Spanje.
BINNENLAND,
Engeland.
Turkije.
Rusland.
UITVOERINGEN.
Op deze woorden liet de aanvaller los en riep:
Wat heb ik gedaan?» Maar Freulon wierp
hem op den grond en hield zoo, terwijl het
bloed hem langs het gezicht vloeideden
moordenaar onder, die steeds bleef worstelen
en smeeken om losgelaten te worden, ie
Parijs gekomen, had Freulon nog de kracht:
Moord te roepen, doch viel toen bewusteloos
neer. De toegesnelde agenten namen den
aanvaller gevangen die Delestrée bleek te
heeten en tuinman is. Hij gaf voor Freulon
slechts zijn reisbiljet afhandig te hebben willen
maken. Deze werd verbonden en er bestaat
hoop op zijn spoedig herstel.
WAALWIJK.
Zondag 8 dezer, 's midd. 12 uur, zal door
de liedertaiel „Oefening en Vermaak" van
Waalwijk en Bezooien op de zaal Musis
Sacrum worden uitgevoerd
1. Bede. Heinze.
2. Ossian. Beschnidt.
3. Hymne an die Muzik. Lachner.
l)e Spaansche regeering schijnt niet zeer
geneigd te zijn, krachtig op te treden in de
quaestie Cabrinana. Men spreekt te Madrid
zelts reeds van groote betoogingen als de
regeering zou willen trachten, den markies
onschadelijk te maken, wat men vreest, maar
Canovas moet verklaard hebben, dergelijke
manitestatiën niet te zullen toelaten.
Aan de regentes zou Canovas gezegd heb
ben, de ministers niet te willen opofferen aan
het geschreeuw van de pers.
Het is nu op Cuba al zoo ver gekomen,
dat de separatisten een aanval gedaan hebben
op Santa Clara, de hoofdstad van de provincie
Las Villas en zetel van het Spaansche hoofd
kwartier. De opstandelingen werden terug
geslagen maar hun stoutmoedig optreden
maakt ook te Madrid indruk.
Uit Havana wordt gemeld dat Gil Gonzalès,
een van de aanvoerders der opstandelingen,
te Matanzas gefusilleerd is.
De vrouw als toreador. Indien men
slschts zoekt, is er nog wel iets nieuws onder
de zon te ontdekken dat vrouwen als stie-
renbevechtsters optreden, hadden wij althans
nog nimmer behoord. Spanje, het klassieke
lan 1 der stierengevechten, kan er zich op
„beroemen" op dit gebied der vrouweneman
cipatie schitterend te zijn voorgegaan. De
gezusters Lolita en Angelita Pages, twee
jeugdige meisjes met het wildbruisende bloed
der Spaansche schoonen in de aderen, zijn
onlangs in de arena opgetreden en hebben
in verscheidene steden van het schiereiland
schitterende triomten gevierd. Men heelt
haar de overwinning echter zeer gemakkelijk
gemaakt, want de zoogenaamde stieren, die
zij moesten bekampen, waren niets meer dan
onmondige kalveren en de strijd had meestal
veel overeenkomst met een landelijk slacht
feest. Te Jerez evenwel, waar de beide
vurige „Torêras" dezer dagen optraden, werd
het spel bloedigen ernst. De stieren waren
ditmaal tegen de dames opgewassen en zoo
ongalant, tegenover het schoone geslacht het
recht van den sterkste te doeu gelden.
Het gevolg daarvan was, dat Angelita door
een onopgevoeden stier overrompeld, op de
horens genomen en herhaaldelijk in de lucht
geslingerd werd, waai bij de ongelukkige het
rechteroog werd uitgestoken.
Men herinnert zich, dat eenigen tijd gele
den in Islington, Londen, een kind dood in
een zak op eene binnenplaats werd gevonden.
