Staatkundig overzicht.
BUITENLAND.
Spanje.
Duitsehland.
Amerika.
De Turksch—Grieksche oorlog.
spraak mag maken op wederdienst, moet
weten dat hij niets mag terughouden van
hetgeen hij in staat is te geven.
Deze waarheid hoort reeds bij de voorbe
reiding op den voorgrond te staan en leven
dig te worden gevoel Is eenmaal de
beroepskeuze gedaan, dan moet men zich van
den aanvang af voorstellen, in dien werkkring
het hoogste te bereiken. Ook wij, vreedzame
strijders op het arbeidsveld, zijn geen goede
soldaten als wij ons niet bewust zijn den
maarschalksstaf in den ransel te dragen.
Maar dan ook onze krachten niet verdeeld.
Het oude spreekwoord van de twaalf ambach
ten met de daaraan verbonden gevolgen heeft
nog een wijdere beteekenis dau er gewoon
lijk aan gehecht wordt. Wie streeft naar een
denkbeeldige veelzijdigheid, zal in den regel
bedrogen uitkomen.
Er zijn hier en daar enkele bijzonder^ be
gaafde personen, en de geschiedenis heeft
van zulke ook de herinnering bewaard,
wien het gelukt op meer dan één gebied uit
te munten, -- die. als ware het spelende,
een massa „moeielijkheden wisten uit den weg
t- ruimen en de schatten hunner vermogens
in verschillende richtingen tentoonspreidden
zóó, dat er aan alle kanten overvloed was.
Maar een zoo onbetwistbare veelzijdigheid
behoort tot de groote zeldzaamheden nage
noeg alle roenschen, die een belangrijken
arbeid ondernomen hebben en daarin naar
wensch zijn geslaagd, hadden hun succes
hieraan te danken, dat zij een doel nastreef
den en in de bereiking er van al hun krachten
aanwendden zonder zich door jets anders uit
den koers te laten brengen. Wie iets worden
wil in de wereld, moet dat willen met geheel
zijn ziel. Door van het een naar het andere
over te gaan, en aan allerlei dingen de
aandacht te wijden, beschrijft men al voort
schrijdende wel mooie zigzaglijnen^ maar de
weg wordt verbazend lang en het is zeer de
vraag of men wel lang genoeg zal leven om
toch op die manier het einde te bereiken.
Met de studie is het niet anders.
Ons stelsel van onderwijs schijnt er op inge
richt om de veelzijdigheid en daarmede cjok de
oppervlakkigheid, het gebrek aan degelijkheid
in de hand te werken inzonderheid bij middel
baar- en bij voorbereidend hooger onderwijs,
is zeer groot; wie van alles iets wil medenemen
dat de moeite waard is, moet heel wat ver
zamelen. Doch dat is niets meer dan schijn,
althans bij een gezonde opvatting. De school
is een voorbereiding voor het leven zij geeft
een algemeene grondslag van ontwikkeling,
moet daarom bij verschillende vakken van
wetenschap haar bouwstoffen zoeken en kan
de keuze niet vrijlaten. Is die grondslag ech
ter gelegd, dan volgt het optrekken van het
gebouw, en nu neemt men alleen datgene,
wat 'noódig is. Gaat van het geleerde een
belangrijk deel weer uit het geheugen, nat
is nunder erg dan het lijkt die stof heeft
haar dienst gedaan, zij is gebruikt als middel
om den geest te verruimen en den blik te
verhelderen. Geen jongeling, die de Burger
school heeft verlaten, zal ooit specialiteit
worden in al de vakken door hem beoefend
en waarin hij, blijkens den uitslag van het
eindexamen, verklaard wordt voldoende vor
deringen ie hebben gemaakt. Maar van het
geleerde neemt hij dat deel, hetwelk in recht
streeksch verband staat met het beroep dat
hij wenscht uil te oefenen misschien komt
hij in een andere inrichting van onderwijs,
waar die elementaire kennis verder wordt
uitgebreid, -- misschien ook treedi hij dadelijk
op in een zelfstandige betrekking waar hij of
zijn wiskunde, ot zijn vreemde talen, of zijn
natuurkennis noodig heeft deze kweekt hij
verder aan, het overige wordt bijzaak. Als
na het uitoefenen van een twintigjarige
praktijk een doctor in geneeskunde niet meer
geheel thuis is in de Helleensche litteratuur
of met een hem alsdan onder de oogen ko
mende wiskundige lormule niet behendig ge
noeg meer weet om te springen, beschuldig
hem dan niet van eenzijdigheid, doch waar
deer het liever dat hij al zijn krachten heeft
ingespannen om het in zijn vak tot die hoogte
te brengen, waar hij een groot aantal .zijner
medeburgers ten zegen is.
