hoord. Hij sprong op, balde de vuisten en nam een houding aan alsof hij iemand wilde aan vallen. Het was goed dat Bauerlich niet in zijn nabijheid was, anders waren er zeker handtaste lijkheden voorgevallen. Bliksemsnel wisselden Lageman en Agnes von De medeplichtigen v.m Lega, die een aan slag op Crispi gedaan heeft, zijn vrijgesproken, maar ze zullen naar een gedwongen verblijf plaats gebracht worden. Lega zelf kreeg 20 jaar dwangarbeid. Ook de moordenaars van den afgevaardigde Ferrari werden door de jury te Forli vrijge sproken behalve Gattei, die zes maanden gevangenisstraf kreeg. Een aantrekkelijk woord van vaderlijk egoïsme moet Nicolaas gesproken hebben toen de dienstdoende kamerheer hem felici teerde „We zijn allebei heel blij, de keizerin en ik, een meisje te hebben. Dit kind be hoort aan ons, aan ons alleen. Hadden we een jongen gehad, dan had hij aan h£el Rusland behoord." Aan liet postkan tooi- te Waalwijk en de daaronder ressorteerende hulpkantoren werd gedurende de maand November ingelegd f 4391,67»; terugbetaald f 3804,76 Het laatste, door het kantoor uitgegeven boekje, draagt het nummer 2134. WAALWIJK. Men zie hierachter de advertentie van de Maatschappij tot „Nut van 't Algemeen," be treffende de heden avond te houden voor drachten. WAALWIJK, 4 Dec. 1895. Examen Met genoegen kunnen wij melden, dat de heer A. G. Pulles, onderwijzer aan de open bare school alhier, met goed gevolg 1.1. Don derdag het examen voor schoonschrijven middelbaar onderwijs, heeft afgelegd. Plotseling overleden. Te 's Hertogenbosch is, terwijl hij in de sociëteit „De Zwarte Arend" aldaar een kop koffie gebruikte, plotseling overleden dr. M. J. Godefroy, lid en secretaris van den genees kundigen raad van Noordbrabant en Limburg en een in 's Hertogenbosch en zijn omtrek zeer gez icht geneesheer. Met den tijd mee! In een étalagekast in Den Haag ziet men St. Nicolaas op een rijwiel van de nieuwste vinding rondrijden Iloe onvoorzichtig toch Ruim 20 a beiders, bezig met het ontgin nen van woeste gronden aan 't Tjenherkanaal, schaftten in eene keet. Het was koud, en daar de oostenwind vlak op de deur stond, werd deze dicht gespijkerd en in de hut een groot vuur aangelegd.Onverwacht ontstond er brand en de persouen konden de deur maar niet open krijgen. De een kreeg brandwonden Beeren een blik met elkander; zij rekenden zich gelukkig, dat zij met zooveel overleg gehandeld en Koenraad van vele dingen onkundig gelaten hadden. Wilde u daar niet op ingaan Valentine schudde het hoofd, Waarom niet? Omdat ik... zij bleef steken en wierp een steelschen blik op Koenraad Rechling, die gretig zat te luisteren omdat ik een afschuw van hem had en zijn nabijheid niet kon verdragen. Ik wilde liever gevangenschap, ellende en den dood lijden, dan mij over te geven in de handen van dien man. De reden, die het meest voor de hand lag, nl. haar onschuld, die vluchten onnoodig maakte, voerde zij niet aan. De rechters en gezworenen bemerkten dit zeer goed en legden het in haar nadeel uit. Verdergebood de president. Wat moet ik verder nog zeggen Ik bleef standvastig tegen zijn sraeeken en zijn dreigen. Waarmee dreigde hij? Hij wilde en kon mij ten \erderve brengen. Met welke middelen Dat weet ik niet. Nu werd de commissaris Kuhnel verhoord. Hij verhaalde eerst, hoe hij bij zijn komst te Wil- mersdorf Valentine, haar tante en Bauerlich samen had aangetri ffen en toen meende te bespeuren dat zijn komst de beklaagde niet onverwacht voorkwam. Hoe deden de beide andere aanwezigen zich dan voor? vroeg de verdediger nu. De oude dame was geheel buiten zichzelve, mijnheer Bauerlich was zeer