Men had het een prop papier in den mond
geduwd en zoo laten stikken. Een half idioten
knaap, dien men van den moord verdacht
liet men ten slotte uit gebrek aan bewijs
weer loopen. Dinsdag werd weer in Islington
een kind vermist. Men vond het terug in
een stal, in een zak genaaid. Het kiud had
op verscheiden plaatsen van het lichaam
sneden en zijn mondje met kaf gevuld. Het ligt
nu in het hospitaal, waar men hoop op herstel
heeft, al zijn de wonden ernstig. Aangezien
men den bewusten idioten jongen uit den
stal heeft zien komen, houdt men hem voor
den misdadiger. Hij is nu weer achter slot.
WAALWIJK, 7 Dec. 1895.
Kamer van koophandel.
Door de kamer van koophandel en fabrie
ken zijn de volgende adressen verzonden
Aan
zijne Excellentie den lieer minister
ran waterstaat, handel en nijverheid.
Bij adres van 23 November 1894 nam' onze
kamer de vrijheid, uwe excellentie te wijzen op
den slechten toestand van het overzetveer over
den Nieuwen Maasmond te Drongelen.
De motieven, die ons daartoe leidden, vonden
haren grond niet alleen in eigen waarnemingen,
maar hoofdzakelijk in de vele en ernstige klachten
van personen die het veer passeerden.
Betuigingen van adhaesie op ons adres van de
naburige gemeenten bereikten uwer excellentie's
departement, terwijl ook het gemeentebestuur
van Waalwijk destijds zijne klachten in deze, ter
oore van uwe excellentie bracht.
Ruim een jaar nu is sedert verloopen en geen
verbetering is aangebracht.
Het is dezer dagen nog voorgekomen, da" de
overtocht gestremd was tengevolge van de slechte
en gebrekkige veerpont en zulks niettegenstaande
kal men en lagen waterstand.
Te voorzien is het dus, excellentie, dat bij hoog
water en ongunstig weder, stremming in het
verkeer zich telkens zal herhalen een toestand
alzoo, die, het behoeft nauwelijks gezegd, aller
ongunstigst is voor den gang van handel, nijver
heid en landbouw.
Onze kamer zou vermeenen aan hare roeping
te kort te doen, indien zij h re stem niet opnieuw
in deze zaak deed hooren.
Zij neemt mitsdien eerbiedig de vrijheid, onder
verwijzing naar haar in het hooid dezes aange
haald adres, uwe excellentie beleefd maar dringend
te verzoeken, den toestand van genoemd overzet
veer zoodanig te doen verbeterendat aan de
billijke eiechen van goede passage worde voldaan,
hetzij door het daarstellen eener brug. of, indien
daartegen alsnog bedenkingen mochten bestaan,
voorloopig door het aanschaffen eener flinke stoom-
pont.
Waalwijk, 5 December '95.
De kamer van koophandel en fabrieken
te Waalwijk.
In Cesarea zijn opnieuw onlusten uit
gebroken. Driehonderd Armeniërs zijn gedood
of gekwetst. De overheidspersonen zouden
erkend hebben, dat de onlusten in Siwas
uitgelokt zijn door Muzelmannen. Drie Ar
meniërs zijn gedood op de openbare plaats.
In het klooster Hassan uabij Erzeroem zijn
de bisschop en alle inwonenden vermoord.
Te Koniah heerscht algemeene vrees en
oritsteltenis.
Volgens een bericht uit Warschau via Kra-
kau heeft keizer Nikolaas den oekas van zijn
vader opgeheven, volgens welken in Russ:sch
Polen alleen grieksch orthodoxe spoorwegbe
ambten mogen zijn.
In het Poolsche dorp Bilgoraj, in het
huis van den districtschef Grekof, overnachtte
dezer dagen zoo vertelt een telegram uit
Lemberg, generaal Bodesko, de adjunct van
den gouverneur generaal van Polen Sjoewalof,
die op een inspectiereis was.'s Nachts, terwijl
de generaal en alle huisbewoners sliepen
werd de woning door kwaadwilligen in brand
gestoken en stond reeds in vlammen, voordat
de slapers wakker werden. Bodesko, Grekof
en de verdere bewoners, een kozakkenoverste
Ochatsjef met zijn zieke vrouw en vier kin
deren, konden ternauwernood het naakte lijf
bergen.