Aan jongelieden, die iets worden zullen in
de wereld,- kunnen wij niet ernstig genoeg op
het hart drukken Laat u niet verlokken door
het streven naar een veelzijdigheid, die de
vermogens versnippert en den geest onrustig
maakt. Houdt één doel voor oogen en doet
al wat gij kunt om dat te bereiken. Wij allen
moeten vooruit de som van ons weten moet
grooter zijn dan die van een vorig geslacht,
en daartoe komt ge niet, als ge niet met
zorg de richting hebt bepaald waarin gij gaan
wilt en vervolgens met vaste schreden dien
weg opgaat. De plaats, die wij innemen in
het maatschappelijk leven, moet scherp zijn
afgebakend en met diepe kleuren zijn getee
kend in ons willen, in ons streven, in ons
volbrengen moet niets onbestemd, niets zwe
vend zijn. Laat onze laak klein van omvang
zijn, dat doet er niet toe, als zij maar kloek
wordt vervuld. Bij den landbouw spreekt men
van intensieve cultuur ook in het gewone
leven hebben wij ons daarop toe te leggen
om vele en goede vruchten te oogsten.
Na hard schreeuwen „Leve de oorlog" zijn
de Grieken er ten laatsten nog toe gedwon
gen die te aanvaarden.
De tijd van spreken en manifesteeren is nu
voorbij en nu wordt daadwerkelijk opgetreden.
De lang gevreesde oorlog tusschen Turkije
en Griekenland is uitgebroken.
Naar aanleiding van den inval door de
Grieken op vijf plaatsen, in Turkije gedaan
heeft Turkije Zaterdagavond aar.^Griekenland
den oorlog verklaard.
De raad van ministers in het paleis ver
gaderd heeft besloten om den gezant te
Athene, Assirn Bey, terug te roepen; aan den
Griekschen gezant te Könstantinopel, Mauro-
cordato, zijn paspoort te geven, en Edhem
Pasja te belasten met het bevel over het
aanvallende leger.
Het zou ons op 't oogenblik te ver voeren
en daarenboven weinig nut hebben, uitvoerig
na te gaan wie de voornaamste oorzaak is
Griekenland Turkije ot de groote mogend
heden maar het schijnt vrij zeker dat de
onmiddellijke aanleiding bij Griekenland, niet
bij Turkije moet gezocht worden. Niet dat
men onbeperkt geloof behoeft te slaan aan
wat de Turken beweren, en dus ook aan den
inhoud van de nota die zij aan de groote
mogendheden hebben toegezonden, maar de
Grieksche regeering heeft van den begin at
aan gevaarlijk spel gespeeld, toen zij toeliet
dat de ongeregelde vrijbuiterscharen op
Turksch grondgebied doordrongen. Het was
gemakkelijk te voorzien dat vroeger of later
de Grieksche geregelde troepen ook in den
strijd betrokken zouden worden. En dal is
gebeurd.
