Nummer 52.
Donderdag 1 Juli 1897.
20" Jaargang.
Toegewijd aan Handel Industrie en Gemeentebelangen,
Het Geïllustreerd Zondagsblad,
Geïllustfeefd Zondagsblad
ANTOON TIELEN
FEUILLETON.
DE EINDUITSLAG.
UITGEVER-
Waalwijk.
Voortdurende premie voor
de lezers van ons blad.
Aan onze Abonné's.
Velen onzer abonné's kennen het Geïllu
streerd Zondagsblad en verreweg de meesten
ontvangen het geregeld bij ons blad.
Toch zijn er nog, die tot nu toe ver
zuimden te profiteeren van de gunstige ge
legenheid, welke hun als abonné op onze
Courant wordt geboden om deze fraaie
illustratie als premie op ons blad te
bekomen.
Wij vestigen bij vernieuwing de aandacht
op dit uitmuntende V/eekblad, ook
omdat de lezerskring van eene Courant zich
voortdurend wijzigt en nieuwe abonné's niet
weten dat zulk eene premie daaraan is ver
bonden.
Wie eenmaal het Geïllustreerd Zondagsblad
ontving, wie eenmaal kennis nam van de
artistieke gravures en den boeienden
text, welke week aan week dit tijdschrift
tot een welkomen gast in het huisgezin ma
ken, wil het blijvend ontvangen.
De uiterst geringe prijs van 30 ets.
per kwartaal, franco per post 375 ets,
kan voor niemand een beletsel zijn.
Als Nederlandsche Illustratie kost het blad
f 5. Voor de abonné's op onze Courant
wordt bet tegen zooveel geringeren prijs
verkrijgbaar gesteld.
Wij vestigen de bijzondere aandacht op de
verloting van 200. (in tweeprijzen ieder
van f 100) welke inde maand Augustus e. Je.
ond-er de abonné's zal worden gehouden
Alle lezers zonder onderscheid noodigen
wij uit om kennis te maken met deze Illu
stratie, welke op het einde van een jaar,
ij delheid niet.
een prachtwerk vormt van 416 groot folio
bladzijden, bezaaid met honderden gravures
en inhoudende zooveel hoogst boeiende novellen
van letterkundige loaarde als een schat vail
gezonden humor.
De Administratie.
De ondergeteekende wenscht geregeld bij
zijne Courant te ontvangen het
a .'10 ets. per kwartaal, franco per post3-75 ets.
Naam Woonplaats
De einduitslag der verkiezingen voor de 2e
kamer is ons eene ware verrassing geweest;
wij hadden, eerlijk gezegd, een grooter idee
van de mach^ der verbonden clericale par
tijen. De uitslag zou naar onze opvatting,
ook wel een andere geweest zijn, indien de
anti-revolutionairen trouw waren gebleven
aan de afspraak en den katholiek gestemd
haddenwaar hij tegen een anti-clericaal
stond. Maar voor de zooveelste maal is
geblekenwat vroeger reeds meermalen aan
't licht is gekomen, dat de strenge calvi
nisten niet op een katholiek stemmen als
zij gevaar loopen hem daardoor de zege te
bezorgen.
Vreemd is dit o. i nietvreemder' lijkt
het ons, dat onze katholieke geloofsgenooten
door de ondervinding maar niet wijzer wor
den en zich telkens maar weer in T gareel
der antirevolutionnairen laten spannen om
voor hen de verkiezingskar te trekken. Dat
wij dat niet snappen zal wel liggen aan onze
geringe ervaring op 't gebied der hoogere
politiekmaar toch 't lijkt ons onmogelijk
om twee zoo'n tegenstrijdige elementen als
Haar open gelaat was gezwollen en vuurrood
en ondar haar oogen vertoonden zich donkere
kringen van het voortdurend weenen.
calvinisten en katholieken zoo te doen sa
mengaan dat zij op den duur met vrucht
tot heil des lands werkzaam kunnen zijn.
Eerlijk gezegd, wij hadden gaarne den
triomf der verbonden clericalen gezien, al
ware 't alleen maar om de proef te hebben
met de beschermende rechten waarmede zij
onmiddellijk hadden moeten voor den dag
komen. Ware die proef geslaagd of niet
geslaagd dan was door de praktijk bewezen
wat de voorkeur verdientprotectie of vrij
handel en in alle geval waren we dan ver
lost van de eeuwigdurende onverkwikkelijke
beschouwingen over dat onderwerp.