Waalwijk, 5 December 1895.
Aan
den raad der gemeente Waalwijk.
Der kamer van koophandel en fabriek :n zij,
vergund, uw geacht college opmerkzaam te maken
dat de alhier bestaande jaarmarktgehouden
wordende op Woensdag voor den laatsten Vrijdag
in October, samen valt met de op dien dag ge
houden wordende markten Ie 's Hertogenbosch
en te Osch.
Deze omstandigheid is ongetwijfeld van ongun-
stigen invloed op onze markt, daar het voor de
hand ligt, dat koopers en verkoopers zich ver-
deelen voor het bezoeken ook van de markten
op genoemde plaatseu. Vandaar dat dan ook
dikwijls over deze nadeclige coincidentie voor onze
markt geklaagd wordt.
Bij onze kamer is meermalen deze aangelegen
heid besproken en in hare jongste vergadering
nam zij het besluit u in ernstige overweging te
geven, bovengenoemde markt een dag later te
stellen en die alzoo in 't vervolg te houden op
Donderdag vóór den laatsten Vrijdag in October.
De kamer vermeent, dat een dergelijke maat
regel zéér zoude zijn in 't belang van onzen
handel en wat daarmede in verband staat.
De kamer van koophandel en fabrieken
te Waalwijk.
Voordrachten
Zooals men heeft kunnen zien uit eene
advertentie voorkomende in de twee voor
gaande nummers van ous blad, heeft Woens
dag jl. op Musis Sacrum eene vergadering
plaats gehad van het departement Langstraat
der maatschappij tot Nut van 't Algemeen
waarin zijn opgetreden mevrouw Anna Róssing
Sablairolles en de heer Jan Malherbe, beiden
lid van het Nederlandsch tooneel te Am
sterdam.
Van de gelegenheid tot introductie was
een zeer ruim gebruik gemaakt, dit maakte
dat de zaal van Musis zeer goed was bezet.
Ongeveer kwart voor acht werd het pro
gramma begonnen door de welbekende me
vrouw Anna Róssing, met eene causerie over
17e eeuwsche dichters. Zoo menigmaal wordt
er beweerd, vertelde zij, dat onze Nederland-
sche taal arm en hard was, en zij hoopte dat
het haar gelukken mocht het tegendeel te be
wijzen; zij gaf eenige lieve gedichten ten beste
van Breederoo Hooft en Vondel, en ja
zóó voorgedragen als mevr. R. het deed
klinkt onze Hollandsche taal als muzieken
geeft er eene liefheid en innigheid aan als wij
zelden gehoord hadden.
No 2 kwam de heer Malherbe op met
„als je 't maar weet, meneer" en ,,'s Zomers
buiten," en vooral dit laatste viel uitmuntend
in den smaak, ,,'s Zomers buiten een Am-^
sterdamsche familie huurde in de buurt van
Amsterdam een zomerverblijfje... ze ontvingen
op een keer kennissen uit Amsterdam, waar
onder de familie Pietersen, bestaande uit
vader, moeder en zeven spiuiten de lot
gevallen tijdens dat bezoek, voornamelijk ver
oorzaakt door het jongste lid der Pietersen's,
doen iemand schokken van lachen.
No 3 mevr. R. met „de Kinderstem" en
„Brug omhoog", vooral «Brug omhoog" was
iets liefs, die opgehaalde brug met het aan
weerszijden wachtende en half mopperende
volk, die lachende zon, die flinke jongen en
die aardige deern, dat beschrijven van het
saamkoinen van die twee op het hek van de
brug, en dan maar steeds die vriendelijk
lachende zon.