Nu kunnen de Grieken wel beweren dat
zij bij Nezerós door de Turken zijn aangeval
len, maar oaarvoor bestaat geen enkel bewijs,
en het is geenszins waarschijnlijk. De I urxen
waren veel te vredelievend om den oorlog
uit te lokken, en veel ie voorzichtig boven
dien. De Turksche nota aan de gezanten
is gedagteekend van Maandag en luidt aldus:
„Door onze voorafgaande telegrammen heb
ik u bericht dat de Hellenen de grens waren
overgetrokken op den ochtend van den 9en
dezer, den bergtop van Ivrania, twee uur van
de grenslijn, hadden bezer, met kanonschoten
het blokhuis van Valtino hadden verwoest en
de bezettingen van Fonika, Kipli en Stroenga
hadden verbrand en dat daartoe het sein
was gegeven door trompetgeschal.
»Na nog eens nadruk te hebben gelegd op
de moeite die de keizerlijke regeering zich
heeft gegeven voor het behoud van den vrede
en op haar recht om de noodige maatregelen
te treffen ten einde li3ar grondgebied te
verdedigen wijten wij alle verantwoordelijk
heid voor den toestand aan de Grieksche
regeering, die de aanvaller was.
„Door de ingetogenheid waarvrn zij blijk
gegeven heeft, en de geduldige houding die
ze heeft in acht genomen, ondanks haar on
betwistbaar recht om zich te verdedigen, heeft
de keizerlijke re.;eering aan de gansche wereld
bewezen hoezeer de handhaving van den
vrede haar ter harte ging.
Desniettemin zijn, zooals ik 11 hedennacht
reeds geseind heb, geregelde Grieksche troe
pen in grooten getale en met kanonnen de
grens overgetrokken aan den kant van Bai-
rakdar, Kodman en Perdika en hebben de
vijandelijkheden geopend, welke nog voort
duren.
„Wegens deze aanvallen heeft de keizerlijke
regeering zich genoopt gezien, aan den op
perbevelhebber van haar troepen bevel te
geven alle militaire maatregelen te treffen
die kunnen dienen om haar de verdediging
van haar rechten en grondgebied tegen de
overtredingen van dc Grieken te verzekeren.
Gij weet dat zoowel in het Kreta vraagstuk
als bij de gebeurtenissen die er het gevolg
van zijn geweest, de keizerlijke regeering tot
het laatst toe alles gedaan heelt wat in haar
vermogen lag, voor het behoud van den vrede
en nooit is afgewek n van de vreedzame
iuzichtcn en neigingen die de groote mo
gendheden bij deze gelegenheid aan den dag
hebben gelegd.
„Maar, met minachting van het volkenrecht
heeft Griekenland, na troepen naar Kreta ie
hebben gezonden en groote oorlogstoebereid
selen aan de grens te hebben getroffen, de
vijandelijkheden begonnen, en de keizerlijke
regeering kon niet anders dan een groot
gedeelte van haar reserve onder de wapenen
laten komen voor wier mobilisatie zij zich
zeer zware offers getroostte en groote schade
toebracht aan haar landbouw en haar handel.
Wij zijn daarom vast overtuigd dat de Eu-
ropeesche kabinetten, lettende op de genoem
de overwegingen, in hun rechtvaardigheids
gevoel zullen erkennen dat de ge'ne le ver
antwoordelijkheid voor den oorlog uitsluitend
aan Griekenland moet worden geweten.
„Zooals ik u reeds bij allerlei gelegenheden
heb herhaald, koestert de keizerlijke regeering
volstrekt ge n veroveringsplannen tegen Grie
kenland en dat zij nu den oorlog moet
aannemen zich bevindende in staat van
rechtmatige tegenweer tengevolge van het
openen van de vijandelijkheden door de
Grieken, is eenvoudig voor het beschermen
van haar heiligste rechten en haar integriteit.
„Als de Grieksche regeering binnenkort
haar troepen van Kreta en van de grenzen
terugtrekt, zal de keizerlijke regeering, om
aan de wereld een nieuw bewijs te geven van
haar vredelievende bedoelingen van haar
kant niet in gebreke blijven om haar oor
logsbewegingen te staken."