teruggetrokken en trad eerst meer op den voorgrond toen ik de be klaagde verzocht mij te volgen; toen s elde hij zijn rijtuig te mijner beschikking. En scheen hij aan de schuld der beklaagde te gelooven? vroeg nu de openbare aanklager. Stellig zou ik dat niet durven beweren, ant woordde Kuhnelmaar toen ik in zijn bijzijn onder den gootsteen de flesch |met vergiftigden cognac vond, zag ik wel dat hij aan haar schuld niet meer twijfelde, en nu vertelde de commis saris op zijn eigenaardige manier, hoe hij die flesch ontdekt had. Nu volgde de beëedigde scheikundige, die het vergift in de tweede flesch gevonden had. Wat hier, de andere daar, tot dat het eindelijk gelukte door het dak te kruipen en zoo het brandende perceel te verlaten. Kun dc moordenaar ook daar geweest zijn? Door een 14jarige knaap werd onzen cor respondent te Ginnekcn (bij Breda) het volgend verhaal gedaan Een 4tal weken geleden, waren wij met ons vieren is het Mastbosch alhier, toen aan het „Eeuwige Laantje" een man zich bij ons voegde, die geheel voldeed aan 't opgegeven signalement van den vermoedelijken moor denaar van het knaapje te Rotterdam. De kerel liep al pratende mei ons mee, al dieper het bosch in en beloofde ons sigaretten,indien wij den volgenden avond terugkwamen. Op het laatst echter begon de kerel zulke ruwe gemeene taal uit te slaan, dat we bang wer den en ieder onzer op de vlucht sloeg. Een onzer zette hij na tot bij de boschwachtërs- woning. Toen was de kerel eensklaps ver dwenen. Mijne vriendjes hadden bij het lezen van 't signalement dezelfde gedachten als ik. Aangezien de kerel in zijn brief meldt, dat hij wel eens te Antwerpen komt, zou het zeer goed kunnen gebeuren, dat hij in de omstreken van Breda heeft rondgezworven. (R. N.) Branden. Te Osch woedde Zondagavond omstreeks 7 uren een felle brand in de boerderij van de weduwe Tielemans op Kortvoort. Het huis is geheel afgebrand en vier runderen zijn daarbij omgekomen. De brandweer was spoedig aangerukt, maar kon slechts de be lendende perceelen beveiligen. Te Etten (Nbr.) is de bevolking thans zeer ongerust. Zaterdagnacht is opnieuw brand uitgebro ken. De hofstede van den heer Jansen in de Nieuwstraat is met stallen en schuur geheel in de asch gelegd. Het vee werd gered. Alles was verzekerd. Dit is nu reeds de zesde maal binnen drie weken, dat er onder deze gemeente brand is ontstaan. Algemeen denkt men dat er boos opzet in het spel is. De kapitale boerenbehuizinge van den heer De Vries te Smilde is Maandagnacht eene prooi der vlammen geworden. Een familielid van den heer De Vries kon zich niet redden en is er bij omgekomen. De knecht heeft ernstige brandwonden bekomen. Drie paarden en 14 koeien, zoomede de oogst van dit jaar zijn verbrand. Huis en inboedel waren verzekerd, doch vee en oogst niet. Een noodlottig' schot. Zooals reeds met een enkel woord werd medegedeeld, is te Terwispel iemand door een geweerschot gedood. Omtrent dit geval kan het volgende worden medegedeeld Een 20jarig persoon uit Terwispel, zekere Jeen v. d. B., was Vrijdagmorgen met een tweetal collega's uitgegaan om te trachten eenig wild te bemachtigen. Het drietal stak een stuk land ovtr en zou om den weg te bekorten, een wijk passeeren. Omdat het ijs nog niet vertouwd was, werden eenige van de daar voorhanden planken genomen en over de wijk geworpen. Dit wi'.de niet al te goed vlotten; de planken lagen niet naar wensch en werden terechtgelegd met de ge weren, die geladen in de hand werden ge houden. V. d. B. evenwel had den loop in de hand in plaats van de kolf; toen hij op het onvoorzichtige daarvan werd gewezen door zijn