Nu blijven we daaraan waarschijnlijk
blootgesteld en zal bij elke volgende ver
kiezing 't zelfde liedje van vroeger gezongen
worden, tot groot genoegen misschien van
enkele conferenciers maar zeker ongerief van
het volk.
Wat nu den uitslag aangaat geen enkele
partij heeft eene meerderheid gekregen sterk
genoeg om met vrucht de teugels van het
bewind te voeren.
Er is, zegt het R. N., waaraan liet vol
gende is ontleend, eene meerderheid, ja,
maar die door den loop, welken de felle
strijd nam is geworden bovenal een anti-
clericale, sociale meerderheid.
Van eene politieke meerderheid met een
zuiver belijnd begiuselkan geen sprake zijn.
Er zijn 55 man vau de linkerzijde gekozen
aangenomen, dat de dubbele en driedub
bele zetels, welke resp. den heer Tak van
Poortvliet (Amsterdam en Beverwijk) en mr.
Troelsta (Leeuwarden, Winschoten en Tjiet-
jerksteradeel) te beurt vielen, niet weder in
andere handen overgaan.
Maar de linkerzijde welft van rechts naar
links zóó dat de lijn loopt van BastertVan
Karnebeek over De Klerk en Nolting naar
Stoffel, Troelstra en Van der Zwaag
Maar de zeer gewichtige en in menig op
zicht verrassende uitkomst van 25 Juni wijst
daar hij twee anderen ook het stilzwijgen voor
dezelide zaak moet vergoeden. Gij zijt natuurlijk
vrij u. tot liem te wenden, doch ik waarschuw
u vooruit, dat het nutteloos zal zijn.
zeer bepaaldelijk in eene duidelijk afgebaken
de richting. Hij wijst op een beslist voor
uitstrevende, haast radicale strooming in den
lande; hij wijst bovenal op.eene richting van
sociale rechtvaardigheid, zoo wat de behoeften
van de groote klasse der arbeiders betreft
als wat onze godsdienstige verdraagzaamheid
aaugaat en onzen zedelijken plicht om man
aan man pal te staan voor het vaderland in
de ure des gevaars.
D&t zijn de drie bakens
De aarzelenden de halveu, de nog altijd
te bedeesden zijn door het nieuwe kiezersvolk
ten slotte teruggewezen. Bij de twee De
Beautortsde Bool'sde Rutgersen de
Guyot's, zijn nu ook weder Van Delden en
Mees gekomen, die het politiek strijdtooneel
voor het oogenblik verlaten. Dat Hintzen
voor Rotterdam, Gleichman en Pijnappel
voor Amsterdam behouden bleven, dat in de
hoofdstad ook Groen van Waarder het leger
der oud-liberalen nog is komen versterken,
mag men danken aan eene buitengewone
krachtsinspanning en aan het feit vooral, dat
die mannen meest allen stonden tegenover
candidaten van kerkelijke minderheden, wier
moed en groote ijver bewondering afdwingen,
juist daar waar zij zei ven bijna zeker wisten,
dat hun zaak nagenoeg hopeloos stond.
Het klinkt natuurlijk wat vreemd, dat in
het aloude liberale bolwerk Rotterdam ook
eens een niet-liberaal element (De Visser)
het overwicht verkrijgt. Maar wat in Rot
terdam gebeurd is, is b.v ook geschied in
Den Haag. Ook daar heeft een antirevolu
tionair reeds bij de eerste stemming een der
drie districten bezet.
Wanneer de nieuwe kieswet, vooral door
hare geplitste gemeentelijke districten, heeft
beoogd ook de minderheden in de groote
steden althans eenigszins tot haar rech: te
doen komen, dan is dat doel vrijwel bereikt.
Rotterdam, Den Plaag en Amsterdam ziju
de trouwe weerspiegeling van hetgeen onder
de bevolking leeft.
Rotterdam zal thans twee gematigd libe
ralen (de heeren Hintzen en Verhey), twee
ik nu toch een vrijgezel ben. Eliza zegt de
hemel zegene haar dat haar huwelijk met
mij onwettig was. Ze zegt, dat ze voor dien
gehuwd was, doch daar ze nooit meer van haar
man hoorde, dacht ze dat hij dood was. Dit is
nu gebleken niet zoo te zijn. Ze bestaat mij dus
niet en wat nog beter is, ik besta haar niet.
