Nummer 101. Donderdag 17 December 1896. 19e Jaargao-
Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen.
ANTOON TIELEN,
FEUILLETON.
Staatkundig overzicht.
UITGEVER-
Waalwijk.
De omwenteling van het rijwiel.
Jnvtnt-:,CTOrqrj-.VI:-yi J'J!J'ig*.??'-J-!_'Ji!Woaiy^!üff°PjHWP
De Echo van bet Zuiden,
Waalwfjksche co Laugslraatsche Courant,
Dit Blad verschijnt Woensdag en Zaterdagavond.
Abonnementsprijs per 3 maanden f 1,
Franco per post door het geheele rijk fl,15.
Brieven, ingezonden stukken, gelden enz., franco te zenden
aan den Uitgever
Advertentiën 1 7 regels f0,60; daarboven 8 cent per regel,
gropte letters naar plaatsruimte. Advertentiën 3roaal ter plaatsing
opgegeven worden 2maal berekend. Advertentiën voor Duitsch-
land worden alleen aangenomen door het advertentiebureau van
Adolf Steiner, Hamburg. Reclames 15 cent per regel.
Een Amerikaansch maandschrift bevat een
aardige schets van den heer V. B. Bishop
over de verbazende veranderingen, die het
rijwiel bezig is te brengen in de maatschappij.
Dat daaraan eerlang een eind zal komen
gelooft hij niet. Niets zal minder gauw ver
dwijnen dan het wielrijden. 't Heeft er niets
van dat het slechts een voorbijgaande mode
zou zijn. Evengoed zou men kunnen voor
spellen da: spoorwegen, gas en electriciteit
zouden worden aigeschaft
We zijn een ras van Mercuriussen geworden
gevleugelde boden der Goden, en onze
vreugde bij het aanwenden onzer nieuwe
kracht zweemt naar een hartstocht. Niemand,
die niet wielrijdt, die die kent of begrijpt.
Niemand, die nog volkomen beseft welk een
maatschappelijke revolutiemacht 't rijwiel wor-
den zal.
Het is de eerste liefhebberij, die te gelijk
de kerk en het tooneel schade doet. De
kerken zegt de schrijver, en 'tkan voor
die van sommige gezindten in Amerika waar
zijn, lijden 't meest in kleine steden en
dorpen. Het aantal jonge toehoorders ver
mindert iedere week en het schijnt dat po
gingen om hen te trekken, door bijv. een
bewaarplaats voor hunne wielen aan te bieden,
niet helpen. Nog erger staat het met de
schouwburgen. „Het speelseizoen is overal
uit zoodra de wegen goed zijn voor het fietsen",
verklaarde een tooneeldirecfeur.
Het cfatsoen" verandert totaal.
Ouders moeten zich schikken in geheel
nieuwe wetten van welvoeglijkheid, opdat
hunne dochters het geliefkoosde vermaak
zullen kunnen genieten. Ze zouden er niet
aan deuken, haar zonder chaperone met jonge
mannen naar den schouwburg te laten gaan.
Mear dat zij samen fietsen wordt als volkomen
behoorlijk beschouwd.
Voorts hebben wielrijders althans in
Amerika een geheel nieuwe opvattiug van
beleefdheidsvormen ingevoerd. Zij spreken
elkaar aan op den weg; helpen elkander bij
een ongeluk en toonen telkens dat het rijwiel
in hun oog elk standsverschil wegneemt. Geen
andere sport bevordert zoodanig de goede
manieren, en een ongekunstelde en welwillende
houding tegenover iedereen. Het gezonde
genot, het gevoel van physieke behagelijkheid
brengt alle standen tot elkaar.
Doch het meest wint, volgens den schrijver
door dit openluchtvermaakhet huiselijk
leven.
