Nummer 89. Donderdag 5 November 1896» 19 Jaargang. Abonné's! Leest dit s,v,p. Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen. ANTOON TIELEN, SOLIDITEIT. FEUILLETON. UITGEVER: Waalwijk. 30 cent. De Echo van het Zuidea Waalwyiischc en Lugstnitsde Cinrairf, Dit Blad verschijnt Woensdag en Zaterdagavond. Abonnementsprijs per 3 maanden f 1, Franco per post door het geheele rijk f 1,25. Brieven, ingezonden stukken, gelden enz., franco te zenden aan den Uitgever Advertentiën 1 7 regels f0,60; daarboven 8 cent per regel, groote letters naar plaatsruimte. Advertentiën 3maal ter plaatsing opgegeven worden 2maal berekend. Advertentiën voor Duitsch- land worden alleen aangenomen door het advertentiebureau van Adolf Steiner, Hamburg. Reclames 15 cent per regel. Uitsluitend voor de Abonné's op dit blad of zij die zich daarop abonneeren, heeft de uitgever tot 1 Januari 1897 een tot den laatsten tijd bijgewerkte Landkaart van Nederlandwaarop alle plaatsen en ge huchten voorkomenbenevens het plan tot droogmaking van de Zuiderzee, verkrijgbaar gesteld tegen den geringen prijs van slechts Voor niet abonné's is de prijs dezer Land kaart fl.50. De Landkaart is groot 85 bij 71 cM. Abonné's, die de Landkaart verlangen gelieven de Bon op de vierde pagina uit te knippen en duidelijk ingevuld met naam en woonplaats aan den looper ter hand te stellen of aan het Bureau in te zenden. Zij, die de courant per post ontvangen, zenden de ingevulde Bon met 35 cent aan postzegels aan DEN UITGEVER. Ziet daar nu eens eene hoedanigheid, waarvan onze tijd niet veel begrip meer schijnt te hebben. „Onze tijd", dat is natuurlijk een beeldspraak, om de menscheu aan te duiden, die ons de eer hebben aan- gedaau ongeveer tegelijk met ons het leven te genieten of te doorworstelen en doorgaans zijn wij eerlijk genoeg om de beschuldigingen, die wij tegen hen meenen te moeten in brengen, ook een weinig op onszelven toe te passen, als een middel om hen niet al te zeer te vertoornen. Echter zij men wel indachtig, dat wij hier niet als aanklager optreden, maar als de echo vau hetgeen algemeen beweerd wordt. En, laten wij erkennen, men overstelpt ons met zooveel bewijzen ot liever aanwijzingen, dat wij er stil onder worden en ons den moed Wat er in die oogenblikken in zijn ziel omging kon alleen de hemelsche Vader, op wien hij zich beriep en wiens oog alleen in de geheimen van zijn gemarteld geweten kon lezen, weten. Het was allen bekend dat zijn hart gebroken was en dat hij worstelde met eene zielesmart, die dreigde zijne lichamelijke kracht te overwel digen. Hij scheen bewust dat men hem aanzag. Hij richtte het hoofd op en stond langzaam en met moeite op, gereed de kamer te verlaten. Zijn gelaat deed ieder, die hem aanzag, ontstellen. Zijne stem was gebroken. Ik kan slechts weinig zeggen, stamelde hij. Mijne houding in deze tusschen mijn plicht en de natuurlijke liefde voor mijn zoon is eene verschrikkelijke en moeielijke. Ik kan niets doen. Ik kan zelfs niet denken wat het beste in deze zou zijn. Ik geef de zaak in uwe handen Melbury. Hij richtte eer. oogenblik de oogen op het zenuw achtig gelaat van den baron. En in de uwe Rutherford. Hij zag zijn neef aan en die blik gaf nadruk aan zijne woorden. Toen wendde hij zich om en ging wankelend naar dc deur. HOOFDSTUK XI. Waarin miss Blake in een nieuw daglicht GESTELD WORDT EN FRANK ANSON MET DE VERZOEKING WORSTELT. Ieder die lord Melbury's gangen toevallig dien merkwaardigen dag bespied had, zou hem om streeks vier uur in den namiddag in het Park hebben kunnen zien slenteren. Ik zeg ^slenteren" want.inderdaad zijn gar.g was onzeker. Hij scheen te peinzen. Zijn gerim peld gelaat had sedert den morgen veel van zijne frischheid verloren en vertoonde een onaange name uitdrukking. Het was wellicht gelukkig dat hij zich toe- llig omkeerde toen in de naderende schemering voelen ontzinken, legen de gevolgtrekking op te komen. Die Hollanders van vroeger dagen, voor ons volk de «smetten" van