Al behoeft men deze zelfverheffing van de
Porte niet voetstoots te aanvaarden, waar
schijnlijk is de kern van het stuk waarheid.
üe inval die de laatste stoot is geweest
voor het wankelend vredesgebonw, is geschied
bij Nezeros, een plaatsje geheel in het noord
oosten van de provincie Ld issa, vlak op de
Turksche grens, aan den voet van den Olym
pus en niet ver van zee. De Turken beweren
dat de Grieksche geregelde troepen begonnen
zijn met den aanval; de Grieken daarentegen,
dat de Turken een poging hadden gedaan
om den post Nezeros, dien zij onlangs verlaten
hadden, te hernemen. Bij deze laatste bewering
blijft echter volmaakt onverklaard hoe de
Turken ooit een post Nezeros hebben kunnen
bezitten aangezien Nezeros op Grieksch
grondgebied ligt. Dat moet dus nog opge
helderd worden. Maar zeker is dat de Grieken,
hetzij dan getart of uit zichzelf, met kracht
zijn aangevallen en langs de helling van den
Olympus zijn voortgetrokken. liet schijnt
wei alsof de Grieken daar voorloopig aan de
winnende hand zijn geweest. Zij hebben den
Turkschen post Kotioni, op de oostelijke
helling van den Olympus, in de lucht laten
springen en zijn doorgedrongen naar Klefliki-
Gentekia en naar den bergrug van Meloena
en Analipsis en het plaatsje Medexi. Deze
laatste post werd door de Turken om half
zeven verlaten. Vooral de Grieksche artillerie
en de evzoni hebben aan dezen vierdaagschen
strijd deelgenomen, en er schijnen vrij veel
dooden en gewonden gevallen te zijn, bij
Analipsikos onder anderen hadden de Grieken
veertig gewonden en drie dooden. De Turken
hebben zich volgens de Grieksche berichten
gedeeltelijk naar Elassón( dat vrij ver westelijk
ligt), teruggetrokken.
Deze gevechten waren dus begonnen ver
leden week en voor de oorlogsverklaring. Pas
daarna, Maandag namelijk, hebben de Turken
de vijandelijkheden begonnen die dienen
moeten om de stad Larissa, de hoofdstad van
de provincie van dien naam, in handen te
krijgen. Zij hebben daartoe getracht den
bergpas van Reveni te forceeren, die dicht
bij de Turksche plaats Damasi (WNW. van
Larissa. Daar schijnt een bloedig gevecht
geleverd te wezen, waarin veel Grieken, onder
anderen drie hoofdofficieren, gesneuveld zijn,
maar dat, als men de Grieksche berichten
gelooven rnag, geëindigd is met de zegepraal
van de verdedigers, die een stelling hebben
ingenomen van waar zij de vlakte van Damasi
beheerschen.
Üe berichten over audere gevechten, in de
buurt van Meisovon (in Epirus), zijn nog te
verward om er iets uit al te leiden.
In het uiterste westen, in de golf van Arta,
is de Grieksche vloot opgetreden en heeft de
Turksche stad Préveza platgeschoten. Van
alle berichten van Grieksche overwinningen
klinkt dit nog het waarschijnlijkste; met alle
andere moet men voorzichtig zijn.
De Grieksche troepen lagen in de vor.ge
week in drie afdeelingen: te Larissa (hoofdstad
van Thessalie) onder generaal Makris, te
Ti ikkada onder kolonel Mavromichalos en te
Arta onder kolonel Manos. De geheele sterkte
was 54000 man infanterie, 1000 man cavalerie
en 114 kanonnen. Opperbevelhebber is de
kroonprins Konstan tij u.