Vader en zoons moeders en dochters,
echtgenooten, geheele gezinnen rijden samen
en voeren den geest van den familikring
met zich. Hier is eindelijk het vermaak, da:
de vrouw te gelijk met den man kan genieten
en dat na een jarenlang huwelijksleven, de
gezelligste dagen van voor dien tijd terug
brengt. Het is een nieuwe band tusschen
de leden van het gezin.
Van den invloed van 't wielrijden op de
nijverheid heeft men nog geen flauw begrip.
Juweliers en horlogemakers klagen, omdat in
plaats van horloges tegenwoordig fietsen
gegeven worden als nieuwjaars,, en verjaar
dagsgeschenken. De pianohandel in de V. S.
is het afgeloopen jaar 50 pCl. verminderd
meubelmakers lijden doordien onveranderlijk
rijwielen als geschenk verkozen worden boven
kastjes, schrijftafels of stoelen. Paardrijden
raakt uit de mode, groote verhuurders van
paard en rijtuig hebben moeten op doeken,
enz. Maar niet minder groot is de zijdeling-
sche invloed.
Het verbruik van sigaren is in dit jaar met
ongeveer een millioen per dag verminderd
en met 700 000.000 sinds de werkelijke
fietswoede uitbrak. De kleermakers verliezen
volgens hun zeggen ongeveer 25 pCt. van
hun werk, doordat klanten langer toe kunnen
met gemaakt gekochte fietscostumes. Schoen
makers klagen dat hun klanten niet meer
loopen hoedemakers, dat tegenwoordig zoo
veel petten gedragen worden. Winkeliers van
damesstoffen zeggen, dat zij voor 25 tot 50
pCt, minder aan dure japonstoffen verkoopen.
Een boekhandelaar in New York rekent, dat
hij van 't jaar niet minder dau 1.000.000
19
Wel, doodeenvoudig omdat heter mij te heet
werd, hernam hij. Ge kondt dat begrepen heb
ben, indien ge eenig algemeen begrip hadt. Wat
die aandeelen betreft, wel, er waren verscheidene
redenen, waarom ik ze kocht. De eene was om
mijn oom te behagen; hij zag gaarne, dat ik be
lang stelde ia de industrie, zei hij. De andere
redenen waren particuliere. Ik moest hier in
Malliscombe zijn en om hier te zijn moest ik
uiterlijke belangstelling toonen. En sir Edmund
zag niet gaarne, dat ik in niets doen mijn tijd
op Holcombe Park doorbracht. En dan.... Hol-
combe Park was nog te ver af, voegde hij er op
zachten toon aan toe.
Nog te ver at'? vroëg zijn vader achterdochtig.
Er kwam geen ander antwoord dan een don-
kerroode blos over de zachte wangen en het lage
voorhoold van den jongeman.
Obadiah Egerton lloper leunde voorover en
hief den smerigen wijsvinger op.
Ik geloof, dat gij om dat meisje, die Made
line Harvey hier blijft, riep hij op wreveligen
toon uit. De nicht van lord Melbury, die zich
niet ontzag gisteren in de gerechtszaal eene
openbare voorstelling harer genegenheid voor den
gevangene te geven.
Rutherford Roper lachte schamper.
Ik bemin haar wanhopig, krankzinnig en
vreerad genoeg, ik bemin haar meeromdat
Frank Anson mijn mededinger is. Wanneer ik
bedenk hoezeer hij haar noodig heeft, wordt mijn
besluit haar te bezitten, ijzersterk, sterk genoeg
om hem te dooden of haar of beiden.
Ge behoeft hem niet te dooden, zei de oude
man met een boosaardigen lach.
De wet is mooi op weg het voor u te doen.
Doch waar was het goed voor op haar te ver
lieven Ze heeft geen geld en zal liet ook niet
krijgen. En dan, onder ons gezegd, Reper Harvey
is geen slechte kerel, doch de dochter van een
misdadiger is niet de soort van vrouw, die de
erfgenaam van sir Edmund tot vrouw kan nemen.
verloren heeft door minderverkoop van boeken
en geschriften. Caféhouders lijden doordien
hunne zalen op mooie avonden verlaten zijn
en wielrijders, die hen bezoeken, slechts bier
en lichte dranken gebruiken. Het zonderlingst
is de klacht van een New-Yorksch barbier."
