ummer 13. Donderdag 13 Februari 1896. 19' J aargaDg oegewijd aan Hanc!el5 Industrie en Gemeentebelangen» Gemeenteraad van Waalwijk, De Bankiersvrouw. ANTOON TIELEN, FEUILLETON. 5V UITGEVER- Waalwijk. De Echo van bet Zuiden, Huhykxfir en Langslraatsebe (ouranl, Dit Blad verschijnt Woensdag en Zaterdagavond Abonnementsprijs per 3 maanden I' 1,—. Franco per post door het geheele rijk f1,15. Brieven, ingezonden stukken, gelden enz., franco e zenden aan den Uitgever OPENBARE VERGADERING op Vrijdag 7 Februari 1895, n/to. 7 ure. Tegenwoordig alle leden met uitzondering van den heer Baijens. Voorzitter de burgemeester. De voorzitter opeut de vergadering. De notulen der vorige worden na voorle zing vastgesteld. Aan de orde I. Ingekomen stukken. a. Besluit van gedeputeerde staten, hou dende goedkeuring der gemeentebegrooting voor 1896 b. Idem van de verhooging van salaris voor den onderwijzer Van der Heijden; c. Schrijven van gedeputeerde staten, dat zij de goedkeuring van 's raads besluit, be treffende de verandering van den dag der laatste jaarmarkt in October, aanhouden tot na het inwinnen van de gewone inlichtingen bij andere gemeenten; d. Kennisgeving van den heer J. B. Tim mermans, dat hij aanneemt zijne benoeming tot lid van het R. C. Gasthuisbestuur; c. Idem van den heer F. A. Baijens, dat hij niet aanneemt zijne benoeming tot lid der gascommissie f. Verzoekschrift van den veldwachter Froklage, luidende als volgt Aan den raad der gemeente Waalwijk Geeft eerbiedig te kennen Jan Froklage, ge meente veldwachter: Dat hij ten zeerste waardeert 's Raads goede bedoelingen ten zijnen opzichte, geblekenfuit de besprekingen en handelingen betreffende zijn verzoekschrift van 12 October j 1 Dat hij echter vernomen heeft, dat niet het slof van zijn verzoekschrift in de vergadering van 4 November daaraanvolgende is voorgelezen, of althans niet duidelijk verstaanbaar is voorge lezen, wat oorzaak zal zijn geweest dat van zijn verzoek is afgeweken, en besloten is naar aan leiding van een gezegde van den heer lloft'mans. Gemelde heer zeide in die vergadering „Froklage «-is natuurlijk een goed politieman. Maar hij heeft 9 Terwijl hij daar zat, kwamen minstens tien agenten en politiebeambten, idie iederen morgen bij den commissaris rapporten moesten brengen en die hem allen even nieuwsgierig opnamen. Allen hadden dezellde opinie en hetzelfde oordeel over hem. Zij zeiden: het is een wel gemoede dief, of wel: die jongen is veel te kalm, die moet goed bewaakt worden. Toen men hem zeidat het rijtuig op hem wachtte, stond hij dadelijk op, maar voordat hij de trap afging, vroeg hij toestemming een sigaret te mogen opsteken, wat goedgekeurd werd. Bij de straatdeur staat gewoonlijk een bloe menmeisje; hij kocht haar een bosje viooltjes af. Toen de vrouw, die begreep dat hij gearré.-teerd werd, hem als dank een Geluk, mijnheer, toeriep, scheen hij door dit buitengewone bewijs van deelneming aangedaan te worden en antwoordde:dank jewel vrouw- tje, maar het geluk loopt mij al lang niet meer na. Het was prachtig weer, een heerlijke lentedag. Toen Prosper langs de rue Montmartre reed stak hij verscheiden malen het hoofd buiten het portier en beklaagde er zich glimlachend over, dat men hem bij zulk mooi weer gevangen nam. Ja, zei hij, het is opmerkelijk, maar nog nooit had ik zulk een lust, te gaan wandelen. Een zijner bewakers, een groofe, dikke man, schaterde het bij die verklaring uit en zei: dat kan ik best begrijpen. Terwijl men aan de griffie de noodige formali teiten vervulde, antwoordde Prosper met min achting en trots op de onvermijdelijke vragen die hem gedaan werden. Blaar toen men hem gezegd had, zijn zak te ledigen en hem daarna te doorzoeken, brak er een blik van verontwaardiging uit zijn oogen en dadelijk daarna een traan, die op zijn heete wan gen terstond verdroogde. Blaar dat duurde maar een oogenblik. Iiij liet gewillig met zich handelen en hief zijn armen op Advertentiën 1 7 regels f0,60daarboven 8 cent per regel, groote letters naar plaatsruimte. Advertentiën 3maal ter plaatsing opgegeven worden 2raaal berekend. Advertentiën voor Duitsch* land worden alleen aangenomen door het advertentiebureau van Adolf