De Turksche legermacht telt 83250 man
infanterie, 2500 cavaleristen en 204 kauonne
en is grootendeels in en bij Elassona en de
omliggende plaatsen Grevena, Serfidji, Leu-
kotheria en Damasi gelegerd. Edhem-pacha
is opperbevelhebber: generaal Riza-pacha, die
een divisie aanvoert heeft 4 jaar in het
Duitsche leger gediend.
Niettegenstaande den gunstigen toestand
op Cuba en de Filippijnen is men in de Spaan-
sche regeeringskringen geenszins zonder zotg.
Integendeel, het maakt een diepen indruk
dat de nu verslagen Rivera openlijk bekent,
dat hij voor twee jaar in Manilla geweest is
en mei de leiders der autonomistische partij
op de Filippijnen het gelijdtijdig uitbreken
van den opstand van beide koloniën afge
sproken heeft. En daar Rius voor zijne reis
naar Manilla \l/2 jaar lang in New York als
lid van het Cuba comité werkzaam was, blijkt
hieruit vrij duidelijkdat de aanzienlijke
munitievoorraad, waarover de opstandelingen
op de Filippijnen van den beginne af be
schikten, met Amerikaansch geld aangeschaft
werd. Men zal dus begrijpen, dat ook de
nieuwe gebeurtenissen in Marokko tot sterken
argwaan tegenover Noord Amerika aanleiding
geven. Voor eenige weken werden smokke
laars gevat, die van Gibraltar groote hoeveel
heden wapeus naar Marokko wilden brengen;
direct daarop werden de Kabylen in den
omtrek van Melilla onrustig. Van Spaansche
zijde ziet men daarin eene waarschuwing,
dat Spanje's vijanden bezig zijn ook in
Noord Afrika den Spanjaarden oorlogsverwik
kelingen te bezorgen.
Volgens een telegram uit Havana heeft het
stoomschip „Lawrada" bij Banes, ten oosten
van Gibara en Holguin in de provincie San
tiago de Cuba, vrijbuiters aan land gezet
onder bevel van kolonel Roloff. De opstan
delingen versterkten de hoogten, die Banes
omgeven en versperden den ingang van de
haven met torpedo's. Er wordt een ernstig
gevecht verwacht, want de Spanjaarden zullen
bepaald de haven van Banes, die van ge
wicht is, willen hernemen.
In zijn antwoord op de nota van Turkije
waarbij kennis wordt gegeven van de afbreking
van de diplomatieke betrekkingen, zegt de
minister van buitenlaudsche zaken dat Grie
kenland verre van vijandelijke daden te
hebben verricht, in de laatste dagen herhaal
delijk, op verschillende punten aanvallen van
de Turken ie vei duren heeft gehad. Tenge
volge van de botsing op 28 Maart bij het
klooster van den profeet Elias had Griekenland
de aandacht van de Porte gevestigd op de
houding van de Turksche troepen, en de hoop
te kennen gegeven dat de maatregelen zonden
worden genomen om een herhaling te voor
komen maar de Porie was niet geneigd
geweest zich te overhaasten en voor drie
dagen hadden de Turken, zonder uitgetart te
zijn getracht zich meester te maken van
Analipsis, dat bij onderlinge afspraak onzijdig
was verklaard. Maandag om vijf uur 's och
tends, voordat Griekenland officieel was ver
wittigd van het afbreken van de diplomatieke
betrekkingen, en terwijl de Grieksche gezant
te Konstantinopel de kennisgeving had ont
vangen op een laat uur in den nacht, hadden
de forten van Préveza het vuur geopend op
La Punta (Actum) en de Grieksche stoomboot
Makedonia in den grond geboord.
Duszoo besluit de minister, de verant
woordelijkheid voor den ernstigen stand van
zaken kan niet op Griekenland rusten.
De Daily News van gisterenochtend vat
het oorlogsnieuws aldus samen
De operaties kunnen onder drie hoofden
gebracht worden1) in Epirus, waar aan
weerszijden een aanzienlijke troepenmacht
staat; 2) in Thessalie, waar beider hoofdmacht
saamgetrokken is; 3) op verschillende
punten langs de grens waar ongeregelde of
geregelde Grieksche troepen of beide de
gemeenschap trachten af te snijden.