collega's haalde hij het geweer op (naar boven), doch de haan die openstond, hij zeide, kon aangemerkt worden als eene aan vulling van hetgeen de commissaiis getuigd had. VVat hebt ge daar op te zeggen Niets, dan dat ik geen vergift in de flesch heb gegoten en ook geen flesschen verwisseld heb antwoordde zij. Ik wist zelfs niet, dat er een tweede flesch cognac in huis was, en waar zou ik dat vergift vandaan gehaald hebben De president was niet geroepen om deze vraag te beantwoordenhet was te voorzien, dat de openbare aanklager en de verdediger zich daar later wel ernstig mee zouden bezig houden. Der halve zette de president het getuigenverhoor voort, er moesten nog twee getuigen gehoord worden: Adolf Bauerlich en Constance Zier. Bauerlich werd eerst opgeroepen; er ontstond onder het publiek een beweging in gedruisch, waaraan duidelijk te bemerken viel, dat men iets belangrijks verwachtte; deze getuige was het vorrwerp der algemeene aandacht. Alle halzen werden uitgerek', de binocles werden op hem gericht, men fluisterde elkander opmerkingen over zijn persoon toe en vergeleek hem met Koenraad Rechling: de vergelijking viel bij de meesten on gunstig voor hem uit. Met ernstig gelaat en kalme houding trad hij naar voren en scheen niets te bemerken van Koenraads vijandige blikkendie hem overal volgden. DERTIENDE HOOFDSTUK. Met zachfe, maar duidelijke stem beantwoordde Bauerlich de gebruikelijke" inleidende vragen terwijl Lageman ijverig aanteekeningen maakte en dit voortzette gedurende het geheele verhoor van dc ze getuige. De president vroeg hem in welke betrekking hij had gestaan tot de familie der beschuldigde. Bauerlich beschreef die verhouding op zulk een wijze, dat hij daarbij in een gunstig licht werd geplaatst. Hij bekende, dat hij wegens eenige jeugdige dwaasheden Duitschland verlaten had, in Amerika een veel bewogen leven had geleid en verzweeg ook niet, dat de heer Zier hem na zijn terugkeer uit Amerika met groote terughouding behandeld had. Hij zag mij aan voor een geluk zoeker, voegde hij er lachend bij. Kwam daar geen verandering in Spoedig, zeer spoedig, ik durf zeggen, dat tusschen ons een betrekking bestond, als tusschen haakte achter de plank; het schot ging af tn drong V. d. B. in de borst; hij begaf zich daarop nog over de plank, zei tegen zijne collega's „dit gaat niet goed, ik ga sterven," zakte in een en was ciood. Aanranding. Zondagavond te 8 uren is te Rotterdam een brutale aanranding gepleegd; op 't oogen blik, dat de afgescheidene kerk uitging,werd een juffrouw plotseling door een paar opge schoten kwajongens te midden van de menigte aangegrepen. De een ontrukte haar het kerk boek, terwijl de andere het op hare gouden hoofdsieraden gemunt had. Een der jongens is in handen der politie; de andere is voortvluchtig. Inbraak. Te Bussum is Zaterdagnacht ingebroken in de chocoladefabriek van de firma Bens dorp Co. De dieven hebben zich door het uitsnijden van eene ruit aan de spoorzijde der fabriek, toegang verschaft en uit het kantoor eene som geld van ruim f 1100 meegenomen. De politie heeft Maandag een persoon in hechtenis genomen, die van dezen diefstal verdacht wordt. De begrafenis. Maandagmorgen had ter R. K. begraafplaats aan den Crooswijkschenweg de teraardebe stelling plaats van het stoffelijk overschot van den vermoorden lOjarigen scholier Alousius Franciscus Hoogsteden. Reeds vroeg in den morgen had een tal rijke menigte in de Crispijnlaan voor den uitgang van het Ziekenhuis aldaar post gevat, die onophoudelijk aangroeide. Om halfacht waren op de plaats aan de achterzijde van het Ziekenhuis aanwezig een r1o^igtal leden