"buitenland." Staat'kn ndig overzicht. Belg ie. Frankrijk. Italië. Griekenland. Turkije, s ])e Rij wiel slede. vele geslachten achtereen tot stand gebracht, en waarvan gij, door het feit mver geboorte alleenuw deel hebt verkrijgenzonder hetwelk gij zoudt verkeeren in een toestand, nipt voor beschrijving vatbaarWie kan bepalenhoe groot het aantal is, dat het werk van anderen, de zorg van anderen bij draagt tot de vorming van de grootste wel daad die gij geniet, de gezondheid Wat zou het leven zijn zonder het gezellig ver keer, de gemeenschap van het huisgezin, den omgang met vriendeu, het samenzijn in de maatschappij. Gij beweert misschien, dat gij terugbetaalt wat gij ontvangt en dat gij nevens uw passieve rol van ontvangen ook de actieve van geven vervult. Voor u willen wij hopen en op goed vertrouwen in uw eerlijkheid willen wij ook aannemen dat het zoo ismaar laten wij elkander dan toch aanraden, de rekening niet te krap te ma- keu. Want het is nu eenmaal een men— schelijke hebbelijkheid, altijd naar zich too te tellen: debet en credit bekijken wij maar al te vaak door verschillende glazen. Wie levendig gevoelt, wat hij aan zijn naasten aan zijn omgeving in wijderen kring, aan de ïncnschheid in het algemeen, aan de ge slachten, die tot het verleden behoorente danken heeftkomt zonder moeite tot de erkenning, dat hij nooit genoeg kan doen om zijn schuld af te lossen, dat er altijd een saldo ishetwelk hij door liefde en dankbaarheid moet trachten te dekken. Er zijn lieden, die zich menschenhaters noemen. Zij hebben van „de wereld* zoo veel leed ondervonden dat zij zich volko men gerechtigd achten, de menscbheid 011— verdragelijk en afschuwelijk te noemen. Voor zooverre er geen redenen bestaan, om voor hen ontoerekenbaarheid r,e pleiten, veroorlo ven wij ons hen monsters van ondankbaar heid te noemen. Zij behooren thuis bij de slang en den krokodil in de verhalen van straks. Maar dan ook, zoo wij teil opzichte van bepaalde personen gedaan hebben wat wij kondenom hun geluk te verhoogen, bun bestaan te verzekeren, huil welstand te ver meerderen, misschien om hen te redden van den ondergang, hun een dreigend gevaar te doen ontgaau indien we, in het volle besef van hetgeen de menschlievendheid van ons vordert of het belang, van wie ons het naast staan, ons oplegt, meer deden dan wat volgens de gewone opvattingen tot onzen plicht behoortdan hebben we toch zeker wel het recht om dankbaarheid te eisclien Ochdenkt even na, vriendenen gij zult die vraag, hopen wij, terugnemen. De eisch zou onredelijk zijn. Hoegij wilt geprezen worden? Gij staat er op, dat men u komt vertellen hoe goed gij zijt geweest en nog zijt, en hoe diep een ander zich uw schuldenaar gevoelt? Is het dan een soort van koopmanschapdie gij hebt aangegaan met becijfering van hetgeen gij terug zoudt moeten ontvangen En als dat loon die betaling u wordt onthouden dan zult gij wellicht met dien- zeltden man geen „zaken" meer willen doen? Komaanondersteld gij hebt een huisvader, die in benarde omstandigheden verkeerde, Hij boog zich voorover, toen door een vloed van vloeken en bedreigingen, het vermoeden dat er een gat bestond, bevestigd werd. Schaam u Schaam u riep Frank Anson zoo hard als hij durfde uit. Zijt ge een dier of een mensch, dat ge zoo spreken durft Een heesche, duivelachtige lach was het ant woord. liet geluid kwam al dichter en dichter totdat het duidelijk was, dat de man aan zijn zijde het gelaat weer dicht bij de opening bracht. En toen schrikte Frank terug, want de lucht vn dit menschelijk lichaam was even verschrik kelijk als de taal," die hij uitsloeg. De ruwe taal werd weer aangeslagen en hield slechts op, toen de gevangenbewaarder binnen kwam om het voedsel te brengen. Frank Anson zei geen woord van zijn buur man tot Shackleford, eerstens omdat hij klagen onwaardig