No 4 Een blijspel in één bedrijf: „De
verzamelaar". Meneer de Honduras, een
verwoed verzamelaar van antiquiteiten, had
laatst op een erfhuis voor een zeer hoog
bedrag eene soepterrine zonder deksel ge
kocht, en was na veel zoeken er achter ge
komen, dat mevrouw Spoon (een weeuwtje)
het outbrekende deksel van de bewuste soep
terrine in haar bezit had en het ontwijdde
door het voor bloemendrager dienst te laten
doen; tegen welken prijs ook. hij moest en
hij zou dat deksel hebben, en toen hij een
maal bij mevr. Spoon was binnengedrongen,
ontspon zich eene vermakelijke geschiedenis
omtrent het deksel. Hij, gek van verzamel
woede en zij, niet begrijpende hoe een mensch
zóó kan zijn, en toen zij ten laatste om van
hem at te zijn, het deksel ging halen om het
hem te schenkenhoorde men achter de
schermen iets rammelend in scherven vallen
en het plaagzieke mevrouwtje kwam lachend
terug met de onware mededeeling, dat het
deksel gebroken was; toen moest natuurlijk
zoo'n verzamelaar als de Hondures van z n
stokje vallen.
't Geestige stukje eindigt met eene lief
desverklaring... en neen, nu behoeft de Hon
duras het deksel niet meer mee te nemen
want de terrine zal worden overgebracht naar
mevrouwtjes woning en de eigenaar van de
terrine komt mee.
Na de pauze kregen we mevr. R. te hooren
met „Komen en Gaan« van de Génestet.
»Daar is een tijd van komen,
Daar is een tijd van gaan:
Dat hebt ge meer vernomen,
Maar hebt gij 't ook verstaan
werd door mevr. R. op hare zangerige wijze
keurig voorgedragen.
No. 6. „Hoe een verstandig vrouwtje haar
zin krijgt."
Mijnheer moet naar een heerendiner; 't is
zoowat tijd om te gaan, doch tot z'n schrik
bemerkt hij er een knoopje aan de manchet
van z'n Engelsch hemd mankeert, korr.t daarom
nog even binnenloopen, en vraagt z'n vrouwtje
dit even te herstellen. Mevrouwtje wil dit
wel doen mits onder belofte dat meneer zorgt
om negen uur thuis te zijn... hij protesteert,
zij zal het toch wel doen, hij gaat bij z'n
vrouwtje zitten, zij begint met het knoopje
er aan te zetten, maar babbelt intusschen
voortdoet meneer verwijten dat 't niet
pleizierig is zoo kort getrouwd en dan een
heele avond alleen te moeten blijven, ze
begrijpt niet wat er aan zoo'n heerendiner is
meneer werpt zoo nu en dan wat tegen
wordt bang te laat zullen komen, kijkt telkens
op z'n horloge, beweert dat de pendule een
kwartier achter is,... maar mevrouwtje gaat
maar voort met zachte verwijtjes op te som
men, alles wat meneer op dien gelukkigen
ja-avond zooal heeft beloofd.... Hij hoe langer
hoe onrustiger, draait zich driftig om, en het
listige vrouwtje prikt zich daardoor in haar
duim meneer vindt dat heel erg, houdt
zich nu bedaard en mevrouwtje weet door
halve mededeelingen wat zij dien nacht, ge
volgd op dien jawoord-avondg gedaan heeft,
zijn nieuwsgierigheid op te wekken, maar
zegt op eens... neen, maar mannetje, je moet
weg, heuscb, anders kom je te laat, en dan
zouden de heeren maar zeggen dat je nu al
onder de pantoffel zit..maar hij zegt nog
wel even tijd te hebben, en beweert dat de
pendule een kwartier .vóór is... smeekt z'n
vrouwtje hem alles te zeggen, maar zij houdt
tegen en zegt dat het hoog tijd voor hem is.
't Slot is dat meneer uit eigen beweging zegt
om negen uur thuis te zullen zijn, mits hij
dan alles vernemen zal, en mevrouwtje belooft
hem het album met beloften te laten zien
en voegt er bij dat hij dan mag schrappen
wat hij liever niet beloofd had.