„Er is niets meer te verdienen" verklaarde
hij. „Vóór de fietswoede waren de menschen
gewoon op Zaterdagmiddag zich ïe laten
scheren en knippen, voor zij mar de komedie
of elders heengingen. Nu gaan zij erop uit
met hun fiets en 't kan hen niet schelen of
zij geschoren zijn of niet. Gij begrijpt waarom
die ons zooveel kwaad doet. Wie vandaag
zich niet laten scheren, kunnen wij het morgen
geen tweemaal doen. Die shave is voor
altijd verloren."
Veel van deze nadeelen duren slechts tij
delijk. Waar velen door het wielrijden ver
liezen, zullen ook velen winnen.
In Amerika is de waarde van den grond
merkbaar gestegen landhuizen zijn weer in
trek, de zin voor het buitenleven wordt
merkbaar aangemoedigd de ophooping der
bevolking in de stedeD wordt tegengewerkt.
Voeg verder bij de voordeelen den uitsteken
den invloed op de gezondheid; op de ver
betering der wegen op de verspreiding van
de beschaving der steden en van den eenvoud
van het platteland, en eerst dan wordt
duidelijk wat de omwenteling van het rijwiel
werkelijk beteekent. Volgens een gezagheb
bende schrijver, die de zaak vijf jaren lang
ernstig bestudeerde, zal het wielrijden meer
doen dan iets anders voor de gezondheid der
(Amerikaansche) vrouw en dus van het volk.
Frissche lucht en zonneschijn zullen, door
aan velen opgewektheid bij het werk, ver
trouwen in de menschen en den lust in 't
leven terug te geven, meer uitwerken dan
de meest philanthropische wetteu, die onze
teergevoelige en bezorgde tijd kan uitdenken.
Aan het feit van Antonio Maceo's dood
valt niet meer te twijfelenaan de vage
loocheningen der insurgenten onmiddellijk na
het bericht van Spaansche zijde, lag wel meer
de wensch dan de op goede gegevens ge
vestigde overtuiging ten grondslag, doch over
het hoe van zijn dood valt nog wel een en
ander te zeggen.
En men zegt er dan ook wel wat over ,en
wat men zegt strekt nu juist niet tot eer van
het fiere Spanje. Maceo zou niet gevallen
zijn in een gevecht zooals 't den kranigen
voorvechter voor vrijheid waardig was, hij
zou gestorven zijn aan vergiftiging: een of
meer van zijn volgelingen zouden zich hebben
doen omkoopen door de Spanjaarden en ter
nauwernood is Maximo een zelfde lot ont
komen. Daarom zou Maceo's lichaam niet
te vinden zijn Spanje zou er immers alle
belang bij hebbeu het verborgen te houden
voor ergdenkenden en al te nieuwsgierigen
De aauwezigheid van Maceo's dokter in de
Spaansche gelederen geeft ook te denken
Maceo's dood is voor hem het teeken tot
onderwerping of tot verraad geweest.
Een andere lezing is er ook nog Maceo
zou niet verslagen zijn door een zesmaal
kleineren troep Spanjaarden op weg naar
een samenkomst, waartoe hij genoodigd was
door generaal De Ahunada om te beraadsla
gen over den vrede, zou hij en zijn klein
gevolg overvallen zijn en verraderlijk ver
moord.
Zoo heel onmogelijk klinkt noch het ver-
giftigingsverhaal noch het relaas van den
overval 't is wel conform aan de gebruiken
en gewoonten van Spanje en om die daad te
begrijpen en te vatten de oorzaak van de
algemeene vreugde in Spanje, moet men weten
welke rol Maceo gespeeld heeft in den opstand
van 1868 tot 1878. Maceo was een mulat
zonder eenige ontwikkeling en toen in 1878
te Zaryou de vrede werd gesloten, trok hij
naar Spaansch Amerika en doolde rond om
bij de eerste gelegenheid opnieuw te beginnen.