Steinek, Hamburg. Reclames 15 cent per regel. *meer buitenkansjes. Nu hebben burgemeester en „wethouders een lijstje opgemaakt waaiop al die buitenkansjes voorkomen;" Dat -daarop besloten is om f 70 gulden uit te tiekken voor al de baantjes, die op dat lijstje voorkomen; r J Dat hij adressant geen lijstje gezien heeft, en bijgevolg niet weet welke baantjes daar al of niet °P voorkomen, maar hij niet'kan begrijpen de noodzakelijkheid van zoo'n lijstje, tenzij men er een nevenbedoeling bij heeft. van-, ,^en, .'ieer burgemeester vernomen heeft dat, wilde hij aanspraak op de 70 gulden maken, hij ook dan moest bekleeden de betrek king van wijkmeester; Dat hij niet heeft gevraagd om het wijkmees terschap, overtuigd als hij is, zulks niet te kunnen doen voor zoo geringe bezoldiging, daar men dat baantje elders met f 150 a 200 gulden beloont, en wel voor eéne wijk; Dat hij den raad verzocht de goHheid te willen hebben een sommetje te zijnen behoeven uit te trekken voor zijne bemoeiingen in zake den hoof- d el ij ken omslag, zooals dan ook door de be- groo.'ingscommissie goedgunstig is voorgesteld, i fv i j onjuist is, dat hij voor zijne baantjes heeft bedankt, maar dat hem de baantjes onmo gelijk zijn gemaakt, waarom hij die met 1 Januari heelt moeten laten varen; Dat hij hier steeds van af 21 Mei 1886 als veldwachter werkzaam is en meent zich te kunnen beioeraen op eerlijkheid en trouw, zonder zich aan vutenj te hebben schuldig gemaakt, terwijl lnj de gemeente in vele opzichten groote voor deden Jiecft aangebracht, zooals duidelijk om schreven is in bovenbedoeld verzoekschrift; Dat h.j genoeg vertrouwen in den raad stelt om te durven verwachten, dat uw geacht Oollegie wederkeerig adressants geldelijke belangen niet zal uit het oog verliezen, maar die naar billijk- mri .v°01'staan> redenen waarom hij zich tot UEci. Achtb. Oollegie wendt met beleefd verzoek: 'Gat het UEd. Aclitb. zal behagen zijn *vast salaris met f 50 te willen verhoogen, ^gelijkstaande met het verlies der baantjes, «plus een gratificatie voor de drie jaren door „Hem gewerkt in zake den hoofdeiijken om- //SJag, of wel de baantjes terug op' de oude voorwaarden, plus f 20 voor werkzaamhe- cu 'n zAïe hootdelijken omslag, en een ^gratificatie voor de bewezene diensten." waalwijk, 't Welk doendej 23 Januari 1896. j. FROKLAGE. De voorzitter//burgemeester en wethou ders stellen voor aan adressant voor bewezen terwijl een paar brutale handen hem van top tot teen betastten, om zich te overtuigen, dat er on der zijn kleeren geen enkel verdacht voorwerp was. Die onderzoekingen zouden misschien nog op een brutalere wijze gedreven zijn als er niet iemand tusschen beide was gekomen, een heer van middelbaren leeftijd met een gedistingeerd uiterlijk en die een witten das en gouden bril droeg en zijn handen bij de kachel warmde alsof hij bij zich thuis was. loen hij Prosper met de twee agenten zag binnenkomen, keek hij verrast op en scheen zeer bewogen; hij kwam zelfs naar voren, om den ge vangene aan te spieken, maar hij bedacht zich en deed het niet. Hoe verward de kassier ook was, bemerkte hij toch dat de oogen van dien man onophoudelijk op hem gevestigd waren. Kende hij hem dan oe lnj zich ook bedacht, hij herinnerde zich niet, hem ooit gezien te hebben. Deze man, die den indruk maakte van een kantoorchef was niemand anders dan de bekende ambtenaar der politie mijnheer Lecoq. Op liet oogenblik, dat de agenten, die Prosper onderzochten, aanstalten maakten, zijn laarzen uit te trekken een vijl of een ander'werktuig ne men toch zoo weinig plaats in gaf mijnheer Lecoq een teelten en zeihei is voldoende. De anderen gehoorzaamden. Toen alle forma liteiten vervuld waren, geleidde men den onge lukkiger, kassier naar eeue nauwe cel, wuarna e deur, die met zware ijzeren sloten voorzien was, achter hem gesloten werd; hij herademde, hij was alleen. Ju, hij dacht dat hij alleen was, geheel alleen, maar hij wist niet, dat de gevangenis van glas is en dat de daarin gezetene er in gezien wordt als een klein diertje onder de microscoop van een natuur onderzoeker. Hij wist niet, dat de muren er waakzame ooren hebben, dat voor de openingen altijd fie^-lende oogen zijn. Hij was er zo0 