vond en tweedens omdat hij wist, dat het tot niets zou leiden. Tot nog toe had hij Shacklefords slechte hoedanigheden niet ontdekt, doch hij wist vooruit dat hij hem af zou snau wen. In zijn hart had hij besloten het ongeluk kige schepsel naast hem in een betere stemming te brengen. Hoe goed hij de wereld ook kende, ook van de donkere zijde, toch zou hij nog moeten leeren dat er schepsels bestonden, te diep gezonken om voor veredeling vatbaar te zijn. Een rilling ging hem door de leden wanneer hij aan zijn twee buren dacht, de een, de man in' boeien, de ander, het scherp tongige wezen, wiens woorden nog in zijn koortsachtig brein weerklpnken. Zou hij deze twee gedurende zijn geheel vol gend leven naast zich hebben Ja, wanneer ze slechts lang genoeg leefden. Zijn geheele leven Ilij sidderde en verborg het gelaat in de handen bij de gedachte aan het leven, dat voor hem lag.... Jaar in jaar uit deze cel tot woonplaats, hard en hopeloos arbeiden, omringd door dieven en moordenaars, het schuim der beschaving. Jaar in jaar uit angst, een onderdrukt gevoel van opstand, van lieldelooze verlatenheid, terwijl zijn herinneringen aan de wereld steeds vager zouden worden Hij zette zich neder, steeds beter beseffende, dat hij tot het peil der hem omringende schepselen de behulpzame hand gebodenen hij heeft op geenerlei wijze zijn erkentelijkheid ge toond, zult gij danwanneer hij weer bijstand noodig heeftu op hem wreken door hem aan zijn lot over te laten Dat gaat immers niet Die man is dub bel ongelukkigvooreerst om de genoemde reden ten tweede omdat hij tot de ramp zalige groep der harteloozen behoort. Hij moet dus dubbel geholpen worden. Gij hebt met hem en tegen hem een dubbelen strijd te voereuwaarvan diewelke tegen de hardheid en gevoelloosheid van zijn ge moed is gericht, niet de minst zware, maar evenmin de minst noodzakelijke is. En als gij daarin overwintwelk een heerlijke ze gepraal Als iemand u oprecht dankbaar iswees daar dankbaar voor. Want, dan is het u gelukthem iets te geven wat met geen goud te betalen isgij hebt het zedelijk leven van een uwer broederen tot een hooger peil opgevoerd hem een beter mensch ge maakt. U is daarmee groote zegen geschon ken. Het ondervinden van ondankbaarheid is zeer smartelijk. Doch niet omdat het ons iets onthoudt waarop wij recht hebben, alleen omdat het ons een gemis openbaart dat wij betreuren ter wille van een ander. Zoo snel de vorderingen in de ontwikke ling van het rijwiel zijn, zoo gering blijven ze in het eenvoudige middel van vervoer, de slede. Sedert eeuweu heeft deze deuzelfden vorm behouden; hier en daar is het gebogen gedeelte der zijstukken wat verhoogd of ver langd, het houten of ijzeren onderstuk is on veranderd gebleven. In vele streken zijn de zoogenaamde priksleetjes in gebruik, welke door middel van met ijzer beslagen lange stokken worden voort bewogen; in het buiten - land o. a. te Berlijn, is ook de rennwolf in gevoerd, welke door een staand persoon met een voet wordt voortgestooten. Dit zijn, natuurlijk afgezien van de door dieren ge trokken voertuigen de eenige sleesoorlen voor ijs- of sneeuwvlakten. Met belangstelling zal men hooren van een nieuwe uitvinding, waarvoor de Duitsche eigenaar Hugo Mayer reeds patent heeft aaugevraagd. De rijwielsledc, het nieuwe voertuig, is een eenvoudig, een veranderd, als men wil, een vervolmaakt rijwiel. De aan beide zijde in horizontale richting ongeveer 12 centimeter verlengde achteras rust links en rechts op veeren beugels, waaronder zich twee vast aangeschroefde ijzers bevinden, welke den vorm hebben van Friessche schaatsen. Beiden moeten steeds in hetzelfde vlak liggen met de onderste punt van het achterrad, dat op de gewone wijze in beweging wordt gebracht, zoodat de last op drie steunpunten rust. ITet voorwiel rust stevig op een derde „schaats«, deelt dus niet in de draaiende beweging van het andere wiel, doch dient alleen om te sturen. Uit verschillende proeven is gebleken, dat met de rijwielslede een buitengewone SDelheid kan bereikt worden daar men eiken tweewieler gemakkelijk in een slede kan herscheppen, zal dit nieuwe wintervoertuig in sportkringen -spoedig het burgerrecht verkrij gen. af zou moeten dalen 01 Vader in den hemel, was er dan geen hulp, tenzij hij sprak Dien geheelen nacht lag hij sprakeloos ter neder. Te moeten denken, dat zijn v»der, de schijn baar, ernstige, nobele vader, eens de afgod zijner moeder, een voorbeeld van onbezoedelde eerlijk heid in de oogen van het publiek, hier moest zijn, ware recht wedervaren. O 1 het is verschrik kelijk, ongeloofelijk, onbegrijpelijk, ondenkbaar! Bijna even ongeloofelijk was het feit dat hij Madeline's vader hier gezien had de knappe, be schaafde Roger Harvey, de vader zijner verloofde hier in dezelfde omgeving als hij. Hij had hem herkend niettegenstaande zij el kander weinig in de wereld ontmoei hadden. Wist Roger Harvey in welke verhouding hij tot Madeline gestaan had Hij zeide „gestaan had", want op deze plaats durfde hij niet meer denken, dat ze hem nog toebehoorde. Het scheen hem zondig toe wetende dat zijn straf levenslang was haar nog aan zich te wil len binden. Toch waren zijn gedachten dag en r.acht bij haar. Het ware beter geweest wanneer ik meer het slachtoffer van het noodlot dan van mijn ei gen vrijen wil geweest was, zei hij tot zichzelf in de wanhoop der smart. Indien ik bij vergissing veroordeeld was, en den schuldige kende, zou ik hebben kunnen hopen, dat door den ijver mijner vrienden de waarheid aan het licht gebracht zou worden en ik mijn invrijheidstellingiederen dan tegemoet zou kunnen zien. Maar zoo de zaken nu staan moet ik eeuwig zwijgen. Ik durf de wereld zelfs niet verkondigen, dat ik onschuldig ben, want dan zou men gaan on derzoeken en de ware schuldige zou spoedig ont dekt zijn. 0, vader, vader I God helpe n en mij I Bij tusschenpoozen had de gevangene in de cel naast de zijne nieuwe uitbarstingen van vloeken gegeven. En in den tijd, die tnsschen deze uit barstingen verliep, hoorde hij de ketenen van den gevangene aan de ander zijde. Straf, berouw, ellende waren de drie geesten, die in dit verblijf steeds rondwaarden. Maar in de daarop volgende maanden ontdekte Frank Anson, dat, hoewel de ellende hier alge meen was, men geen spoor van rouw vond. Wordt vervolgd. Te Madrid is n:en weer eens in een heel optimistische stemming, ditmaal evenwel niet tengevolge van gefingeerde heldenfeiten van generaal Weyler op Cuba of van door dezen afgezonden o,'gaven aangaande den staat van zaken in het kamp der insurgenten, het gaat cr in Spahjes hoofdstad du wetkelijk om de pacificatie van het eiland, niet met vuur en zwaard, doch langs den weg der hervormingen. En dat de regeering voor deze taktiek steun en bijval zal vinden, de leiders der oppositie Castelar, Silvela, Copes, Dominguez en zelfs der progressistische republikeinen Ezquerdo, blijven er borg voor en bevelen de onver wijlde toepassing van hervormingen op uit gebreide schaal nadrukkelijk aan. De geheele republikeinsche pers evenals de bladen der liberalen en conservatieven, juichen de po gingen om langs vreedzamen wég een einde te maken aan de geld en menschenlevens verslindende worsteling toe en mag men geloof slaan aan de circuleerende geruchten, dan zou er zelfs steun komen uit het kamp der Cubaneezen zeiven. De vroegere leiders der voorstanders van de afscheiding, Marcos Garcia en Spottorno, zouden namelijk op weg zijn naar Maximo Gomez om dezen over te halen tot onderwerping na de openbaarma king der hervormingen, evenals dit is ge schied in 1878. Het kan niet heel lang duren cf er zal te dezen aanzien zekerheid zijn, noch te Madrid waar