Twee jaar lang hield hij zich met de pre
paratieven bezig, op het eiland zoowel als in
de Vereenigde Staten, en in April 1895 kwam
hij aan 't hoofd van 30 Cubaansche refugiés
Ware het nu nog eene van de Metbury's geweest...
Rutherford Roper legde hem door eene bewe
ging hei stilzwijgen op en begon langzaam het
vertrek op en neer te wandelen.
Het is ^Madeline's schoonheid, die mij bekoort,
zei hij. En wat haar fortuin betreft, ze zal wel
stellig wat van Melbury erven.
Ze is de schoonste vrouw, die ik ooit ontmoet
heb. En ik heb er niet weinig gezien ook.
En de gedachte dat ze een man uitverkoren
heeft, dien ik boven anderen ter wereld haat,
maakt mij ellendig.
Wat de oude Roger betreft, wat heeft hij met
haar te maken De Melbury's hebben de be
trekking tusschen hem en haar verbroken. Ze
wist zelfs niet, dat hij in de gevangenis was, tot
dat ik haar onlangs van het feit overtuigde. Ze
dacht, dat hij dood was. En ze had nooit de
hand in zijne zaken, ofschoon ik haar vertelde
van wel.
Hij lachte.
Ik vertelde het haar om haar in mijne macht
te krijgen. Indien ik geen macht over haar had,
zou ze mij nooit willen huwen.
Hij wandelde terug naar de plaats waar de
o.ude man zat en staarde recht voor zich uit in
het vuur.
Ze mag voor mij terugdeinzen zei hij plot
seling glimlachende, doch ze zal spoedig tot mij
komen. Ze kau zichzelf niet redden, ze is in
mijne macht.
En de dood van Frank Anson zal natuurlijk
de zaak ten onder brengen. Hij is niet jaloersch
op mij hij kent mij niet in mijne gedaante, Hij
weet niet dat ik het ben, die hem jaren lang ge
stadig door het slijk gesleept heb,
Indien hij het wist, hij lachte zacht binnens
monds, indien hij het wist, denk ik dat de ge
dachte, dat hij haar aan mij achter moest laten,
bitterder zou zijn dan de gedachte aan den dood.
HOOFDSTUK XXIV.
Zware beproeving.
Bijna drie weken gingen voorbij,
Op een middag juist voor zonsondergang, trad
de directeur van de gevangenis vnn Malliscombe
de cel waarin Frank Anson, naar hij meende,
zijn laatste dagen doorbracht, binnen. De vrien
delijke oude, grijze directeur toefde slechts wei
nige minuten bij zijn voornamen gevangene, toen
ging hij heen en liet Frank Anson alleen achter,
Doch in die weinige oogenblikken was er zulk
eene verandering over den geest van den veroor
deelde gekomen, als jaren van zware beproeving
nauwelijks zouden kunnen bewerkt hebben.
Toen de directeur hem verlaten had viel hij
voor een oogenblik in zwijm, het was de reactie
na de onzekerheid van vele slaaplooze nachten
en schijnbear laatste levensdagen. Hij zonk neer
in een stoel, welke hem onder andere vertroos
tingen, als een ter dood veroordeelde was toege
staan, en leunde met het vermoeide hooid zwaar
tegen den steenen muur.
Verzacht, murmelde hij. Veranderd in le
venslang 1 De wet zal ten laatste hare handen
niet met het bloed van een onschuldige bezoe
delen.
Het was bitter koud in de cel. Er was niets
om haar te verwarmen, ofschoon het reeds De
cember was. Plotseling stond hij op en begon
de cel heen en weer te wandelen. De gedachte
aan Madeline, welke hem nooit verliet, was le
vendiger geworden sedert hij het bericht van
gratie had ontvangen. De tijd zou eens aanbre
ken, dat hij het leven niet genadig zou vinden.