iT van alleen te zijn, dat zijn trots zich nu„. ieri;jk in een tranenvloed lucht gal, het masker an"óuverschilligheid viel af. Zijn zoolang ingehouden woede barstte nu los als een vuur, dat na larigsmeulen alle brandbare stoffen ui (gedroogd heeft. Hij wond zich vreeselijk op. Ilij schreeuwde, lootte vloeken en verwenschingen uit. Hij sloeg diensten in zake hoofdeiijken omslag toe te kennen voor eens eene som van f 25. De heer Verbunt: „en de andere baantjes.» De voorzitter: die hooren bij burgemeester en wethoudersdie zullen zorgen dat die behoorlijk vervuld worden." De heer Verbunt: „maar als hij die baantjes niet heeft, lijdt hij geldelijk nadeel." De voorzitter: »dat is zijn zaak; hij had dan niet moeten bedanken." De heer Verbunt„ik geloof dat het ge makkelijk is een veldwachter te krijgen, maar lastiger om er af te komen. Froklage is steeds een goed politieman geweest, daarom zou ik hem eenige tractementsverhooging willen zien toestaan als hij de bijbaautjes moet missen, opdat zijn ijver niet verflauwe. Ik stel daarom voor zijn tractemeut met f25 te verhoogen." De heer Van Schijndel„f 25 voor ééns voor bewezene diensten is zeer gering, want hij heeft veel gedaan voor de gemeente; ik weet o. a. zeker dat om iemand te noemen, mijn schoonmoeder twee jaar op het kohier vergeten is, en dit is eveneens met verschei dene [andere ingezetenen 't geval geweest f 50 is daarom zeker niet te veel." De voorzitter„in antwoord aan den heer Verbunt het volgende: als Froklage blijk zou geven minder ijverig te zijn, dan zou het hoofd der politie hiervan aan den commis saris der koningin kennis geven; onmiddellijk zou dan een klacht tegen hem worden inge diend en dan zou zijn positie, om redenen den leden niet onbekendaan een zijden draadje hangen. Ik beaam, dat hij een goed politieman is, heel goed zelfs; ik heb alleen maar willen zeggen wat zou gebeuren, als hij zich minder actief toonde. Overigens ga ik geheel mede met den heer Van Schijudel, dat Froklage in zake den hoofdeiijken omslag goede diensten bewezen heeft aan de gemeen te en haar verscheidene honderde gulden voordeel bezorgd. Ik ga daarom gaarne mede met het voorstel van den lieer Van Schijndel om hem voor eeDS f 50 toe te kennen." De heer Vei bunt „maar de baantjes die met zijn vuisten in een nieuwen aanval var: woede tegen de muren, maar hij was onmachtig als een gevangen roofdier in een kooi. Prosper Bertomy was dus niet wat hij scheen te zijn. Die trotsche, kalme heer, die zoo koud als marmer was, had hevige hartstochten in zich en een driftig karakter. Eens op een dag, toen hij bijna vierentwintig jaar oua was, had de eer zucht zich van hem meester gemaakt. Terwijl hij zich tengevolge van zijn omstandigheden, alle wenschen moest ontzeggen, zag hij om zich heen al die rijke lui, voor wie het geld de sleutel tot (1e tooverwereld is en hij benijdde hen. Hij zocht den oorsprong en afkomst van de machtigste mannen op, die aan het hoofd van financieele ondernemingen staan, en rond dat zij bij het begin hunner loopbaan grootendeels nog minder bezaten dan hij. Hoe waren zij dan zoo hoog opgeklommen? Door middel van energie, schranderheid en volharding. Voor hen was de vruchtbare ge dachte hetzelfde geweest wat de wonderlamp in Aladin's handen was. Hij zwoer hen na te volgen en het zoover te brengen als zij. Vanaf dien dag legde hij mei een wilskracht, die veel meer voorkomt dan men vermoedt, zijn geestdrift aan banden. Hij vervormde niet zijn karakter zelf, maar wel het uiterlijke. En zijne pogingen waren niet mislukt. Men had vertrouwen in zijn gedrag en in zijne ma nieren. Zij, die hem kenden, verzekerden, dat hij er wel zou komen. En daar was hij nu in de gevangenis, beschuldigd van diefstal, dat wil zeggen verloren. Want hij bedroog zichzelf niet. Hij wist, dat de man, die schuldig of onschuldig verdacht is geweest, evenzoo gebrandmerkt is als vroeger de galeiboeven, bij wie met gloeiend ijzer de letters op hun schouders ingebrand werden. Waartoe zou hij zich dus verdedigen? Waartoe een overwinning behalen, die toch de smet nooit afwasschen kon? Toen de bewaarder 's avonds zijn eten kwam brengen, vond hij Prosper luid weenend op zijn bed uitgestrekt, het