Ik heb, sedert ze mij dat verteld heeft geregeld
mijn gebeden opgezegd. Ik heb altijd ge
hoord, dat er een bijzondere Voorzienigheid
voor kinderen en dwazen bestaat, en nu geloof
ik het. Want indien er een dwaas op de wereld
is dan was ik het, toen ik haar trouwde. Ik ver
diende, dat ik er onder te lijden had.
CT>
mw vywr iwy'Pv g**yg
De Mo van het Zuiden,
Waalwijksclie tn Laagstraatsche Courant,
Dit Bind verschijnt Woensdag en Zaterdagavond.
Abonnementsprijs per 3 maanden I' 1,
Franco per post door het geheele rijk f1,25.
Brieven, ingezonden stukken, gelden enz., franco te zenden
aan den Uitgever
Ai)vEUTENTIËN 1 7 regels f0,60daarboven 8 cent per regel,
groote letters naar plaatsruimte. Advcrtcntiën Smaal ter plaatsing
opgegeven worden 2raaal berekend. Advertentiën voor Duitsch-
land worden alleen aangenomen door het advertentiebureau van
Adolf Steiner, Hamburg. Reclames 15 cent per regel.
63
HOOFDSTUK LVI.
Lady Melbury lag in een half zittende, half
liegende houding op een rustbank ir. haar boudoir.
Het was de vierde dag na Madeline's verhoor
en de derde na haar vertrek uit Malliscombe.
Men veronderstelde dat deze gebeurtenissen de
lady van streek hadden gebracht.
Wat er ook de reden van was, ze ging hard
achteruit.
Zij, die haar omringden en voortdurend in
haar nabijheid waren, beschouwden haar als
stervende.
De uitdrukking die sedert de laatste drie dagen
op haar eens zoo bekoorlijk gelaat was gekomen,
bewees dat ze er zelf evenzoo over dacht.
Wat Madeline's lot betrof, ze had met een
zucht gezegd, dat de schaduw van den moord
een vloek bracht over allen, die in het huis
verkeerden, en dat ze er zelf spoedig genoeg uit
zou hebben.
Toch in de diepste ellende verliet haar de
Het uur, dat we tegenwoordig zijn, is Triraball
bezig haar het haar te kappen.
Ze lag in een gezelschapskleed van licht blauwe
zijde. Haar tenger, vervallen gelaat had een
wassen kleur, die, in tegenstelling met het licht
blauw barer japon, ellendig was om aan te zien.
Trimball's hart kromp ineen, telkens wanneer
hij haar aanschouwde.
Ze waren slechts samen in het vertrek; doch
de deur, die tot haar kleedkamer toegang gaf,
stond wijd open en vertoonde Amelia op den
drempel zittende naaien.
Om verschillende redenen had lady Melbury,
toen ze vernam dat Madeline niet weer terug
zon komen, terstond Amelia in dienst genomen.
Ze riep haar
Amelia
Het meisje sprong op en kwam haastig naar
baar toe.
Ja, mylady, zei ze in afwachtende houding.
Breng mij mijn schrijfcassette, daar
Het meisje gehoorzaamde,
Lady Melbury opende de cassette.
Ze trachtte te schrijven, doch voor het eerst
weigerden haar vingers den dienst.
Schrijf gij, Amelia, zei ze op haar schrijf
gereedschap wijzende. Ik vreesde, dat 't hiertoe
zou komen; daarom zond ik Victorina tijdelijk weg
en nam u in dienst. Ge moogt er nooit over
spreken, dat ge dien brief voor mij geschreven
hebt, noch over den naam en het adres van den
persoon aan wien hij verzonden moet worden.
Trim ball moet ook zwijgen.
Ze sloeg een zijdelingschen blik op Trimball
terwijl ze sprak.
Toen, na nog eens rondgekeken te hebben,
begon zij te dicteeren.
Haar stem klonk heftig niettegenstaande haar
zwakheid, alsol iets van de verachting, die ze
den persoon, welken ze schreef, toedroeg, uit den
brief moest spreken.
Schrijf:
#Ik zalniet in staat zijn u het geld de vol
gende maand te zenden, daar ik dien datum niet
meer beleven zal. Noch is het mij mogelijk u
een groote som vooruit te zenden, daar mijn
hand niet vast genoeg is een cheque te teekenen.
Ik kan dezen brief niet zelf schrijven, doch ben
genoodzaakt hem te dicteeren.