Doch hij dankte er God thans voor.
Ik ben niet gelijk een, die onschuldig ver
ooi deeld werd en niet weet wie hem benadeelde,
zei hij in zichzelf. In heb mijn lot in mijneigeu
handen. Eenige woorden slechts en ik ben vrij.
Indien ik te veel lijd af als zij mij te zeer
noodig heeft kan ik die woorden spreken.
Zoo dacht hij den volgenden morgen, toen hij
geboeid van de gevangenis naar het station werd
gebracht.
Dat zeide hij ook in de vroegte op het perron
toen het nog stikdonker was toen hij het
gelaat van zijn vader vlak bij het zijne zag en
zijn brekende stem hoorde smeeken toch te spre
ken. Hij wendde zich af, zijne oogen werden
verduisterd en zijn krachten begaven hem.
Hij troostte er zich ook op de onteerende reis
mede en na dien, laat in den avond, toen de
zware deuren van de gevangenis zich achter hem
sloten Dach hij wist maar al te goed, dat
hij nooit spreken zou.
Daarin lag juist het vreeselijke te weten, dat
een paar woorden, in een oogenblik gesproken,
tot zijn bevrijding zouden leiden en toch tegelij
kertijd te voelen, dat zijn eigen wil hem nooit
deze woorden zou doen spreken; neen, zelfs niet,
nu zijn lij den zoo verschrikkelijk was, dat nie
mand het kon verdragen en blijven leven, iets
in hem zeide, dat hij het niet over zijn hart zou
kunnen verkrijgen zijn eigen vrijgeid te koopen
ten koste van het verraad van zijn vader.
Was hij zwakker geweest, dan zou hij het ge
daan hebben, maar de grootheid van zijne ziel
zou in dit geval of liefde moest het anders
willen de ondergang van zijn leven veroor
zaken.
Toch was er nog eenige troost in de gedachte,
dat hij kon spreken, wanneer hij het verkoos.
De reis van Malliscombe was bitter; en ont-
eerend geweest. Hij behoorde tot een negental
menschen, misdadigers uit verschillende deelen
van het graafschap verzameld, die allen, evenals
hij, op de gerechtshoven verhoord waren gewor
den en gevonnisd tot korter of langer tijd dwang
arbeid, in overeenstemming met de verschillende
misdaden en slechte gedragingen, waaraan zij
schuldig waren bevonden. Deze mannen behoorden
zonder uitzondering tot de laagste klassen der
maatschappij. Sommigen waren reeds eens ver
oordeeld en* kortten den tijd in vloeken en ver-
wenschingen en door onzedelijke liederen te
zingen of ruw spel, zooveel als hun geboeide
toestand en de tegenwoordigheid der bewakers
veroorloofde. Hun woorden en gezang deden den
vermoeiden, ongelukkigen man, wiens misdaad
echter grooter was dan de hunne, walgen. Frank
Anson, dien zij als een „groote mijnheer" be
schimpten, was de eenige der negen, die van een
willekeurige moord beschuldigd werd. Hij vroeg
zich af, wat zijn vader van deze menschen „zijn
makkers" gedacht moest hebben. Misschien in
het slecht verlichte station, in de duisternis van
den vroegen wintermorgen, had de rechter ze
niet opgemerkt; misschien hadden zijn eigen ge
dachten, die wel vreeselijk zullen geweest zijn,
hem weerhouden iets anders te zien dan de ge
stalte van zijn onteerden zoon, die om zijnentwil
eei: levenslang martelaarschap te gemoet ging.
Groote hemel, hoe had hij zijn schuld en ge
heime bekendheid er mee in aanmerking genomen,
durven komen Was het ziju doel geweest de
schande van het slachtolïer, wiens gevoel van
kinderlijken plicht vrijwillig den last van moord
op zich genomen had te aanschouwen?
Wordt vervolgd.