Fransche wuftheid en van andere uitheemsche narigheden op zijn rein gewaad zag kleven, dat waren eerst door en door solide menschen In hun da- gelijksch leven zoo regelmatig als een zand- looper, zonder ooit aanvechtingen te gevoelen tot buitensporigheden, als daar zijn nachtelijke braspartijen met of zonder burengerucht alles precies op zijn tijd en in de juiste maat, altijd bedaard, zonder overijling, eerst be sluitende na rustige overweging, maar dan ook onwrikbaar bij de uitvoering. Hun ver bintenissen, al waren ze slechts mondeling aangegaan, onherroepelijk als stonden zij op zegelhun vriendschapsbetrekkingen, vast als eene alliantie van twee volken. Wie met hen handel dreef, kreeg het zelf niet in de gedachte, eenigen twijfel te koesteren aan gaande de qualiteit van het geleverde en kon er op aan dat hij niets meer dan een billijken prijs betaalde. Aanziet ook de gebouwen, die zij hebben nagelaten ,voor zooverre de schen dende hand des sloopers ze nog niet tegen den grond heeft geworpen dat stond daar, als ware het bestemd om een ni ruwen zond vloed te trotseeren. De kleeding, die zij aanschaften, kon het een geheel menschenle- ven uithouden en was dan nog stevig genoeg om er, in gewijzigden vorm, een stamhouder mede op te knappen de meubelen in hun eenvoudige maar toch gezellige woonkamers, de tand des tijds kon er lang aan knagen, eer eenig teekeu van verval was te bespeuren. Kortom, alles even solide en degelijk. Het gewone spraakgebruik hecht aan het woord „soliditeit", op menschen toegepast, de beteekenis van „prompt in het betalen". En dat is een teer plekje om er den vinger op te Iqggen. Toch veroorloven wij ons een vraag. In heel vroeger tijden had een schuld- eischer, die niet aan zijn geld kon komen, het recht den schuldenaar in zijn dienst te nemen, ja in sommige gevallen, als er aan geen afdoening te denken viel, hem als slaaf eene vrouwelijke gedaante over het gras naar hem toekwam. Het was eene zeer onbeduidende vrouw, onbevallig, hoekig en kon in het minst geen aanspraak maken op schoonheid. Het was miss Blake, de gouvernante en huis houdster van Doveney House. Ze naderde lord Melbury met eene schaamtelooze vertrouwlijklieid, welke voldoende was om te bewijzen dat liet onderhoud, hetwelk ze blijkbaar met hem zocht, niet het eerste was dat zij samen hielden. Lord Melbnry, riep ze zacht, zich tot hem wendende. Hij keerde zich om en zag haar verrast aan. Miss BlakeHij zweeg een oogenblik. Ge wildet mij spreken Ja, ze stond vlak voor hem, ik wilde u spreken over de verloving van George Taxter en uwe nicht, miss Harvey. Ik wenschte dat ge uw gezag liet gelden en dat huwelijk verboodt. Het verbieden hij zag haar verwonderd aan. Maar, mijn waarde miss Blake, dat kan niet, onmogelijk Ik heb reeds mijn toestemming gegeven. Ik dacht niet ik kon het natuurlijk niet voorzien dat gij er op tegen zoudt heb ben. Ik kan niet gemakkelijk mijn woord terug trekken. Welke reden kunt ge er voor hebben Vragend zag hij haar aan; ze verdroeg onver schrokken zijn blik. Ik dacht niet dat ge mij naar de reden er van zoudt vragen, zei ze bedaard, op verwon derden toon. Gij hebt mij eens gezegd, dat, indien het ooit in uwe macht was iets voor mij te doen, het u aangenaam zou wezen. Die gelegenheid is thans gekomen en ik dacht dat ik op uw woord kon rekenen. Hij wendde met eene ongeduldige beweging het hoofd terzijde en een plotselige blos, deels van schaamte, deels van woede, steeg naar zijn gelaat. Ge hebt gelijk, zei hij met droge stem. Ik, die zoo goed door u geholpen werd, heb niet het recht de reden te vragen. Het moest mij genoeg zijn dat ge iets wensclit, dat gedaan moet worden. 