van „St. Barbara", afd Volks bond, van welke vereeniging de vader van den ongelukkigen knaap lid is, terwijl er tevens een talrijke politiemacht tegenwoordig was, onder bevel van den hoofdinspecteur C. A. Gulden. Tegen 8 uur reed de lijkwagen voor, en werd aan de leden van „St. Barbara" en andere belangstellenden gelegenheid gegeven een laatsten blik te werpen op het stoffelijk overschot van den rampzaligen knaap. Evenals Zaterdag lag hij daar in zijn kistje, de handjes met den rozenkrans en het palm takje op de borst gevouwen. De kleur was thans geheel van het gelaat geweken, terwijl de vlekken op het aangezicht in aantal waren toegenomen.Vol deernis keerden allen, die den knaap daar voor de laatste maal hadden zien liggen, terug, terwijl aan verscheidenen on willekeurig een diepe zucht ontsnapte, als zij dachten aan de gruwelijke wijze, waarop dit kind, zoo jong nog, het leven had moeten laten, onder ruwe moordenaarshanden... Dan werd de kist met de letters A. F. H alsmede een zwart kruis erop, in deu lijkwagen getild, de leden van „St Barbara», allen met hun insigne op de borst, plaatsten zich achter de koets, en de sombere stoet zette zich lang zaam in beweging tusschen door een onaf zienbare volksmassa. Geëscorteerd door de politie, ging de stoet nu langs den Coolsingel en den Binnenweg naar de woning der ouders van den jongen scholier aan de Gouvernestraat 153, waar werd halt gehouden en zulk eeD ontzettende mc-nschenmassa zich had verzameld, dat de politie meer dan de V»au&cu had, om voor de lijkkoets en uë zes yo'grijtuigen, die zich aan den VVestersingel bij "d^n stoet had den aangesloten, baan te maken. vader en zoon Hier maakte Valentine een beweging, alsof zij iets wilde zeggen, doch zij ging weer zitten zon der den mond geopend te hebben. U kwam dus veel ten huize van wijlen den heer Zier? vroeg de president weder. Ik kwam er dagelijks. En daar ontmoette u dan zijn dochter. Zoo dikwijls slechts mogelijks was. Bauer lich richtte een blik op Valentine, die kleurde van schaamte en boosheid. Rechling gaf zijn toorn zoo luid te kennen, dat een gerechtsdienaar hem tot stilte moest aanmanen. Er wordt beweerd, dat u genegenheid voor haar gevoelde, zei de president. Oh, dat is het reclite woord niet! Ik beminde, ik aanbad haar, het was mijn liefste wersch haar hart en hand te winnenriep Bauerlich met geestdrift, Als echo op die wourden klonk van de bank der getuigen zeer duidelijk: Schobbejak als ik u onder mijn handen krijg, 'oreek ik u den nek. Werd uw genegenheid beantwoord? O, ik was niet zonder hoop, antwoordde Bauerlich, die r.iet scheen te bemerken dat Va lentine opsprong, alsof zij door een adder werd gebeten. Maar Valentine Zier had zich met den heer Rechling verloofd. Daar wist ik niets van, en haar gedrag te genover mij gaf mij reden om te gelooven, dat ze mij niet ongenegen was. Dat is niet waarriep de beschuldigde zoo angstig gillendals de rechters haar stem nog niet gehoord hadden en van de bank der getuigen klonk een echo, die veel krachtiger woorden deed vernemen. Bauerlich haalde slechts even de schouders op en zei half luid Arm beklagens waardig kind. Teeder vervolgde hij: Een liefde als de mijne kon op den duur niet onbeantwoord blijven.dat wist ik ook was het mij bekend, welk een goede dochter Valentine was en haar vader wenschte mij tot schoonzoon te hebben. Dat is een leugen! klonk een wanhoopskreet van Valentine's lippen; de president berispte haar over deze storing, doch vroeg daarna welke recien zij voor dien uitroep had. Wordt vervolgd.

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1895 | | pagina 2