men met weinig in zijn schik is, be rekent men reeds, met de mogelijkheid als grondslag, welke de gevolgen zullen zijn van de pacificatie. De Vereenigde Staten dus redeneert men hebben geen ander doel dan de verdediging van hun eigen belangen, een handelsverdrag, dat de Amerikanen voordeel verzekert in het verkeer met Cuba, boven de Europeesc'ne mogendheden, zal een eind maken aan alle chicanes. Zoo zouden dus de luide verkondigde sympathieën van broeder Jonathan voor het ongelukkige Cuba eindigen daar waar een voordeelig handels verdrag begint en alles wat van Washington en New-York uit door woord en daad on dernomen is voor de strijdenden voor recht en vrijheid, zou uitloopen op berekening of wel business Van het bewind Mac Kinley zouden in deze even gunstige condities te verkrijgen ziju als van de formatie-Cleveland tegen behoorlijke tegemoetkoming van de zijde van Spanje zou de sympathie voor de Cubanen dalen tot onder nul -* Graaf Murawiew, die tegen het middaguur met Piuisen's gezant te Hamburg, graaf Von Walnitz, te Kiel aankwam, waar hij ontvangen werd door den hofraad Schweiin en den Russischen consul, werd onmiddelijk door kei zer Wilhelm ontvangen, ontbeet met deze, hoorde het te zijuer eere gespeelde Russische volkslied aan en aanvaardde om twee uur de terugreis naar Berlijn, vanwaar hij om 11 uur naar Petersburg vertrok, na afscheid te heb ben genomen van den Russischen gezant en de leden der ambassade. Dat is toch wel iets minder feestelijk en vorstelijk dan te Parijs. Uit Havana wordt aan de New York Herald gemeld, dat de opstandelingen in de proviucie Pinar del Rio wederom een dyuamiet aanslag op een trein hebben gepleegd. De locomotief, de tender en een geblindeerde waggon wer den vernield, terwijl twee machinisten en 3 soldaten gedood, de officier van gezondheid en 13 soldaten gewond werden. Het escorte slaagde er echter in de insurgenten te ver drijven. Aan hetzelfde blad wordt gemeld, dat Rodriguez, die de opstandelingen in Pinar del Rio aanvoert, en Rivero, bevelheb ber der opstandelingen in Havana, de trocha overschreden hebben. Arme Koningsfamilie Het geluk heerscht niet in de koninklijke familie. Koning Leopold had een zoon en hij verloor dien op jeugdigen leeftijd. Troon opvolger werd zijn oudste neef, prins Boude- wijn, en ook deze stieif in den bloei zijner jaren. Het treurig lot zijner dochter, prinses Stefanie, de weduwe van den Oostenrijksche kroonprins Rudolf, kent men; zij leeft in den laatsten tijd bovendien op gespannen voet met het Oostenrijksche keizershuis. Met zijne gemaliu gaat de koning niet om, zooals het tusschen man en vrouw behoorde. En thans wordt algemeen in de buitenlandsche pers verhaald dat zijne dochter Louise, die met prins Filips van Coburg gehuwd is, het ech telijke paleis heeft verlaten en met een rit meester der huzaren naar Spanje is gevlucht. Waarlijk, de glans van een koningshof bergt het ware geluk niet. In zijne weelderige zalen verschuilen zich vaak rampspoed en ellende! Muravvief te Parijs. Wij deelden reeds mede dat de bespre kingen tusschen graaf Murawiet en den heer Hanotaux voornamelijk de Oostersche quaestie betroffen. De Gaulöis is in staat over het resultaat van liet onderhoud het volgende mede te deelen Op vier punten is tusschen de beide mi nisters een overeenkomst verkregen: 1~. het behoud van de integriteit van het Turksche rijk 2o. geen afzonderlijk optreden vau een der mogendheden 3o. geen condominium 4o. de noodzakelijke hervormingen moeten door den sultan worden gegeven. Reeds Zaterdag werd telegraphisch gemeld, dat de heer Hanotaux in den ministerraad vertrouwelijke mededeelingen gedaan had over de onderhandelingen met den Russischen minister. In de couloirs der kamer werd verzekerd, dat tusschen Hanotaux en graaf Murawiet volkomen overeenstemming verkr gen is