gelaat met de handen bedekt. Ach, nu hij alleen was, had hij geen honger, onoverwinnelijke verdooving overviel hem. Zijn wil was gebroken. De lange verschrikkelijke nacht kwam en voor hij nu kwijt is, kunnen daardoor niet ge compenseerd worden." De voorzitter„we hebben hier niet te maken met den veldwachterdie is goed maar we hebben te doen met den aflezer met den klokkenist en die deugt niet, omdat hij gezegd heeft die functies niet meer waar te nemen; deze heeft het dagelijksch bestuur gecompromitteerdik weet waarlijk niet waardoor het waarnemen dier betrekkingen hem onmogelijk is gemaakt." De heer Verbunt„er zijn bij de vroegere andere baantjes bijgevoegd o. adat van wijkmeester.» De heer Van Schijndel„ik denk dat Froklage voor die baantjes wel weer in aan merking zal kunnen komen." De voorzitter: »zoo denkt u er over, maar burgemeester en wethouders zijn misschien van ander gevoelen." De heer Timmermans Wz. „ik wensch alleen op te merken dat noch de burgemees ter, noch de wethouders eenige schuld hebben; de raad heeft bepaald dat voor de verschil lende betrekkingjes f70 zou worden betaald en het dagelijksch bestuur voert dat besluit uit." De heer Gragtmans „ja maar de baantjes die er bijgevoegd zijn, zijn niet genoemd De heer Timmermans „ik ben daarvoor niet verantwoordelijk want was niet tegen woordig in de vergadering waarin deze aan gelegenheid behandeld werd." De heer Quirijns „de bedoeling van den raad was f 50 voor alle baantjes van vroeger en dan t 20 meer voor den hoofdeiijken omslag. De voorzitter: »dat doet nu niets af: hij heeft voor de vroegere baantjes bedankt. De vraag is nu of de raad bereid is Froklage een gratificatie te geven." De heer Verbunt»ik stel voor hem een gratificatie te geven van f 50 voor bewezene diensten en f 25 'sjaars verhooging van salaris." De voorzitter: »wenscht u aan die verhoo ging van salaris te verbinden eene conditie, b.v. dat hij daarvoor zal moeten werkzaam het eerst van zijn leven kon hij den tijd meten naar de gelijkmatige stappen van den rondgaan- den wachter. Hij leed ontzaglijk. Tegen den morgen viel hij in slaap en hij sliep nog, toen de stem van den cipier aoor zijn cel weerklonk. Kom mijnheer, u moet verhoord worden Hij sprong op, dus hij zou ondervraagd worden. Ik ga mee, zeide hij, er niet aan denkend de wanorde, waarin zijn toilet verkeerde, even te herstellen. Onderweg zeide zijn bewaker tot hem U hebt geluk, ge hebt met een besten man te doen en de bewaarder had gelijk. Biet een buitengewone scherpzinnigheid begaafd, flink, vrij van vooroordeel, evenmin misplaatst medelijden gevoelend als bijzondere strengheid uitoefenend, bezit den heer Patrigent in hooge mate alle eigenschappen, die de teere en moeie- lijke taak van een rechter van instructie vereischt. Misschien ont-breekt hem de koortsachtige leven digheid. die soms noodig is, om vlug en juist te treffen, maar hij heeft een buitengewoon geduld, dat door niets vermoeid of ontmoedigd wordt. Hij is bijzonder knap er in, om gedurende een paar jaar een zaak te onderzoeken zooals hij het met die der Belgische bankbiljetten deed, waarvan hij eerst na vier jaren de resultaten der onder zoekingen tot een geheel vereenigde. Daarom bleven in zijn afdeeling ook de langdurige en onderbroken zaken hangen, evenals de onvolle dige processen. Zoo is de man, naar wien men Prosper voerde, zoo nauwkeurig mogelijk beschreven; men leidde hem langs een zeer m jeielijken weg. Blen liet hem door een lange gang gaan, door een zaal vol agenten, dan een trap af; vervolgens door een soort sousterrain en daarna een lange steile trap beklimmen, waaraan geen eind scheen te komen. Eindelijk kwam hij in een gang waar vele genummerde deuren uitkwamen. YVij zijn er, zei de portier, hier zal uw lot beslist worden. Bij deze op een medelijdenden toon gesproken woorden, overviel Prosper een huivering.Toch was het de waarheid, achter die deur was een man, die hem zou ondervragen en van zijn antwoorden hing het af of hij verlost zou worden of dat 't bevel van inhechtenisneming, dat men gisteren uitge vaardigd had, gehandhaafd zou worden. Wordt vervolgd.

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1896 | | pagina 1