Ik ben er van overtuigd, dat ik binnen de
drie dagen dood zal zijn. Niets zal mij dan meer
achtervolgen
ïuylady, riep Amelia in tranen losbar
stende uit.
Trimball, die het humeur van de lady beter
scheen te kennen, vervolgde bedaard zijn werk.
Ga voort, beval lady Melbury, schrijf dui
delijk.
Ze dicteerde op nieuw.
Verschrikkelijk als de gedachte aan de open
baarmaking van de misdaad mij is, ook al zou
deze plaats hebben, wanneer ik er hier niet langer
persoonlijk onder te lijden zal hebben, vrees ik
toch, dat zoo geld u slechts kan doen zwijgen
er u niets anders overblijft dan te spreken. Hij
kan u niet betalen om den mond te houden
Daarom moet ge maar doen wat gè zelf het
beste in uw belang denkt. Indien ik vermoedde,
dat ge eenig eergevoel bezat, zon ik er wellicht
een beroep op doen, doch ik vrees dat zoo'n
beroep hopeloos zou zijn."
Adresseer hem nu, voegde lady Melbury er
aaq toe.
,0. fi. Roper.
Ilattou Garden, Londen.'
Ze sloeg een boekje open om het nummer te
zoeken. Toen de brief gesloten en verzegeld was
gaf ze hem aan Trimball over, die juist de laatste
hand aan haar kapsel had gelegd.
Breng hem naar de post, beval ze. Doch
laat niemand er u mede zien. Verstaat ge mij
Ja, mylady.
Trimball stak den brief zorgvuldig in zijn
zak, haar verzekerende, dat hij nem niet verge
ten zou.
Toen gerustgesteld, zonk ze achterover.
Met een vriendelijk, medelijdend knikje tsgen
zijn bedroefde Amelia verliet Trimball 't vertrek
en het huis.
Het scheen hem toe, dat met Madeline ook de
laatste zonnestraal van Andley Court verdwenen
was.
Er russte een vloek op dit huis en hij ademde
vrijer, toen hij buiten de muren stond.
Steeds nadenkende over lady Melbury's toe
stand liep hij voort.
Toen hij buiten het gezicht van Andley Court
was, nam hij den brief uit den zak en bezag
hem nauwkeurig, zich onderwijl afvragende wat
tocii de ware beteekenis van den vreemden in
houd mocht zijn.
Hij schudde' het hoofd en wierp hem op de
post.
Toen hij zich omkeeide zag hij Benjamin
Crafter voor zich staan.
Ik dacht dat ge weg waart, zei Triraball
hem begroetende. Ge zeidet mij, dat ge hier niet
meer in Malliscombe blijven kondt na hetgeen
er gebeurd was. En nu zijt ge nog niet weg.
Crafter knikte.
Ik behoet niet heen te gaan, zei hij met
stille voldoening. Het is er op uitgedraaid, dat
Doch door de genade der Voorzienigheid is
het mij bespaard geworden.
HOOFDSTUK LVII.
Op den tweeden avond nadat lady Melbury
haar brief verzonden had, zat Rutherford Roper
aan tafel en was bezig zijn dessert te nuttigen,
toen hij met bewolkt voorhoofd een verfrom
melden brief uit zijn zak te voorschijn haalde,
hem glad streek en hem voor den vijfden of
zesden keer begon over te lezen.
Hij kwam van zijn vader, Obadiah Egerton
Roper, den ex-financier, en luidde aldus
jMijn waarde jongen.
Ge zult mij zeer verplichten door mij twintig
pond te zenden, daar mijn bron van bestaan
tijdelijk uitgeput is. Het is wellicht goed, zoo
ik u vertel, dat het inkomen mij door zekeren
persoou Verschaft werd en wiens naam ik niet
noemen zal om mijn stilzwijgen, een leelijk
geheim betreffende, te verzekeren. Ik kan hier
ook aan toevoegen, dat het geheim betrekking
hcel't op den moord, waarvoor uw waarde neet,
de jonge rar. Anson, op dit oogenblik een vonnis
van dwangarbeid ondergaat. De persoon, die mij
voor mijn stilzwijgen betaalde, is ongelukkiger
wijs heden avond gestorven en bezit ik niets
dan mijn eigen kapitaaltje. De persoon die
werkelijk schuldig is aan den moord, is helaas
niet in staat geld aan te bieden, daar ik tot mijn
leedwezen vernam, dat twee anderen ook in het
bezit van het geheim zijn, welke in stilte door
hem betaald worden.
Wordt vervolgd.