over de Oostersche staatkunde, en dat de Russi sche minister beloofd heeft het financieele program van Frankrijk te zullen ondersteunen. Niet heel tevreden is men in Frankrijk met den toast van Hanotaux. De Gazette de France verhaalt, dat die toast in overleg met den Russischen minister is opgesteld. Hanotaux moest daarin vooral nadruk leggen op de goede verhouding tusschen alle mo gendheden. Dit was te Berlijn verzocht en Rusland wilde dit Duiischland niet weigeren. „Men had kunnen meenen, dat de vredes- verzekeringen vaak genoeg door Hanotaux herhaald zijn, en dat het niet noodig was die nogmaals van den minister der republiek te verlangen. Doch de czaar wilde tegenover Duitschland correct blijven. Hij wilde zijn goeden neef Wilhelm bewijzen, dat hij, Ni- kolaas in staat is, zoo dikwijls hij het wil door de republiek de verklaring te doen herhalen, dat zij afziet van alle grensvorde- ringen, zelfs van de meest platonische." „Maar komaan wij twijfelen er niet aan of er bestaat overeenstemming tusschen Ha notaux en Murawief. De Russische minister kan op de terugreis van Berlijn aan keizer Wilhelm de verzekering geven, dat hij niets te vreezen heeft van de ouder den knoet gebrachte Fransche Republiek." Al is deze uiting van 't royalistische blad eenzijdig oveidreven, toch is zij teekenend voor de gevoelens die in Frankrijk beginnen te ontstaan. Clémenceau en de Gazette de France in één schuitje om de entente te bestrijden. Merkwaardig is 't zeker. De ongeregeldheden onder de studenten te Rome hebben tot Maandagavond voortge duurd. De bersaglieri dreven de studenten van het universiteitsgebouw terug en zetten de straten af, maar er werdeD weer betoo gingen gehouden toen de studenten, Zaterdag in hechtenis genomen maar nu vrijgesproken, zich vertoonden. Ook te Napels Catania en Palermo zijn de studenten in verzet gekomen: zij verklaren zich solidair met hun makkers te Rome, die door de gewapende macht zijn uitgetart. De Verhouding tot Rusland. Ten Vaticane heelt men met groote inge nomenheid vernomen, dat de Russische gezant namens den nieuwen minister Murawief aan kardinaal Rampolla verklaard heeft, dat de verzoenende politiek van wijlen den minister Lobanof ten opzichte van de katholieke on derdanen van Den czaar zal worden voortge zet. De regeering is zeer welwillend gezind jegens het Roomsche Polen, zij zal o.m. aan den kerkbouw en de verdere godsdienstige aspiraties der Polen gaarne haar steun ver- leenen. De Studenten opstootjes. De studenten van Athene hebben hun academische vesting moeten overgeven, nadat hun alle toevoer van voedsel en ammunitie was afgesneden. De soldaten, die 't univer siteitsgebouw omsingelden, lieten de groepjes studenten, af en toe uittrekkende om te gaan eten en proviand in te slaan, niet weder binnengaan, terwijl ook de waterleiding werd afgesloten. Zaterdagmorgen werd daarop het univer siteitsgebouw ontruimd, na fouilleering der studenten en inbeslagneming der wapenen. De rector heeft zijn ontslag genomen. ATHENE, 2 Febr. Op Kreta hebben, om den moord op een kind te wreken, de Christenen vier Turken te Kanea vermoord. De Turken verbrandden Galata, waarbij velen gedood en gewond werden. De Christenen bezetten verscheidene strategische punten. Een levendig geweervuur verwekte grooten angst onder de bevolking. De gouverneur en de consuls trachten door hunne tusschenkomst de rust te herstellen. Een rechter is te Kanea gedood. De Armeniërs opnieuw vervolgd. De Armeniërs, die bij de gendarmerie zijn ingelijfd volgens de hervormings bepalingen van het vorig jaar, worden niet betaald en stelselmatig slecht behandeld, tot dat zij genoodzaakt zijn den dienst te verlaten. Aan de arme Armeniërs, die bij de gru welen van al hun have zijn beroofd, wordt

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1897 | | pagina 2