'Zeer goed. Ik geef u mijn woord, dat het huwelijk niet zal doorgaan. Dat wil zeggen, in zooverre ik het verhinderen kan. Meer kan ik niet beloven. En intusschen had Frank Anson een nacht en te verkoopen. Als dat nu nog kon, zouden dan wel zooveel menschen met het geld van een ander goeden sier maken, of zich dingen aanschaffen, die zij niet betalen kun nen En als nu de wet den debiteur be schermt tegen machtsmisbruik, is dan niet deze aan zichzelven verplicht, de rechten van den crediteur te eerbiedigen of te maken dat niemand ooit in deze betrekking tot hem komt te staan In alle beschaafde landen heeft men een wetgeving op het faillissement, en bij ons is men nu zoover, dat zij ook de personen omvat, die niet tot de handelaars behooren. Doch zou, als de grondslag van elke transactie met geldelijke verantwoorde lijkheid een welgevestigd vertrouwen op el kanders soliditeit was, de toepassing dier wetten zoo menigvuldig zijn, als thans het geval is? Crediet is voor den handel noodzakelijk het is het middel om winst te behalen met geld dat men zelf niet bezit. Bestond het niet, moest elke levering vergezeld gaan van contante betaling, de omzet van goederen zou oneindig geringer zijn,handel en nijverheid zouden in hun ontwikkeling belemmerd wor den, en het algemeen belang zou daar zeer onder lijden. Maar des te meer 90k dringt de eisch, zorg te dragen dat het vertrouwen gegrond zij. Tegen ongelukken is niemand gewaarborgd wanneer men echter de licht vaardigheid ziet, waarmede soms zaken" worden ondernomen, en opmerkt, hoe degenen, die later de slachtoffers worden van zulk een in de lucht hangend bedrijf, toen het er op aankwam naar eenige waarborgen te vragen, dit eenvoudig hebben nagelaten, ja, dan moet er toch wel iets van aan zijn, dat soliditeit niet de hoedanigheid is, die met genoegzame zorg wordt aangekweekt. En dan als men let op hetgeen wordt aangeboden, dus op de stoffelijke zijde van het vraagstuk, gelooven we ook, dat er reden is tot klacht. Laat het waar zijn, dat we minder behoefte schijnen te hebben aan de eeuwen-tartende arbeidsproducten van vroeger; we zijn bewegelijker geworden, schijnen meer een dag in zijne enge cel in de stadsgevangenis te Malliscombe doorgebracht. Hij had den nacht na zijne inhechtenisneming niet geslapen, was zelfs niet gaan liggen, doch had gedurende die vreeselijke uren zijne cel op en neer gewandeld. Hij was eenige dagen tevoren zoo volmaakt gelukkig geweest, dat hij bijna vergeten was dat hij een paria, een vluchteling was, gedwongen zich te verbergen, wilde hij niet den dood tegemoet gaan. Het leven had opnieuw voor hem gebloeid; de zekerheid van Madeline's liefde, welke hpm eene trilling door de aderen gejaagd had, bedwelmde hem geheel door de verleidelijke gedachte van geluk en vrijheid. In de eerste verrukking van hernieuwde hoop, had hij zich voorgesteld dat liefde alleen het bittere verleden kon te niet doen en de muren omverhalen van datgene wat hem scheidde van geluk en toekomstige eer. Hij was dwaas genoeg geweest te denken, dat die muren, door harde omstandigheden opge bouwd, weg zouden zinken onder den invloed van eene reine vrouwenziel. En op den avond van den gelukkigsten dag zijns levens was het verraad gekomen. De hand van het gerecht, welke hij vier jaren lang ont weken had, was ten laatste toch op zijn schouder gelegd Wie had hem verraden? Madeline niet, noch Priscilla Addington. Er moest iemand anders zijn. De een of ander moest hem op straat herkend hebben. Het scheen hem niet mogelijk; in aan merking nemende dat zijn uiterlijk zoo zeer veranderd was, en het feit dat slechts een paar personen die hij altijd zorgvuldig ontweek hem wellicht in vroegere dagen ontmoet hadden. Wellicht was het Rutherford Roper geweest. Ilonderde malen in onrustige droomen was hij op deze crisis voorbereid geweest, totdat eindelijk de slag gevallen was. Hij had zelfs ingezien dat de vrijwillige op offering van zijn leven voor dat van zijn vader om zijn vaders eer te reddenniet volmaakt zou zijn voor hij het met zijn bloed voltooid had. In zijn hart had hij het aangenomen, er zich aan te onderwerpen. Doch thans was de zaak ver anderd. Liefde had hem toegelachen en zijn eigen leven, van verandering te houden, offeren gaarne nu en dan op het altaar der mode Doch, hoe