No. 7. De heer Malherbe met
„Drie vriendinnetjes»
en »Mijn ossenhaas."
De vreugde, het hopen en het wenschen
van de zwarte, de bruine, en de blonde
maar ook de verdere lotgevallen van de
drie vriendinnetjes wordt door den heer M.
zeer verdienstelijk voorgedragen, maar»Mijn
ossenhaas" zóó voorgedragen als de heer M.
het deed is een monoloog otn van te
watertanden.
Verbeeld u Meneer houdt erg van ossen
haas komt voorbij een slagerswinkelwaar
zoo'n haasje hangt, loopt binnen, koopt de
ossenhaas en meneer, erg in zijn schik, wil
met de ossenhaas gauw naar huis gaan, toen
de dikke slager met z'n zware stem hem
vroeg zeg, as ie ossenhaas wilt eten moet
j'r goeie sous bij hebben, en weet je hoe j'e
die 't best maakt... neen, nou schrijf dan
maar op... heb je een papiertje?.... neen...,
heb je een potlood neenmaar wacht
eens even ik heb een nieuwe pilowbroek aan,
daar zal ik het met krijt opschrijven, zoo
gezegd, zoo gedaan, en meneer gaat op weg;
maar bij een boekhandelaar ziet hij een nieuwe
schilderij, die moet hij even zien en om
beter te zien, legt hij de ossenhaas even op
het raamkozijn, maar een hond, steeds achter
hem aanloopend, neemt de kans waar, pakt
de ossenhaas weg, en rent er mee voort
ik hem achterna, declameert de heer M. met
het geroep: „Houdt den diefl".. Houdt den
dief!».... eindelijk, ik kon niet meer, vind ik
den ellendeling in een schuur, maar de ossen
haas zie ik niet, ik zeg toen zeg, hond
waar heb je mijn ossenhaas gelaten een
gebrom is 't antwoord.,., harder roep ik: waar
heb je mijn ossenhaas gelaten?.... een nijdiger
brommen... en toen brul ik zeg, beroerde
hond, waar héb je mijn ossenhaas gelaten?»
Witte tanden krijg ik te zien... wacht maar,
zeg ik, als jij me niet wilt zeggen waar j'e
m'n ossenhaas hebt gelaten, zeg ik jouw ook
niet hoe je daar 'n lekkere sous bij moet
maken ik belik mijn vingers, veeg op m'n
broek het recept uit, en een hartig woord
aan het adres van den hond, is het waardig
slot van deze aardige monoloog.
No. 8 tot slot mevr. R. met Lachebekje,»
een lief monoloogjé, wordt lachende voorge
dragen, ze kan het niet helpen maar de treu
rigste dingen vindt ze soms zóó grappig, dat
z't uitschatert van lachen.
Een hartelijk applaus beloonde telkens hun
optreden.
Veer te Drongelen.
Onlangs, juist bij gelegenheid der Gorin-
chemsche markt, nam da fameuze pont, be
stemd om hier te voorzien in de communi
catie tusschen de Langstraat en het Land
van Heusden en Altena, de vrjheid op den
Zuiderwal vast te loopen en dientengevolge
het werk te staken, tot groot ongerief en
schade voor de talrijke marktgangers.
Nu Donde d g,bij gelegenheid der Waalwijk-
sche markt, heeft het bootj5, dat de pont
moet oversleepen omdat in deze geen bruikbare
motor is, de aardigheid gehad op zijn beurt
omhoog te loopen en zich vast te zetten.
Dientengevolge kon ook de pont geen dienst
meer doen. Tegen één uur, het oogenblik
waarop de meeste marktbezoekers huiswaarts
keeren, kwam er bij Van der Zaken te Be-
zooien bericht, dat met de pont niet gevaren
kon worden. Die dus uit het Overland met
paard en rij- of voertuig en vee hi°r waren,
konden maar weer den omweg langs Heusuéi»
maken.