1. Uit Epirus hebben wij nog geen nieuws
van gevechten te land, maar de Grieksche
vloot is bezig Préveza te beschieten, oogen-
schijnlijk met goeden uitslag.
2. In Thessalie werd Maandag een groote
slag gewaagd in den Meloena-pas, die zuid
waarts den weg bestrijkt naar Larissa het
Grieksche hoofdkwartier, waarop de Turksche
opperbevelhebber, Edhem pasja, het gemunt
heeft, naar men aanneemt.
3. Over de geruchten tot afsnijding van
gemeenschap is dat bij Karia het belangrijkste.
De beweging der Grieken en het schijnt
hun ten deele gelukt scheen hier, om langs
den kunstweg op Katerina aan te trekken en
zoo Saloniki te bereiken waartegen onge
twijfeld ook de Grieksche vloot zal optreden.
Die kustweg is ook Edhem pasja's gemeen
schap met Saloniki.
En nu de strijdkrachten der beide partijen.
In een merkwaardige strafzaak heeft het
gerechtshot te Paderborn vonnis geveld. De
apothekers leerling Schulte, in dienst van en
iu huis bij den apotheker Tidden te Lippstadt,
was 's avonds zeer laat uit de kneipe thuis
gekomen, en had den volgenden dag zijn
or.tslag gekregen. Uit wraak deed Schulte
daarop 200 gram strychnine in eenige zeer
gezochte geneesmiddelen, stak het achterhuis
der apotheek in brand, dreigde den provisor
met moord, bracht Tidden en diens vrouw
ernstige kwetsuren toe met een grooten ijze
ren sleutel, en nam zelf ten slotte eenig vergif
in. Met veel moeite slechts kon men den
woedenden jongen man meester worden, en
en geboeid werd hij naar het politiebureau
en vervolgens naar het ziekenhuis vervoerd.
Daar bekende hij aan den geestelijke dat hij
vergif had gedaan in verschillende medica
menten, waarvan niemand ietst bemerkt had,
en zóó werd een ontzettend onheil voorkomen.
Alle geneesmiddelen uit de inmiddels gesloten
apotheek werden onmiddelijk, op last van de
overheid, vernietigd.
Schulte maakte voor den rechter den indruk
van een normaal mensch hij bekende zijn
misdaden, en verklaarde in groote opgewon
denheid te hebben gehandeld. De artsen, die
hem geobserveerd hadden, waren in hun
getuigenissen niet eenstemmig een hunner
meende dat de volle verantwoordelijkheid
van Schulte alleen bij de brandstichting en
mishandeling twijfelachtig kon zijn de beide
andere psychiaters achtten een storing der
geestvermogens tijdens al de genoemde han
delingen waarschijnlijk. De verdediger sloot
zich bij deze laatste getuigenis aan.
De jury verklaarde, na langdurige beraad
slaging, dat Schulte bij de vergiftiging en de
bedreiging in het volle bezit zijner geestver
mogens gehandeld had bij de vorige daden
echter in een toestand van zeer sterke
opgewondenheid; zij wees dus op verzachtende
omstandigheden.
Het openbaar ministerie eischte drie jaar
gevangenisstraf. Het vonnis van den rechter
luidde gevangenisstraf van één jaar en drie
maacden.
Zaterdag is een oorlogsschip van Japan
naar Hawaï vertrokken, naar aanleiding van
de bekende quaestie der Japansche immigran
ten, wier toelating door de regeering van
president Dove was geweigerd. De regeering
der Unie heeft, naar men weet, ook besloten
een ot meer schepen naar Hawai te zenden,
en het zal niet te verwonderen zijn, dat deze
incidenten aanleiding zullen geven tot het