licht en dicht zijn ook soms de fraaie zaken, die men aanbiedt en waarmede de gelukkige bezitters zich opschikken, voor een maand of wat. „Mooi en goedkoop", zoo moet het zijn en men koopt meubelen, die kraken als men er tegen blaast, die ineen vallen als er niet heel voorzichtig mee wordt omgesprongen. Voor hetzelfde geld kon men iets meer „solide" van bewerking krijgen, maar dan zou het minder schitteren, en om het laatste is het meest te doen Wij zijn er niet op gesteld een jas te dragen, tot zij haar vijf en twintig-jarig jubileum in volle glorie kan vieren doch, een ander uiterste zijn die extra-fraaie kleedingstukkendie voor weinige guldens zijn te bekomen, en bij de eerste regenbui de eigenschappen van het cameléon vertoonenkort daarna gevolgd door die van den kikvorsch der fabel, die zich overmatig opblies. Ja, zou hetwelbe schouwd, ook niet een soort van opgeblazen heid van ons zijn, die ei ons toe brengt het glimmende en ras vergankelijke te verkiezen boven hetgeen onder minder fraaie kleuren en vormen solider eigenschappen bezit We zouden hier nog veel aan kunnen toe voegen. Als we gaau spreken van den mo dernen huizenbouw met muurtjes van nie mendal, en die slechts door een gelukkigen samenloop van guostige omstandigheden be waard blijven voor inzakken vóór zij nog zijn voltooid als we de aandacht richten op hetgeen in den export-handel vertoond wordt, dan waren we het eerste uur nog niet uitgepraat. Doch we zouden dan slechts be kende dingen vertellenen hoe solide het geduld onzer lezers ook zijn moge, het zou ons misschien toch in den steek laten. Ver heugen we ons er maar over, dat er krachtige blijken van een meer gezonde opvatting om trent menschen en dingen merkbaar zijn; dat de behoefte aan soliditeit in onze betrek kingen, van welken aard ook, zoomede in de voortbrengselen van onzen arbeid, zich meer en meer doet gevoelen. De ondervinding vroeger waardeloos in zijn oogen, had zijn waarde herkregen, hem een doel gegeven in de toekomst. Hij liep zijne cel op en neer en de duisternis en eenzaamheid werden verlicht door twee vi sioenen, die zijn geestesoog voorbijdreven. Het eene was Madeline, schoon, beminnelijk, met zachte oogen, lachende lippen en een hand die naar hem opgeheven was, als smeekte ze hem haar lief te hebben; het andere was van een man een groot rechter, zijn vader met een edel eerwaardig voorkomeneen rookende revolver in de hand, terugdeinzende voor eenlijk. Een somber tafereel En terwijl het visioen van vrouwlijke bevallig heid hem smeekte te spreken en zich vrij te maken, vroeg het andere moorden afschuw om stilzwijgen, volharding, ja tot het einde toe. Telkens 'en telkens weer als in dien verschrik- kelijkcn nacht had hij berouw dat hij onschuldig was. Indien hij ir. werkelijkheid de misdadiger was, wa r men hem voor hield, zou zijn toestand kalmer, de veroordeeling die hem dreigde, minder verschrikkelijk zijn geweest. Doch nu was het de strijd die hem pijnigde de vreeselijke worsteling tusschen liefde en het verlangen naar zelfbehoud de twee sterkste natuurdriften in den mensch en den zichzelf opgelegden plicht zich voor zijn vader op te offeren. Eene korte verklaring, op een half velletje papier geschreven, zou binnen het uur een om keer in de omstandigheden brengen. Slechts eenige woorden konden hem in de sa menleving doen terugkeeren, hem de liefde in de armen voeren de liefde waarnaar hij zoo zeer verlangdeen den zwaren last van schande en ongenade van zijne schouders nemen, welks gewicht, van af den dag dat hij vluchtte, gedreigd had hem te vernietigen. Het zou ook het vuur dat in zijn binnenste woedde bedaren, en het Kaïnsmerk, dat hem op het voorhoofd drukte, wegnemen O de macht der vertwijfeling De angst, de strijd om haar te overwinnen. Ilij zag het gerechtelijk verhoor in tegenwoor digheid van alle rechters zijn verhoor; de doodsche stilte in het gerechtshof wanneer het

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1896 | | pagina 1