Een prettig baantje bij zoo'n wind en een
heel tijdverlies. Er zija inwoners van Drou-
gelen, die dit in korten tijd reeds driemaal
zoo getroffen hebben.
En die ellendige toestand blijft maar voort
duren 1
Onze kamer van koophandel doet wat ze
kan en houdt niet op met bezwaarschriften
indienen; maar helaas, tot dusverre had ze
nog geen succes, evenmin als de petitie in
dertijd door honderden ingezetenen uit de
aangrenzende gemeenten opgezonden.
Ons gemeentebestuur kon, dunkt ons in
deze ook wel weer eens zijn stem doen hooren
en desnoods bij den minister zelf Waalwijks
belangen persoonlijk bepleiten.
En dan de afgevaardigde ter tweede kamer
voor het district Waalwijk 't Kan zijn dat
hij, zonder dat iemand er iets van merkt, zeer
in ons belang werkzaam is, maar dan gebeurt
dat toch heel, heel stilletjes en de resultaten
zijn in alle geval ook totaal nul.
Verdiend loon zullen wellicht velen ons
toeroepen, en iets anders te verwachten zou
enkel getuigen van verregaande naieveteit.
Muziek voor niets
Bij de firma M. J. H. Kessels te Tilburg
verscheen dezer dagen eene groote fantaisie
voor piano (tweehandig) over Oud Holland
sche Liederen (van A. Valerius 1626) bewerkt
door Joh. Coenen. orkest-directeur van het
Paleis van Volksvlijt enz. te Amsterdam. Dit
muziekstuk met fraaie tite,r>Wt. waarop een
schoon en goed gelijk..nel portrci ran H. M-
koningin Wilhelmina prijkt, is in fijnste gravure
en op best papier gedrukt. De liederen 't
Oude Wilhelmus, 't Ontzet ven Bergenopzoom,
Bede voor 't Vaderland, Spotlied op de Bossu
Dankgebed, Afscheid, Krijgslied komen er
alle in voor en zijn zoodanig bewerkt, dat
het stuk zeer gemakkelijk zelfs voor min
gevorderde pianisten te spelen is. Dit
omvangrijk, voor iedere gelegenheid passend
muziekstuk (8 pagina's) wordt gedurende de
maand December elk muziekliefhebber die
er om vraagt, franco en gratis toegezonden.
Wij raden de pianospelers aan van deze
gelegenheid gebruik te maken; ze is gewis
meer dan voordeelig.
Vee-invoer in Belgie.
Tengevolge eener misstelling in den Bel
gischen Moniteur van 29 November 11., zijn
in de Nederlandsche Staatscourant van den
30 dier maand no. 282 als dagen van open
stelling van het tolkantoor Esschen voor den
invoer van vee uit Nederland in Belgie ver
meld Zondag en Woensdag, hetgeen zijn
moet Maandag en Woensdag. (St. Ct.)
Door den minister van binnenlandsche
zaken, is aan de commissarissen der koningin
een circulaire toegezonden, waarin wordt me
degedeeld, dat het in het voornemen der
Belgische regeering ligt, al het thans in Belgie
in te voeren vee te doen keuren en slechts
de beesten toe te laten, welke niet bevonden
worden te zijn lijdende aan of verdacht van
tuberculose of eene besmettelijke veeziekte.
Aangezien het allicht een minder gunstigen
indruk zou maken, zoo er inderdaad, of althans
in eenigszins groote getale, aan de grenzen
beesten werden afgekeurd, zijn de commis
sarissen verzocht, de aandacht van burgemees
ters spoedig op het bovenstaande te vestigen,
en daarbij de uitnoodiging te voegen om in
overleg met den districts veearts, maatregelen
te nemen, opdat zooveel mogelijk toegezien
worde, dat de op de veemarkt met bestemming
naar Belgie verkochte dieren in gezonden
toestand verkeeren.